Gem. leestijd 7 min  2101x gelezen

Dit zijn de 7 belangrijkste nieuwe regels van het kabinet voor de arbeidsmarkt

Een eind aan het nulurencontract, en betere bescherming voor zelfstandigen. Het kabinet wil de arbeidsmarkt aanpakken met allerlei nieuwe regels. En dit zijn voor recruiters de 7 belangrijkste.

Dit zijn de 7 belangrijkste nieuwe regels van het kabinet voor de arbeidsmarkt

Er was al even op gewacht. Maar gisteren kwam minister Karien van Gennip dan toch met de langverwachte brief over de ‘toekomstbestendige arbeidsmarkt’. Daarin kondigde het kabinet allerlei nieuwe regels aan, die ook direct interessant zijn voor recruiters. We pikken er hier de 7 belangrijkste uit.

#1. Nulurencontract afgeschaft

Oproepcontracten en zogeheten min-/maxcontracten wil de minister helemaal afschaffen (behalve voor scholieren en studenten met een bijbaan). Dit worden straks allemaal vaste basiscontracten voor het aantal uur waarvoor ze ten minste standaard worden ingeroosterd. Werknemers moeten in een basiscontract wel een aantal uren boven het aantal minimale uren beschikbaar blijven voor de werkgever. De bandbreedte zal met een hard percentage (130 procent van het minimaal aantal uren) worden vastgesteld.

‘Met het basiscontract weet je beter waar je aan toe bent, en kun je ook de rest van je leven beter plannen.’

‘Werk je structureel meer? Dan moet het basiscontract aangepast. Zo weet je beter waar je aan toe bent, en kun je ook de rest van je leven beter plannen’, aldus Van Gennip. ‘Zo heb je de mogelijkheid concrete afspraken te maken over een tweede baan, bij kan bijdragen aan economische zelfstandigheid. Ook kunnen werknemers zo beter privéafspraken maken bijvoorbeeld rond kinderopvang, opleiding of mantelzorg.Het vaste basiscontract gaat overigens voor werkgevers wel onder de lage WW-premie vallen, zo is de bedoeling ( mits er sprake is van een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd).

#2. Sneller baan na uitzendwerk

Wie werkt via een uitzendbureau krijgt sneller een vast contract. ‘We korten fase A en fase B in’, aldus de minister. ‘Fase A wordt wettelijk vastgelegd op 52 weken, waarbij geen afwijkingen per CAO meer mogelijk zijn. Fase B wordt verkort naar 2 jaar en maximaal 6 contracten. Zo wordt de werkzekerheid van uitzendkrachten verbeterd.

Het kabinet komt met nieuwe regels om de arbeidsvoorwaarden van uitzendkracht en vaste werknemer gelijk te trekken.

Daarnaast wil het kabinet in lijn met het stimuleren van het aangaan van contracten om de juiste redenen concurrentie op arbeidsvoorwaarden door uitzendwerk voorkomen. Naast de huidige wet en regelgeving komt het kabinet daarom met nieuwe regels om alle arbeidsvoorwaarden tenminste gelijkwaardig te laten zijn tussen uitzendkracht en vaste werknemer. Het certificeringsstelsel voor uitzendbureaus moet hier ook aan bijdragen.

#3. Af van de draaideur

De minister wil af van de zogeheten ‘draaideurconstructies’. Dat betekent dat het kabinet met strengere regels komt voor tijdelijk werk. Na 3 (aaneengesloten) tijdelijke contracten kun je nu na 6 maanden weer een contract krijgen, dat wordt straks pas na 5 jaar. ‘Tijdelijk werk is tijdelijk werk!’, aldus Van Gennip.

kabinet nieuwe regels arbeidsmarkt

In lijn met het SERMLTadvies van bijna 2 jaar geleden heeft de minister met de Stichting van de Arbeid overlegd hoe dit vorm te geven. In de nadere
uitwerking is de termijn van 5 jaar gekozen. ‘Deze lange onderbrekingstermijn zal ook gelden bij uitzend(krachten). Hierdoor zal het niet meer mogelijk zijn om werknemers langdurig in tijdelijke contracten te houden middels een zogenaamde ‘draaideurconstructie’ waardoor steeds een nieuwe keten start en de werknemer permanent op tijdelijke basis werkt’, aldus Van Gennip. Wel blijft het dus mogelijk maximaal 3 tijdelijke contracten binnen 3 jaar bij dezelfde werkgever af te sluiten.

