Hoe A.I. nu ook jobboards transformeert, en wel naar: kennisboards

Dat A.I. een bedreiging is voor veel onderdelen van het traditionele recruitmentproces, dat was natuurlijk al langer bekend. Maar het blijkt nu ook steeds meer een van de ijkpunten van hoe mensen banen zoeken: de jobboards. En wel op een voorheen misschien onvermoede manier: door de overload aan sollicitatiebrieven en cv’s die ze steeds vaker opleveren. Het leidt ertoe dat recruiters overbelast raken, en (serieuze) kandidaten gefrustreerd. Want A.I. maakt het eenvoudiger dan ooit om te solliciteren. Handig voor de kandidaat misschien, maar voor recruiters wordt het zoeken naar de speld in een steeds grotere hooiberg.

‘De overload aan A.I.-gegenereerde sollicitaties ondermijnt de waarde van jobboards steeds meer.’

Carrière-expert JT O’Donnell vertelde recent in de Chad & Cheese Podcast hoe dat in de praktijk tegenwoordig soms gaat. Ze zet ’s ochtends een vacature voor een stage online, en nog geen 2 uur later liggen er al 5.000 sollicitaties (!) op haar bureau. De overload aan A.I.-gegenereerde sollicitaties ondermijnt de waarde van jobboards, aldus O’Donnell, óók voor kandidaten. ‘Waarom zou ik nog op Indeed kijken’, stelt ze, ‘als ik ook aan A.I. kan vragen: hoe is het om bij Salesforce of GE te werken?’ Klassieke platformen leveren in die zin volgens haar te weinig unieke waarde. A.I. geeft nu al directere, rijkere en meer betrouwbare antwoorden, stelt ze.

Van job- naar kennisboard

‘Het idee dat vacatures in kranten of jobboards een comeback zouden maken, vind ik eigenlijk vreemd’, aldus O’Donnell. ‘Ik denk juist dat het openbaar posten van vacatures langzaam zal verdwijnen. In de toekomst ontstaan er veel slimmere platforms: daar vul je in wie je bent en wat je kunt, je laat je kennis en vaardigheden verifiëren, en vervolgens leest A.I. die informatie uit. Op basis daarvan krijg je automatisch banen te zien die voor zeker 90% bij je passen. Vacatures waarvoor je simpelweg geen match bent, zul je dan ook niet eens meer te zien krijgen.’

In een nieuw model wordt bewijs belangrijker dan belofte.

Volgens haar schuift de sollicitatiemarkt richting een nieuw model, waarin bewijs belangrijker wordt dan belofte. Het klassieke recruiter-screeninggesprek maakt daarin plaats voor video’s waarin kandidaten hun aanpak of projecten uitleggen of online portfolio’s en deelname aan communities en nicheplatforms, waar kennisdeling gelijkstaat aan zichtbaarheid. Kortom: niet langer het jobboard, maar het ‘kennisboard’, zo ziet ze het voor zich.

De wankele waarde van studeren 

In diezelfde podcast snijdt O’Donnell nog een ander heet hangijzer van de arbeidsmarkt van nu aan: de belofte van het diploma. Jarenlang gold een afgeronde studie als hét ticket naar een goedbetaalde baan. Maar de carrière-expert waarschuwt nu: ‘We blijven jongeren voorhouden dat een diploma succes garandeert, maar de realiteit is steeds meer dat ze door te studeren vooral met een schuld en zónder baan eindigen.’

Volgens de Financial Times daalde het aantal instapvacatures sinds 2022 met 43% in de VS en zelfs 63% in het VK.

De cijfers liegen er niet om. Volgens de Financial Times daalde het aantal instapvacatures sinds 2022 in de VS met 43% en in het VK zelfs met 63%. Wereldwijd verdwenen er in die tijd bijna een half miljoen techbanen. Vooral starters zijn de dupe: ze komen met hoge schulden van de universiteit, maar vinden vervolgens nauwelijks nog een plek om de zo broodnodige ervaring op te doen.

Van diploma naar skills

Werkgevers verschuiven in hun zoektocht naar talent steeds meer van diploma’s naar skills-based hiring. In plaats van ‘waar heb je gestudeerd?’, wordt de vraag steeds vaker: ‘wat kun je écht?’ Onderzoek laat zien dat bedrijven steeds vaker zogeheten micro-credentials, MOOC-certificaten en praktische ervaring waarderen boven prestigieuze diploma’s. Zelfs LinkedIn erkent deze trend: hun lijst van ‘beste universiteiten voor carrièrekansen’ draaide dit jaar niet om reputatie, maar om netwerk, ondernemerschap en doorstroom naar banen. Het klassieke cv, met bovenaan je studie en stages, begint zijn glans te verliezen, zo klinkt het.

Daarbij lonkt volgens O’Donnell ook een ander model: de ‘creator economy. Jongeren verdienen nu al geld door hun kennis en ervaring te delen, van Excel-tutorials tot cybersecurity-tips. Volgens de loopbaanexpert ontstaat momenteel een ‘knowledge creator economy‘ ter waarde van zo’n 480 miljard dollar. ‘Stop trading time for money, start trading knowledge for money‘, zegt ze daarover. Oftewel: wie kennis zichtbaar maakt en deelt, vergroot niet alleen de kans op een baan, maar creëert misschien ook wel zijn eigen werk. Want kennis is nog altijd macht. En daarmee ook: geld.

Tutorials op TikTok

Een parallel is zichtbaar op TikTok, zegt ze. In China is het platform grotendeels educatief ingericht, met veel korte video’s waarin kennis wordt gedeeld. Ook in Europa en de VS zien we steeds meer jongeren die tutorials maken, cursussen aanbieden of hun leerproces documenteren en daarmee direct inkomen genereren. Bijkomend voordeel: jongeren laten zo meteen hun vaardigheden zien aan de wereld.

Wie wil er nu nog dossiernummer #4287 zijn, als je óók gezien kunt worden om wat je écht weet en kunt?

Precies dat sluit aan bij een arbeidsmarkt die steeds minder draait om diploma’s en steeds meer om skills, kennisdeling en authenticiteit. Net zoals de vacature in de krant ooit plaatsmaakte voor Monsterboard en Indeed, zo maken die platforms nu plaats voor een nieuw systeem. En dat kan best een vooruitgang zijn, aldus O’Donnell. Want wie wil er nu nog dossiernummer #4287 zijn, als je óók gezien kunt worden om wat je écht weet en kunt?

Lees ook

Van reactief naar proactief: hoe KLM een toekomstbestendige recruitmentstrategie bouwt

Toen Anne-Mieke Schildt ruim 10 jaar geleden begon als manager recruitment was die rol nog behoorlijk reactief. ‘We waren vooral dienstverlenend en hoefden niet heel erg ons werkgeversmerk buiten de deur te hangen’, vertelt ze in de nieuwste aflevering van de Monkey Rock-podcast van Tjesca Honnef-Kuytenbrouwer (EN HR solutions) en Geert-Jan Waasdorp (Intelligence Group). Hoe anders is dat nu. ‘We moeten veel meer wervingscampagnes doen om de arbeidsmarkt te benaderen en aan te geven wat wij bieden. Je moet nu echt wel vanuit je vakgebied werken om zichtbaar te zijn en aan te geven wat je als werkgever biedt.’

Deze verschuiving naar meer proactief recruitment is geen luxe, maar pure noodzaak geworden, aldus Schildt, die zelf maar liefst 39 jaar ervaring bij de luchtvaartmaatschappij heeft. In een tijd waarin werkgevers hun best moeten doen om zichtbaar te zijn op de arbeidsmarkt, heeft KLM de strategische waarde van recruitment onderkend. ‘Als recruitment groeien we nu veel meer naar total talent management, waardoor we én proactief zijn én ook leuker werk kunnen bieden aan ons eigen team’, vertelt ze.

Van 0 naar 200

Van reactieve dienstverlener naar een strategische speler in het hart van de organisatie: Schildt heeft de transformatie van recruitment bij KLM van dichtbij meegemaakt. ‘Ondertussen hebben we ook een mooi Employer Brand Team gekregen dat ons daarbij ondersteunt.’ Paradoxaal genoeg is het juist de coronacrisis geweest die daarbij als versneller heeft gefungeerd. ‘We hebben tijdens covid helaas van veel ervaren medewerkers afscheid genomen. Zo moesten we daarna in recordtempo opschalen. We zijn toen in standje 200 km per uur gegaan om talent aan te trekken, gaten te vullen, achterstand weg te werken en zichtbaar te zijn.’

‘We zijn heel snel naar die 200 geschoten, hebben stabiliteit gecreëerd en konden daarna doorbouwen.’

Deze crisissituatie dwong het team tot innovatie en flexibiliteit. Door strategisch gebruik te maken van interim-krachten en heldere processen in te richten, slaagde KLM erin om van 0 naar 200 te schakelen en vervolgens weer te stabiliseren, vertelt ze. ‘In 1,5 à 2 jaar tijd hebben we gezien dat de vraag ook weer heel snel afnam’, reflecteert Schildt. ‘We zijn heel snel naar die 200 geschoten, hebben stabiliteit gecreëerd en konden daarna weer stabiel doorbouwen.’

Specialisatie als succesfactor

Kernpijler van KLM’s recruitmentstrategie is de specialisatie in doelgroepen. Als manager recruitment van de ground staff-populatie is Schildt bijvoorbeeld verantwoordelijk voor 5 gespecialiseerde teams: Techniek, Engineering & Maintenance; Data &Tech (IT); Strategisch:, commercial, corporate en finance; Operatie: bagage en passage; plus het Young Potential Team voor traineeships en stages, waarvan zij zelf teamlead is.

klm campagne

‘Specialisatie stelt teams in staat om maatwerk te leveren en echte expertise op te bouwen binnen hun domein.’

Deze aanpak zorgt voor diepgaande kennis van specifieke arbeidsmarkten, vertelt ze. ‘Mijn team is in doelgroepen opgedeeld. Zo is een van de teams, het Technisch recruitment team, dat met een Teamlead, Recruiters, Support en samen met Employer Branding en de Business het gesprek voert en de korte- en langetermijnstrategie bespreekt en inricht om zo tijdig vacatures te vervullen en tijdig talent aan te trekken. Dit stelt teams in staat om maatwerk te leveren en echte expertise op te bouwen binnen hun domein.’

Techniek als grootste uitdaging

Voor KLM vormt de technische arbeidsmarkt de grootste strategische uitdaging. Maar ook binnen IT en het zogeheten ‘vliegende domein’, ligt er een uitdaging om voldoende IT-personeel en piloten aan te trekken.  Met een vergrijzende populatie en een toenemende vraag naar onderhoudstechnici zoekt de organisatie innovatieve wegen om talent aan te trekken. ‘We zijn op alle vlakken aan het innoveren om te ontdekken waar we de doelgroep vinden die interesse heeft in techniek’, vertelt Schildt.

‘We zijn op alle vlakken aan het innoveren om te ontdekken waar we de technische doelgroep vinden.’

De recruitmentstrategie richt zich daarbij niet alleen op traditionele kanalen, maar zoekt actief naar aangrenzende doelgroepen. ‘Of dat nou een automonteur is die zich bewust wordt of hij ook aan een vliegtuig kan sleutelen, of dat we twee weken geleden bij de Historic Grand Prix waren, waar mensen zeggen: me nooit gerealiseerd dat ik als techneut ook aan een vliegtuigmotor kan sleutelen.’

