Henk Vermeer (BBB): ‘Als iemand een baan niet wil, en iemand anders wel, moet je juist dankbaar zijn’

Hij heeft al een lange loopbaan achter de rug als ondernemer in marketing- en managementfuncties, was ook raadslid in zijn woonplaats Harderwijk, en als je hem ’s nachts ergens voor wakker kunt maken, dan zou het voor een frikandel speciaal zijn. Maar het meest bekend is Henk Vermeer tegenwoordig wel als BBB-Tweede Kamerlid, een functie die hij sinds 6 december 2023 mag uitvoeren. Wat je nog eens noemt: een mooi Sinterklaascadeau. Maar hoe denken Vermeer en zijn BBB eigenlijk over de arbeidsmarkt? In de podcastserie Het Arbeidsmarkt Akkoord van Mascha van der Heijden, Geert-Jan Waasdorp en Arjan Elbers legt hij het uit.

Daarbij gaat het allereerst over de flexwereld, en de regeldruk die hier geldt. ‘Vaak ook met nationale koppen bovenop Europees beleid of interpretatie van Europese richtlijnen die leiden tot verschillen tussen landen’, aldus Vermeer. Soms wordt het beeld hier bovendien nogal sterk bepaald door ‘excessen’, zoals hij het noemt. ‘En dan worden de regels dus uitgestrooid over de 95% die het wel goed doen. De echte malafide bedrijven, daar durft de Arbeidsinspectie vaak niet naartoe te gaan, of die hebben ze niet in beeld. En dan betekent toenemende handhaving gewoon meer druk op de bonafide ondernemers.’

Misstanden en delicten

Een paar administratieve fouten worden dan al gauw als delict gezien, ziet Vermeer in de praktijk. ‘En juridisch klopt dat misschien wel, maar dan krijg je wel een verkeerd beeld van de mate van misstanden in de branche.’ Hij zegt sowieso dat we ‘gewoon een algemeen handhavingsprobleem hebben. Er worden ontzettend veel wetten ontwikkeld. En in theorie doen die wat moet gebeuren, of zouden die het juiste effect moeten geven. Maar op het moment dat je dan niet handhaaft, betekent het gewoon dat er voor 95 tot 98% van de mensen die het goed doet meer druk op komt te zitten en dat de rest onder water duikt en uit het zicht raakt.’

Volgens Vermeer komt dat bijvoorbeeld door ‘een algemene tendens dat wetgeving steeds meer gebaseerd is op wantrouwen in plaats van op vertrouwen’. ‘En wat ons betreft is dat niet alleen zinloos, maar werkt dat ook averechts en treft dat de verkeerde mensen.’ Zelfregulering en certificering zouden volgens hem al een beter alternatief zijn. ‘In het algemeen hebben wij in Nederland een handhavings- en een autoriteitsprobleem en die werken ook nog tegen elkaar in. We gaan het waarschijnlijk niet zo oplossen nu, maar ik wil het wel aangestipt hebben, omdat hier de basis van het probleem zit, wat ons betreft.’

A.I.-les of niet?

Op de vraag of elke Nederlander een budget zou moeten krijgen om te leren met A.I. om te gaan, antwoordt hij aanvankelijk ontkennend. Maar hij vindt wel dat iedereen toegang moet krijgen tot A.I. ‘Anders krijg je, naast alfabetisme en digibetisme, ook nog A.I.-betisme of ik weet niet hoe je dat wil noemen. Ik heb er zelf geen woord voor, maar dan krijgen we de volgende kloof in de maatschappij, van wie kan er wel A.I. gebruiken en wie niet? Voor een deel is dat natuurlijk ook de verantwoordelijkheid van werkgevers’, zegt hij.

Uiteindelijk wordt het gewoon onderdeel van ieders werk, denkt hij. ‘Mijn vrouw werkt in de thuiszorg, bij een organisatie die al wat A.I.-tooling ingebouwd heeft, waardoor ze kan rapporteren via spraak. Omdat de meeste mensen in de zorgsector liever zorgen dan boekhouden. Anders waren ze wel boekhouder geworden.’ Maar daar hoeft de politiek dus niet op in te stappen, denkt hij. ‘Net als een wasmachine en een stofzuiger. Je drukt op aan en dan gaat-ie. Daar hoef je je geen zorgen over te maken. Zo zal dat met A.I. ook gaan. Maar wat wel nodig is, is educatie over wat kan het wel, en wat niet.’

Hoe de keten eruit ziet

Even terug naar arbeidsmigratie. Natuurlijk, zegt hij daarover, arbeidsmigranten geven druk op huisvesting, druk op de zorg, druk soms ook op de leefbaarheid in de openbare omgeving. Maar, zegt hij ook: ‘wij moeten stoppen met het steeds maar in problemen te denken, wij zullen ook naar die oplossingen toe moeten. En hier in Harderwijk zijn we bijvoorbeeld op dat gebied eerst begonnen met een kader te stellen voor huisvesting van migranten. En dan pas over locaties en dat soort dingen te praten. Want begin je met locaties, dan is het niet hier, niet daar. Nee, je moet eerst weten: hoe willen we mensen huisvesten?’

‘Als mensen zelf een bepaalde baan niet willen, maar iemand anders wel, dan moet je daar dankbaar voor zijn.’

En mensen moeten volgens hem goed beseffen ‘dat als zij zelf een bepaalde baan niet willen, maar iemand anders wel, dat je daar dankbaar voor moet zijn en dat je daar voorzieningen voor moet treffen. Want ja, als alle arbeidsmigranten de boel plat zouden leggen, zijn binnen een dag, misschien zelfs vanavond al, bepaalde winkels gewoon helemaal leeg. Dat is ook de reden dat wij onze partij opgericht hebben: dat op allerlei gebied mensen niet meer weten waar hun voedsel vandaan komt, en hoe die keten eruit ziet. We moeten stoppen met extra regels, en gewoon meer kijken naar: wat is echt nodig?’

Lees ook

Beeld boven

Jarno Duursma: ‘Bij gebruik van A.I. komt altijd ook morele verantwoordelijkheid’

Hij is geen recruiter, heeft ook nog nooit in recruitment gewerkt. Wel is Jarno Duursma al vanaf 2014 met weinig anders bezig dan met de wereld van A.I. Als spreker gaf hij al meer dan 1.500 lezingen (onder andere bij TEDx), hij publiceerde tal van boeken, is LinkedIn AI Top Voice, en volgt dagelijks alle ontwikkelingen rondom A.I. En als zodanig is hij niet alleen keynote spreker op het komende congres AI & Talent: De toekomst van HR en recruitment, maar heeft hij ook wel een visie ontwikkeld op de inzet van A.I. in ons vak.

‘Ook in recruitment zie ik dat er steeds meer sprake is van ontbundeling.’

‘Kijk, mijn verhaal gaat niet worden: zo moet je als recruiter A.I. gebruiken. Ik zit op geen enkele wijze zo diep in dit vakgebied. Maar wat ik wel breed in de arbeidsmarkt zie, en ook in recruitment, is dat er steeds meer sprake is van ontbundeling. En daarmee bedoel ik dat de volledige functie nu in kleine taakjes wordt gesplitst. En een aantal van die taakjes kunnen gewoon heel goed door A.I. worden gedaan.’ Waarbij A.I. zich hard ontwikkelt, en elke dag slimmer wordt. ‘We kunnen nu cognitieve menselijke intelligentie simuleren in schaalbare machines die 24-7, 365 draaien. En het einde daarvan is nog lang niet in zicht.’

Paradox

Hij ziet in die razendsnelle ontwikkeling momenteel echter ook wel een paradox ontstaan, zegt hij. ‘Zo zien we aan de ene kant dat het loont om die versnelling te pakken, die first mover advantage van A.I. Maar aan de andere kant zie je ook dat je dan soms keihard wordt teruggefloten, omdat het gewoon zo in de praktijk niet werkt. Dat je dus die belemmeringen, die nadelen, die beperkingen van A.I. nog op dit moment, vaak niet kunt voorzien zonder dat je ze eerst hebt geprobeerd. Dat je bijvoorbeeld A.I. gebruiken om snel vacatures te schrijven, maar dat die kandidaat dan A.I. gebruikt om oneindig snel te solliciteren op van alles en nog wat.’

‘De recruiter van nu die gemakzuchtig A.I. inzet, krijgt dat als een boemerang terug.’

Zo leren we de komende jaren in de praktijk razendsnel wat A.I. wel, maar ook niet kan, en hoe het bepaalde werkzaamheden ook fundamenteel verandert, denkt Duursma. ‘De recruiter van nu die gemakzuchtig A.I. inzet, krijgt het dan als het ware als een boemerang terug van kandidaten die ook gemakzuchtig A.I. inzetten, waardoor die match tussen vraag en aanbod helemaal niet goed is. De recruiter die A.I. inzet voor tijdwinst, overzicht, betere kandidaten, betere matches, meer geld verdienen, zal ontdekken dat er ook een aantal dingen zullen gebeuren die je dus vooraf niet kunt hebben voorzien.’