#4. AOV voor zelfstandigen

Er komt een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers, zodat zelfstandigen zich bij tegenslag beschermd weten door de sociale zekerheid. Dat wordt volgens Van Gennip een ‘betaalbare’ verzekering waarmee zelfstandigen een vangnet krijgen dat ze nu ontberen. Zelfstandigen moeten zich volgens de nieuwe regels verplicht voor het risico van arbeidsongeschiktheid gaan indekken, maar als het ‘uitvoerbaar, haalbaar, tijdig en betaalbaar’ kan, kunnen zij met voldoende inkomen ook zelf een verzekering afsluiten, die volledig losstaat van de publieke regeling.

Volgens een rekenvoorbeeld wordt de maandpremie voor een zzp’er met een jaarinkomen van 35.000 euro rond de 200 euro.

Het plan om zzp’ers te verplichten om zich voor arbeidsongeschiktheid te verzekeren, komt nog voort uit het pensioenakkoord. Voor de verplichte verzekering geldt een wachttijd van een jaar. ‘Echte zelfstandigen’ moeten in staat zijn om voor die periode een buffer op te bouwen, aldus de minister. Volgens een rekenvoorbeeld van het ministerie zou de premie voor een zzp’er met een inkomen van 35.000 euro per jaar rond de 200 euro per maand komen te liggen.

kabinet regels vangnet

#5. Sneller duidelijkheid bij ziekte

Kleine werkgevers (tot en met 100 werknemers) kunnen na één ziektejaar van een medewerker duidelijkheid krijgen of iemand ooit nog gaat terugkeren of dat er vervanging kan worden geregeld en een andere werkgever wordt gezocht voor eventuele re-integratie. ‘Vooral kleine ondernemingen zijn minder wendbaar als één van de werknemers onverhoopt langdurig ziek wordt. Deze werkgevers blijven nu lang in onzekerheid of een zieke werknemer nog terugkeert, waardoor zij lange tijd geen vervanger in (vaste) dienst kunnen nemen’, aldus Van Gennip. En dat hoopt ze met de nieuwe regels dus te veranderen.

#6. Crisisregeling Personeelsbehoud

Het kabinet komt ook met nieuwe regels die ervoor moeten zorgen dat werkgevers die worden getroffen door een crisis of calamiteit die buiten het ondernemersrisico valt (zoals tijdens de coronacrisis), medewerkers in dienst kunnen houden. Werknemers kunnen dan tijdelijk en maximaal 6 maanden op een andere plek werken, of minder gaan werken met behoud van het recht op een werkloosheidsuitkering. ‘Zo behoudt de werknemer een baan en inkomen en kan de werkgever de crisisperiode overbruggen’, aldus de minister.

Bedrijven die in de toekomst in een crisis personeel korter willen laten werken, kunnen hiervoor een loonoffer vragen.

Bedrijven die in de toekomst personeel in onvoorziene situaties korter willen laten werken en daarvoor een beroep doen op een crisismechanisme, kunnen een loonoffer vragen aan hun werknemers. Werkgevers kunnen minimaal een vijfde van de werktijd bekorten en hoeven dan maar 80% van het loon over de niet-gewerkte uren te betalen. Het totale loon mag echter met niet meer dan 10% dalen en mag ook niet onder het wettelijk minimumloon zakken, aldus de nieuwe regels. Maar als de werkgever hiervoor kiest, kan hij een tegemoetkoming van 60% voor de loonkosten van de nietgewerkte uren aanvragen.

#7. Anders van-werk-naar-werk

De brief van Van Gennip gaat ook in op het stimuleren van ‘vanwerknaarwerk’-trajecten. De minister noemt de groep ‘werkzoekenden die langdurig aan de kant staan’ in de huidige arbeidsmarkt ‘nog steeds te groot’. Het kabinet wil daarvoor de arbeidsmarktinfrastructuur zo hervormen en vereenvoudigen dat werkzoekenden vroegtijdig de dienstverlening krijgen die zij nodig hebben om (ander) werk te vinden of werk te houden. Dit moet gebeuren via ‘regionale samenwerkingen van sociale partners, UWV, gemeenten en onderwijs’, met minimaal in elke regio één herkenbaar loket voor werkzoekenden en werkgevers.

Het kabinet nodig private initiatieven ‘van harte’ uit om bij te dragen aan betere vanwerknaarwerktransities.

UWV en gemeenten blijven hierbij verantwoordelijk voor niet-werkenden, en de sociale partners voor de werkenden. Maar door beter samen te werken, moet wel voorkomen worden dat mensen tussen wal en schip vallen, aldus de minister. ‘Het kabinet werkt de hervorming van de arbeidsmarktinfrastructuur nog verder uit met alle betrokken partijen. De Kamer wordt hierover voor de zomer geïnformeerd.‘ Ook nodigt het kabinet private initiatieven ‘van harte uit om bij te dragen aan betere vanwerknaarwerk-transities, en zal daarbij bezien welke rol de overheid kan spelen bij het stimuleren hiervan.’