Skills-based en A.I.-ondersteund

KLM staat aan de vooravond van een verdere strategische transformatie. De organisatie werkt aan een overgang naar een skills-based benadering, waarbij traditionele cv-selectie plaatsmaakt voor competentiegericht werven. ‘We zijn heel hard aan het onderzoeken om door middel van automatiseren een slimmere goede manier van cv-selectie te doen. Hier staan de ontwikkelingen van A.I. centraal. Naast cv’s steeds meer naar de skills kijken. In sommige recruitmentprocessen hanteren we al geen cv meer’, onthult Schildt.

‘In sommige processen hanteren we nu al geen cv meer.’

Artificial Intelligence speelt hierbij een cruciale ondersteunende rol. Hoewel Schildt verwacht dat 75% van de huidige recruitmenttaken binnen 3 jaar kan worden geautomatiseerd, benadrukt ze dat dit de recruiter niet vervangt, maar juist ruimte creëert voor strategischer werk. ‘A.I. gaat de recruiter niet vervangen. Maar het werk dat de recruiter doet, kunnen wij deels door A.I. laten uitvoeren. Deze ontwikkelingen gaan razendsnel!’

Strategische positionering 

Een belangrijk element van KLM’s formule is de bewuste keuze om recruitment onder HR te laten vallen, in plaats van het als aparte afdeling te positioneren. ‘Als je het slim en strategisch aanpakt, kun je die kruisbestuiving in een kleiner team veel beter inrichten’, argumenteert Schildt. Deze aanpak zorgt volgens haar voor betere kennisdeling en strategische afstemming, terwijl specialisatie per doelgroep behouden blijft. Het recruitmentteam fungeert niet alleen als uitvoerder, maar als strategisch adviseur richting management over arbeidsmarktontwikkelingen en talentstrategieën.

‘Een cultuur van openheid en leren zorgt dat de hele organisatie profiteert van individuele ontdekkingen en experimenten.’

Een opvallend aspect is verder de systematische manier waarop het team kennis deelt. ‘Eén keer per week hebben we een teamcall met het hele team. Dat zijn zo’n 30, 35 recruiters’, vertelt Schildt. In deze sessies delen zij niet alleen updates, maar ook ‘kleine’ successen en innovaties die anderen kunnen inspireren. ‘Iemand vertelde via ChatGPT iets uitgezocht te hebben en ‘ineens’ de juiste formulering te hebben, in no-time! Het illustreert hoe deze aanpak werkt. Communiceren met ChatGPT levert je vooral tijdwinst op. Deze cultuur van openheid en leren zorgt dat de hele organisatie profiteert van individuele ontdekkingen en experimenten.’

De 5 takeaways

De 5 takeaways van de podcast met Anne-Mieke Schildt:

Van reactief naar proactief

‘We waren veel dienstverlener toen ik in dienst kwam als manager recruitment. Reactief, we hoefden niet heel erg ons merk buiten de deur te hangen.’ De tijd van wachten tot er vacatures komen is definitief voorbij. Moderne recruitmentorganisaties moeten proactief talent pipelines opbouwen, hun employer brand actief uitdragen en strategisch anticiperen op toekomstige personeelsbehoeften.

Specialisatie per doelgroep

‘Mijn team is in doelgroepen opgedeeld. Ik heb onder andere een technisch recruitment team dat met een Teamlead, Recruiters, Support en samen Employer Branding en de Business het gesprek voert en korte- en langetermijnstrategie bespreekt en inricht om zo tijdig vacatures te vervullen en tijdig talent aantrekt.  Dit stelt teams in staat om maatwerk te leveren en echte expertise op te bouwen binnen hun domein. Door recruitment teams te organiseren rond specifieke doelgroepen bouw je diepgaande marktkennis op die essentieel is voor succes.’

Crisis als innovatiekans

Na COVID zijn we in het standje 200 km per uur gegaan om talent aan te trekken, gaten te vullen, achterstand weg te werken en zichtbaar te zijn op de markt.’ Crisissituaties dwingen organisaties tot vernieuwing en kunnen fungeren als katalysator voor noodzakelijke veranderingen. Flexibiliteit en het vermogen om snel op te schalen (en weer af te schalen) zijn cruciale competenties geworden.

Skills-based toekomst

‘We zijn heel hard aan het onderzoeken, om door middel van automatiseren een slimmere goede manier van unbiased cv-selectie te doen. Hier staan de ontwikkelingen van A.I. centraal. Naast cv’s kijken we steeds meer naar skills. Om te groeien naar een skill-based organisatie.’ De toekomst van recruitment ligt in competentiegericht werven waarbij vaardigheden en ontwikkeling centraal staan, niet (alleen) diploma’s of werkervaring. A.I.-tools kunnen hierbij ondersteunen door administratieve taken te automatiseren en recruiters ruimte te geven voor strategischer werk.

Kennisdeling als succesfactor

Iedere week hebben wij een teamcall of hebben de teams stand-ups waarin we innovatie, ontwikkelingen of successen met elkaar delen. Leren van elkaar!Bijvoorbeeld: mooie voorbeelden van gebruik van ChatGPT geven aan dat dit inspiratie en tijdwinst oplevert!’ Systematische kennisdeling binnen teams zorgt dat individuele ontdekkingen en successen de hele organisatie ten goede komen. Een cultuur van openheid en leren versterkt de collectieve expertise en innovatiekracht van het recruitmentteam.

Lees en luister ook:

 

Vóór 2027 is AI een top-3 oriëntatiebron (en kunnen we álle werkenbij-sites herbouwen)

Als je een baan zoekt, waar ga je dan beginnen? Steeds vaker is het antwoord tegenwoordig: bij A.I. Sterker nog: Intelligence Group stelt deze vraag elk kwartaal al jaren aan duizenden mensen in de beroepsbevolking. En niet eerder was er een oriëntatiebron zó snel in opkomst als nu ‘A.I. (zoals ChatGPT/Gemini)’. De laatste keer dat een oriëntatiebron zo snel in opmars was, was eigenlijk toen sociale media net opkwamen. En daarvóór waren het search engines en vacaturesites, aan het begin van deze eeuw dus.

‘A.I. staat binnen 3 jaar in de top 5 van oriëntatiebronnen.’

En dan gaat het nu ook nog eens veel sneller dan destijds. Social media, in opkomst op de arbeidsmarkt rondom 2007 via Hyves en Myspace, veroverden pas 10 jaar later een top-5 positie als oriëntatiebron, vooral dankzij Facebook, Instagram en tegenwoordig TikTok en YouTube. Kijkende naar de huidige snelheid, impact en adoptie door mensen in brede zin is de verwachting dat A.I. hier maar 3 jaar voor nodig heeft. Het gaat in dit geval dan expliciet over A.I. als oriëntatiebron, niet A.I. als hulpmiddel bij het schrijven van het cv, motivatiebrief of in de voorbereiding van een gesprek. In dat geval zouden de cijfers immers nog een stuk hoger zijn.

Belangrijkste traffic-bron

Voor veel werkgevers en arbeidsmarktcommunicatiespecialisten zal dit niet als een verrassing komen. Zij zien momenteel de hoeveelheid traffic op hun werkenbij-sites via A.I. (en dan met name ChatGPT) al sterk toenemen. Maar let op: dit is slechts het begin van waarschijnlijk – als je het goed inregelt – de nummer 1 of 2 traffic-bron voor de komende jaren.

Bron: Intelligence Group, 2025. *=projectie

In het tweede kwartaal van 2025 heeft 10% van de personen die daadwerkelijk van werkgever zijn veranderd, al A.I. gebruikt in zijn of haar oriëntatieproces. Bij de groep onder de 30 jaar is dit zelfs als 15%. Daarbij valt op dat het gebruik van A.I. als oriëntatiebron onder mbo-, hbo-, en wo-opgeleiden onderling vergelijkbaar is en elkaar niet veel ontloopt (resp. 11%, 12%, en 11%). Dit terwijl het onder de vmbo-baanwisselaars slechts om 5% gaat. Ook is het interessant om te zien dat jongeren A.I. beduidend meer omarmen als oriëntatiebron dan de meer ervaren doelgroep.

Jongeren omarmen A.I. beduidend meer als oriëntatiebron dan de meer ervaren doelgroep.

Dit is een bekend fenomeen, waarbij jongeren eerder innovators zijn van nieuwe bronnen, kanalen en media als het gaat om het zoeken naar een nieuwe baan/werkgever, terwijl ouderen eerder terugvallen op bekende bronnen waarmee zij in het verleden succesvol waren. Ook hebben zij een groter netwerk waarvan zijn over het algemeen gebruik kunnen maken.

Het zoeken via bijvoorbeeld ChatGPT naar een nieuwe werkgever en baan wordt steeds meer gebruikt, maar het láten zoeken naar een baan door A.I., via bijvoorbeeld (eigen) agents, maakt dit ook nog eens veel beter, effectiever en persoonlijker, op maat gemaakt. Waarover in een latere post meer…

In 2026 in de top 3

Als het huidige explosieve groeitempo aanhoudt, zal A.I naar verwachting rondom de jaarwisseling van 2026/27 door meer dan 3 van de 10 baanwisselaars gebruikt worden in de oriëntatie op een nieuwe baan. Daarmee maakt het de opwachting in de top-3 van oriëntatiebronnen, de plek waar nu nog vacaturesites, bekenden/netwerk en open sollicitaties staan.

  1. Vacaturesites 55%
  2. Bekenden/netwerk 35%
  3. Open sollicitatie 31%
  4. Social media 30%
  5. Zoekmachine/search engine 28%
  6. Interne vacature(s) 26%
  7. Cv uploaden in databank 25%
  8. Online vindbaar zijn 22%
  9. Bedrijvensites 19%
  10. Uitzendbureau 18%

Snel aanpassen nodig

De laatste grote verandering in oriëntatiegedrag was de opkomst van social media. Dit fenomeen bestaat inmiddels bijna 20 jaar en speelt pas echt een belangrijke rol in de laatste 10 jaar. Het heeft werkgevers dan ook ruim de tijd gegeven om zich daarop aan te passen. De opkomst van A.I. gaat (heel) veel sneller. Dit zal in plaats van in 10 jaar, binnen 3 jaar (en daarvan is er al 1 voorbij) het oriëntatielandschap op de arbeidsmarkt in zijn fundamenten doen veranderen. Dit betekent voor werkgevers dat zij onder meer moeten zorgen dat zij (beter) vindbaar worden voor A.I. en scrapers.

Werkgevers moeten zorgen dat zij (beter) vindbaar worden voor A.I. en scrapers.

En dit heeft weer de nodige consequenties voor hoe werkenbij-websites opgebouwd moeten worden/zijn (de SEO-aanpak was al belangrijk en wordt nog belangrijker, en zelfs vervangen door GEO-specialismes). Ook moet de data-structuur rondom vacatureteksten opgepakt worden. De meta-teksten en additionele informatie voor A.I. rondom informatie op de werkenbij-site zouden onder meer het volgende moeten bevatten:

  • Classificaties, zoals ISCO en ESCO (O*Net)
  • Gestructureerde data zoals org/jobPosting
  • FAQ en zero click questions
  • A.I.-vriendelijk voor API’s en feeds
  • Duidelijke search-structuur
  • Informatie zoals skills, locatie, salarisindicatie (ook volgens de EU-loontransparantiewet), werkvorm, postcode, contracttype, pullfactoren, sollicitatieprocedure, bedrijfscultuur.