Top level game

Denk aan sommige A.I.-systemen die nu de recruitmentmarkt overspoelen. ‘Fijn, in plaats van 4 gesprekken kan ik er nu misschien 7 op een dag doen, hoor je dan. Of nog veel meer. Maar dat betekent ook dat er minder tijd is om zo’n gesprek even te laten bezinken, even bijkomen, even de intuïtie voelen. Dat verdwijnt dan steeds meer naar de achtergrond, omdat dit soort software je dwingt steeds je top level game te spelen. In die zin vind ik recruitment trouwens wel een fantastische sector. Mensen experimenteren er veel. Sommige dingen werken wel, andere niet. Of nóg niet. Maar er is in elk geval wel veel ontwikkeling, zie ik.’

‘Uiteindelijk heb je ook de verantwoordelijkheid om je werk wel met je hart te blijven doen.’

Wat hij wel wil benadrukken: zorg dat altijd die menselijke maat behouden blijft. ‘Dat je bijvoorbeeld ook niet A.I. gebruikt om klakkeloos maar cv’s te selecteren. Je hebt als recruiter ook een morele verplichting, bijvoorbeeld om ook mensen mee te nemen die een klein gat in hun cv hebben, net niet die opleiding hebben, of een beetje dyslexie. Je kunt A.I. inzetten om dingen sneller, efficiënter, makkelijker te doen. Maar uiteindelijk heb je ook de verantwoordelijkheid om het met je hart te blijven doen. Om dus bijvoorbeeld niet A.I. in te zetten zodat je mensen kunt ontslaan of zo. Aan arbeid, werkgeverschap, zit ook een zachte sociale kant; het is je verantwoordelijkheid als recruiter om je ook op dat vlak hard te maken.’

Meer weten? 

Op 28 oktober vindt het congres AI & Talent: De toekomst van HR en recruitment plaats, waarin HR- en recruitmentprofessionals samenkomen om de kracht en toepassing van A.I. verder te ontdekken. Met onder meer Jarno Duursma en Caroline Tervoort-Visser. Lees er hier alles over:

AI & Talent

Inge van Dijk (CDA): ‘Moet er wel tot ’s avonds 12 uur gemaild en gebeld worden?’

Vandaag treedt ze ook op tijdens Het Groot Arbeidsmarktdebat in Den Haag. Maar recent kon CDA-Kamerlid Inge van Dijk dus ook al daarvoor oefenen, en wel als gast in de 8-delige podcastserie Het Arbeidsmarkt Akkoord, waarin Mascha van der Heijden, Geert-Jan Waasdorp en Arjan Elbers politici van verschillende partijen stevig aan de tand voelen over hun plannen om de wereld van werk beter te laten werken. Een kolfje naar de hand van de #4 op de huidige lijst voor de Kamerverkiezingen van 29 oktober, waar – als de peilingen niet bedriegen – het beste resultaat in jaren lijkt te lonken voor het CDA.

Dat de partij daarbij vaak het midden zoekt, blijkt al meteen uit Van Dijks antwoord op de eerste stelling, over de flexibilisering van de arbeidsmarkt. ‘Het CDA is van oudsher een partij die hecht aan vaste contracten, maar wij zijn natuurlijk niet blind voor wat er in de samenleving gebeurt, omdat er ook gewoon behoefte is aan flexibiliteit’, zegt ze bijvoorbeeld. ‘En dat kan dan bijvoorbeeld zijn omdat je dan zorgtaken beter kunt combineren. Wij vinden dat daar ook voldoende oog voor moet zijn. Vandaar dat we hebben gezegd van: wij vinden dat die zzp’ers aan de voorkant meer duidelijkheid moeten krijgen.’

‘Het CDA hecht van oudsher aan vaste contracten, maar is natuurlijk niet blind voor wat in de samenleving gebeurt.’

Maar de andere kant is er dus ook altijd, bij een politicus als Van Dijk. ‘Wij vinden wel dat er nu gehandhaafd moet worden op schijnzelfstandigheid. Dus wij hebben ook niet de motie ondersteund om dat weer een jaar uit te stellen.’ Waarbij ze schijnzelfstandigheid ziet als ‘mensen die toch min of meer gedwongen zelfstandige worden. Of mensen die gewoon volledig hetzelfde doen als de mensen in loondienst. Maar die wel een aparte status krijgen. Waardoor bepaalde processen binnen het onderwijs of de zorg toch ook echt vastlopen. Dat vind ik toch ook wel schijnzelfstandigheid, je bent dan natuurlijk geen echte zelfstandige.’

Codificering

Ze erkent meteen: dit soort discussies zijn vaak niet zwart-wit, en moeilijk precies te begrenzen. ‘Ik denk juist daarom ook dat we met heel veel uitdagingen in de samenleving eerst die discussie aan de voorkant goed moeten voeren, voordat je iets afspreekt met elkaar of voordat je een wet invoert of beleidsstuk maakt. Eerlijk gezegd heb ik het gevoel dat we nu vaak open normen ergens neerleggen, en dat we dan vervolgens aan de rechter laten, zal ik maar zeggen, om daar uitspraken over te doen – en dan werken we zo langzaam naar codificering toe. Ik weet niet of ik daar zo gelukkig van word.’

Discussie aan de voorkant dus, met allerlei scenario’s, en ‘misschien ook accepteren dat er altijd een stukje grijs gebied is’, dat is volgens haar de gewenste manier om met de huidige arbeidsmarkt om te gaan. Zo is het min of meer ook als het gaat om arbeidsmigratie, zegt ze. ‘Ik vrees dat de huidige harde toon over migratie over 5 jaar wel eens een andere toon zal moeten worden, namelijk: waar halen we de mensen vandaan? Ik merk dat nog eigenlijk niemand dat durft te zeggen. Als ik gewoon alle uitdagingen op elkaar leg die we in Nederland hebben, van woningbouw tot energie; dat gaat gewoon niet met de handjes die we nu hebben.’

Zó denigrerend

Ze is een van de eersten om de druk te erkennen die arbeidsmigratie geeft op de samenleving. ‘We weten inmiddels dat 60% van de mensen die op straat leven arbeidsmigrant zijn. Daar mogen we ons best voor schamen.’ Als wethouder in de gemeente Gemert had ze er van dichtbij mee te maken. ‘Op een gegeven moment schreef ik een nota schrijven over huisvesting van arbeidsmigranten. Nou, ik heb de eerste vergadering met mijn raad stilgelegd, omdat ik zei: het lijkt wel of we hier over dingen praten die niet menselijk zijn. Zó denigrerend. Als wij zo kijken naar mensen die voor ons het werk doen, dan komen we natuurlijk geen steek verder.’

‘We weten inmiddels dat 60% van de mensen die op straat leven arbeidsmigrant zijn. Daar mogen we ons best voor schamen.’

Waar we mogelijk wel mee verder komen, is A.I. Van Dijk toont zich in de podcast overigens geen voorstander van een A.I.-trainingsbudget voor elke Nederlander. ‘Ik denk dat we dit collectiever zullen moeten aanpakken dan het bij het individu neer te leggen’, zegt ze. ‘De markt zal zich op een gegeven moment misschien zo gaan ontwikkelen dat je daar van alles op kunt inkopen. Maar zo geldt het voor miljoenen mensen gewoon niet. Als we een budget vrijmaken om het beter te gaan organiseren voor mensen, kan ik al iets meer met de stelling. Maar om het zo 1-op-1 te koppelen aan een persoon, dat vind ik wel ingewikkeld.’

Geen werkloosheid faciliteren

Als ze kijkt naar de arbeidsmarkt, zegt ze zich al 10 jaar af te vragen waarom er nog steeds opleidingen bestaan die lijken op te leiden voor werkloosheid, ‘in plaats van toekomstbanen te faciliteren’. ‘Je ziet dat er vergrijzing aankomt, je ziet dat we steeds zuiniger moeten zijn op onze handjes en hoofden en toch laten we dit in een bepaalde mate gebeuren. Dus ik vind dat we daarin meer moeten gaan kiezen. En dat betekent dus ook durven stoppen met dingen die echt minder toevoegen aan de economie. Die ROC’s die gewoon elke keer een nieuwe opleiding bedenken, omdat ze wel leuk zijn in de marketing. Dat is gewoon hartstikke jammer.’

Wat ze wél zou willen, is wat meer discussie over het mentale welzijn van veel werknemers. ‘Al denk ik dat dit wel fundamenteler is dan alleen maar werknemer/werkgever-gerelateerd. Dan ga je echt terug naar het fundament: hoe leven we op dit moment samen met elkaar? Ik zeg altijd voor de grap in Den Haag: misschien moeten we weer een stukje slow politics leren, omdat ik ook geloof dat we daardoor betere besluiten nemen met elkaar. Ik denk dat we echt moeten nadenken over interventies die we kunnen doen om toch iets meer rust in die samenleving te creëren.’

‘Ik denk echt dat de arbeidsmarkt er enorm van profiteert als we Nederland een beetje weerbaarder weten te maken.’

En ja, dat kan werkgever/werknemer-gerelateerd zijn, zegt ze. ‘Moet er tot ’s avonds 12 uur gemaild en gebeld en geappt worden? Maar ik ben ook bang dat we er daarmee alleen niet gaan komen. Dat het ook te maken heeft met financiële weerbaarheid, en met de fysieke en mentale weerbaarheid. Ik denk echt dat die arbeidsmarkt er enorm van gaat profiteren als we Nederland weer een beetje weerbaarder weten te maken. Ik denk ook dat er wel een grens zit aan het aantal prikkels wat nog gezond is voor mensen. Daar zul je ook in een arbeidsmarkt wel degelijk rekening mee moeten houden.’

