Carrière Uitzendbureau neemt Interactief Groep over

Carrière Uitzendbureau neemt per 1 december de Interactief Groep uit Berkel en Rodenrijs over. Het grootste merk van de Staffing Associates Group groeit daarmee uit naar een organisatie met een omzet van meer dan 90 miljoen euro.

Carrière is met ruim 35 franchise en non-franchise vestigingen in Nederland specialist in het recruiten en leveren van uitzendkrachten, werving en selectie, zzp-bemiddeling en payrollen. De focus ligt hierbij op uitvoerende functies in transport, logistiek, (food) productie en techniek.

Krachten gebundeld

Door de overname van de Interactief Groep breidt Carrière haar dienstverlening uit met uitzendkrachten uit Oost-Europa. In dat domein is de Interactief Groep al 20 jaar werkzaam. Hurriyet Bagcan, directeur van Carrière: “Door onze krachten te bundelen profiteren onze gezamenlijke klanten direct van het landelijke Carrière-netwerk én het grote EU-kandidatennetwerk van Interactief. En onze flexkrachten profiteren van nog meer carrièremogelijkheden.”

De omzet van de uitzendbureaus van Staffing Associates bedraagt dit jaar in totaal bijna 150 miljoen

Marcel Slaghekke richtte in 2010 Staffing Associates op. Samen met Bagcan voert hij de directie over Carrière en vanaf nu dus ook over Interactief. Staffing Associates is een landelijke groep van uitzendbureaus met naast Carrière de organisaties HappyNurse, Career Factory en Staffing Direct. De totale gezamenlijke omzet voor 2018 bedraagt bijna 150 miljoen. De groep werkt naast de eigen vestigingen landelijk met zo’n 100 franchisevestigingen. Als onderdeel van de franchiseformule worden alle processen en systemen met geavanceerde technologie centraal uitgevoerd door een servicecenter in Den Haag.

‘Een mooie stap in ons bestaan’

Mari-Jon Keijlewer, directeur van Interactief: “Ik ben blij met de samenvoeging van Interactief en Carrière. Technologische ontwikkelingen, het groeiende belang van compliance en een snel veranderende arbeidsmarkt vereisen investeringen in mensen en een continue innovatie van processen en systemen. Samen met Carrière kan Interactief nu haar dienstverlening verbeteren en uitbreiden. Een mooie stap in ons bestaan. Zelf ga ik me bezighouden met de conceptontwikkeling van nieuwe diensten en blijf ik zo voorlopig nauw betrokken bij de combinatie.”

Foto boven: Mari-Jon Keijlewer-van Herk (links op de foto) draagt haar bedrijf over aan Hurriyet Bagcan van Carrière. Beide ondernemers zijn opgegroeid in Berkel en Rodenrijs. Hieronder: foto hoofdkantoor Interactief, waar straks een andere naam op komt te staan.

interactief

Wat verwachten kandidaten in Europa van een sollicitatie? Dit zijn de 5 grootste verschillen

Door het tekort aan talent op de nationale arbeidsmarkt, willen veel bedrijven in Europa graag over de grens te werven. Maar hoe doe je dat het best? Wat verwachten kandidaten in andere landen precies?

Internationaal werven lijkt misschien makkelijk, maar de arbeidsmarkt in Europa is erg complex. Europa bestaat uit wel 51 landen en in elk land hebben kandidaten andere verwachtingen van het recruitmentproces. De candidate experience, met andere woorden, kent in elk land andere vragen en eisen.

De Global Talent Acquisition Monitor

Tot voorheen was er nog geen informatie bekend over de verschillen in deze candidate experience. Daarom heeft Intelligence Group in juli 2018 onderzoek gedaan onder 60.000 respondenten in 28 Europese landen. Centraal in dit onderzoek, dat de  Global Talent Acquisition Monitor (GTAM) is gaan heten, staan 15 onderdelen van de candidate experience, dus wat de verwachtingen van kandidaten zijn en wat zij belangrijk vinden. Met deze inzichten kunnen recruiters slimmer en succesvoller internationaal werven.