Dit zal voor de recruitmentplannen van 2026 een nieuw en belangrijk onderwerp zijn om mee te nemen, uit te diepen en je op voor te bereiden. Maar eerlijk gezegd zou ik er nú al mee beginnen. Om voor A.I. vindbaar te zijn, zijn inmiddels al nieuwe termen en beroepen bedacht, zoals Generative Engine Optimization (GEO), Answer Engine Optimization (AEO) en Artificial Intelligence Optimization (AIO). Het zal niet lang duren voor deze ook hun intrede doen in ons werkveld. Tegelijkertijd zijn de datapunten uit het Talent Intelligence Dashboard Giant nóg relevanter geworden om te gebruiken in je recruitment marketing en wervingsstrategie.

Lees ook

Nu Trump het laat afweten, stappen private partijen in arbeidsmarktdata

‘Bij Revelio Labs hebben we diep respect voor het Bureau of Labor Statistics en zijn decennialange publieke dienstverlening door het verstrekken van statistieken over de werkgelegenheid in de publieke sector’, zegt hoofdeconoom Lisa Simon. ‘Maar we erkennen ook dat onderfinanciering en verouderde methodologieën het voor het BLS steeds moeilijker hebben gemaakt om gelijke tred te houden met de kwaliteit van de data die de markt inmiddels verwacht.’

‘We geloven dat betrouwbare gegevens over de macro-economie een publiek goed moeten zijn.’

En dus kondigt Revelio Labs deze maand de ontwikkeling aan van een nieuw initiatief voor arbeidsmarktgegevens, Revelio Public Labor Statistics (RPLS), waarmee het geaggregeerde arbeidsstatistieken wil gaan leveren. Dit ‘in het licht van de groeiende uitdagingen waarmee het Amerikaanse Bureau of Labor Statistics (BLS) wordt geconfronteerd’, aldus CEO Ben Zweig. ‘We maken arbeidsmarktstatistieken gratis beschikbaar omdat we geloven dat betrouwbare gegevens over de macro-economie een publiek goed moeten zijn.’

‘Natuurlijke uitbreiding’

Revelio Labs is volgens Zweig ‘al lange tijd een vertrouwde bron voor microdata over de dynamiek van de beroepsbevolking van bedrijven, en dit is een natuurlijke uitbreiding die we het publiek kunnen bieden.’ Het bedrijf is ook een van de partners van de grote Global Talent Strategy & Intelligence Conference, die later volgende maand in Amsterdam plaatsvindt.

De cijfers van Revelio Labs bevatten geen werkloosheidspercentages, maar wel bijvoorbeeld aantallen vacatures.

Het nieuwe RPLS wordt aangestuurd door een dataset die bijna de gehele beroepsbevolking in de Verenigde Staten vertegenwoordigt en put uit meer dan 150 miljoen Amerikaanse profielen die de nationale beroepsbevolking weerspiegelen en 85% van alle werkenden bestrijken, vergeleken met een geschatte 27% van de vestigingsenquête van het BLS en 0,03% van de huishoudensenquête van het BLS. De cijfers van Revelio Labs zullen geen werkloosheidspercentages bevatten, maar daarnaast wel bijvoorbeeld vacatures, aanname- en ontslagpercentages en de lonen van nieuwe functies.

‘Informatiekloof dichten’

In het bijbehorende persbericht wordt Trump niet genoemd. Maar het is verder aan alle kanten duidelijk dat de ingrepen van de president bij het officiële Bureau of Labor Statistics de aanleiding voor Revelio Labs zijn om nu met dit initiatief te komen. Het bedrijf wil de RPLS-updates ook elke maand publiceren, respectievelijk de dag vóór wat bekend staat als Jobs Friday en de dag vóór de zogeheten JOLTS-publicaties. ‘Deze statistieken zijn bedoeld om de groeiende informatiekloof te dichten en bij te dragen aan een vollediger en nauwkeuriger beeld van de Amerikaanse beroepsbevolking’, aldus Zweig.

‘Deze statistieken zijn bedoeld om een vollediger en nauwkeuriger beeld te geven van de Amerikaanse beroepsbevolking.’

Ook andere private initiatieven proberen de Amerikaanse arbeidsmarkt wat meer onafhankelijk en betrouwbaar te verslaan dan de president het doet. Zo komt salarisverwerker ADP regelmatig (samen met Stanford Digital Economy Lab) met het National Employment Report. Ook initiatieven als het Indeed Hiring Lab en het Workforce Report van LinkedIn zullen het Trump waarschijnlijk moeilijk maken om de officiële cijfers op te poetsen, zoals alom verwacht dat hij wil gaan doen na het onverwachte ontslag van BLS-commissaris Erika McEntarfer.

Belang van Talent Intelligence

Het voorbeeld illustreert ook het groeiende belang van het vakgebied Talent Intelligence, waarbij betrouwbare data inzichten kunnen leveren voor goede talentbeslissingen. Niet alleen ‘een reëel gegeven’, zegt Matt Charney, hoofdredacteur van Recruiter.com, maar ook: ‘heel belangrijk’. Normaal is hij redelijk cynisch over buzzwoorden als ‘kunstmatige intelligentie’, zegt hij. ‘Vaag concept’ of ‘betekenisloos’, noemt hij dat. Maar voor Talent Intelligence maakt hij een uitzondering. ‘Jarenlang werden personeelsbeslissingen vooral gedreven door intuïtie’, zegt hij. En dat kan volgens hem in deze tijd echt niet meer.

Talent Intelligence is een van de meest essentiële vaardigheden die een moderne TA- of HR-functie kan hebben.’

‘Sterker nog, Talent Intelligence is een van de meest essentiële vaardigheden die een moderne TA- of HR-functie kan hebben’, aldus Charney. ‘De reden is vrij simpel: Talent Intelligence vormt de spreekwoordelijke brug tussen wat je denkt dat er in je personeelsbestand gebeurt en wat er daadwerkelijk gebeurt, en wel op een manier die prescriptive is in plaats van louter predictive. Zie het als de overstap van een wazige momentopname van je personeel naar een gedetailleerde, realtime feed van vaardigheden, potentieel en marktomstandigheden.’

Van onderbuikgevoel naar gps

Talent Intelligence kan, mits goed toegepast, dienen als een soort gps, maar dan voor je personeel, stelt Charney. ‘Het is geen kaart die je één keer per jaar bekijkt; het is een systeem dat constant wordt bijgewerkt en je vertelt waar je bent, waar je heen moet en welke wegen geblokkeerd zijn. Het kan je waarschuwen voor knelpunten in de toekomst, een omweg voorstellen en zelfs aangeven wanneer de brug waar je op rekende niet meer bestaat.’ En dat dan op basis van zowel in- als externe arbeidsmarktdata, zoals die tot voor kort betrouwbaar vanuit het Amerikaanse BLS kwamen.

‘Als je je personeelsbestand nog steeds beheert met een jaarlijks personeelsrapport en een gebedje, loop je niet alleen achter – je bent een makkelijk doelwit’, aldus Charney. Tools als Lightcast of Revelio Labs kunnen hierbij helpen, net als mogelijke oplossingen als SeekOut of HireEZ, Eightfold, Gloat of Fuel50, stelt hij. Maar, zegt hij ook: ‘een snellere auto maakt je geen betere chauffeur. De beste bedrijven begrijpen dat het niet gaat om tools versus mensen of tools versus processen. Het gaat erom alle drie met elkaar te verbinden. Het gaat erom intelligentie te gebruiken om onmisbaar te worden voor het bedrijf.’

Meer weten?

Matt Charney is aanwezig, net als Revelio Labs, op de Global Talent Strategy & Intelligence Conference eind september in Amsterdam. Meer informatie kun je hier vinden:

Global Talent Strategy & Intelligence Conference

Beeld boven

‘Moederstraf’ blijft hardnekkig obstakel op arbeidsmarkt

Het is het mooiste cadeau dat je in je leven kunt krijgen, de mooiste dag van je leven, zo hoor je vaak. Maar op de arbeidsmarkt geldt een kind nog steeds als een minpunt. De al langer bekende ‘moederschapsstraf’, of kortweg ‘moederstraf’, bestaat nog steeds, en geldt op een bepaald moment zelfs voor vaders, zo blijkt opnieuw, nu uit recent onderzoek van de Universiteit van Gent. Moeders krijgen over het algemeen een lagere beoordeling en worden minder vaak uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek dan vrouwen die geen kinderen op hun cv vermelden, zo blijkt.

Op de arbeidsmarkt geldt een kind nog steeds als een minpunt.

De onderzoekers kwamen tot hun conclusie nadat ze 452 échte (Vlaamse) recruiters elk 5 fictieve sollicitanten hadden laten beoordelen. De sollicitanten verschilden lukraak in een aantal kenmerken, waaronder geslacht, aantal kinderen en de leeftijd van deze kinderen. Deze informatie werd opgenomen onder ‘gezinssituatie’, samen met de burgerlijke staat, net zoals in eerder onderzoek en zoals in de praktijk niet ongebruikelijk is. Bovendien bevatte een aantal profielen geen informatie over het aantal kinderen of enkel dat er kinderen waren zonder leeftijden te specificeren, om te vermijden dat de recruiters het experiment zouden doorhebben.

Mama bestraft, papa soms ook

Wat blijkt is dat moeders systematisch minder gunstig beoordeeld worden bij het solliciteren in vergelijking met vrouwen zonder kinderen, ongeacht het aantal of de leeftijd van hun kinderen. Concreet toont het onderzoek aan dat recruiters moeders in vergelijking met vrouwen zonder kinderen zien als zowel minder ambitieus als minder flexibel, vaker afwezig op korte én lange termijn en bovendien minder bereid tot overuren. Daarom krijgen ze gemiddeld gezien een lagere beoordeling en ook zo’n 5% minder snel een uitnodiging voor een sollicitatiegesprek.

Pas als vaders aangeven 3 kinderen (of meer) te hebben, zien recruiters ook hen als minder ambitieus.

Voor mannen ligt het anders. Als tijdens de sollicitatie duidelijk wordt dat mannen 1 of 2 kinderen hebben, krijgen ze gemiddeld gezien geen andere beoordeling dan mannen zonder kinderen. Pas als vaders aangeven 3 kinderen (of meer) te hebben, zien recruiters ook hen als minder ambitieus, minder flexibel en waarschijnlijk minder bereid tot overuren dan kinderloze mannen. Voor mannen speelt de leeftijd van hun kinderen overigens ook wél een rol: recruiters beoordelen vaders met oudere kinderen strenger dan vaders met jonge kinderen of kinderen van onbekende leeftijd.