Lees ook

Berend Aptroot (VVD): ‘Er moet een totale deregulering komen, op zowel de arbeidsmarkt als de sociale zekerheid’

Op de kandidatenlijst van de VVD staat hij op plaats 51. Héél spannend lijkt het dus niet te gaan worden voor hem, op 29 oktober, als we de huidige peilingen mogen geloven. Toch is Berend Aptroot een uitstekende gesprekspartner voor de 8-delige podcastserie Het Arbeidsmarkt Akkoord, waarin Mascha van der Heijden, Geert-Jan Waasdorp en Arjan Elbers politici van verschillende partijen stevig aan de tand voelen over hun plannen om de wereld van werk beter te laten werken.

Heel spannend voor Berend Aptroot persoonlijk lijkt het op 29 oktober niet te worden…

Want de zoon van bekend ex-Kamerlid Charlie Aptroot is namelijk niet alleen nu zelf Kamer-kandidaat, hij is ook nog eens raadslid in Zoetermeer (waar zijn vader 8 jaar burgemeester was), maar bovendien hoofd voor de personele planning bij een bouwbedrijf, en voormalig medewerker van bekende bureaus als Randstad en Manpower. En als zodanig dus zeker een kenner van de huidige arbeidsmarkt. Maar dan dus natuurlijk wel op z’n VVD’s.

Overregulering

Dat blijkt ook meteen bij de eerste stelling de podcast, als het gaat over de flexibilisering van de arbeidsmarkt. ‘Je ziet dat er een behoorlijke overregulering is geweest op de hele markt. Daar zit natuurlijk ook de wet DBA bij, de wet die schijnzelfstandigheid wil aanpakken. En het is nu eigenlijk zover dat de helft van de zzp’ers met knikkende knieën op z’n werk zit, of die zijn werk nog wel kan doen. Dat moet echt anders. Dat merk ik politiek gezien, maar ik merk het ook in mijn huidige werk. Er is zóveel onduidelijkheid, zóveel onzekerheid. Uiteindelijk merk je gewoon dat het land daar last van heeft.’

‘Er is zóveel onzekerheid. Uiteindelijk merk je dat het land daar last van heeft.’

‘We zijn in sommige branches afhankelijk van zzp’ers. Uiteraard moet je uitbannen wat er slecht gaat, misbruik moet je hard aanpakken. Maar kijk naar de bouw, de sector waarin ik werk. Je moet er niet aan denken dat de zzp’ers daar stoppen, want dan lossen we de woningnood nooit op. Ik denk dat het overgrote deel in de flexbranche welwillend is. Die helpen mensen aan werk. We hebben nou eenmaal een fluctuerende economie en branches waarin je niet anders kan dan met pieken en dalen met flexwerkers te werken. Je moet alleen zorgen dat de welwillenden niet lijden onder de kwaden.’

Toptalentregeling

Zodra het gaat over arbeidsmigratie, heeft Aptroot het eerst over ‘het onbenut potentieel’ in eigen land, en over kijken naar wat iemand wel kan, in plaats van focussen op wat mensen niet kunnen. Maar hij heeft het ook over een zogeheten ’toptalentregeling’, waarmee onmisbare kennismigranten makkelijker naar Nederland zouden kunnen komen. ‘Want onze economie kan niet zonder. Zeker voor start-ups en scale-ups is het essentieel dat ze wat sneller kennis kunnen binnenhalen. Daar moet gewoon een goede regeling voor zijn, als we een beetje willen blijven meedoen op het Europees of misschien zelfs het wereldtoneel.’

‘Als jij wil investeren in een opleiding voor je mensen, moet je daar niet 30.000 regels voor hebben.’

Zo’n toptalentregeling mag hij dan dringend nodig vinden, verder toont Aptroot zich toch een echte VVD’er, met vooral een oproep tot mínder regulering. Zoals waar het gaat om medewerkers de beschikking te geven over een opleidingsbudget, bijvoorbeeld op het gebied van A.I. ‘Als jij wil investeren in een opleiding voor je mensen, moet je daar niet 30.000 regels voor hebben. In deze arbeidsmarkt moeten mensen een leven lang leren. Dan moet je mensen sneller kunnen omscholen en moet zo’n budget makkelijk toegankelijk zijn. En dan moet je niet, of het nou het bedrijfsleven is, of uitzendbureaus, of wie dan ook, alleen maar regels opleggen, waardoor het moeilijker wordt om te investeren in jouw mensen.’

Boete op gezond eten

Hij haalt het voorbeeld aan van een ondernemer in het Westland, die salades voor zijn personeel gratis maakte, maar daar vervolgens toch belasting over moest betalen. ‘Het wordt er daardoor niet makkelijker op gemaakt een goed werkgever te zijn’, stelt hij. ‘Ik denk dat de moeilijkheid is, en dat is een beetje Nederland eigen van de afgelopen 30 jaar, dat we van ieder exces dat ooit ergens plaatsvond, of het nou in de zorg of in het bedrijfsleven is, dat we dat als de norm zijn gaan zien. En dan moet daar een regel op, die we dan heel stringent gaan handhaven. Voor alle dingen waarvoor je eigenlijk een werkgever juist zou moeten belonen in plaats van straffen.’

‘Er zal een totale deregulering moeten komen, zowel op de arbeidsmarkt als de sociale zekerheid.’

In die zin zou hij wel ‘de hele arbeidsmarkt en sociale zekerheid opnieuw willen inrichten’, zegt hij. ‘We zitten nu vol met bureaucratische regels. Cao’s zijn soms 80, 90, 100 pagina vol. Die eindigen altijd bij een rechter. Dus er zal een totale deregulering moeten komen, zowel op de arbeidsmarkt als de sociale zekerheid. Om het echt makkelijker te maken. En dat moet erop gericht zijn dat werken meer moet lonen. Een baan moet de grootste zekerheid zijn. Bij die deregulering hoort voor mij ook de verbeterde wet Poortwachter die voor geen normale ondernemer te volgen is. En dat we echt zorgen dat het weer leuk is om mensen te kunnen aannemen.’

Vertrouwen in de ondernemer

Ga uit van het goede, zegt hij, en vertrouw ondernemers wat meer. Stop dus met bijvoorbeeld willen checken hoeveel mensen met het OV of met de auto komen. Al dat soort regeldruk, het kan Aptroot gestolen worden. ‘Als je uitgaat van vertrouwen in de ondernemer, kun je daar veel uithalen. Dan moet je ingrijpen waar het misgaat en niet van tevoren alles dicht willen tikken. Wat zou de arbeidsproductiviteit omhooggaan als je dit allemaal niet meer hoeft te doen…’

Lees ook

Rens de Boer (Volt): ‘We willen graag één Tinder voor de Europese arbeidsmarkt’

Als ambtenaar bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en met een derde plaats op de kandidatenlijst, achter huidig Kamerleden Laurens Dassen en Marieke Koekkoek mag de 36-jarige Rens de Boer misschien nog niet zo bekend zijn. Maar als de voortekenen niet bedriegen, maakt de geboren Zaankanter dit keer zelf ook kans op een Kamerzetel. En dan kan de eerder zelfbenoemde ‘minister van Preventie’ vanuit de Kamer verder gaan werken aan zijn ideeën over een meer gezamenlijke aanpak van werk, met bijvoorbeeld veel minder grensverschillen, één gezamenlijk minimumloon, en: een soort Tinder voor de Europese arbeidsmarkt.

In de 8-delige podcastserie Het Arbeidsmarkt Akkoord, waarin Mascha van der Heijden, Geert-Jan Waasdorp en Arjan Elbers, was De Boer recent te gast om er meer over te vertellen. ‘Schengen is niet af’, zei hij bijvoorbeeld daarbij. ‘We zeggen in Europa wel dat we vrij verkeer van mensen, middelen en goederen hebben, maar in de praktijk valt dat vies tegen. Dus wij zeggen ook vanuit Volt dat je dat veel meer als één geheel en één blok moet aanzien. Dat we de kracht van Europa nog veel beter kunnen benutten in dat opzicht. Dan gaat het bijvoorbeeld ook om diploma-erkenning, daar hebben we nog echt zo’n gigantische stap te maken.’

Geen race-to-the-bottom

Naast een Europese Tinder voor de arbeidsmarkt, waarbij je Europa-breed makkelijker kunt zien waar welk werk gevraagd wordt, pleit De Boer ook voor fiscale regels die een race-to-the-bottom en vergaande concurrentie tussen landen voorkomen. ‘Zodat je echt naar één arbeidsmarkt toe gaat.’ Dat betekent ook wat voor de uitwassen van arbeidsmigratie die we in Nederland nu ervaren, denkt hij. ‘Als je daar betere wet- en regelgeving voor maakt, zorg je dat je waarschijnlijk andere trends gaat zien. In één keer de bijl erin lijkt me geen goed idee, maar als je een trendverandering wil, dat wel.’

‘We halen nu nog te veel mensen hierheen die veel te afhankelijk zijn van hun opdracht- of werkgever.’

Als het aan Volt ligt, gaat Nederland sowieso wel duidelijker kiezen wat voor economie het wil hebben. De zorg, het onderwijs, maar ook de techsector, daar wil De Boer graag in investeren. Maar sectoren die veel vervuilen? Of sectoren waarin mensen in grotere getalen onbeschermd werk doen? Daarvoor zou hij graag meer regelgeving zien, zegt hij. Zelfs de term ‘moderne slavernij’ valt even. ‘Als ik iets morgen zou kunnen veranderen of na 29 oktober, dan zou ik echt willen zeggen dat we die misstanden in de arbeidsmigratie voorkomen. We halen nu nog mensen hierheen die veel te afhankelijk zijn van die opdrachtgever of werkgever.’

