Factcheck: leveren medewerkers die 2 tot 6 jaar in dienst zijn echt de beste prestaties?

Dat je niet vanaf je eerste dag meteen zo productief bent als iemand die ergens al járen werkt, dat snapt iedereen. Maar hoe zit het verder? Is er een verband tussen hoe lang iemand ergens werkt en diens prestaties? Vanaf wanneer is iemand op volle snelheid aan de slag? En zit daar misschien ook een maximum aan? Oftewel: is er een tijd dat mensen beter om zich heen kunnen gaan kijken, omdat hun productiviteit begint af te nemen? En waar heeft dat dan mee te maken? Met ervaring, met de lengte van het dienstverband, of toch met leeftijd? Het zijn vragen die voor elke werkende van belang zijn, maar natuurlijk ook voor recruiters.

‘De meeste high performers zijn tussen de 2 en 6 jaar in dienst.’

Recent kwam Culture Amp met een heel serieus klinkend antwoord. Na onderzoek onder 462.000 werknemers in meer dan 1.500 bedrijven wereldwijd stelden ze dat werknemers de beste prestaties behalen als ze meer dan 2 maar minder dan 6 jaar in een functie actief zijn. ‘Deze “performance-piek” staat in groot contrast met de prestaties van werknemers met kortere dienstverbanden (0-1 jaar) en langere dienstverbanden (10+ jaar). In deze groepen worden veel minder high-performers aangetroffen’, zo concludeerde het bedrijf, waarbij ze de prestatiebeoordelingen in de eigen database analyseerden en matchten aan engagement-data.

‘Sweet spot’

‘Zo’n 2 tot 6 jaar in een baan blijkt de sweet spot voor de beste prestatiecijfers’, aldus Arne Sjöström, Regional Director, People Science EMEA bij Culture Amp. ‘Onze data tonen aan dat werknemers tijd nodig hebben om high performers te worden. Naarmate bedrijven betere processen en duidelijkere performance-verwachtingen ontwikkelen, wordt het makkelijker mogelijke high performers in kaart te brengen. Bedrijven kunnen er vervolgens veel aan doen om deze werknemers te stimuleren topprestaties te leveren door hulp van hun manager, het geven van erkenning en het creëren van nieuwe kansen.’

‘Onze data tonen aan dat werknemers tijd nodig hebben om high performers te worden.’

Sjöström noemt het ‘een gemiste kans’ als werknemers binnen de 2 jaar vertrekken, wat vooral in de tech- en ICT-sector geregeld lijkt te gebeuren. ‘Dat betekent dat ze vertrekken voordat ze maximaal hebben gepresteerd’, zegt hij. ‘Werkgevers die hebben geïnvesteerd in deze talenten, kunnen hen alweer zien vertrekken net op het moment dat ze hun potentieel beginnen waar te maken.’ Zo’n snel vertrek zou je dus koste wat kost moeten voorkomen, aldus Sjöström.

Nemen de prestaties echt af?

Tot zover weinig geks en verrassends. Maar het persbericht over het onderzoek hield dus niet op bij de stelling dat mensen tijd nodig hebben om tot prestaties te komen. Er was ook een andere kant van de medaille, en dat was de conclusie dat na een periode van 6 jaar de menselijke prestaties zouden beginnen af te nemen. Maar dan is de vraag: klopt dat wel? Zit ervaring op een gegeven moment in de weg? Begint dan verveling toe te slaan? Bestaat de beroemde seven year itch ook in de werkomgeving (al zou er dan misschien sprake zijn van een six year itch)? Iets wat overigens opvallend overeen lijkt te komen met het gemiddelde verloop.

Bestaat de beroemde seven year itch ook in de werkomgeving?

Anekdotisch zijn er vele verhalen van bekend. En uit serieus wetenschappelijk onderzoek blijkt ook wel enig bewijs te vinden voor een ‘omgekeerde U’ in zowel de relatie ervaring en prestaties, als in de relatie leeftijd en prestaties en de relatie ambtstermijn en prestaties: bij alle 3 is er een soort verband waarbij na aanvankelijk vaak relatief snelle stijging een piekniveau wordt bereikt, waarna een afvlakking of soms zelfs een daling in productiviteit waar te nemen is. Maar is het zo sterk als Culture Amp beweert, dat na 6 jaar de prestaties echt over hun ‘piek’ heen zijn? Daarvoor blijkt toch een stuk minder eenduidige wetenschappelijke evidentie te zijn.

Twee scholen

Grof gezegd zijn er hierin twee scholen te herkennen. De ene (de human capital theory) suggereert dat meer ervaring in een functie gewoon leidt tot meer skills en kennis, en dus automatisch ook tot betere prestaties, en dat die groei min of meer lineair blijft gedurende een loopbaan. De tweede stroming gelooft echter dat er na verloop van tijd altijd een afname van motivatie is waar te nemen die de prestatiegroei afzwakt, of zelfs ten negatieve keert. In de loop der jaren verschijnen er steeds wel onderzoeken die dan wel de eerste stroming, dan wel de tweede stroming meer gelijk geven.