5 opmerkelijke internationale verschillen

Maar wat zijn nou enkele van die internationale verschillen? We pakken er 5 opvallende bevindingen uit:

#1. Persoonlijke feedback weegt zwaar, vooral in Estland

Bijna de helft (49%) van de Europese respondenten vindt persoonlijke feedback op de sollicitatie het belangrijkst. Toch zijn er ook er grote lokale verschillen, zelfs tussen buurlanden. Zo zegt 75% van de kandidaten in Estland persoonlijke feedback belangrijk te vinden, maar in Litouwen ligt dit percentage een stuk lager met maar 20%.

dashboard europa

#2. Reden van afwijzing? Heel graag, als je in Oostenrijk woont

Zo’n 35% van de kandidaten in Europa zegt het belangrijk te vinden dat werkgevers bij een afwijzing duidelijk te horen krijgt waarom hij of zij het niet is geworden. Tussen de landen zijn er wel grote verschillen. In Estland vindt de helft van de kandidaten dit bijvoorbeeld belangrijk. En ook in Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk vindt een groot deel (46%) dit belangrijk. Maar in landen als Litouwen (16%) en Bulgarije (20%) staat dit punt minder hoog op de lijst.

europa reden afwijzing

#3. Makkelijk solliciteren? Van Spanjaarden hoeft het niet

Opvallend: van de Spaanse kandidaten zegt 81% niet veel belang te hechten aan een makkelijke sollicitatieprocedure. Dit komt overeen met hun geringe voorkeur voor een snelle procedure: 82% van de Spanjaarden vindt snelheid niet zo belangrijk. In andere landen, zoals Finland en Griekenland, vindt 41% van de kandidaten een makkelijke procedure juist wél belangrijk. En in Tsjechië en Slowakije zegt 45% belang te hechten aan snelheid in het proces.

europa snel en makkelijk

#4. Vaardigheden laten zien? Niet in Letland…

De mogelijkheid om vaardigheden te laten zien vinden kandidaten vooral in de Zuid-Europese landen belangrijk. Zo scoort dit punt hoog in Griekenland (46%), Spanje (44%) en Italië (41%). In Letland vinden ze dit punt juist opvallend onbelangrijk; maar 9% van de kandidaten hier zegt het belangrijk te vinden zichzelf te kunnen presenteren.

europa laten zien

#5. Goede voorbereiding? In Nederland niet nodig…

Hoe belangrijk vinden kandidaten het dat de gesprekspartner zich verdiept heeft in zijn of haar motivatiebrief, cv en vaardigheden? En dat de recruiter vragen bedacht heeft voor de kandidaat en goed weet wat de baan inhoudt? In heel Europa zegt 23% van de respondenten dit belangrijk te vinden. Maar de verschillen zijn groot. In Slowakije vindt bijna de helft (45%) dit belangrijk, maar in Nederland (9%) en Estland (8%) hebben weinig mensen aangegeven dit belangrijk te vinden.

europa goede voorbereiding

Meer weten over de internationale arbeidsmarkt?

werven in EuropaBenieuwd naar de verschillen in alle 15 gemeten onderdelen? In de whitepaper ‘Candidate Experience in Europa’ lees je meer over de verwachtingen van Europese talenten. En via het European Recruitment Dashboard krijg je toegang tot data uit 28 landen en 500 beroepsgroepen.

Waarom recruiters mínder moeten zoeken naar die schaarse technische experts

De focus op technici en IT’ers is groot en we zijn zo hard naar experts op zoek dat we het nu zelfs op andere continenten proberen. Maar is dat wel zo’n goed idee, vraagt Kevin Wheeler zich af.

Volgens recruitmentgoeroe Kevin Wheeler kunnen we ons namelijk beter richten op mensen met een breder profiel en een minder technische achtergrond. Aan de hand van onderstaande figuur laat hij zien waar recruiters nu op zoek naar zijn (de onderste twee vakken) en waaraan ze hun tijd en geld volgens hem beter kunnen besteden (de bovenste twee kwadranten):

Transactors

In het kwadrant linksonder staan beroepen zoals secretaresses, boekhouders en machinebedieners. Dit zijn beroepen waar regels en procedures een belangrijke rol spelen. Innovatie, teamwerk of interpretatie komt er haast niet aan te pas.

Functies zoals secretaresses en machinebedieners worden binnen een paar jaar overgenomen door A.I.