Silicon Europe

Van Silicon Europe tot A.I. die sollicitatiebrieven schrijft die vervolgens weer door A.I. worden beoordeeld, en van een Europees Digital Identity Wallet tot hybride docenten en de diplomademocratie; in de podcast passeren nog veel meer onderwerpen de revue. En ook de Arbeidsinspectie, die volgens De Boer meer versterkt mag worden om de misstanden aan te pakken. ‘Ik heb nog even de getallen opgezocht, maar we hebben bij de Arbeidsinspectie ongeveer 200 FTE. En er zijn 20.000 uitzendbureaus.’ Dat zou van hem anders moeten. ‘Dus je zult ook gewoon de portemonnee moeten trekken om die Arbeidsinspectie meer slagkracht te geven.’

Maar hij pleit aan de andere kant ook voor meer vertrouwen. Bijvoorbeeld als het gaat om het wederzijds erkennen van diploma’s in Europa. ‘We moeten erop durven vertrouwen dat een arts die in Duitsland werkt ook prima een arts kan zijn in Nederland en andersom. Ook als het gaat over verpleegkundigen, maar ook als het gaat over de IT en de tech sector en universiteiten. . We hebben een gigantische krapte en dan gaan we ineens moeilijk doen over, ja, is dat diploma wel goed genoeg? Als we dat veel meer gaan harmoniseren, gaan we onszelf een heel grote dienst bewijzen in deze tijd waarin zoveel van ons gevraagd wordt.’

Lees ook

Credit foto boven

Eddy van Hijum (NSC): ‘Flexwerk is in Nederland te veel uit de klauwen gelopen’

Als minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zat Eddy van Hijum tussen juli 2024 en half augustus 2025 dicht op het vuur. Maar toen minister Veldkamp uit het kabinet stapte, volgde hij die stap, net als de overige overgebleven NSC-bewindslieden. Nu strijdt hij als NSC-lijsttrekker voor een nog enigszins redelijke uitslag bij de verkiezingen van 29 oktober, zodat hij straks in elk geval nog in de Tweede Kamer zijn werk aan een eerlijker arbeidsmarkt kan voortzetten. In de 8-delige podcastserie Het Arbeidsmarkt Akkoord van Mascha van der Heijden, Geert-Jan Waasdorp en Arjan Elbers legt hij uit hoe hij dat wil doen.

En dat hij goed voorbereid is, dat blijkt alleen al uit de setting. Op een poster achter hem is namelijk duidelijk te lezen: ‘Vaste baan als norm? Zeker doen!’ Waarmee de toon natuurlijk meteen gezet is. ‘We hebben te maken met een arbeidsmarkt met een grote tweedeling tussen vast en flex’, zegt hij. ‘Dat probleem is jarenlang gegroeid. Nederland is kampioen flexwerk. En dan gaat het over uitzendbanen, detachering, zzp’ers, schijnzelfstandigheid. En dat is in Nederland behoorlijk uit de klauwen gelopen. Voor een deel past dat misschien bij een ontwikkeling waar het een bewuste keuze van mensen is. Maar voor een belangrijk deel ook niet.’

‘Niet gezond’

Flexibele constructies op de arbeidsmarkt zijn volgens Van Hijum vaak ‘een verdienmodel’ geworden, ‘wat niet gezond is. In een aantal sectoren zie ik een heel scheve verdeling van 60, 70% van mensen die in uitzend- of in flexibele constructies werkt en niet meer in vaste dienst is. Ik vind dat niet kloppen, omdat dat in Nederland ook sterk gekoppeld is aan de rechten die je als werkende hebt. Dus je recht op een arbeidsongeschiktheidsverzekering, je recht op pensioen, scholing, een werkloosheidsuitkering, al die dingen. In de praktijk leidt die tweedeling op de arbeidsmarkt zo ook tot een ongewenste scheefgroei tussen arm en rijk.’

‘Er is nog een grote groep mensen die in draaideurconstructies en flexibele baantjes blijft hangen.’

Ja, ook als SZW-minister wilde hij dat al graag veranderen. En hij heeft zich er ook zeker voor ingezet. ‘Maar het schiet nog niet erg op’, geeft hij ook toe. ‘We zullen dat echt met een aantal wetten en maatregelen nog verder moeten bijsturen. We zijn nog niet eens halverwege met de uitvoering van al die afspraken. Dus er is nog een weg te gaan. Er is nog een heel grote groep mensen die in draaideurconstructies en flexibele baantjes blijft hangen. Daar komt de groep arbeidsmigranten nog eens bij, waar we bepaalde sectoren bovenmatig van afhankelijk zijn. En ik vind dat we dat moeten terugdraaien, dat we de balans moeten herstellen.’

Eddy van Hijum: ‘Flexwerk is te vaak een verdienmodel geworden.’

Rijnlandse model

In de podcast toont Van Hijum zich fan van het zogenoemde Rijnlandse model, waar kort gezegd werkgevers niet alleen voor de maximale winst gaan, maar ook oog hebben voor hun omgeving en hun werknemers. ‘Mensen die worden gedumpt op het moment dat het contract afloopt en dan dakloos op straat lopen, weet je, dat past niet bij Nederland. En dat is wel waar we nu op dit moment tegenaan lopen. Ik vind: dat wentel je niet af op kwetsbare mensen of de omgeving.’

‘Je moet ook keuzes durven maken over wat voor economie je wilt zijn.’

Zo kijkt hij ook naar het probleem van arbeidsmigratie. ‘Als we de bevolkingsgroei in Nederland een beetje in toom willen houden, gematigde groei willen hebben, moet je wel streng durven zijn op wie je nog toelaat. En dan moet je ook keuzes durven maken over wat voor economie je wilt zijn. En ook durven kiezen van waar je dan wel arbeidsmigranten wil toelaten, en waar je zegt, nou, hier mag het wel een tandje minder, hier moeten we meer investeren in innovatie, robotisering en automatisering, of we vinden het niet erg dat deze werkgelegenheid voor een deel ook naar andere landen verschuift. Zoals in de vleessector.’

Quality jobs

Hij durft daar best harde keuzes in te maken, zegt hij, om zo lage lonen, misstanden op de werkvloer, uitbuiting en wantoestanden in de woonomgevingen tegen te gaan, ‘Door te kiezen voor wat ze in Europa dan quality jobs noemen, zorg je dat je veel meer op de kwaliteit van arbeid gaat sturen. Maar ook door de onbenutte arbeidsreserve die we in Nederland hebben, want we hebben nog heel veel mensen die gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn. Er zijn statushouders die we niet aan het werk krijgen. We hebben werklozen die nog werk zoeken. Dus zorg dat het ook voor werkgevers aantrekkelijk wordt om met die mensen aan de slag te gaan.’

Het zijn dat soort vragen waar hij als politicus bedrijven graag mee zou helpen. ‘Daar ben ik dus meer voor dan steeds verder kijken van: hoe halen we toch nog meer mensen hier vandaan om datzelfde verdienmodel overeind te houden?’ Een verhoging van het minimumloon, bijvoorbeeld naar 18 euro, kan daarbij ook een steentje bijdragen, zegt hij. ‘Naast overigens het feit dat het minimumloon sowieso de afgelopen decennia bij de welvaartsontwikkeling is achtergebleven, waardoor je in Nederland eigenlijk niet meer van een minimumloon kunt rondkomen en afhankelijk bent geworden van een woud aan toeslagen, met alle ellende van dien.’

Heilige huisjes

Het gesprek raakt zo nog veel meer punten aan, van individuele scholingsrechten en Leven Lang Ontwikkelen tot versterking van de Arbeidsinspectie, een goede samenwerking met het mbo, praktijkleren, de Wtta, zelfregulering en de opkomst van A.I. Maar wat hij vooral nog eens wil onderstrepen, is dat het hem er niet alleen om gaat flex minder flex te maken, maar dat daar ook andere kant van de medaille bij hoort: vast minder vast. ‘Ik vind dat we daar te weinig oog voor hebben gehad. Dat blijft een kwetsbaar punt van het Nederlandse model, vind ik, als je het bijvoorbeeld vergelijkt met Denemarken.’

‘Ik denk dat je werkgevers in staat moet stellen om niet op risico’s te hoeven selecteren.’

Bij de Denen is het ontslagrecht een stuk soepeler, maar heb je wel een stevig vangnet als je je baan verliest. Meer werkzekerheid dan baanzekerheid, met andere woorden. Daar zouden we in Nederland van kunnen leren, stelt Van Hijum. ‘Ik denk echt dat je werkgevers ook in staat moet stellen om mensen in vaste dienst te nemen en niet op risico’s te gaan selecteren. Dat is namelijk iets wat we nu in Nederland wel heel erg in de hand werken. Het is heel belangrijk dat we op een andere manier naar die heilige huisjes gaan kijken, zodat we ook daar toekomstbestendig kunnen worden.’

Lees ook

Credit foto boven

Het Arbeidsmarkt Akkoord: Hoe denkt Esmah Lahlah (GroenLinks-PvdA) over de arbeidsmarkt?