Stereotypen geactiveerd

De oorzaak van de ‘moederstraf’ ligt niet in competenties of opleiding, zo blijkt. De vrouwen in het onderzoek waren gemiddeld zelfs hoger opgeleid dan de mannen. De lagere beoordeling komt voornamelijk voort uit aannames die automatisch aan het label ‘moeder’ worden gekoppeld, aldus de onderzoekers. Het cv-criterium ‘gezinssituatie’ activeert blijkbaar onbewuste stereotypen die de selectie beïnvloeden, nog voor een gesprek plaatsvindt. De betrokken hoogleraar Stijn Baert: ‘Het lijkt erop te wijzen dat werkgevers bij vaders met meer dan 2 kinderen verwachten dat ze dan meer zorgtaken opnemen.’

Zou het probleem opgelost zijn als vrouwen hun kinderen simpelweg niet meer op hun cv vermelden? Niet per se. Uit het onderzoek blijkt dat vrouwen die géén informatie over kinderen op hun cv vermeldden, soms alsnog dezelfde negatieve signalen kregen als moeders. Werkgevers gingen er in die gevallen blijkbaar vanuit dat de kandidaat toch wel kinderen had of zou willen. Zelfs neutrale of ontbrekende informatie kan de beoordelaar dus verkeerd inschatten. Bias hoeft dus niet expliciet getriggerd te worden om een rol te spelen.

Lessen uit Scandinavië

De academische literatuur wijst al jaren op deze moederschapsstraf. De Amerikaanse econome Claudia Goldin, Nobelprijswinnares in 2023, toonde hoe verschillen op de arbeidsmarkt grotendeels terug te voeren zijn op ouderschap. De Gentse studie bevestigt dat beeld nog eens. Scandinavische landen laten zien dat beleid wel verschil kan maken. Door vaders expliciet te stimuleren om ouderschapsverlof op te nemen, wordt zorg minder vanzelfsprekend aan moeders toegeschreven. Dat voorkomt dat werkgevers vrouwen per definitie als ‘minder beschikbaar’ zien.

Wie zich laat leiden door impliciete aannames, loopt het risico talent te missen.

Ook in België ligt een dergelijk hervormingsvoorstel op tafel, zoals het ‘familiekrediet‘, waarbij gezinsleden zorgverlof flexibel kunnen verdelen. Maar ook in Nederland bestaat de ‘moederstraf‘ waarschijnlijk nog altijd. En dus ook goede reden om selectieprocessen nog eens kritisch te bekijken. Wees alert op hoe snel ‘moeder’ onbewust negatieve associaties oproept. Bias werkt vaak subtiel, ook bij ervaren professionals. En nog veel belangrijker: beperk beoordeling tot ervaring, vaardigheden en prestaties. Gezinssituatie is zelden relevant voor de vacature. Wie zich laat leiden door impliciete aannames, loopt het risico talent te missen.

Lees ook

Aantal rechtszaken over A.I. in recruitment neemt wereldwijd steeds verder toe

Eerder dit jaar hadden we bijvoorbeeld al de eerste uitspraak in de roemruchte Workday-zaak, waardoor miljoenen Amerikaanse sollicitanten ouder dan 40 zich bij deze rechtszaak kunnen aansluiten. En ook Aon kreeg voor zijn assessmentmethodes al met een een forse aanklacht te maken. Deze maand kwam er nóg een geruchtmakende zaak bij, waarin Sirius XM Radio zich moet verantwoorden voor het gebruik van iCIMS-software, die volgens de klager discriminerend zou werken, wat onder meer zou blijken uit het feit dat hij voor ongeveer 150 functies bij het radiostation werd afgewezen, ondanks zijn (vermeende) kwalificaties op IT-gebied.

Het gebruik van A.I. in recruitment lijkt steeds meer uit te monden in een juridisch wespennest.

Het is de zóveelste zaak op dit gebied, nadat eerder dit jaar bijvoorbeeld ook financiële softwareleverancier Intuit voor de rechtbank werd geroepen, en wel voor het gebruik van het al eerder omstreden HireVue in het recruitmentproces, waarbij een dove (inheemse) sollicitant beweert dat het geautomatiseerde video-interview niet goed was ondertiteld, waardoor ze ten onrechte op achterstand zou staan. Het is een kleine greep van de meest opvallende zaken, maar het geeft maar aan: het gebruik van A.I. in recruitment lijkt steeds meer uit te monden in een juridisch wespennest. Zeker als de beoordeling van sollicitanten ervan afhangt.

Een kwestie van tijd

In Europa zijn zulke geruchtmakende zaken nog niet bekend, al moet daarbij gezegd worden dat de EU AI Act natuurlijk ook nog niet geheel in werking is, maar recruitment hierbij al wel als ‘high risk‘ is bestempeld. Wat zulke rechtszaken als in Amerika ook hier waarschijnlijk een kwestie van tijd maakt. En waarbij bedrijven die de fout ingaan een maximale potentiële boete ter hoogte van 35 miljoen euro of 7% van de wereldwijde jaaromzet van de onderneming voor de ernstigste overtreding riskeren.

De A.I.-screening gaf in bijna 9 op de 10 gevallen de voorkeur aan blanke mannen.

En bedrijven hebben ook goede reden om zich hierover zorgen te maken. De University of Washington Information School publiceerde vorig jaar bijvoorbeeld een grootschalige studie waaruit bleek dat bij A.I.-ondersteunde cv-screenings voor 9 beroepen met 500 sollicitaties de technologie in 85,1% van de gevallen de voorkeur gaf aan namen die geassocieerd worden met witte mensen en in slechts 11,1% aan namen die geassocieerd worden met vrouwen. In sommige situaties werden zwarte mannelijke sollicitanten in wel 100% van de gevallen benadeeld ten opzichte van hun blanke mannelijke tegenhangers.

Vooroordelen bevestigd

Uit eerdere (kleinere) studies bleek ook al dat ChatGPT vooroordelen vertoont op basis van ras en handicap bij het sorteren van cv’s. Discriminatie op basis van ras is ook wat Ashton Harper het iCIMS ATS verwijt, dat aan sollicitatiemateriaal scores toe zou kennen op basis van datapunten die een indicatie zijn van etniciteit (zoals onderwijsinstellingen, postcode, werkervaring, enz.), waardoor volgens Harper Afro-Amerikaanse kandidaten onevenredig worden benadeeld. Hij beweert dat deze geautomatiseerde beoordeling ertoe heeft geleid dat zijn sollicitaties al heel vroeg werden uitgefilterd, voordat hij verder kon gaan in de procedure.

Toen de dove sollicitant te horen kreeg dat ze ‘actief moest luisteren’, besloot ze het niet erbij te laten zitten.

De zaak tegen Intuit is misschien nog wel interessanter, en mogelijk invloedrijker, omdat die de fundamenten van sommige software aan de orde stelt. De dove aanklaagster werkt namelijk al een tijdje als seizoensmedewerker voor Intuit, en krijgt daarbij steeds positieve beoordelingen en bonussen, maar wordt voor een meer definitieve functie gedwongen te werken met de HireVue-software, die niet met gebarentaal kan omgaan. Toen ze een afwijzing kreeg waarin stond dat ze moest werken aan ‘meer effectieve communicatie’, ‘beknopte en directe antwoorden’ moest geven en ‘actief moest luisteren’, besloot ze het niet erbij te laten zitten.

Onder vuur

En dan is er dus ook nog de zaak tegen Workday, dat systematische leeftijdsdiscriminatie wordt verweten. En Aon (alsmede een klant) zag zelfs maar liefst 3 van zijn assessmentmethodes, waarbij A.I. een rol speelt, juridisch aangevallen. Zo gaat het om de zogeheten ADEPT15, een tool die meer dan 8 miljoen keer is afgenomen bij sollicitanten en werknemers en algoritmische processen gebruikt om brede werkstijlen te beoordelen. Ook Aon’s video-interviewplatform vidAssess-AI ligt onder vuur, net als gridChallenge, een gamified cognitieve beoordelingstool aangestuurd door A.I. die het werkgeheugen van kandidaten beoordeelt.

Zo gebeurt er eigenlijk iets opmerkelijks. De wetgeving rondom A.I. blijkt ertoe te leiden dat bedrijven (zeker in Amerika) zich steeds meer juridisch moeten verantwoorden voor praktijken die vóór de opkomst van A.I. ook al heel gewoon – en vaak ook discriminerend – waren, maar toen eigenlijk nog weinig juridische grondslag hadden om tegenop te treden. Nu wetgevers overal ter wereld A.I. zo goed en zo kwaad als dat kan proberen te reguleren, ontstaan die mogelijkheden ineens wel. En sollicitanten lijken die kans ook steeds vaker aan te grijpen. Wat bedrijven dwingt al hun procedures nog eens goed tegen het licht te houden.

‘Misleidende marketing’

Vaak gaat de juridische klacht trouwens ook in tegen beweringen van de ontwikkelaars van tools, als ze bijvoorbeeld stellen dat deze ‘eerlijk’, ‘vrij van vooroordelen’ en ‘zonder nadelige gevolgen’ zouden zijn, wat volgens ngo ACLU (de American Civil Liberties Union) meestal neerkomt op ‘een misleidende marketingtactiek’. En ‘naarmate dit soort tools en praktijken steeds wijdverspreider worden, moeten degenen die ze gebruiken er nauwlettend op toezien dat ze iedereen eerlijk behandelen en geen systematische vooroordelen op de arbeidsmarkt verergeren’, aldus Tim Macdonald, juridisch directeur van de ACLU in Colorado.

Trump hecht weinig waarde aan de disparate impact van A.I.-tools.

‘Als A.I. zo is gebouwd dat er geen rekening wordt gehouden met de risico’s van vooroordelen, dan kan het niet alleen die patronen van uitsluiting in stand houden, maar ze zelfs verergeren’, vertelde rechtenhoogleraar Pauline Kim recent aan Fortune. Al speelt hier volgens haar – opnieuw – ook het beleid van president Trump een rol. Trump heeft namelijk in april geprobeerd per decreet de zogeheten disparate impact-vorm van discriminatie te verbannen, waarbij impliciete, onbewuste discriminatie zou kunnen worden aangetoond. Denk aan een A.I.-tool die op min of meer onverklaarbare wijze alle 40-plussers eruit filters.

Afmelden voor A.I.

‘Het betekent dat instanties geen zaken zullen nastreven na te streven die zo’n ongelijke impact met zich meebrengen, of zullen proberen te begrijpen hoe deze technologieën een ongelijke impact kunnen hebben’, aldus Kim. ‘Ze trekken zich echt terug uit die poging om deze risico’s te begrijpen en werkgevers erover te informeren.’ Al zijn er op het niveau van sommige staten zeker pogingen om de (impliciete) vooroordelen van technologie via wetgeving aan te pakken, ‘inclusief de mogelijkheid [voor potentiële werknemers] om zich in bepaalde omstandigheden af ​​te melden voor het gebruik van A.I.’, zo vertelt een advocaat aan Fortune.

Volgens sommige A.I.-bedrijven kunnen hun tools echter ook corrigeren voor nu bestaande onevenwichtigheden in de arbeidsmarkt. Victor Schwartz, associate director of technical product management van vacatureplatform Bold, wijst in dit geval bijvoorbeeld op het bekende feit dat vrouwen over het algemeen pas solliciteren als ze aan alle kwalificaties in de vacature voldoen, terwijl mannen dat veel eerder doen. Als A.I. de sollicitatieprocedure van de sollicitant kan stroomlijnen, zou dit mogelijk de drempels kunnen wegnemen voor mensen die anders minder snel op bepaalde functies zouden solliciteren, zegt hij.

