Het is de ouderen zelf nauwelijks aan te wrijven dat ze moeilijk aan de bak komen, blijkt uit nieuw onderzoek. Zijn het dan toch de werkgevers die hun ideeën moeten veranderen?
Voor iedereen is werk zat, hoor je in deze tijd wel eens. Toch is nog een groot deel van de 50-plussers werkloos. En daar lijkt maar moeilijk verandering in te komen. Eenmaal zonder baan, komt een oudere nauwelijks meer aan de bak. Discrimineren mag niet, maar recruiters en werkgevers zoeken vaak wel net zo lang door tot ze een jongere weten te vinden voor hun vacante functie.
Is dat ouderen zelf te verwijten?
De vraag is: in hoeverre kun je dat de ouderen zelf verwijten? Want wat je ook vaak hoort is dat ouderen gewoon ‘te duur’ zijn voor een werkgever. Dat hun productiviteit niet meer in verhouding staat tot hun geleverde output. Of dat ze minder efficiënt en intersief zouden solliciteren. En dat ze gewoon niet genoeg hun best doen om een baan te accepteren die misschien iets minder verdient dan ze gewend waren. Zijn ze überhaupt wel bereid een nieuwe start in een nieuwe baan te maken?
Nee, het ligt dus niet aan de oudere zelf
Wetenschappers Jan Dirk Vlasblom en Joop Schippers besloten recent een paar van zulke ideeën aan een onderzoek te onderwerpen. Hun conclusie, kort gezegd: het ligt dus nÃet aan de oudere zelf. Oudere werklozen blijken best bereid om werk te accepteren voor een lager inkomen dan ze hadden. Ook stellen ze hun inkomenseisen echt wel naar beneden, en accepteren ze ook echt wel werk onder hun vorige inkomensniveau. Ze vertonen eigenlijk zelfs geen ander sollicitatiepatroon dan jongere werklozen. Als ze maar de kans krijgen. Sterker nog, stellen de auteurs: ‘Uit onze resultaten blijkt dat een lagere inkomenseis niet leidt tot een hogere kans op werkhervatting.’
Ouderen vertonen eigenlijk geen ander sollicitatiepatroon dan jongere werklozen
Het ligt dus toch vooral aan de werkgever en/of de recruiter, kun je in het onderzoek lezen. Die werkgever zit nog met vastgeroeste beelden, en biedt ouderen nauwelijks kansen, stellen Vlasblom en Schippers: ‘De uitkomsten van onze analyses lijken toch vooral te duiden op een selectiemechanisme aan de kant van werkgevers waarbij vooral de factor leeftijd een (al dan niet expliciete) rol speelt. Daarmee zou voor het arbeidsmarktbeleid voor ouderen niet alleen de oudere zelf, maar vooral ook de (potentiële) werkgever het aangrijpingspunt moeten zijn.’
Hoe meer sollicitaties, hoe meer kans?
Met het aantal sollicitaties is in het onderzoek overigens nog wel iets opvallends aan de hand, zo meldt het onderzoek. Meer solliciteren levert namelijk nÃet meer kans op een baan op. Of, zoals de auteurs het melden: ‘Heel veel sollicitaties leiden niet tot een hogere baanvindkans. Het lijkt erop dat een beperkt aantal (vermoedelijk: serieuze en gerichte) sollicitaties de hoogste kans geven op werkhervatting.’
Meer aandacht dringend gewenst
Volgens de auteurs is het tijd voor meer aandacht voor de ouderen op de arbeidsmarkt, zowel van beleidsmakers als van werkgevers. ‘Daar waar de economische zelfredzaamheid van vrouwen al decennialang een vast aandachtspunt vormt binnen het overheidsbeleid, lijkt de economische zelfredzaamheid van ouderen veel minder aandacht te krijgen. Dat is vreemd, want het beleid lijkt steeds meer te verwachten van die zelfredzaamheid van burgers, en zeker ook van ouderen.’
Lees ook:
- Stop toch eens allemaal met het ‘theater’ rondom werkloze ouderen
- Discriminatie tiert nog steeds welig op de arbeidsmarkt
- Discriminatie: wat mag er wel en wat mag er niet?