Hoe langer iemand ergens werkt, hoe meer firm-specific human capital.

Recent onderzoek dat verscheen in Harvard Business Review pleitte duidelijk voor de eerste variant. Leeftijd heeft geen impact op prestaties, stelden de onderzoekers hier, maar hoe lang iemand bij een organisatie is wél. Hoe langer iemand ergens werkt, hoe meer firm-specific human capital, en dus hoe hoger de prestaties, zowel financieel als in operational excellence. En nee, daarbij vonden ze ook geen prestatiepiek na 6 jaar. ‘Ons onderzoek suggereert ook dat tijdelijke medewerkers geen vaste medewerkers zouden moeten vervangen. Als ze dat zouden doen, dan zouden organisaties veel toegevoegde waarde mislopen.’

Jaren op de teller

Volgens de onderzoekers is er een trend ‘in sommige HR-kringen’ om zoveel mogelijk vast personeel te willen vervangen door tijdelijke medewerkers. Maar organisaties zouden daar voorzichtig mee moeten omspringen, zeggen ze. Personeel met ervaring in de organisatie weten volgens hen sneller waar waarde toe te voegen. Meer jaren op de teller leidt doorgaans tot hogere kosten (lees: salarissen), maar die worden terugverdiend, zeggen ze. ‘Organisaties bestaan ​​om goede redenen, en traditionele vormen van werkgelegenheid creëren economische waarde en concurrentievoordeel.’

Organisaties bestaan ​​om goede redenen, en traditionele vormen van werkgelegenheid creëren waarde.’

Wie er even wat meer induikt, ziet al gauw heel wat andere onderzoeken op dit gebied (1, 2, 3, 4), vaak overigens meer inzoomend op de relatie tussen leeftijd en prestaties dan op de lengte van iemands dienstverband bij een organisatie. Ook is het wetenschappelijk onderzoek zelden zo specifiek dat de bovenkant van de omgekeerde U precies op 6 jaar zou liggen, of dat daar ook maar een piek zou zijn. Sterker nog: het meeste onderzoek – zeker als het rekening houdt met de teamsamenstelling – duidt er juist op dat meer bedrijfsspecifieke ervaring de prestaties van werkunits verhoogt.

Of toch?

Al lijkt er aan de andere kant hierin ook wel degelijk een soort balans te bestaan. Al is die dan niet altijd zozeer op individueel niveau, maar vaak meer op het niveau van de organisatie. Als het verloop té laag is, kan dit duiden op een ‘rigide’ arbeidsmarkt met een laag aanpassingsvermogen aan structurele veranderingen en een mogelijk schadelijk effect op de productiviteit, zo blijkt bijvoorbeeld uit onderzoek.

Als het verloop té laag is, kan dit duiden op een ‘rigide’ arbeidsmarkt met een mogelijk schadelijk effect op de productiviteit.

En uit een meta-analyse van twee professoren van de Universiteit van Hong Kong en de Universiteit van Georgia bleek bovendien dan weer dat de lengte van het dienstverband grotendeels géén verband houdt met kernprestaties, innovatief gedrag en contraproductief werkgedrag, en slechts lichtjes met wat ze noemden ‘citizenship’. Dus ook geen positief verband. Hun onderzoek ondersteunde daarnaast de hypothese dat langere dienstverbanden ertoe leidden dat mensen zich eerder gingen vervelen of minder gemotiveerd raakten. Al hing dit ook weer sterk samen met de complexiteit en uitdagendheid van het werk.

Afnemende meeropbrengst

En dan was er ook nog min of meer recent Belgisch onderzoek. De wetenschappers hier vonden inderdaad – zoals verwacht – een ‘curvilineaire’ relatie tussen de lengte van het dienstverband en productiviteit. Oftewel: hoe langer iemand in dienst is, hoe productiever. Maar de meeropbrengst neemt wel af met de tijd, lieten ze duidelijk zien. En ook hier: het hangt wel sterk af van de complexiteit van het werk en andere ‘bedrijfsspecifieke kenmerken’. De onderzoekers grepen hun resultaten overigens wel aan om onder meer vraagtekens te zetten bij beloningssystemen die anciënniteit automatisch extra belonen.

Als er al zoiets zou bestaan als peak performance, dan is het veel te stellig om die op maximaal 6 jaar te leggen.

Maar laten we nu even teruggaan naar de vraag waar we dit artikel mee begonnen: gaan na 6 jaar dienstverband de prestaties al achteruit? Is dan de performance-piek achter de rug, zoals Culture Amp beweert? Het mag uit hun data misschien blijken, de algemeen aanvaarde wetenschap is er toch een stuk minder van overtuigd. Als er al zoiets zou bestaan als peak performance in een bepaalde lengte van het dienstverband, dan is het veel te stellig om die op maximaal 6 jaar te leggen. We beoordelen de claim dan ook als: niet overtuigend bewezen.