Lees ook

Hoe zelfs in tijden van A.I. bluf nog échte aanbiedingen kan opleveren (maar niet als Nike-CEO)

Waarom zou hij eigenlijk géén CEO van Nike kunnen worden? Hij had er toch goede ideeën over? Zoals: geen witte zolen meer. Het hoofdkantoor verplaatsen van het Amerikaanse Oregon naar het Britse Liverpool. En, ook belangrijk: de iconische Air Max 110 herintroduceren. De 25-jarige Sam Byrne was dan ook bloedserieus toen hij zijn open sollicitatie voor de hoogste bestuurdersstoel van Nike op de bus deed. En hij deed er meteen een salarisvoorstel bij. Hij hoefde geen miljoenen, of grootse aandelenpakketten, maar zou voor zijn werk gewoon genoegen nemen met store credits en exclusieve, unreleased Nike-schoenen.

En toen kwam het antwoord. Tot veler verbazing (inclusief die van de sollicitant zelf) had Nike namelijk daadwerkelijk de moeite genomen om terug te schrijven. En dan niet in de vorm van een automatische afwijzing, maar een vriendelijke, persoonlijke mail waarin ze zijn ambitie prezen, maar vertelden dat zij zijn ideeën toch een beetje té riskant vonden, en dat ze daarom aan een meer ’traditionele kandidaat’ de voorkeur gaven. Ze sloten hun bericht af met een knipoog, en een verwijzing naar hun iconische slogan Just do it.

Heroverweging

Tot zover al een mooi verhaal natuurlijk. Want wie kan er nu zeggen formeel afgewezen te zijn als Nike-CEO? Maar daar hield het nog niet op voor Sam Byrne. Want nadat hij het op LinkedIn wereldkundig had gemaakt, en het antwoord viraal ging, duurde het niet lang of er volgde een twééde bericht van Nike. Ze hadden zijn sollicitatie nog eens goed bekeken, schreven ze, en een heroverweging gemaakt. De huidige CEO willen ze graag nog even in zijn positie laten, schreven ze daarbij. Maar zou Byrne misschien 6 maanden stage willen komen lopen in Oregon? Flights are booked. Your desk is ready. Bring your ideas – and your 110’s. 

Deze stage bij het merkstrategie- en marketingteam van het hoofdkantoor ‘is bedoeld als een proefperiode, met de mogelijkheid tot een meer permanente leiderschapsrol, mocht je in Oregon net zo onstuitbaar blijken als in Liverpool’, zo leest de mail van het Global Brand Talent Acquisition-team van het sportmerk. Het bedrijf voegde eraan toe dat Byrne’s ‘creativiteit, culturele inzichten en passie’ indruk op hen hadden gemaakt.

De stoute schoenen aan

Soms heeft het dus zin om – vrij letterlijk – de stoute schoenen aan te trekken, en ergens met bluf naar binnen te proberen te komen, zo blijkt maar weer. Al twijfelt de mede-eigenaar van kleding- en sneakerswinkel The Block P in Liverpool nu echter wel of hij op het aanbod moet ingaan. Hij zou er namelijk zijn succesvolle samenwerking met zijn 29-jarige maatje Charlie McDonough bijvoorbeeld voor moeten opgeven.

@blockp We’ve been quiet the last few weeks on TikTok, but we’ve got some big announcements coming soon 👀 #airmax95 #sneakerstore ♬ original sound – Handle Bars 360 🛴

De twee werkten in hun eigen sneakerzaak nadat ze allebei – onafhankelijk van elkaar – een serieus ongeval hadden meegemaakt.

De twee werkten in die zaak nadat ze allebei – onafhankelijk van elkaar – een serieus ongeval hadden meegemaakt, McDonough in het verkeer, Byrne bij het voetballen. Maar met The Block P hebben ze de afgelopen tijd in het centrum van Liverpool een behoorlijke klantenschare op te bouwen. Dan is zomaar 6 maanden stage lopen in de VS natuurlijk geen makkelijke stap. Alhoewel de mail van Nike ook daarvoor wel een mooie opening bood, in de zin dat ze daar samen zouden kunnen onderzoeken hoe Nike zou kunnen samenwerken met Block P en het zou kunnen integreren ‘in ons wereldwijde ecosysteem’.

Part 3 soon come…

Veel reageerders adviseren hem dan ook vooral op het aanbod in te gaan. ‘Dit is ONGELOOFLIJK!! Ga er zeker heen. Het is een unieke kans om achter de schermen te kijken van ’s werelds beste schoenenmerk’, schrijft bijvoorbeeld iemand. ‘Sam, pak je koffers, ga op dat vliegtuig, dit is een ongelooflijke kans! Heel veel succes’, antwoordt een ander. Het zou het verhaal natuurlijk ook inderdaad nóg mooier maken als hij die kant op gaat. Maar wat Byrne uiteindelijk besluit te doen, is op moment van schrijven nog niet helemaal duidelijk. Al schrijft hij wel veelbelovend: Part 3 soon come.

‘Soms gaat het niet om de functie waarop je solliciteert, maar om de moed om jezelf te laten zien…’

‘In veel opzichten gaat dit moment verder dan slechts één man en één merk’, schrijft het Aziatische People Matters hierover. ‘Het verhaal herinnert ons eraan dat zelfs in het tijdperk van A.I., algoritmen en geautomatiseerde afwijzingen, menselijke communicatie, gedurfde ideeën en storytelling nog steeds van belang zijn in het sollicitatieproces. Soms gaat het niet om de functie waarop je solliciteert, maar om de moed om jezelf te laten zien en de manier waarop je met mensen in contact komt, die bepalen wat er gaat gebeuren…’ Kort samengevat: Just do it.

Lees ook 

Steeds meer screeningsbureaus voor sollicitanten: wat zegt dat over de arbeidsmarkt?

Een incident dat recent veel stof deed opwaaien: meer dan 400 mensen bleken zonder de juiste diploma’s toch een baan in de zorg te hebben gekregen. Deze week meldde de Volkskrant dat het ging om het zogeheten bureau F&P Educatie, dat ervan verdacht wordt grootschalige fraude te hebben gepleegd met ervaringscertificaten, oftewel EVC’s (Erkenning van Verworven Competenties). Het werd een voorbeelddossier dat veel werkgevers heeft wakker geschud. Want als vervalste documenten zo makkelijk door de mazen van het net glippen, hoeveel zekerheid heb je dan nog over wie je echt binnenhaalt?

Het is precies dat gat in de markt waarin steeds meer screeningbedrijven springen. Hun aantal nam de afgelopen 5 jaar dan ook snel toe, met ruim 30%, zo blijkt uit KVK-cijfers die het AD onlangs publiceerde: van 268 in 2020 naar 353 in 2025. En daarbij gaat het héél vaak over aannamebeslissingen. Van advocatenkantoren tot ziekenhuizen, casino’s en banken: steeds meer organisaties besteden het natrekken van diploma’s, werkervaring en integriteit uit. Waar screening ooit werd gezien als een soort luxe, vooral gebruikt bij hoge functies of gevoelige sectoren, is het de laatste jaren steeds meer standaard bij vrijwel elke procedure geworden.

Soms verplicht

De opmars van de screeningsbureaus houdt min of meer gelijke tred met de opkomst van (al dan niet malafide) bureaus die EVC’s verstrekken. Maar het is zeker niet alleen in de zorg dat werkgevers steeds meer waarde hechten aan de waarheidsgetrouwheid van sollicitanten. Voor bepaalde functies, zoals in de kinderopvang, is screening zelfs wettelijk verplicht. Ook voor politieambtenaren, werknemers van particuliere beveiligingsorganisaties, medewerkers van recherchebureaus, luchtvaartpersoneel en sommige functies bij de overheid zijn er aparte wettelijke regelingen.

Cijfers van de KVK laten zien dat het aantal screeningsbureaus de laatste 5 jaar flink is toegenomen: van 268 in 2020 naar 353 dit jaar. Steeds meer sollicitanten liggen zodoende onder de loep. Wat zegt dat precies over de arbeidsmarkt van het moment?

De opmars van de screeningsbureaus houdt min of meer gelijke tred met de opkomst van (al dan niet malafide) bureaus die EVC’s verstrekken.

Eerder dit jaar werd ook nog een wetsvoorstel ingediend om wetenschappers die met sensitieve kennis willen werken apart te screenen. Volgens schattingen van het ministerie van Onderwijs gaat het om 8.000 screenings per jaar, van zowel buitenlandse als Nederlandse wetenschappers en studenten. Daarbij wil het ministerie onder meer kijken naar de vraag of iemand een strafblad heeft, maar ook bijvoorbeeld naar diens studie- en arbeidsverleden, zijn familie en eventuele risicovolle contacten, bijvoorbeeld met een bepaald regime. Daarbij mag zelfs ook informatie van de veiligheidsdiensten worden gebruikt.

A.I. helpt (niet) mee

De snelle opmars van generatieve A.I. maakt het makkelijker dan ooit om overtuigende vervalsingen te produceren. Diploma’s, certificaten, zelfs referentiebrieven: een printje ziet er vaak net zo echt uit als het origineel. Dat helpt werkgevers ook niet mee. ‘Werkgevers willen zekerheid, maar de administratie die erbij komt kijken is gigantisch’, aldus Harm Voogt, directeur van Disa Global Solutions (voorheen Validata), een van de spelers in de markt die de snel groeiende vraag ervaart. Voor opdrachtgevers controleren zij niet alleen documenten, maar ook registraties, VOG’s en soms zelfs nevenactiviteiten of social media-sporen.

Voogt durft te stellen dat het gemiddelde cv 60% tot 70% onwaarheden bevat en 15% tot 20% echte leugens over diploma’s en vervulde functies. Levent Bedrijfsrecherche onderzocht ook al eens 10.000 cv’s en ontdekte toendertijd dat in 75% van de gescreende cv’s onwaarheden stonden, en dat 25% daarvan échte leugens waren. Uit Nederlands onderzoek bleek in 2016 dat onder meer een reeks aan afwijzingen ervoor kan zorgen dat sollicitanten méér leugens op hun cv gaan verstoppen.

‘Werkgevers willen zekerheid, maar de administratie die erbij komt kijken is gigantisch.’

Het klinkt dus aantrekkelijk: meer zekerheid over wie je werkelijk aanneemt. Toch schuilt er ook een keerzijde. De Autoriteit Persoonsgegevens hamert erop dat screening alleen mag als er een gerechtvaardigd belang is, en dat kandidaten altijd vooraf moeten weten wat er precies wordt gecontroleerd. Een sollicitant screenen op een BIG-registratie als verpleegkundige? Logisch. Maar voor een marketingvacature de Instagram van een kandidaat doornemen? Dat schuurt al snel met privacywetgeving. En alleen toestemming van een (potentiële) werknemer om ze te mogen screenen is ook niet genoeg om het te doen, benadrukt de AP.

De vertrouwenskwestie

En dan is er natuurlijk ook nog de vertrouwenskwestie. Screening kan veiligheid vergroten, maar ook een signaal afgeven dat je je toekomstige medewerker in eerste instantie níet vertrouwt. Dat kan bij hen ook wel eens verkeerd vallen. Kandidaten die al meerdere aanbiedingen hebben, kunnen zich afvragen: waarom zou ik hier in een bureaucratisch keurslijf stappen, terwijl ik elders sneller en met meer vertrouwen word binnengehaald?