Toen ze nog in Tilburg wethouder was, maakte ze ooit naam door een maand lang te leven op bijstandsniveau. Zij werd datzelfde jaar door het tijdschrift Binnenlands Bestuur verkozen tot Beste Lokale Bestuurder van 2021. Voor de Tweede Kamerverkiezingen van november 2023 stond Esmah Lahlah tweede op de lijst van GroenLinks-PvdA. Ze behaalde 217.789 voorkeurstemmen, met afstand het meeste van de niet-lijsttrekkers. En ook dit jaar staat ze op #2 van de kandidatenlijst. Als zodanig is ze ook de tweede gast in de 8-delige podcastserie Het Arbeidsmarkt Akkoord, waarin Mascha van der Heijden, Geert-Jan Waasdorp en Arjan Elbers politici van verschillende partijen stevig aan de tand voelen over hun plannen om de wereld van werk beter te laten werken.

Een van de ideeën die ze daarbij zelf heeft: ‘We moeten stoppen met mensen in onzekerheid laten leven. En dat betekent in mijn ogen: stoppen met te lage lonen en inkomens die mensen niet vooruit helpen. Stoppen met tijdelijke contracten als de standaard. En we moeten stoppen met een vangnet dat wantrouwen uitstraalt in plaats van vertrouwen. En ook stoppen, dat vind ik echt heel belangrijk, met beleid of de framing dat werkenden en werkgevers tegenover elkaar zet. Want ik zie gelukkig heel veel voorbeelden, zeker in de regio waar ik vandaan kom, waar veel mkb is, waar ondernemer graag mensen in dienst hebben en vooruit willen helpen en de werknemer ook heel graag aan de slag wil voor de werkgever. Het zijn dus niet twee kampen die met de rug tegen elkaar staan.’

Investeren in mensen

Dat dus waarmee we in haar ogen moeten stoppen. Maar waarmee zouden we juist moeten beginnen? ‘Wat mij betreft met: investeren in mensen. Dat loont namelijk altijd. Dus dat betekent, als ik hem dan van onderop opbouw, dat je begint met een sociaal vangnet, waarop iedereen die daarop een beroep moet doen, in elk geval kan terugvallen. En dan in alle rust kan nadenken over de volgende stap. Dat betekent wat mij betreft basisbanen creëren, voor iedereen die wil bijdragen aan de samenleving. Dat vraagt ook iets van werkgevers.’

Gelukkig ziet ze dat in de praktijk ook vaak ontstaan. Zo ontving ze recent nog een berichtje van Dennis Schoormans van het Tilburgse Schlappi Markiezen, dat twee jaar geleden iemand aannam die niet volledig voldeed aan het vacatureprofiel, maar na veel investeren nu toch een vast contract krijgt. ‘Die kan dan weer voor zijn gezin zorgen. En ziet het leven weer zitten. Zo iemand is dan super dankbaar en loyaal.’

‘Wat ook heel erg nodig is, een eerlijke, rechtvaardige arbeidsmarkt, waar vertrouwen het uitgangspunt is.’

Als we op een andere manier durven kijken naar werk, kunnen we zo nog veel meer winst boeken, zegt ze. ‘Dus niet in de klassieke vorm, maar misschien kijken naar taken in plaats van in functies. En natuurlijk, wat ook heel erg nodig is, een eerlijke, rechtvaardige arbeidsmarkt, waarin zorg, onderwijs, publieke sector beter beloond worden en waarin we de kracht van de lokale initiatieven veel beter benutten. En waar vertrouwen het uitgangspunt is.’

Stop de uitbuiting

Als het gaat over arbeidsmigratie, verwijst ze allereerst naar de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen. ‘Die heeft gekeken naar wat ons land kan dragen als je het bijvoorbeeld hebt over de verzorgingsstaat. Dan zie je dat het aantal arbeidsmigranten de afgelopen kabinetten ontzettend is toegenomen. Ik denk dat het goed is te kijken hoe je aan die knop kunt draaien. Maar dan heel specifiek, dus niet in alle sectoren. Want we hebben gewoon heel veel handjes nodig. Er moeten heel veel woningen gebouwd worden. We hebben mensen nodig in de zorg. Maar kunnen we alsjeblieft met elkaar het gesprek voeren over die sectoren waarin mensen slecht worden betaald, worden uitgebuit, en waarin de planeet wordt uitgebuit?’

‘Kunnen we met elkaar het gesprek voeren over die sectoren waarin mensen worden uitgebuit?’

Daaraan is in de afgelopen tijd echt te weinig gedaan, zegt ze. Met alle gevolgen van dien. Mensen die op straat of in de bosjes slapen, worden uitgebuit door slecht willende werkgevers. ‘Daar moeten we wel met elkaar het gesprek over hebben. Is dit de economie en is dit het land waar we naar toe willen? Ik denk van niet.’

Positief over A.I.

Als het gaat over de snelle technologische ontwikkelingen, is Lahlah eigenlijk heel optimistisch. ‘Bij eerdere technologische ontwikkelingen vreesden we ook vaak voor verdringing op de arbeidsmarkt, dat mensen hun baan zouden kwijtraken. Maar we hebben gezien: het kan ook werkgelegenheid creëren. Dus als je er op een andere manier naar kijkt, kun je het ook ten positieve inzetten, maar dan moet je dus wel iets doen om ook te zorgen dat je die vaardigheden ook ontwikkelt, dat je A.I. kunt gebruiken ter ondersteuning. De krapte zal nog lange tijd aanblijven. Daarvoor hebben we die technologische ontwikkeling ook gewoon nodig.’

‘We moeten met ondernemers samen kijken hoe iedereen dat plekje vindt waar zijn talenten tot wasdom kunnen komen.’

Datzelfde optimisme zien we bijvoorbeeld ook als ze het heeft over de inclusieve arbeidsmarkt, iets waarvoor in haar ogen werkgevers en overheid sámen verantwoordelijk zijn. ‘Die Tilburgse ondernemer waar ik het net over had, die zal tot de laatste dag dat hij ademt trots erop zijn dat hij die kans heeft gerealiseerd en dat meer onthouden dan de winsten die hij heeft gemaakt. Dat vind ik inspirerend, om zo samen te kijken hoe iedereen dat plekje ook vindt waar zijn talenten tot wasdom kunnen komen. Ik denk dat we daarin dan ook echt nog grote slagen kunnen maken.’

Lees ook

Het Arbeidsmarkt Akkoord: Hoe denkt Hans Vijlbrief (D66) over de arbeidsmarkt?

Als staatssecretaris voor Mijnbouw had Hans Vijlbrief tot midden vorig jaar de belangrijke opdracht de problemen van mensen in Groningen door de gaswinning goed aan te pakken. Nu houdt hij zich als D66-Kamerlid onder meer bezig met de arbeidsmarkt in de breedste zin des woords. En is als zodanig de eerste gast in de 8-delige podcastserie Het Arbeidsmarkt Akkoord, waarin Mascha van der Heijden, Geert-Jan Waasdorp en Arjan Elbers politici van verschillende partijen stevig aan de tand voelen over hun plannen om de wereld van werk beter te laten werken.

Vijlbrief, onder meer bijzonder hoogleraar Economische Politiek aan de Vrije Universiteit van Amsterdam, heeft het daarbij onder meer uitgebreid over het adagium ‘flex minder flex, en vast minder vast’. ‘Ik vind eigenlijk dat we moeten uitkijken dat we niet doorschieten nu bij zzp’ers, om die niet het leven zó zuur te maken dat we die flexibele schil helemaal verliezen.’ En aan de andere kant, bij de vaste medewerkers? ‘Ik vind dat we eigenlijk te weinig eraan hebben gedaan om vanuit vaste contracten afscheid van elkaar te kunnen nemen. Dat kost toch nog steeds heel veel geld, of is nog steeds heel ingewikkeld.’

‘Iets aparts’

Vijlbrief was een van de Kamerleden die eerder dit jaar, samen met VVD’er Thierry Aartsen, Inge van Dijk (CDA) en André Flach (SGP), een initiatiefwet over zzp’ers naar buiten bracht, die beoogde makkelijker duidelijk te maken wanneer iemand nou als zzp’er mag werken voor een zakelijke opdrachtgever, en wanneer niet, een dossier dat nog steeds veel emoties en politieke strijd oplevert. ‘We proberen de zzp’er niet meer te duwen in de categorie ondernemers met personeel en zo. En we proberen hem of haar ook niet meer te duwen in de categorie werknemer, maar we proberen er nou iets aparts voor te maken’, vat hij het samen.

Want de VBAR, het wetsvoorstel van het vorige kabinet, past volgens Vijlbrief ‘eigenlijk niet goed bij de moderne arbeidsmarkt’. Iets wat bevestigd werd door de vele positieve reacties op hun initiatiefwet uit de wereld van de zelfstandigen zelf, zo merkt hij op. ‘We hebben van tevoren ook veel contact gehad met arbeidsrechtdeskundigen die ook zeiden: nou, dit zou toch wel eens de betere oplossing kunnen zijn.’