Scheefgegroeid

De arbeidsmarkt zoals we die nu hebben, is ‘scheefgegroeid’, aldus Van Gennip bij de presentatie van de brief. ‘De afgelopen jaren is geleidelijk een disbalans ontstaan tussen rechten en plichten, zekerheid en onzekerheid. Risico’s zijn ongelijk verdeeld. De huidige regels rond werken versterken zo de al bestaande tweedeling in de samenleving.’ En dat is volgens haar ‘zorgelijk’. Want: ‘werk moet voor sociale samenhang zorgen. […] Juist nu, en in de komende jaren, als er zoveel uitdagingen op ons afkomen; als mensen moeten weten dat ze voldoende zekerheid hebben en perspectief; dat ze hun leven kunnen opbouwen.’

‘De huidige regels rond werken versterken de al bestaande tweedeling in de samenleving.’

Vorig jaar deelde ze al een hoofdlijnenbrief, nu volgen dus nieuwe regels die bedoeld zijn ‘enerzijds werkenden meer zekerheid te bieden, en anderzijds wendbaarheid voor bedrijven te vergroten. Want het is van vitaal belang dat onze ondernemers – het verdienvermogen van Nederland – wendbaar kunnen blijven. Omgaan met verandering, innoveren. Durven ondernemen, investeren, ook door talent aan zich te binden en dus vaste contracten aanbieden.’ De voorstellen moeten nog worden goedgekeurd door de Tweede Kamer. Per 1 januari 2025 moet (het grootste deel van) de wetgeving ingaan, als het aan de minister ligt.

Positieve reacties

De nieuwe regels van het kabinet kunnen overigens op redelijk positieve reacties rekenen van ‘de polder’. Het is 3 jaar geleden dat de commissie-Borstlap erover adviseerde. Vakbond FNV is dan ook blij ‘dat de praktische voorstellen worden overgenomen’, aldus voorzitter Tuur Elzinga. ‘Laat het kabinet en parlement nu dan ook snel doorpakken.’ Ook ondernemersorganisaties MKB-Nederland en VNO-NCW zien de nieuwe regels als ‘een goed evenwicht’ tussen de belangen van werknemers en werkgevers, en VNO-voorzitter Ingrid Thijssen spreekt dan ook van ‘een goede stap vooruit’, na ‘jaren van discussie.’

‘We zien een verschuiving naar minder goed geregelde zzp. […] Maatschappelijk zeer onwenselijk.’

Uitzendbureau-vereniging ABU constateert wel dat de minister ‘meer meters’ moet maken ‘op het zzp-dossier, zowel qua regelgeving als handhaving. Na de recente uitspraak van de Hoge Raad over Deliveroo ligt de bal eens te meer bij het kabinet’, aldus directeur Jurriën Koops. ‘De minister gaf eerder aan een samenhangende aanpak van uitzenden en zzp te willen. Deze brief biedt voor die evenwichtige aanpak nog te weinig perspectief. […] In de markt zien we een verder gaande verschuiving naar minder goed geregelde zzp. […] Maatschappelijk zeer onwenselijk voor de toekomst van Nederland.’

Van-werk-naar-werk

Ironisch genoeg ontsnapt ook de minister zelf niet aan de krapte op de arbeidsmarkt in haar drang om de arbeidsmarkt beter te laten functioneren. Zo hecht ze in haar brief grote waarde aan de bedrijfsarts, bijvoorbeeld in ‘het adviseren en begeleiden van werkgevers en werkenden in geval van uitval en ziekte en bij re-integratie.’ Maar juist aan die bedrijfsartsen is nu een groot tekort. Daarom treft de minister dit en volgend jaar een ‘noodmaatregel’ om ook als overheid mee te betalen aan de opleiding van meer van die bedrijfsartsen.

Lees ook

Beeld Karien van Gennip: Martijn Beekman

Hoofdredacteurbij Werf&

Peter Boerman

Hij heeft eigenlijk nog nooit een vacature uitgezet. En meer sollicitatiegesprekken gevoerd als kandidaat dan als recruiter of werkgever. Toch schrijft Peter Boerman alweer een jaar of 10 over weinig anders dan over de wondere wereld van werving en selectie, in al zijn facetten.
  • Leave behind a comment

Onze partners Bekijk alle partners