Het artikel gaat hieronder verder.

Hij heeft al een lange loopbaan achter de rug als ondernemer in marketing- en managementfuncties, was ook raadslid in zijn woonplaats Harderwijk, en als je hem ’s nachts ergens voor wakker kunt maken, dan zou het voor een frikandel speciaal zijn. Maar het meest bekend is Henk Vermeer tegenwoordig wel als BBB-Tweede Kamerlid, een functie die hij sinds 6 december 2023 mag uitvoeren. Wat je nog eens noemt: een mooi Sinterklaascadeau. Maar hoe denken Vermeer en zijn BBB eigenlijk over de arbeidsmarkt? In de podcastserie Het Arbeidsmarkt Akkoord van Mascha van der Heijden, Geert-Jan Waasdorp en Arjan Elbers legt hij het uit.
Daarbij gaat het allereerst over de flexwereld, en de regeldruk die hier geldt. ‘Vaak ook met nationale koppen bovenop Europees beleid of interpretatie van Europese richtlijnen die leiden tot verschillen tussen landen’, aldus Vermeer. Soms wordt het beeld hier bovendien nogal sterk bepaald door ‘excessen’, zoals hij het noemt. ‘En dan worden de regels dus uitgestrooid over de 95% die het wel goed doen. De echte malafide bedrijven, daar durft de Arbeidsinspectie vaak niet naartoe te gaan, of die hebben ze niet in beeld. En dan betekent toenemende handhaving gewoon meer druk op de bonafide ondernemers.’
Misstanden en delicten
Een paar administratieve fouten worden dan al gauw als delict gezien, ziet Vermeer in de praktijk. ‘En juridisch klopt dat misschien wel, maar dan krijg je wel een verkeerd beeld van de mate van misstanden in de branche.’ Hij zegt sowieso dat we ‘gewoon een algemeen handhavingsprobleem hebben. Er worden ontzettend veel wetten ontwikkeld. En in theorie doen die wat moet gebeuren, of zouden die het juiste effect moeten geven. Maar op het moment dat je dan niet handhaaft, betekent het gewoon dat er voor 95 tot 98% van de mensen die het goed doet meer druk op komt te zitten en dat de rest onder water duikt en uit het zicht raakt.’
Volgens Vermeer komt dat bijvoorbeeld door ‘een algemene tendens dat wetgeving steeds meer gebaseerd is op wantrouwen in plaats van op vertrouwen’. ‘En wat ons betreft is dat niet alleen zinloos, maar werkt dat ook averechts en treft dat de verkeerde mensen.’ Zelfregulering en certificering zouden volgens hem al een beter alternatief zijn. ‘In het algemeen hebben wij in Nederland een handhavings- en een autoriteitsprobleem en die werken ook nog tegen elkaar in. We gaan het waarschijnlijk niet zo oplossen nu, maar ik wil het wel aangestipt hebben, omdat hier de basis van het probleem zit, wat ons betreft.’
A.I.-les of niet?
Op de vraag of elke Nederlander een budget zou moeten krijgen om te leren met A.I. om te gaan, antwoordt hij aanvankelijk ontkennend. Maar hij vindt wel dat iedereen toegang moet krijgen tot A.I. ‘Anders krijg je, naast alfabetisme en digibetisme, ook nog A.I.-betisme of ik weet niet hoe je dat wil noemen. Ik heb er zelf geen woord voor, maar dan krijgen we de volgende kloof in de maatschappij, van wie kan er wel A.I. gebruiken en wie niet? Voor een deel is dat natuurlijk ook de verantwoordelijkheid van werkgevers’, zegt hij.
Uiteindelijk wordt het gewoon onderdeel van ieders werk, denkt hij. ‘Mijn vrouw werkt in de thuiszorg, bij een organisatie die al wat A.I.-tooling ingebouwd heeft, waardoor ze kan rapporteren via spraak. Omdat de meeste mensen in de zorgsector liever zorgen dan boekhouden. Anders waren ze wel boekhouder geworden.’ Maar daar hoeft de politiek dus niet op in te stappen, denkt hij. ‘Net als een wasmachine en een stofzuiger. Je drukt op aan en dan gaat-ie. Daar hoef je je geen zorgen over te maken. Zo zal dat met A.I. ook gaan. Maar wat wel nodig is, is educatie over wat kan het wel, en wat niet.’
Hoe de keten eruit ziet
Even terug naar arbeidsmigratie. Natuurlijk, zegt hij daarover, arbeidsmigranten geven druk op huisvesting, druk op de zorg, druk soms ook op de leefbaarheid in de openbare omgeving. Maar, zegt hij ook: ‘wij moeten stoppen met het steeds maar in problemen te denken, wij zullen ook naar die oplossingen toe moeten. En hier in Harderwijk zijn we bijvoorbeeld op dat gebied eerst begonnen met een kader te stellen voor huisvesting van migranten. En dan pas over locaties en dat soort dingen te praten. Want begin je met locaties, dan is het niet hier, niet daar. Nee, je moet eerst weten: hoe willen we mensen huisvesten?’
‘Als mensen zelf een bepaalde baan niet willen, maar iemand anders wel, dan moet je daar dankbaar voor zijn.’
En mensen moeten volgens hem goed beseffen ‘dat als zij zelf een bepaalde baan niet willen, maar iemand anders wel, dat je daar dankbaar voor moet zijn en dat je daar voorzieningen voor moet treffen. Want ja, als alle arbeidsmigranten de boel plat zouden leggen, zijn binnen een dag, misschien zelfs vanavond al, bepaalde winkels gewoon helemaal leeg. Dat is ook de reden dat wij onze partij opgericht hebben: dat op allerlei gebied mensen niet meer weten waar hun voedsel vandaan komt, en hoe die keten eruit ziet. We moeten stoppen met extra regels, en gewoon meer kijken naar: wat is echt nodig?’

Lees ook
- Verkiezingen in aantocht: wat wil ‘links’ met de arbeidsmarkt?
- Verkiezingen in aantocht: wat wil ‘rechts’ met de arbeidsmarkt?
- Het Arbeidsmarkt Akkoord: Hoe denkt Hans Vijlbrief (D66) over de arbeidsmarkt?
- Eddy van Hijum (NSC): ‘Flexwerk is in Nederland te veel uit de klauwen gelopen’
- Het Arbeidsmarkt Akkoord: Hoe denkt Esmah Lahlah (GroenLinks-PvdA) over de arbeidsmarkt?