Volgens Wheeler neemt A.I. deze functies waarschijnlijk binnen een paar jaar over. Denk bijvoorbeeld nu al aan chatbots, robots of automatische boekhoudsystemen. Het is daarom niet nodig om veel tijd te besteden aan werving van deze mensen. Kijk liever naar automatische tools die je helpen deze posities zo snel en effectief mogelijk in te vullen, raadt Wheeler aan.

Experts

Het kwadrant rechtsonder bevat de ‘experts’. Volgens Wheeler is dit een segment waar recruiters veel tijd aan besteden. Denk: technisch posities zoals in software en engineering. Expertise en diploma’s zijn hierbij belangrijk. Maar ook voor deze doelgroep geldt dat A.I. een groot deel van het werk zal overnemen. De werknemers die overblijven, zullen vooral lijken op de mensen rechtsboven in het figuur:

Samenwerkers en netwerkers

In een wereld waar A.I. de technische kant van het werk overneemt, zijn er andere vaardigheden die belangrijk worden, namelijk: werken met andere mensen, coördineren en beïnvloeden. Deze werknemers moeten goed in teamverband kunnen werken, debatteren over ideeën en tot gezamenlijke beslissingen komen.

De combinatie van samenwerkers of netwerkers met experts is ‘het beste van beide werelden’

Als zij kunnen samenwerken met de experts, heb je het beste van beide werelden. Voor recruiters en hiring managers is het belangrijk om op deze groep te focussen om voorbereid te zijn op de toekomst.

Innovators

Het vierde kwadrant ten slotte gaat om de complexe groep van ‘innovators’. Een lastige groep om te werven, maar het zijn wel de mensen die zorgen voor nieuwe organisaties en die organisaties winstgevend houden, aldus Wheeler. Het zijn mensen die bereid zijn om te experimenteren, te falen en vervolgens weer op te staan. Hun vaardigheden worden niet vaak aangemoedigd en daarom moet je als recruiter voor hen ook een onconventionele manier van werving gebruiken.

Kom maar op met die vernieuwers!

De boodschap voor 2019 is wel duidelijk: weg met de focus op ervaren IT’ers. En kom maar op met die innovators! Wheeler: ‘We moeten focussen op zowel A.I. als op werving- en selectieonderzoek om mensen te vinden en te ontwikkelen met innovatievaardigheden. De matrix hierboven is misschien een simplistisch model, dat geen rekening houdt met alle kleuren grijs die ertussenin zitten, maar het kan hopelijk wel helpen om anders te gaan denken over onze werving- en selectieprocessen. Hopelijk helpt het zowel recruiters als hiring managers om breder te denken over wie hun belangrijkste mensen zijn, en aan wie ze het meeste tijd en geld zouden moeten besteden.’

Lees ook:

7 denkfouten waar ook recruiters nogal eens last van hebben

Denkfouten hebben we allemaal, dus ook recruiters. Maar als we ons er bewust van zijn, kunnen we er misschien iets aan doen. Welke 7 zitten de recruiter het meest dwars?

Dat de gemiddelde mens grossiert in denkfouten, dat beseffen we allemaal. En al helemaal sinds Daniel Kahneman een Nobelprijs won voor zijn boek Ons Feilbare Denken. Sinds die tijd weten we dat we twee denksystemen hebben: het snelle, intuïtieve ‘systeem 1’ en het meer rationele, langzame ‘systeem 2’. En die twee systemen zitten elkaar soms danig in de weg en zorgen dat we niet altijd de meest verstandige beslissing maken.

Het snelle systeem 1 en het langzame systeem 2 zitten elkaar soms danig in de weg

denkfoutenNu (16 jaar na die Nobelprijs) heeft neuropsychologe Chantal van der Leest het baanbrekende werk van Kahneman vertaald naar de werkvloer. Haar recente boek Ons feilbare denken op het werk laat zien dat ook daar denkfouten continu op de loer liggen. Met name in beslissingen over mensen, iets waar recruiters natuurlijk veel mee te maken hebben. We halen er 7 van zulke denkfouten uit:

#1. Het halo-effect

Kijk eens naar deze beschrijvingen van 2 personen:

  • Alan: intelligent/actief/impulsief/kritisch/koppig/jaloers
  • Ben: jaloers/koppig/kritisch/impulsief/actief/intelligent

Wie zou jij kiezen? Psycholoog Solomon Asch schotelde een groot aantal proefpersonen deze persoonsomschrijvingen voor, en wat bleek: veruit de meesten waardeerden Alan meer dan Ben. Terwijl beide mannen precies dezelfde eigenschappen hebben. Alleen de volgorde waarin die gepresenteerd zijn, verschilt.