Sollicitanten kunnen screening zien als motie van wantrouwen nog vóór ze begonnen zijn.

De opkomst van screeningbureaus is daarmee niet alleen een antwoord op fraude, maar ook een teken van bredere verschuivingen in de arbeidsmarkt. Werkgevers zoeken meer controle, kandidaten vragen meer vertrouwen. Het resultaat is een spanningsveld waarbinnen je als recruiter zult moeten zien te laveren. Daarbij speelt ook een praktische vraag op: hoe houd je als organisatie grip op uitbesteed werk? Een bureau mag misschien sneller diploma’s controleren, maar hoe zeker weet je dat de data vervolgens veilig worden opgeslagen? En hoe zorg je dat het proces proportioneel blijft, zodat je niet meer data verzamelt dan strikt noodzakelijk is?

De praktijk: enkele tips 

De groei van screening stelt recruiters en hiring managers dus voor een paar heel concrete keuzes. Een aantal aandachtspunten van Justis en de AP:

  • In principe ga je als werkgever zelf over of je sollicitanten screent of niet. Maak daarin een bewuste afweging per functie: screening kan van belang zijn in zorg en financiële dienstverlening, maar in creatieve sectoren of bij junior functies betekent het al snel een overdaad van bureaucratie, en staan de risico’s niet in verhouding tot de gedane moeite. Er moet in elk geval altijd een gerechtvaardigd belang zijn voor screening, anders moet je er niet aan beginnen.

Uit de brochure Screening van Personeel
  • Communiceer helder: kandidaten waarderen transparantie. Laat weten wat je checkt, waarom, en hoe je met hun gegevens omgaat. Als werkgever heb je zelfs een informatieplicht: je moet niet alleen laten weten dat je een screening uitvoert, maar ook achteraf wat de resultaten zijn.
  • Wees proportioneel: vaak worden meer middelen ingezet naarmate de functie risicovoller is. Maar elke extra check moet je kunnen uitleggen en moet in verhouding staan tot de functie. Niet: we screenen alles wat kan, maar: we screenen datgene wat relevant is.
  • Houd regie over je eventuele partner: stel duidelijke afspraken over bewaartermijnen en dataminimalisatie. Jij blijft als werkgever verantwoordelijk, ook als je het werk uitbesteedt. Screeningsbureaus moeten overigens zelf over een vergunning beschikken op grond van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus, anders mogen ze hun werk niet uitvoeren.

Let op de AVG

  • Screening betekent dat je bezig bent met persoonsgegevens, en dus de AVG van toepassing is. Dat betekent in elk geval dat je moet kunnen aantonen dat je een legitieme reden (gerechtvaardigd belang) hebt voor de screening, en dat de screening noodzakelijk moet zijn, wat onder meer betekent dat je je doel niet op een andere manier of door een minder ingrijpend middel dan screening kunt bereiken.
  • Denk na of je niet alleen vast personeel wilt screenen, maar ook je interimmers, zzp’ers, uitzendkrachten of stagiairs. En hoe ga je om met eventuele vrijwilligers?
  • Voor wie een vertrouwensfunctie gaat vervullen, of het nou bij de overheid is, bij bijvoorbeeld het Koninklijk Huis of de politie, of in het bedrijfsleven, bij bijvoorbeeld de burgerluchtvaart of vitale ondernemingen voor de maatschappij zoals elektriciteitsbedrijven, staat screening door de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) op het programma. Criteria hierbij zijn eerlijkheid, onafhankelijkheid, loyaliteit en integriteit. Bij een positief resultaat ontvangt de medewerker een Verklaring van Geen Bezwaar. Het is hier de verantwoordelijke minister die de vertrouwensfuncties aanwijst.
  • Elke werkgever is sowieso verplicht een identiteitsbewijs van nieuwe medewerkers op te vragen, te controleren en er een kopie van te bewaren. De gegevens op dit bewijs kun je natuurlijk al eenvoudig naast de aangeleverde sollicitatie leggen ter controle.
  • DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs) stelt een Centraal diplomaregister beschikbaar. Hierin kunnen mensen hun eigen diploma’s bekijken en er een uittreksel van
    downloaden. Je kunt als werkgever niet rechtstreeks in het diplomaregister kijken, maar wel de sollicitant vragen een gecertificeerd pdf-bestand te sturen.

Meld het al in de vacature

  • Ga je over tot screening, meld dat dan al in de vacaturetekst. Bijvoorbeeld ‘Voor indiensttreding dient een Verklaring Omtrent het Gedrag te worden overgelegd’ of ‘Een persoonsonderzoek kan deel uitmaken van de selectieprocedure’.
  • Als werkgever kun je een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) van een kandidaat vragen. Een VOG geeft aan of het justitieel verleden van een persoon een probleem vormt voor het vervullen van een bepaalde functie. Jaarlijks worden er zo’n 1,5 miljoen VOG’s aangevraagd bij Justis. Voor sommige functies is dit wettelijk verplicht, bijvoorbeeld voor leraren, gastouders en taxichauffeurs. Maar ook voor andere beroepen kan een VOG nodig zijn. Als werkgever bepaal je zelf of een VOG nodig is. Ook mét een strafblad kan iemand trouwens nog steeds een VOG ontvangen: een snelheidsovertreding is bijvoorbeeld niet relevant voor een leraar, maar wel voor een chauffeur. Justis weegt zelf steeds het belang van de aanvrager af tegen het belang van de samenleving.
  • Voordat je in gesprek gaat met een kandidaat kun je deze ook een vragenformulier laten invullen als input voor het gesprek. Hierin kunnen vragen aan bod komen als: bent u in de afgelopen 5 jaar wel eens ontslagen? Bent u in het verleden getoetst op integriteit of vakbekwaamheid, en zo ja: is er een voorbehoud gemaakt? Ook kun je kandidaten natuurlijk altijd een verklaring laten afleggen over deze onderwerpen en er hun handtekening onder laten zetten. Of neem een integriteitstest af – er bestaan digitale tests aan de hand waarvan je meer te weten kunt komen over iemands integriteit.

Meer weten?

In de recente brochure ‘Screening van personeel: wanneer en hoe selecteren op integriteit’ geeft Justis nog veel meer handige tips en handvatten hoe je de risico’s op niet-integer personeel kunt beperken.

Meer lezen?

Wie voert de beste sollicitatiegesprekken: A.I. of de bureaurecruiter?

Wie is de betere interviewer: de (bureau)recruiter of A.I.? Uit een nieuw en grootschalig onderzoek van de Rotterdamse wetenschapper Luca Henkel, uitgevoerd samen met coauteur Brian Jabarian (University of Chicago Booth Business School) komt een mogelijk verrassend resultaat. Het is de A.I. die de recruiter hierin inmiddels evenaart. Sollicitanten die door A.I. zijn geïnterviewd, hebben niet alleen 12% meer kans om een baan aangeboden te krijgen, maar blijken ook 18% vaker in die baan te starten en na een maand 17% vaker nog steeds in dienst te zijn dan kandidaten die door menselijke bureaurecruiters waren geïnterviewd.

Als kandidaten de keuze krijgen, dan verkiest liefst 78% de A.I.-interviewer boven de menselijke recruiter.

Het onderzoek bevestigt daarnaast ook nog eens wat al uit enkele andere eerdere onderzoeken bleek: als kandidaten de vraag krijgen voorgelegd met wie ze het liefst een gesprek willen voeren, dan kiest maar liefst 78% de A.I.-interviewer boven de menselijke recruiter. Daar sta je dan als recruiter met je ‘persoonlijke aandacht’ die het verschil maakt… Te meer daar ook nog eens uit het onderzoek blijkt dat sollicitatiegesprekken gevoerd met A.I. méér relevante informatie over de kandidaat opleveren. ‘Dit zou de toekomst van sollicitatieprocessen kunnen veranderen’, concluderen Henkel en Jabarian dan ook.

Groot onderzoeksnieuws deze week: A.I. zou nu al betere sollicitatiegesprekken kunnen voeren dan menselijke recruiters. Meer mensen krijgen dan een baan, en die blijven gemiddeld ook langer. Maar wat zegt dat over de toekomst van het vak?

70.000 sollicitanten

Voor het onderzoek deden ze een veldexperiment met maar liefst 70.000 sollicitanten. In het sollicitatieproces van een groot recruitmentbureau wezen ze kandidaten willekeurig toe aan menselijke recruiters, aan AI-voice agents, of ze gaven hen zelf de keuze tussen beide. Over alle groepen heen bleek de tevredenheid over het proces ongeveer gelijk te blijven. Ook in de waarschijnlijkheid dat sollicitanten een baan zouden accepteren, bleek nauwelijks verschil te ontwaren. ‘De bevindingen suggereren dat A.I. een krachtig instrument kan zijn in het sollicitatieproces, zonder de ervaring van de sollicitant in gevaar te brengen’, aldus Henkel.

‘A.I. kan een krachtig instrument zijn in het sollicitatieproces, zonder de ervaring van de sollicitant in gevaar te brengen.’

Het onderzoek leidde onder meer op LinkedIn deze week al tot heel wat discussie. ‘Volgens de onderzoekers is A.I. meer gefocust en laat het kandidaten meer aan het woord, waardoor recruiters uiteindelijk betere signalen krijgen. Dit zet het debat over A.I. in HR in een nieuw daglicht: misschien maakt A.I. sollicitaties niet kouder, maar juist eerlijker en effectiever’, reageerde bijvoorbeeld Wendy van Ierschot. Een ander voorspelde dat dit betekent dat recruiters waarschijnlijk steeds meer evaluator en adviseur worden in plaats van zelf de interviewer, en ook meer ethisch overzicht zullen moeten bewaken. 

Eind aan de black box?

Zou A.I. op deze manier echt een eind gaan maken aan een eeuwenlange recruitmentpraktijk die tot een paar jaar geleden vooral als een nogal willekeurige black box werd gezien, maar waarin de mens toch lang onmisbaar leek, met al zijn bias van dien? Sollicitatie-expert Aaltje Vincent wil wat dat betreft nog niet te hard van stapel lopen, en pleit ook voor wat nuanceringen bij het onderzoek. ‘Ten eerste gaat het om bureaurecruiters, en dat is toch vooral het voorportaal. Ik denk dat het resultaat bij corporate recruiters en hiring managers misschien toch wel anders geweest zou zijn. En die doen in de praktijk meestal de eindselectie.’

‘Ik denk dat het resultaat bij corporate recruiters en hiring managers misschien toch wel anders geweest zou zijn…’

Daarnaast wijst ze op eerdere onderzoeken, waaruit al langer blijkt dat gestructureerde interviews betere resultaten opleveren dan hun ongestructureerde evenknie. Maar in hoeverre daarvan hier sprake is, is haar ook onduidelijk. En dus ook of de vergelijking tussen A.I. en de mens wel fair is. Ook vraagt ze zich af wat in het onderzoek de invloed is van de standaard testresultaten van de kandidaten waar de recruiters naar kijken.