Kennisland

Vijlbrief krijgt in de podcast ook vragen voorgelegd over arbeidsmigratie. Hij toont daar zowel kritisch als genuanceerd over, en zegt ‘dat het niet goed is om in Nederland een economie te hebben die eigenlijk drijft op lage lonen, waarbij veel misstanden voorkomen. Dus zorg nou bijvoorbeeld dat je afkomt van allerlei grote logistieke centra, seizoenswerk, slachterijen. En laat alleen nog maar arbeidsmigranten toe op het moment dat we er wat aan hebben. Dat zit voor mij overigens over de hele breedte van de arbeidsmarkt: vanaf de verpleegster en de mensen in de horeca tot aan mensen die bij ASML werken.’

‘Als je zonder differentiatie paal en perk stelt aan migratie, loopt de economie gewoon vast.’

Wel zegt hij het aan de andere kant het ook ‘ongelooflijk naïef’ te vinden van sommige partijen ‘dat ze daar echt paal en perk aan willen stellen. Want als je dat doet zonder differentiatie, dan loopt de economie gewoon vast. Als ASML geen mensen meer kan inhuren uit het buitenland, of als we geen verplegers kunnen aantrekken, wordt het heel moeilijk. Als je in Nederland zo’n kennisland bent, dan ben je gewoon ontzettend afhankelijk van professionals uit alle landen. ‘

Altijd blijven leren

Waarna het gesprek op een van de ‘kroonjuwelen’ van D66 komt. En dan niet: het referendum of de gekozen burgemeester, maar: opleidingen. ‘Wij hebben in ons programma weer de gedachte staan dat we iedere Nederlander een eigen persoonlijk budget willen geven voor onderwijs in het algemeen. Geef mensen nou gewoon een budget waarmee ze gedurende hun leven steeds hun skills kunnen bijspijkeren. Ooit heette dat employability, het heeft in de loop der tijd allerlei namen gehad. Maar op een of andere manier zijn we er nooit in geslaagd om dit idee nou echt goed voor te geven.’

‘De grootste belemmering bij mensen om zichzelf op te leiden is meestal dat ze helemaal niet eraan toekomen.’

Nu met de opkomst van A.I. zou het juist wel weer eens heel interessant kunnen zijn, stelt Vijlbrief. ‘A.I. gaat superingrijpend zijn in alles wat wij doen. Voor het eerst kunnen een aantal competenties worden weggeautomatiseerd waarvan wij altijd dachten dat die niet te automatiseren waren, omdat die in ons hoofd zaten. Maar dat is toch wel pech, want we blijken dat nu toch te kunnen.’ En juist dan zou een budget, en ook meer tijd, voor opleidingen volgens hem een uitkomst kunnen zijn. ‘De grootste belemmering bij mensen om zichzelf op te leiden tijdens hun werk is namelijk meestal dat ze daar nu helemaal niet aan toekomen.’

Scandinavische model

Het gesprek raakt daarna ook tal van andere aspecten, van de ‘zachte landing’ van zzp’ers tot een trapsgewijze WW, en van het ‘Scandinavische model’ om mensen aan het werk te krijgen, tot het beter belonen van mensen die hun transitievergoeding gebruiken om aan hun skills te werken, en het verwelkomen van enige ontspanning op de arbeidsmarkt. ‘Omdat we zo ongelooflijk veel mensen nodig hebben op bijvoorbeeld Defensie, maar ook om de netcongestie aan te pakken. Enige vorm van balans en elkaar scherp kunnen houden, zowel aan werkgevers- als aan werknemerskant, is goed voor de productiviteit’, zegt hij.

‘Enige vorm van balans tussen werkgevers en werknemers is goed voor de productiviteit.’

Waarmee de balans voor D66 toch weer min of meer in het midden lijkt te liggen. En de piketpaaltjes voor de rest van de podcastserie in elk geval duidelijk gezet zijn. ‘Mooi, dan hebben we toch weer heel wat problemen opgelost met elkaar’, zoals Van der Heijden lachend de eerste aflevering besluit.

Lees ook

Foto boven: Martijn Beekman

Gert-Jan Segers over arbeidsmigratie: ‘Ik zie helaas veel ontkenning van de problemen’

Een goede timing kan OTTO Work Force niet ontzegd worden. Het thema ‘arbeidsmigratie’ staat in elk geval volop in de belangstelling. Of het nu door de huidige verkiezingscampagne is, door een rapport van de SER of de OVV, of gemeenten die nauwelijks zicht hebben op hun aantal, van links tot rechts lijkt men het erover eens: zoals het nu gaat, zó kan het niet langer. Hoe het dan wél moet? Precies daarop probeert OTTO’s (herziene) DeltaplanVoorkomen dat Nederland vastloopt een antwoord te formuleren. Met voormalig CU-fractievoorzitter in de Tweede Kamer Gert-Jan Segers als onvermoeibaar pleitbezorger ervan.

‘Het feit dat iedereen maar een uitzendbureau kan beginnen in Nederland, dat is natuurlijk absurd geweest.’

‘Het feit dat iedereen maar een uitzendbureau kan beginnen in Nederland, dat is natuurlijk absurd geweest’, zegt hij bijvoorbeeld in een recente podcast met Werf&, opgenomen voor de tweede editie van het congres over Internationalisering van de Arbeidsmarkt, dat eind november in Den Haag wordt gehouden, en waar Segers zelf ook een van de sprekers is. ‘In Nederland is arbeidsmigratie geproblematiseerd, en terecht, omdat er ook veel misstanden mee zijn. Alleen: daarmee is het kind met het badwater weggegooid.’ En dus wordt het volgens hem tijd om weer op een andere manier naar het probleem te leren kijken.

Regie en menselijkheid

Nederland staat namelijk onder druk. In sectoren als zorg, techniek, energievoorziening, logistiek en bouw dreigen tekorten aan mankracht het land stil te zetten. Wachttijden in de zorg lopen op, nieuwbouwprojecten stagneren en de energietransitie komt in gevaar, schetst het Deltaplan. En zonder arbeidsmigratie gaan die problemen alleen maar verergeren. Maar dan moet het dus wel anders dan we tot nu toe gewend zijn. Het is tijd voor én meer regie én meer menselijkheid, aldus Segers. Dus: een duidelijke focus op het bestrijden van misstanden en tegelijk het waarborgen van goede leefomstandigheden.

‘Veel politici lopen in de campagne nu met een heel grote boog om dit onderwerp heen.’

‘Veel politici lopen in de campagne nu met een heel grote boog om dit onderwerp heen. Ik zie daar wel ontkenning van het probleem. En veel wensdenken. Maar daarmee verdwijnt het natuurlijk niet. Je doet daarmee het probleem geen recht. En je doet ook de in het Deltaplan aangedragen oplossing van circulaire arbeidsmigratie geen recht. Dat gaat om een moreel verantwoorde oplossing, onder heel goede en strikte voorwaarden. Terwijl wij nu spreken met koepels in de zorg, met netbeheerders, die allemaal zeggen: ‘dit zou ons kunnen helpen. Dit is een route die wij willen omarmen.’ Dus waarom wordt het niet opgepakt?’

Enerzijds/anderzijds

Het Deltaplan waar Segers het over heeft betoogt twee dingen tegelijkertijd. Enerzijds het aanpakken van misstanden als het gaat om arbeidsmigranten, maar anderzijds wel een ethische vorm van arbeidsmigratie niet onmogelijk maken. Omdat anders alles vastloopt in Nederland. ‘Je móet strenger handhaven’, zegt hij bijvoorbeeld. ‘Je moet veel meer reguleren. De meerderheid van de uitzendbureaus is gewoon niet georganiseerd. Er is geen toezicht op, geen handhaving. Dat is zeer onverantwoord. Dan drijf je mensen eigenlijk in handen van soms echt gewoon koppelbazen. Dat is in een beschaafd land onbestaanbaar.’

‘Er moet veel strenger tegen immorele praktijken worden opgetreden.’

‘Maar er zijn ook sectoren die het graag goed willen en kúnnen regelen. Dus ja, je moet gaan differentiëren tussen slechte praktijken, immorele praktijken, mensen die hun baan verliezen en dan op straat worden gezet, dat kan niet. En daar moet veel strenger tegen worden opgetreden. Daar hebben we allemaal voorstellen voor gedaan. En aan de andere kant moet je ook ruimte maken voor goedwillende werkgevers. Die zeggen: in dit model waarin mensen uiteindelijk weer teruggaan naar hun land en de kennis en kunde voor hun eigen land kunnen inzetten, daar wil ik me wel sterk voor maken.’

Achter de schermen

In de zorg zijn zo al behoorlijk wat pilots gaande met verpleegpersoneel vanuit de Filippijnen en Indonesië. En in de energietransitie start binnenkort ook een pilot met deze vorm van meer circulaire arbeidsmigratie, vertelt Segers. Gelukkig maar, zegt hij, want het probleem is echt urgent. ‘De economische schade loopt bijvoorbeeld echt in de tientallen miljarden omdat we het energienet niet verzwaard hebben. Ik denk dat we nu op een punt staan dat we voelen dat het vast dreigt te lopen. Dat gevaar is heel reëel. En met circulaire arbeidsmigratie, die niet ten koste gaat van andere landen, is dat in elk geval deels te verlichten.’

‘Een nuchtere afweging doet inzien dat dit een goede route is.’