Bij het halo-effect verzinnen we vanuit onze eerste emotie zomaar nieuwe beoordelingen

Wat gebeurt er in dit geval? Vanuit onze eerste emotie verzinnen we zomaar nieuwe beoordelingen. En onze menselijke neiging is dan om ongerelateerde kennis aan te grijpen om een voorspelling te doen.

> Wat is ertegen te doen?

Het ‘halo-effect’ kun je het beste tegengaan door vooraf een checklist te maken met criteria waarop je iemand wilt gaan beoordelen. Volg daarvoor deze stappen:

  • Stel een aantal kenmerken op die volgens jou doorslaggevend zijn (6 moet voldoende zijn).
    • Bedenk een bijpassende schaal (5-puntsschaal, wat is heel zwak of heel sterk?).
    • Werk de lijst per punt af en probeer je niet te laten beïnvloeden door je eerdere antwoorden.

#2.Affectheuristiek’

Als mensen al positief over iets of iemand zijn, schatten ze de baten te hoog in en de lasten te laag. Dit komt door wat psycholoog Paul Slovic ‘affectheuristiek’ noemt: onze eerste voorkeur bepaalt welke opvattingen we vervolgens geloven. Hierdoor is het erg lastig om iemand van het tegendeel te overtuigen. Alle argumenten die niet aansluiten bij de bestaande overtuiging worden weggewimpeld en we hechten alleen waarde aan argumenten die passen bij ons bestaande gevoel, ook al zijn die in realiteit vrij mager.

we hebben vaak te weinig informatie  voor een goed overwogen besluit, maar dat gebrek beseffen we zelden

Hierbij speelt ook de denkfout dat we vaak te weinig informatie hebben om een goed overwogen besluit te vormen, maar dat gebrek niet beseffen. Dat komt doordat systeem 1 niet zo goed kan omgaan met hoeveelheden, maar liever informatie heeft die consistent is en emotioneel. Het mag ook weinig informatie zijn, of zelfs irrelevante informatie. What You See Is All There Is (wysiati), noemt Kahneman dat. We oordelen op basis van de informatie die hebben; er gaat nergens een alarmbelletje af als we maar bar weinig weten en wat meer onderzoek misschien op zijn plaats zou zijn.

> Wat is ertegen te doen?

Mensen weten niet dat ze grote brokken informatie missen en beseffen niet dat ze feitelijk geen antwoord geven op de eigenlijke vraag. En hun systeem 2 is allang blij als er vlotjes een antwoord komt. Sterker nog: systeem 2 zal in de zoektocht naar argumenten zelfs zorgen dat er meer informatie is die past bij de emoties van systeem 1. Een oordeel dat in systeem 1 gevormd is, buig je niet zomaar om met argumenten voor systeem 2. Wil je mensen overtuigen, dan moet je dus zorgen dat je argumenten hebt voor systeem 1.

#3. Anekdotisch bewijs

Een andere denkfout is dat systeem 1 ook wel eens verbanden ziet waar ze niet zijn. Hierdoor maken we de wereld in ons hoofd veel eenduidiger en samenhangender dan die  eigenlijk is. Om deze denkfout te illustreren, haalt de auteur haar tante aan, die overtuigd kon beweren: ‘In Luxemburg is het altijd mooi weer.’

Sommige mensen blijven beweren dat roken geen kwaad kan, omdat hun opa 95 werd met een pakje per dag

Ook als we incomplete of verouderde informatie hebben, vertrouwen we graag op anekdotisch bewijs. Denk aan de mensen die blijven beweren dat sigaretten geen kwaad kunnen, omdat hun opa 95 werd met een pakje per dag. Geen enkel bewijs lijkt ze daarvan af te kunnen brengen.

> Wat is ertegen te doen?