Andere ervaringen

Meer anekdotisch dan het grootschalige Erasmus-onderzoek natuurlijk, maar online zijn ook veel minder positieve ervaringen te lezen over sollicitatiegesprekken die via A.I. verlopen. Volgens het onderzoek van Henkel en Jabarian is slechts in 7% van de A.I.-gesprekken sprake van technische problemen, maar laten we zeggen: hun bevindingen contrasteren nogal met die van bijvoorbeeld recent Dice-onderzoek, onder de noemer The Trust Gap in Tech Hiring, dat laat zien dat 68% van de ruim 200 ondervraagde techprofessionals volledig A.I.-gestuurde wervingsprocessen wantrouwt, terwijl 80% mensgestuurde benaderingen juist wél vertrouwt.

Toch zal de opmars van A.I. juist in sollicitatiegesprekken ‘onvermijdelijk‘ zijn, stelt recruitmentgoeroe Johnny Campbell. En dan vooral omdat er in de menselijke gesprekken volgens hem zo verschrikkelijk veel misgaat. ‘Vergis je niet – het is gebrekkig. Het is inconsistent tussen interviewers. Het is bijna onmogelijk om kwaliteit op grote schaal te meten. En dat is al tientallen jaren zo. Daarom, als je op zoek bent naar het onderdeel van recruitment dat het meest rijp is voor verdere disruptie door A.I., dan is dit het wel.’

Interview Intelligence

Volgens Campbell zal de opkomst van Interview Intelligence daarin al veel betekenen. ‘Deze slimme systemen helpen je te definiëren hoe een goede indruk eruitziet, deze te schalen naar elke interviewer en vervolgens te meten of aan die normen wordt voldaan. Zie het als een stille co-piloot in de kamer – een die je een seintje geeft als je dieper moet graven, signaleert wanneer je een competentie mist en stilletjes bijhoudt hoe consistent je bent. En dat hebben we als recruiters nodig, want de kandidaten hebben zich al uitgerust met hun eigen A.I.-equivalent: tools die hen suggesties voor antwoorden geven, en zelfs in realtime feiten controleren.’

‘Als je op zoek bent naar het recruitment-onderdeel dat het meest rijp is voor verdere A.I.-disruptie, dan is dit het wel.’

De volgende stap, zegt hij, zal zijn dat een A.I.-collega en mens sámen de gesprekken gaan doen. Iets wat bij sales bijvoorbeeld al gebruikelijk is. ‘De A.I. luistert, geeft technische antwoorden en vult details in die de verkoper niet bij de hand heeft.’ Zo kan het ook gaan in recruitment, denkt hij. ‘Stel je voor: jij en een hiring manager praten met een kandidaat. Halverwege mengt de A.I. zich in het gesprek: “Mag ik, voordat we afronden, vragen naar je ervaring met X?” Of de kandidaat vraagt: “Wat is je ouderschapsverlofbeleid?” en de A.I. antwoordt direct, tot in de puntjes nauwkeurig.’

Toekomst is samen

De toekomst, wat hem betreft, zal er dus waarschijnlijk eentje zijn van A.I. en recruiter samen. ‘Mensen sturen nog steeds het gesprek. A.I. vult de gaten op, zorgt ervoor dat er niets over het hoofd wordt gezien en dat alles op koers blijft. Het is alsof je een scheidsrechter hebt die toevallig ook alle regels uit het boek kent en ze je midden in de wedstrijd kan influisteren.’ Waarbij die scheidsrechter volgens hem dus ook steeds meer de wedstrijd zal kunnen overnemen. ‘Niet voor elke functie, dat zou gek zijn (althans niet meteen!). Maar voor junioren, afgestudeerden of sollicitatiegesprekken in de beginfase? Waarom niet?’

‘We zijn de fase van “gaat het gebeuren?” voorbij’, stelt Campbell. ‘A.I. in sollicitatiegesprekken is niet te vermijden. De enige echte vragen zijn: hoeveel ervan laat je toe, en hoe snel? Kijk goed naar het midden van je proces – de sourcing, de screening, de repetitieve beoordeling – en vraag je af: zou A.I. dit sneller, beter en consistenter kunnen doen? De kans is groot dat het kan (of zal). De kloof tussen degenen die deze verschuiving omarmen en degenen die dat niet doen, zal uiteindelijk niet in jaren worden gemeten, maar in maanden.’ Iets wat het Erasmus-onderzoek dus extra duidelijk maakt.

Lees ook

Esther Hendriks: ‘We hebben geen zorgprobleem, we hebben een samenlevingsprobleem’

Als bestuurder van MantelzorgNL staat Esther Hendriks aan het hoofd van een bureau met 40 collega’s, 100 vrijwilligers en 15 ervaringsdeskundigen. Maar de groep mensen waarvoor de vereniging en stichting zich inzet is ontelbaar veel groter. Naar schatting zijn er namelijk in Nederland zo’n 2 tot 5 miljoen mensen die structureel zorgen voor een naaste. ‘Het gaat vaak om langdurige, intensieve zorg: een partner met MS, een ouder met dementie, een kind met een beperking. Het overkomt je, je solliciteert er niet op’, aldus Hendriks. ‘En ineens moet je het inpassen naast je baan als leraar, politieagent of wat dan ook.’

Bron: Werk&Mantelzorg Monitor

Wij zeggen: we hebben geen zorg- of vergrijzingsvraagstuk, we hebben een samenlevingsvraagstuk.’

Zo’n 1 op de 4 werknemers in Nederland combineert op die manier betaald werk met onbetaalde zorg voor een naaste. Toch blijven hun belangen structureel onderbelicht, zegt Hendriks. De reflex in politiek en media (‘Er zijn te weinig handen in de zorg, dus laten we allemaal een uurtje meer zorgen’) schuift het probleem te vaak terug naar het individu, vindt ze. ‘Je vraagt mensen feitelijk te kiezen: ga ik onbetaald voor mijn ouders zorgen, of betaald in een verpleeghuis werken? Ga ik voor de klas staan, of ga ik thuis zorgen? Wij zeggen: we hebben geen zorg- of vergrijzingsvraagstuk, we hebben een samenlevingsvraagstuk.’

Een hoge prijs

Vooral vrouwen betalen hiervoor een hoge prijs, constateert Hendriks. ‘Bij levenslang en levensbreed zorgen, zoals voor een kind met een beperking, zie je dat in 90 procent van de gevallen een vrouw haar loopbaan opgeeft en fulltime onbetaalde zorgverlener wordt.’ Dat komt niet alleen door maatschappelijke verwachtingen, maar ook door praktische omstandigheden: wie parttime werkt, wordt vaak als eerste gevraagd om extra te zorgen. ‘Het begint met een boodschap doen, een ziekenhuisbezoek… en voor je het weet, ben je jaren verder en is werken geen optie meer.’

‘Een vader met een papadag oogst applaus. Een moeder die morgen niet werkt? Oh… onhandig.’

De norm is hardnekkig. Van oudere generaties hoort Hendriks wel eens. ‘Gelukkig hebben we dochters, die gaan straks voor ons zorgen.’ Ze ziet het ook terug in de verdeling thuis. ‘Een collega van mij is 33, haar kind is 2. Toen ik vroeg of de kinderopvang óók wel eens haar vriend beld door als er iets misgaat, zei ze: nee, nooit. Dat zegt veel. Ergens zit nog steeds de impliciete verwachting dat vrouwen het oplossen.’ Ook de waardering verschilt. ‘Een vader met een papadag oogst applaus. Een moeder die morgen niet werkt? Oh… onhandig. In organisaties hoor je tegen vrouwen sneller: blijf maar in je veilige functie, het is thuis al zwaar genoeg.’

‘Vrouwen zorgen, mannen regelen’

Op macroniveau besteden mannen en vrouwen ongeveer evenveel uren aan mantelzorg, maar de piek en de inhoud verschillen. ‘Vrouwen doen vaker het fysieke en emotionele zorgen; mannen nemen vaker regeltaken of vervoer op zich. En bij 75-plussers zie je mannen die intensief voor hun partner zorgen, vaak met een diepe toewijding. Zo van: zij heeft 40 jaar voor ons gezorgd, nu zorg ik voor haar.’

‘Opvallend genoeg is stoppen met werk zelden de beste route.’

Die patronen kleuren ook de werkvloer, ziet ze. ‘Er zijn vrouwen die twijfelen of ze überhaupt moeten benoemen dat ze mantelzorger zijn, uit angst dat het tegen ze werkt. Werkgevers denken dan: oei, die moet straks elke maandag weg. En het omgekeerde gebeurt óók: dezelfde mantelzorg leidt bij mannen eerder tot waardering: je bent empathisch en betrokken.’ Opvallend genoeg is stoppen met werk zelden de beste route, constateert Hendriks echter ook. ‘Wie werk en mantelzorg kan combineren, houdt het vaak langer vol en raakt minder overbelast. Werk geeft een natuurlijke grens en daarmee ook respect.’

Bron: Werk&Mantelzorg Monitor

Geven en nemen, en maatwerk

Juist daarom pleit Hendriks ook voor maatwerk boven alleen maar regelingen. ‘Het belangrijkste is het goede gesprek. Niet meteen in cao-artikelen denken, maar in wat echt werkt. Weten dat je, als het moet, je werk mág neerleggen, geeft al rust. Roosters slim schuiven kan ook veel doen. Ik ken een voorbeeld van een moeder met een kind met een ernstige meervoudige beperking die alleen nachtdiensten draait bij een zorgorganisatie. Officieel wringt dat met regels, maar in de praktijk werkt het al jaren, omdat er aan beide kanten flexibiliteit en lef is. Zij leest thuis van half 10 tot 10 de dossiers, zodat ze om 10 uur scherp start. Geven en nemen.’

‘Weet je hoeveel mantelzorgers je in dienst hebt? Ga het gesprek aan.’

Volgens Hendriks begint het allemaal bij bewustzijn. ‘Weet je hoeveel mantelzorgers je in dienst hebt? Lukt het ze om te combineren? Ga het gesprek aan.’ Het levert ook zakelijk iets op, zegt ze. ‘Wie dit goed regelt, ziet ziekteverzuim dalen. Mantelzorgondersteuning betaalt zich terug; mensen melden zich aantoonbaar minder vaak ziek. In het mkb zie je dat dit vaak al gebeurt, omdat iedereen elkaar kent en informele ruilingen vanzelf gaan. Grote organisaties kunnen die wendbaarheid ook organiseren, maar dan moet je het wel willen.’

Blinde vlekken

Hendriks trekt graag de parallel met de afgelopen decennia. ‘In 3 generaties hebben we in Nederland een heel systeem opgebouwd voor werk en jonge kinderen: verlof, opvang, regelingen. Dat was hard nodig, en het kon omdat we het als maatschappij belangrijk vonden. Laten we dat nu net zo voortvarend doen voor mantelzorg. Met flexibiliteit, mogelijkheden voor verlof, ondersteuning. Een helder hoofd op het werk vraagt een rustig hoofd thuis.’

‘Bouw nu het systeem dat we bij ouderschap ook bouwden.’

Dat is volgens haar niet alleen sociaal, maar ook economisch verstandig. ‘Onze beroepsbevolking groeit niet meer. Als je tegelijkertijd geen extra handen van buiten toelaat en wél mensen vraagt onbetaald te mantelzorgen, kun je niet 2 à 3 procent groei verwachten. Dan moet je eerlijk zijn over de keuzes die je maakt.’ Tot slot wijst ze ook op de blinde vlek bij veel werkgevers die het probleem niet zien. ‘Ik sprak ooit een grote organisatie waar ze zeiden: wij hebben dat probleem niet; hier werken alleen mannen en jongeren. Maar toen we het onderzochten, bleek meer dan 30% van de medewerkers te mantelzorgen. Je weet het pas als je het vraagt.’