Als hij achter de schermen met politici hierover praat, hoort hij vaak opvallend veel instemming. ‘Voor de schermen is dat dan weer wat lastiger. Maar iedereen die we dit uitleggen, zegt eigenlijk: ja, dit is een heel mooi model. Dus daarom denk ik eerlijk gezegd dat het een kwestie van tijd is voordat het beeld omslaat. En dat die vakkrachtenregelingen voor cruciale sectoren die we bepleiten op tafel komen te liggen. Een nuchtere afweging doet inzien dat dit een goede route is. Alleen ik ben bang dat je dat beter na de verkiezingen rustig kunt bespreken dan in een oververhitte campagne waarin migratie toch weer hét probleem is.’

Alles is nodig

Niet dat arbeidsmigratie in zijn ogen dé oplossing voor alles is. ‘Er zijn heel veel arbeidsmarktmaatregelen die je in Nederland moet nemen. Van statushouders inzetten tot innovatie, en van jongeren aanmoedigen vaker voor techniek te kiezen tot mensen die langs de kant staan goed begeleiden naar een baan.’ Ook OTTO Work Force neemt daar trouwens zijn rol in, met bijvoorbeeld een project om statushouders om te scholen en aan het werk te krijgen. ‘Het is dus in mijn ogen dus ook niet zo dat arbeidsmigratie de eerste en de makkelijkste oplossing mag zijn. Wat het natuurlijk wel lang geweest is.’

‘Het is nu voor te veel werkgevers ook simpelweg een rekensom. Wat is de kans dat ik word gepakt?’

Maar als je het beter reguleert, kan het dus wel degelijk een belangrijke bijdrage leveren, gelooft hij. ‘Het is nu voor te veel werkgevers ook simpelweg een rekensom. Wat is de kans dat ik word gepakt als ik de regels overtreed? Wat is de boete die ik moet betalen? Ja, weet je, die betalen dat fluitend en gaan weer door. De kans dat de Arbeidsinspectie langskomt is ook niet zo heel groot. Op 20.000 bureaus gaat het om enkele tientallen per jaar. Daarom pleiten wij er in het Deltaplan ook voor om ook de Arbeidsinspectie uit te breiden en te versterken. Alleen dan kan Nederland concurrerend, eerlijk en menselijk blijven functioneren.’

Het hele interview?

Beluister hier de hele podcast:

Meer weten?

Meer weten over de inzet van internationale medewerkers? Of wil je gewoon meepraten met iedereen die ertoe doet in deze wereld? Schrijf je dan nu in voor het Congres Internationalisering van de Arbeidsmarkt:

Internationalisering

Lees ook

Zo maakt Kiwa van een afwijzing een kans voor de toekomst

Organisaties ontkomen er niet aan: het afwijzen van kandidaten. Soms sluit een profiel niet aan bij de functie, soms spelen ervaring of opleidingseisen een rol. Toch is het opvallend hoe vanzelfsprekend dit proces van afwijzen vaak verloopt. Een gemiste kans, zegt Lia Gort – van der Meulen, Young Talent Recruiter bij Kiwa (foto boven). Want iedere kandidaat beschikt volgens haar over unieke talenten en skills die ergens anders wél van waarde kunnen zijn.

‘Hoe zorgen we dat kandidaten die nu (nog) niet passen, later of elders wel tot hun recht komen?’

Kiwa is internationaal partner in testen, inspecteren en certificeren, met gemiddeld 60 tot 70 openstaande vacatures in Nederland. Geen makkelijke opgave, aldus Gort – van der Meulen. ‘Voor specialistische functies is het soms heel moeilijk om mensen te vinden. Ervaren krachten zijn schaars en jongeren kennen ons bedrijf vaak nog niet. Dan is het belangrijk om breder te kijken: hoe zorgen we dat kandidaten die nu (nog) niet passen, later of elders wel tot hun recht komen?’

Beeld van de vacaturesite van Kiwa

Ambassadeurs creëren

Het is een uitdaging die, onder andere door de krappe arbeidsmarkt, veel organisatie tegenwoordig herkennen. Talent dat vandaag niet helemaal past binnen een bepaalde functie of team, kan morgen juist een waardevolle aanvulling zijn bij een ander bedrijf. Vanuit die gedachte is Kiwa ook aangesloten bij The Talentpool Community om kandidaten niet verloren te laten gaan, maar hun kwaliteiten breder zichtbaar te maken. Zo kan waardevol potentieel behouden blijven, krijgen kandidaten makkelijk nieuwe kansen en versterken organisatie gezamenlijk hun toegang tot talent dat anders buiten beeld zou blijven.

‘Wij vinden het belangrijk dat iedereen met een positief gevoel weggaat, ook al zijn ze niet aangenomen.’

‘Wij vinden het belangrijk dat iedereen met een positief gevoel weggaat, ook al zijn ze niet aangenomen’, aldus Gort-van der Meulen. ‘Dankzij The Talentpool Community kunnen we nu een afwijzing persoonlijker en vriendelijker maken. Daarmee creëer je eigenlijk ambassadeurs, mensen die misschien later terugkomen of ons aanbevelen bij anderen.’ Een afwijzing hoeft zo namelijk niet te betekenen dat de ‘verbinding’ wordt verbroken, zegt ze; het kan juist het begin zijn van een duurzame relatie.

Skills-based matching 

Binnen The Talentpool community speelt skills-based matching een belangrijke rol. In plaats van alleen te kijken naar diploma’s, of functietitels, worden kandidaten gematcht op basis van hun skills en talenten. Dat sluit mooi aan bij de overtuiging van Kiwa’s Gort-van der Meulen. ‘Ik ben zelf echt een aanjager van skills-based werven. Voor sommige functies zijn we nog gebonden aan diploma-eisen, maar voor veel andere rollen willen we juist meer kijken naar wat iemand kan en mee brengt. Juist door meer te kijken naar iemands vaardigheden en potentieel, kunnen we nieuw talent aantrekken dat perfect past bij onze waarden en ambities.’

‘Zo wordt een doorverwijzing een moment van verbindingen die anders niet zouden ontstaan.’

De nieuwe werkwijze heeft er niet alleen al toe geleid dat kandidaten die bij Kiwa helaas niet konden worden aangenomen, nu bij andere werkgevers in het vizier komen. Ook Kiwa zelf heeft al nieuwe hires te danken aan The Talentpool Community, aldus Gort-van der Meulen. ‘Zo wordt een doorverwijzing een moment van verbindingen die anders niet zouden ontstaan.’

Over de auteur

Dit artikel is geschreven door Yente van den Bosch, marketing- en communicatieadviseur bij The Talentpool Community.

Wat Wim van den Nobelen in zijn boek wil duidelijk maken over ondernemers in recruitment

Mede dankzij zijn wekelijkse column op Werf& is Wim van den Nobelen al jaren een bekende naam in de Nederlandse recruitmentwereld. Maar een boek, dat had hij nog niet op zijn naam staan. Hoewel het wel al lang een soort droom van hem was. Met het verschijnen van Van recruiter naar ondernemer is die droom nu uitgekomen. Tijd voor een kort interview!

> Waarom een boek?

‘Ik had dit al langer in mijn hoofd zitten. Door de verkoop van Strictly People had ik er ook meer ruimte voor, en ben ik er gewoon eens even een maand voor gaan zitten. Elke dag een stukje schrijven. Samen met Kittie Spierings, die de redactie heeft gedaan. Ik kwam recent Jan-Karel Sindorff tegen, die zei: het is volgens mij eigenlijk een soort autobiografie geworden. Toen dacht ik: dat is eigenlijk wel een goeie. De memoires van Wim. Het is natuurlijk ook een soort ego-dingetje, zo’n boek schrijven en in je kast kunnen zetten.’

> Is het daarmee ook een soort afronding voor je?

‘Het is in elk geval een beschrijving van alle processen die ik heb meegemaakt, alle ups en downs, en hoe ik daarvan geleerd heb en daarmee succesvol ben geworden. Mensen vroegen me ook: voor wie is het boek nou? Ik denk dat het heel specifiek is voor een recruiter die een ondernemer is geworden, die dus een bureau heeft, die mensen in dienst heeft en die tegen dingen aanloopt. En dat kan van klein tot groot zijn. Er zitten echt aspecten in voor alle niveaus. Dat is specifiek de doelgroep. Juist voor hen staat er hopelijk heel veel herkenbaars en leerzaams in. En hopelijk zet het hen aan het denken.’

> Wat hoop je dat ze leren?

‘De belangrijkste boodschap is dat de meeste bureau-eigenaren niet aan het bedrijf werken, maar alleen maar in. Als het goed gaat, dan nemen ze nieuwe recruiters aan, dan gaan ze meer omzet maken, dan willen ze winst maken. Als het dan héél goed gaat, dan nemen ze managers aan en dan zie je het meestal fout gaan. En als het slecht gaat, dan willen ze allemaal dat andere recruiters hetzelfde doen als dat zij doen, omdat dat altijd werkte. En dan zie je het ook misgaan. Ze hebben geen doel, geen filosofie, geen structuur, geen strategie. Ze zijn alleen maar productie aan het draaien.’

‘Ze denken allemaal van: als ik een dag aan het bedrijf werk, kan ik geen plaatsing maken.’

‘Ik snap het wel, elke plaatsing levert gewoon veel geld op. Dus ze denken allemaal van: als ik een dag aan het bedrijf werk, kan ik geen plaatsing maken, dus dat wil ik niet. Maar ze hebben niet door dat ze daarmee uiteindelijk misschien wel 10 plaatsingen méér hadden kunnen maken. Ja, we denken nog steeds in plaatsingen in deze wereld. Dat maakt het ook nog wel eens lastig. De meeste recruitmentbedrijven zijn geen bedrijven, maar recruiters die uit hun jasje groeien. Dan kun je 50 man in dienst hebben, maar als je geen doel, geen onderscheidend vermogen hebt, geen eigen tone-of-voice, dan wordt het toch altijd lastig.’