Op de werkvloer kunnen we door de wet van de kleine getallen een te optimistisch of juist negatief beeld van iemand krijgen. Van iemand die een aantal keren achter elkaar mooie klussen heeft binnengehaald, verwachten we dat hij de volgende keer weer slaagt. Systeem 1 ziet ten onrechte een patroon in de uitkomsten. Met name bij jong talent is het daarom goed om een slag om de arm te houden. Een wonderkind heeft misschien niet altijd geluk. En een pechvogel verdient misschien nog een extra kans.

#4. ‘Ankerheuristiek’

Was Gandhi ouder of jonger dan 144 toen hij stierf? Hoe oud was Gandhi precies toen hij stierf? Je weet heus wel dat Gandhi niet 144 is geworden. Maar door de eerste vraag word je geprimed en denk je aan een stokoude man. Je inschatting zal daardoor een stuk hoger zijn dan als in de eerste vraag 35 jaar stond als anker.

Uit onderzoek blijkt dat werkelijk niemand ongevoelig is voor deze denkfout

Uit onderzoek blijkt dat werkelijk niemand ongevoelig is voor deze denkfout. Marketeers maken hier flink gebruik van. Ze suggereren dat een product is afgeprijsd en noemen een heel hoge originele vraagprijs, zodat wij de indruk krijgen flink te besparen. Of ze laten ons meer kopen van een product, simpelweg door een anker te plaatsen als: ‘Maximaal 11 blikken soep per persoon’. Mensen kiezen dan eerder een getal dichter bij dat ‘anker’ van 11. Als er geen limiet wordt genoemd, kopen ze eerder zoveel als ze nodig hebben. Recruiters hebben hier natuurlijk ook veelvuldig mee te maken, met name rondom de salarisonderhandelingen met een kandidaat.

> Wat is ertegen te doen?

De psychologen Adam Galinksy en Thomas Mussweiler raden het volgende aan om voor deze denkfout systeem 2 in de benen te krijgen:

  • Verzin argumenten tégen het anker. Zoek daarvoor actief je geheugen af. Hoezo heb ik 10 blikken soep nodig? Hoe vaak eet ik soep? Vind ik die soep wel lekker? Zou 1 blik niet genoeg zijn?
  • Wijk af van de oorspronkelijke vraag. Krijg je een openingsbod, vermijd dan de vraag of je dat bod acceptabel vindt. Denk in plaats daarvan: Wat zou het minimale bod zijn dat de tegenpartij zou accepteren? Of: wat kost het hun als deze deal niet doorgaat? Met deze tactieken wordt de ankerheuristiek zwakker of verdwijnt die zelfs helemaal.

#5. Stereotypen

Misschien de meest voorkomende denkfout waarmee iedereen in de werving en selectie kampt. Kahneman illustreerde deze denkfout met een vraag over ene Tom, een intelligente jongen, hoewel zijn creativiteit tekortschiet. Tom heeft behoefte aan regelmaat en duidelijkheid. Zijn schrijfsels zijn nogal saai, maar worden verlevendigd met flauwe woordgrappen en sciencefiction-achtige beschrijvingen. Hij lijkt weinig empathisch en houdt niet zo van omgang met anderen. Hoe groot acht je de kans dat Tom deze studies doet?

  • a. Psychologie
  • b. Informatica
  • c. Rechtsgeleerdheid

Waarschijnlijk zeg je hier ‘informatica’. Voor een psychologie- of rechtenstudent is hij te rechtlijnig en te weinig sociaal. Maar wat nou als je de beschrijving over Tom niet had gelezen en alleen wist dát hij studeert? Zou je dan ook informatica hebben gekozen?
Waarschijnlijk niet, want je weet waarschijnlijk dat psychologie en rechtsgeleerdheid veel meer studenten kennen dan informatica. De kans dat hij daar studeert is dus vele malen groter. Zo’n droge statistische kans wordt de a-priorikans genoemd.

Een slechte ervaring die past in het verhaal over een stereotype, krijgt veel meer waarde van systeem 1

Dat we stereotypen over mensen hebben, kan ons flink in de weg zitten. Onze verwachtingen over onze medemens blijken niet te veranderen, ook al kennen we de a-priorikansen. Een slechte ervaring die wel past in het verhaal over een stereotype, krijgt veel meer waarde van systeem 1.

> Wat is ertegen te doen?