Lees ook

Aad van der Werf: ‘Acteren we al genoeg op de vergrijzing die op ons afkomt?’

De arbeidsmarkt is tegenwoordig een soort veelkoppig monster. Aan de ene kant een inzakkende economie, die een stevige rem zet op investeringen. En aan de andere kant aanhoudende krapte, die de komende jaren alleen nog maar sterker belooft te worden. Hoe daar als organisatie doorheen te navigeren? En wat zijn de grote ontwikkelingen die daarbij spelen? Strategisch Arbeidsmarkt Adviseur Aad van der Werf worstelt daar zelf ook wel mee, bekende hij i

Wereldwijde onzekerheid, dat is vooral wat de economie momenteel kenmerkt, zegt hij. En daarom ook onzekerheid op de arbeidsmarkt. Terwijl er natuurlijk een aantal dingen wél gewoon zeker zijn. Zoals de demografische ontwikkelingen. ‘Hier in Zuid-Holland is 50% van de buschauffeurs boven de 55. En zo zie je dat natuurlijk in heel veel sectoren. Ik zei pas nog gekscherend tegen iemand: ik hoop dat je over een jaar of 4 à 5 nog gewoon de bus of tram kan nemen. Want zijn we nou al echt aan het acteren op die enorme vergrijzing die op ons afkomt?’

Op tijd handelen

Neem de technieksector, zegt hij. Je weet de uitstroom daar, en kunt ook de instroom redelijk goed voorspellen. ‘Dus je ziet het aankomen, kunt daarnaar gaan handelen.’ Maar tegelijk gebeurt er volgens hem te weinig. Ja, er wordt driftig overlegd, en er worden pacten gesloten. ‘Maar gebeuren er vanuit de gemeente, vanuit het UWV, vanuit het onderwijs nou ook de goede dingen? Als ik dan over die grote tekorten lees, en techniekbedrijven schreeuwen om mensen, maar ook tienduizenden vakmensen vertrekken, dan denk ik wel eens: welcome to the real world. Het zou bijna een liedje kunnen zijn.’

Zelf is Van der Werf onder meer betrokken bij de de zogenoemde Regiodeal in de Zuid-Hollandse Delta. Hij werkt daar mee aan een programma onder de titel Delta Dreamers, dat scholen, gemeenten en organisaties in de regio samenbrengt om een betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt voor elkaar te krijgen. Daarbij is niet alleen aan organisaties gevraagd wat volgens hen nodig is daarvoor, maar zijn door hogeschool InHolland ook tal van jongeren ondervraagd, met als resultaat onder meer directe wervingsadviezen voor een aantal van de deelnemende bedrijven.

Salaris helemaal niet bovenaan

Het is echt een mooi voorbeeld van samenwerking, en van jongeren ook zelf betrekken bij de problematiek, zegt hij. ‘Het onderzoek had eigenlijk één conclusie: jongeren zien door de bomen het bos niet meer. Er worden heel veel projecten gestart, en die houden dan vervolgens weer op. En dan beginnen we weer een nieuw project. Maar we zien dat de doelgroep zich er vaak niet in herkent, in al dit soort initiatieven en projecten. Wat nu echter uit dit onderzoek heel duidelijk komt is dat deze generatie zegt: ik verwacht van mijn werkgever vooral een goede ondersteuning bij het vinden van huisvesting, goed vervoer en een goede begeleiding.’

Salaris? Het is belangrijk, weet Van der Werf ook. ‘Maar het blijkt dus in de eerste plaats vooral om andere dingen te gaan. En als je dat weet, dan kun je deze groep daarin misschien faciliteren. En dan wordt ook je verloop een stuk lager.’ Het is meteen een pleidooi voor een volgende kabinet om voor veel meer huisvesting te zorgen voor de jonge doelgroep. ‘Om ervoor te zorgen dat ze een bijdrage kunnen blijven leveren aan de regio of aan het bedrijfsleven.’ Waarbij ook de werkgever van hem trouwens best wat meer betrokken mag zijn bij de bouw van die woningen. ‘Waarom niet eigenlijk? ASML is dat weer aan het doen in elk geval.’

Ken je kandidaten

De moraal van het verhaal? Ken je kandidaten, vat Van der Werf het samen. ‘Weet je op basis waarvan jongeren kiezen? Weet je dan hoe je ze kunt verleiden? Ken je jouw kandidaten voldoende? Als zo’n sector zegt: ja, ze gaan allemaal binnen 2 jaar weer weg. Wat zou je dan kunnen gaan doen om ze beter te gaan verleiden en te behouden?’ Zo’n onderzoek als van de Regiodeal bevat daarin misschien weinig nieuws, geeft hij toe. ‘Maar het was voor mij bijvoorbeeld wel een harde bevestiging in: ze kiezen heus wel voor dit werk, maar alleen als ze het hebben gezien, hebben gevoeld en hebben ervaren.’

Beeld van een recente bijeenkomst van de Delta Dreamers

Wat ook helpt: vroegtijdig realistische beelden tonen, zegt hij. ‘In de techniek staan er altijd mensen met een helm op of een schroevendraaier in beeld. Terwijl die jongeren zelf zeggen: dat is totaal niet meer hoe het is. Die beelden zijn onjuist en achterhaald. En het sluit ook niet aan bij hun werkelijkheid.’ Dat aanpassen zou dus al helpen. Net als de voorlichting. ‘Je ziet dat ze zelf zeggen dat TikTok hierin niet belangrijk voor ze is. Ze willen meelopen, excursies, stages. Dat komt ook gewoon weer helemaal terug. Ze willen het voelen, beleven, ervaren. Daar ligt een veel grotere kans voor het bedrijfsleven dan ze nu toe beseft hebben.’

Op bezoek bij Sif

Zo was Van der Werf zelf laatst nog bij Sif, een enorme Nederlandse fabrikant van offshore funderingen voor windturbines, met onder meer een productielocatie op de Tweede Maasvlakte. Dit bedrijf was meermaals ‘maakbedrijf van het jaar‘, maar blijft voor het grote publiek nog vrij onbekend. ‘Terwijl ik daar was, zag ik alleen maar high tech, ik zag lasrobots, je ziet staal van 8 centimeter gewalst worden, zó indrukwekkend. Ik snap best: ze kunnen niet iedere dag mensen over de vloer hebben. Maar als je meer van dit soort voorbeelden kunt gaan laten zien, en zo het beroep in beeld brengt, dan willen jongeren écht wel.’

Ergens is bij jongeren, maar ook bij hun ouders en hun peers, het beeld ontstaan dat ‘bouwen en techniek vies is, want dan ben je altijd smerig. Ga maar in de business werken, want daar kan je veel verdienen. Of ga maar in de zorg werken, want dan kun je arts worden, maar word maar geen verpleegkundige of verzorgende. En dat is natuurlijk zonde’, besluit hij. ‘Er is een enorm potentieel, wat dus blijkbaar toch niet op de juiste manier wordt geïnformeerd. Ik denk dat daar nog heel veel verhalen te vertellen zijn, juist ook aan de jeugd. Want die wil daar graag bij geholpen worden. Dus zet je deuren daarvoor open.’

Benieuwd naar de hele podcast?

Deze zomer duiken we in de hot topics die wervingsprofessionals bezighouden. In de podcast De zomer van slim werven hoor je alles over de nieuwste trends en slimme oplossingen om jouw wervingsaanpak future-proof te maken. Ontvang de podcast en blijf op de hoogte van nieuwe afleveringen via onderstaand formulier:

Zomerpodcast

Lees ook

 

Eerst wandelen in Den Bosch, en daarna wat slimmer weer naar huis

Van het nut van referentiechecks tot recruitment marketing automation, en van A.I. tot ‘de grootste gotische kerk van Nederland’. Terwijl de introweek voor studenten in volle gang was, beleefde in café Cinq in hartje Den Bosch deze week een select groepje HR-professionals ook een soort introductie: zij gingen niet alleen in groepen wandelen onder leiding van twee stadsgidsen, maar ook met elkaar in gesprek over de meest recente ontwikkelingen in de wereld van HR. De primeur van de CHRO Summer Walks, die volgende week ook in Leiden en Zwolle nog een vervolg krijgt. Mede dankzij het stralende zonnetje werd het in elk geval een zeer succesvolle dag. Een korte impressie.

Rond lunchtijd verzamelde het gezelschap zich in Café Cinq, aan het plein vlak onder de Sint Jan. Buiten was het op de terrassen een drukte van belang, binnen was het gelukkig koeler, zo beaamden ook de aanwezigen.

De impact van A.I.

Gastheer Geert-Jan Waasdorp deed namens Intelligence Group de aftrap. Hij bracht op geheel eigen wijze de laatste ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in kaart, en stond met name stil bij de opkomst van A.I. en de impact die dat nu al heeft op het aantal banen voor jonge, net afgestudeerden.

Na een eerste wandeling door de stad streek het gezelschap neer bij locatie Monqui, waar het hoofdgerecht stond geserveerd. Caroline Pols (UP in Business) nam de gelegenheid te baat om haar verhaal over talent dat je moet verleiden nog eens uit de doeken te doen. Aan de hand van interessante cijfers, als: 94% van de kandidaten vindt een employer brand bepalend voor hun keuze, en meer dan 40% van de kandidaten wordt meer dan eens per kwartaal benaderd. Een andere arbeidsmarkt dan ooit dus, zo maakte Pols duidelijk. Waarbij dus ook een andere aanpak dan vroeger past.

Een stelling die tot heel wat discussie aan de tafel leidde.

Buiten hielpen 2 stadsgidsen de groep vervolgens weer aan allerlei wetenswaardigheden over de stad, over de Dommel en de Aa, de protestanten en katholieken, en de glimmende draak voor het station, door de Bosschenaren schijnbaar ‘de schoonmoeder’ genoemd.

Nut van referentiechecks

Voor het toetje belandden de aanwezige HR-professionals in Hotel Central, waar niet alleen het gebak klaarstond, maar ook Mees van ’t Hoff, die namens Teamtailor een korte, interactieve bijdrage gaf over het belang van metrics in HR en recruitment.

Het leverde onder meer een pittige en openhartige discussie op over de waarde van referentiechecks. Want heb je daar nu iets aan in je selectiebeslissingen? Of geven ze toch alleen maar een vals beeld van iemand? Genoeg stof om over door te praten in elk geval.

Waarna de groep voor de laatste keer deze middag in de benen klom, en een aantal zelfs nog net voor sluitingstijd de heilige Sint-Jan wist te bezoeken, waar ondertussen vol op het orgel werd gespeeld.

Al met al een bijzonder gedenkwaardige middag, zo was bij de borrel uiteindelijk het meest gehoorde oordeel. En leuk om zo eens met andere vakgenoten te kunnen spreken, op een manier die ze anders niet zo makkelijk krijgen aangereikt. Voor wie het ook nog eens wil proeven: volgende week in Leiden en Zwolle zijn nog 2 nieuwe kansen

CHRO Summer Walks