> Zonder filosofie geen bedrijf?

‘Precies. Als je 5 recruiters samen zet, heb je nog geen bedrijf. Dan heb je een samenwerkingsverband. Het gaat om meer dan één gezamenlijke rekening. Het gaat erom: wat is je visie? Ga je voor kwantiteit, of kwaliteit? En wat is je verhaal dan? Is je kandidaat een u of een je? Als jij als ondernemer dat al niet voor ogen hebt, hoe moeten jouw medewerkers dat dan weten? Hoe moeten zij dan weten wie ze wel en niet kunnen aannemen, en wat ze wel en niet kunnen zeggen? Als je dat niet duidelijk afspreekt, kun je alleen schalen door meer mensen aan te nemen, maar schaal je dus niet echt je bedrijf.’

Wim van den Nobelen, tijdens een vorige editie van het Recruitment Tech Event

> Het valt op dat er niet veel tech in je boek staat.

‘Klopt. Dat is ook bewust. Alles in de markt heeft het nu alleen maar over tech en A.I. Ik wilde juist een andere invalshoek kiezen. Niet alleen omdat die tech heel complex is voor mensen, maar ook omdat recruitment in mijn ogen niet over tech gaat. Tech is een tool. Maar het bepaalt niet of je recruitment goed doet of niet. Vergelijk het met hardlopen. Daar kun je mee beginnen door de beste schoenen te kopen, maar daarmee ga je nog niet harder lopen. Je kunt ook eerst oefenen en trainen, en conditie opbouwen. En dan koop je daarna die schoenen, zodat je nog beter gaat hardlopen. Maar alleen tools maken je dus nog geen goede hardloper.’

‘Tools bepalen niet of je recruitment goed doet of niet.’

‘Ik geloof heilig in technologie, ben zelf ook betrokken bij de ontwikkeling van een aantal tools. Ik denk ook dat technologie heel veel recruiters overbodig gaat maken. Maar ik dacht ook: ik wil niet dat mijn boek dáárover gaat. Dan wordt het weer zó’n boek, zo’n boek van: investeer nou maar in technologie, dan los je je probleem wel op. Maar zo werkt het natuurlijk niet. Je moet eerst liefde voor het hardlopen krijgen. Dan pas moet je op zoek naar de tools die bij jou passen. En dat is voor iedereen anders.’

> Nog een les voor ondernemers?

‘Wat veel ondernemers onderschatten: je moet nee durven leren zeggen. Dat is echt heel belangrijk. En je hebt een gatekeeper nodig in je organisatie die daarop let. Dat moet ook nooit de eigenaar zijn, want die jaagt doorgaans op alles. Je hebt dus tegenover hem of haar iemand nodig die durft te zeggen: we hebben afgesproken dat we dat niet gaan doen. Dus hoe lucratief misschien ook, dat doen we dan dus ook niet, omdat het niet past bij de richting die we hebben gekozen. Je moet die rol trouwens ook nooit bij iemand van sales leggen, want die zeggen ook altijd ja op alles.’

‘Kijk niet naar de concurrentie, want het gros van de bedrijven doet ook maar wat.

‘Een andere les die ik wil meegeven: kijk niet naar de concurrentie, want het gros van de bedrijven doet ook maar wat. Dus staar je niet blind op de succesverhalen, want dat valt in de praktijk vaak reuze mee. Ga liever nadenken over hoe jij je bedrijf wil bouwen. Dwing jezelf een uurtje of 2 per week daaraan te werken. Dat kost tijd, ja. Maar dan creëer je op de lange termijn wel vanzelf een vliegtuig dat kan vliegen.’

Meer weten?

Bestel hier het boek van Wim:

Van recruiter naar ondernemer

Lees ook

  • Alle Wim op Woensdags

Hoe HappyNurse dankzij A.I. maar liefst 600% méér kandidaten wist in te schrijven

Aisha is geen mens van vlees en bloed. Maar ze helpt kandidaten bij HappyNurse wel volledig door het recruitmentproces heen. Hebben ze hun VOG al op orde? Hebben ze hun diploma’s gecertificeerd? Wanneer willen ze het liefst werken? Aisha gaat geduldig het gesprek met ze aan, 24 uur per dag, 7 dagen per week. Zonder te klagen. En legt ook graag uit hoe het zit met het loon en de cao. Kandidaten zijn dan ook heel tevreden met haar. Gemiddeld beoordelen ze haar met maar liefst een 9,8, op een schaal van 1 tot 10.

Gemiddeld beoordelen kandidaten Aisha met maar liefst een 9,8, op een schaal van 1 tot 10.

Door Aisha een ‘gewone chatbot’ te noemen, doe je haar dan ook enorm tekort, vertelt Serife Evers, CCO bij HappyNurse. De A.I.-bot is volgens haar juist een echte manus van alles, die vrijwel het hele recruitmentproces bij de snelgroeiende arbeidsbemiddelaar in de zorg heeft geautomatiseerd. Of althans, ‘zeker 80%’, zoals Evers het noemt. ‘Want we geloven nog wel in menselijk contact in het proces. Maar niet meer om vragen te stellen die iemand als Aisha ook aan kandidaten kan stellen.’

Serife Evers, CCO van HappyNurse

Zelf ontwikkeld

Aisha is helemaal zelf ontwikkeld door HappyNurse. Zo’n 2 jaar geleden is ermee begonnen. ‘Vanuit de contacten met klanten merkten we overal het arbeidstekort en de grote behoefte aan gecertificeerde medewerkers. Toen zijn we teruggegaan naar de tekentafel: waar zitten hier nou de grootste bottlenecks? Toen bleek dat van alle kandidaten die bij ons solliciteerden, uiteindelijk maar 6% ook een start maakt. Onze CTO Simon Janssen zei toen: misschien is het met A.I. wel mogelijk om dat percentage te verhogen. En zo zijn we langzaam begonnen. Eerst met kleine stapjes, maar uiteindelijk tot waar we nu zijn.’

‘We zijn eerst teruggegaan naar de tekentafel: waar zitten hier nou de grootste bottlenecks?’

En dat is best ver, vertelt Evers trots. ‘Simon zit in de jury bij de Recruitment Tech Awards. Maar, met alle respect, de cases die daar voorbijkomen, zijn denk ik vaak nog lang niet zover als wij zijn. Wij zijn er vaak wat bescheiden over, maar misschien moeten we volgend jaar ook maar eens inzenden…’ Want Aisha heeft inderdaad al duidelijk impact gemaakt in de organisatie. De instroom van kandidaten is sinds de officiële introductie van Aisha in februari dit jaar verhoogd van de eerder genoemde 6% naar maar liefst 41% nu. Een verbetering van maar liefst 600% dus. Dat is wat je noemt nog eens een nieuwe collega met impact!

Nu de planning aan de beurt

En dan gaat het ook nog eens om een meting in juni, de nieuwe meting wordt ergens later deze week verwacht. Maar het geeft volgens Evers maar aan: A.I. kan veel verbeteren in de arbeidsbemiddeling, en met name in de zorg. ‘We zijn ook volop aan het doorontwikkelen. We brainstormen nu over het planproces en over de intake bij werkgevers. Het duurt denk ik niet lang meer voordat Aisha ook tegen kandidaten zegt: op basis van wat je eerder voor ons gedaan hebt, denk ik dat deze dienst heel goed bij jou zou passen. In de zorg zijn veel lastminute-diensten. De recruiter werkt maar tot 17.00, maar Aisha gaat altijd door.’

Serife Evers: ‘De recruiter was voorheen 95% van zijn of haar tijd kwijt aan het najagen van kandidaten. Dat hoeft nu allemaal niet meer.’

Evers vertelt blij te zijn het recruitment- en planningsproces nu al zover te hebben kunnen optimaliseren. Fijn voor de opdrachtgever, fijn voor de kandidaten. En dat is belangrijk in de zorg, benadrukt ze. ‘Door dit te optimaliseren, kun je weer tijd vrijmaken om te besteden aan andere dingen.’ Aisha sluit namelijk ook naadloos aan bij HappyOne, het systeem dat HappyNurse gebruikt om zorginstellingen en arbeidskrachten snel en efficiënt te matchen. Maar bovenal maakt Aisha volgens haar het werk ook voor de recruiter leuker. ‘Die was voorheen 95% van zijn of haar tijd kwijt aan het najagen van kandidaten. Dat hoeft nu allemaal niet meer.’

‘Alles blijft in haar brein’

In de toekomst wil Evers ook experimenteren met psychologische testen via Aisha, zodat ze nog beter kandidaten en organisaties kan matchen. ‘Maar daarvoor hebben we eerst nog wel meer data nodig. Gelukkig helpt Aisha daar ook bij. Alles blijft in haar brein. En waar de gemiddelde recruiter of intercedent slechts 7 maanden bij een bureau werkt, is dat bij Aisha natuurlijk haar anders. Als het goed is, blijft ze nog heel lang aan ons verbonden. En al die tijd leert zij van contacten met kandidaten, en wij zo weer van haar. Het enige wat ons nog tegenhoudt is ons eigen vermogen om creatief te denken…’

Lees ook