Wat helpt om iemand te overtuigen zijn dus geen statistische cijfers, maar eerder: verrassende individuele verhalen. Denk: een ontmoeting met een heel gemotiveerde, afgestudeerde allochtone leerling. Dan zullen mensen hun ‘interne verhaal’ moeten aanpassen om deze leerling daarin een plek te geven.

Sollicitanten kunnen hiervan ook gebruik maken, bijvoorbeeld door te zorgen dat je cv en voorkomen tijdens de sollicitatie representatief is voor het type baan dat je ambieert. Wellicht heb je een bijbaan, karaktereigenschappen, hobby’s of ambities die het waarschijnlijk maken dat je bij de functie past. Als het verhaal klopt, heeft dat waarschijnlijk evenveel of zelfs meer waarde dan gortdroge feiten.

#6. Het Dunning-Kruger-effect

Hoe goed ben jij in je baan? Beter dan gemiddeld? Of hoor je zelfs bij de absolute top? Toen deze vraag in een onderzoek werd gesteld aan softwareontwikkelaars gaf maar liefst 32 tot 42 procent aan dat zij bij de top 5 procent van hun vakgebied hoorden. In een ander onderzoek gaf 90 procent van de docenten van de University of Nebraska aan een betere docent te zijn dan gemiddeld.

In onderzoek gaf 90 procent van de universitair docenten aan een betere docent te zijn dan gemiddeld

Wiskundig gezien kan dit natuurlijk nooit. Deze illusie, bekend als het Dunning-Kruger-effect, is natuurlijk niet voorbehouden aan it’ers of docenten, we hebben allemaal de neiging om onze eigen competenties te overschatten. En het meest frappante: hoe slechter we in werkelijkheid ergens in zijn, hoe sterker ons geloof is dat we hier eigenlijk heel goed in zijn.

> Wat is ertegen te doen?

We zullen moeten accepteren dat we als mens slecht zijn in voorspellingen. Simpele checklists op basis van wat variabelen die redelijk voor de hand liggend zijn, doen het vaak beter dan ‘gezond verstand’ en ervaring. Mensen hebben ook moeite om consistent te zijn. We kunnen een sollicitant een tweede keer zomaar anders beoordelen dan de eerste keer. Onze oordelen hangen namelijk niet alleen af van feiten; systeem 1 neemt alles mee, dus ook de context, en is gevoelig voor priming. Zo kunnen details de ‘voorspelling’ al verstoren: een loshangend knoopje of zelfs honger doet ons andere beslissingen nemen.

#7. Het bezitseffect

Nog een mooie en bekende denkfout is het ‘bezitseffect’. Kahneman onderzocht dit samen met Richard Thaler. De helft van hun proefpersonen kreeg een mok cadeau, de andere helft niks. Vervolgens moesten de mokbezitters een verkoopprijs bedenken en de andere helft een aankoopprijs. Studenten met een mok wilden deze niet verkopen voor gemiddeld minder dan 5,25 dollar, maar de aankopers hadden er niet meer dan 2,25 tot 2,75 dollar voor over. Gemiddeld genomen willen we dus twee keer zoveel geld kríjgen als kopers willen betalen. En hoe langer mensen iets in hun bezit hebben, hoe sterker dit effect.

Wordt ervaren verlies niet ruimschoots gecompenseerd, dan prefereren we altijd stabiliteit

Dit gaat niet om inhaligheid, maar om ‘verliesaversie’. Laat je mensen kiezen uit twee gelijkwaardige banen, een met meer vakantiedagen en de andere met een hoger loon, dan zijn ze behoorlijk onverschillig in die keuze. Het is ze om het even. Maar vraag je ze na een jaar werken in die functie over te stappen naar de andere, gelijkwaardige baan, dan willen ze dat ineens niet meer. Ze moeten nu loon of vakantiedagen inleveren, dat is verlies en dat willen ze niet. Wordt dit ervaren verlies niet ruimschoots gecompenseerd, dan geven we altijd de voorkeur aan stabiliteit.

> Wat is ertegen te doen?

Ga je binnenkort een belangrijke onderhandeling in? Je doet er goed aan om niet te kijken naar wat je moet opgeven, maar om beide opties zo eerlijk mogelijk op de weegschaal te leggen. En dan de afweging te maken: wat is je werkelijk het meeste waard?

Meer denkfouten? Lees het boek Ons feilbare denken op het werk.

Meer lezen over denkfouten?