Lees ook

Mathijs Bouman: ‘Ik zie dingen gebeuren die de krapte alleen maar erger maken’

Een faillissement zoals dat van Blokker onlangs, of Bristol of Game Mania eerder? Een uitkomst, zegt Mathijs Bouman bijna jubelend. Precies wat onze arbeidsmarkt nodig heeft. ‘Die mensen kunnen dan weer aan de slag in een sector die nog wel groeit. De OESO ziet eigenlijk overal in de wereld een afname van de arbeidsproductiviteit, en zegt dat eigenlijk maar 5% van alle bedrijven in een sector nog zorgt voor groei. Dat betekent dat we juist méér concurrentie moeten hebben. In Nederland creëren we nu een soort compensatiemaatschappij. Maar failliet gaan is helemaal niet zielig, het zou juist vaker moeten gebeuren.’

‘Failliet gaan is helemaal niet zielig, het zou juist vaker moeten gebeuren.’

Zorgen over toenemende werkloosheid die dat met zich meebrengt? Volgens Mathijs Bouman zijn ze allemaal overtrokken, zo vertelde hij vorige week tijdens het Arbeidsmarkt Trends Event van Werf& (en later in een podcast) in het Van der Valk in Utrecht. ‘In 1971 was de arbeidsparticipatie nog 56,7%. Die is nu gestegen naar maar liefst 84,8%. Dat betekent dat maar 15% van de potentiële beroepsbevolking niet werkt en ook geen werk zoekt. En dat zijn voor het overgrote deel mensen die dat ook helemaal niet willen of nodig hebben.’

Vrouwen en VUT’ters

In de afgelopen decennia hebben we op de arbeidsmarkt steeds wel een nieuwe groep kunnen aanboren, schetste Bouman verder. In de jaren 70 waren het de vrouwen die massaal de arbeidsmarkt betraden, in de jaren 80 gevolgd door WAO’ers en WW’ers, voor wie de regels strenger werden. In de jaren 00 van deze eeuw volgde daarna de verhoging van de pensioenleeftijd en de afbouw van de VUT, wat ook veel ouderen langer aan het werk hield. Waarna een sterke groei van flex en zzp in het vorige decennium nog eens zorgde voor groei van de participatie.

Maar al die groei lijkt nu toch wel zijn piek te hebben bereikt, betoogde Bouman. Veel mogelijkheden ziet hij niet om nóg meer mensen aan het werk te krijgen. ‘De mensen zijn op’, zei hij. ‘Er is geen groep meer te vinden, ook niet als je heel goed zoekt. Hooguit dan de 68-plussers, voor wie als je ze in dienst neemt nauwelijks regels gelden. Of deeltijders meer laten werken. Maar dat is ook heel lastig. Zelfs als het gaat om kinderen staan we in Nederland bovenaan in Europa. Nergens anders hebben zoveel kinderen een baantje als hier. Ik denk zelfs vaak dat het iets te aantrekkelijk is geworden, en het ten koste gaat van de onderwijsprestaties.’

Bijzonder weinig werklozen

En wat als de werkloosheid gaat stijgen? Mathijs Bouman zegt het voorlopig niet gebeuren. ‘Het CPB zegt dat dit volgend jaar gaat gebeuren. Maar dat is alleen maar omdat ze ermee rekenen dat het werkloosheidsevenwicht op lange termijn op 5% ligt. En nu ligt het percentage al jaren veel lager. Dus het zal toch ooit wel weer moeten gaan stijgen, verwachten ze.’ Zelf denkt hij er echter anders over. ‘Hun verwachting is nu al jaren niet uitgekomen. Elke keer is er een lagere werkloosheid.’

mathijs bouman 4 kwartalen krimp achter elkaar niet meer voorgekomen sinds jaren 60/70 dus zelfs niet in de ellendige jaren 80, zelfs niet bij de kredietcrisis, of in de covidcrisis je kunt zeggen we komen uit de langste recessie ooit heel gek de verkiezingen gingen ook niet over hoe komen w uit de recessie mensen maakten zich zorgen over inflatie en migratie maar niet hier over hoe komt dat? omdat iedereen werk heeft en dat is echt wel bijzonder vroeger jeugdwerkloosheid echt een thema kreeg de economie een schopje, dan rolde de werkloosheid minutenlang over het veld nu krapte zo erg dat krimp geen invloed heeft op de werkloosheid de wrkloosheid nog steeds lager dan aantal vacatures

Sterker nog: we hebben net een ongekende periode van economische krimp achter de rug, betoogt hij. En nóg steeg de werkloosheid nauwelijks. ‘Vier kwartalen van krimp achter elkaar, dat was niet meer voorgekomen sinds de jaren 70. Dus zelfs niet in de ellendige jaren 80, zelfs niet bij de kredietcrisis. Maar mensen maakten zich er nauwelijks zorgen over. Wel over inflatie en migratie, maar hier niet over. De verkiezingen gingen dan ook helemaal niet over: hoe komen we uit die langste recessie ooit? En hoe komt dat? Precies, omdat iedereen werk heeft. En dat is echt wel bijzonder, dat beseffen we misschien niet genoeg.’

‘Krapte verdient meer aandacht’

Over de verkiezingen gesproken: die maken de situatie er niet direct rooskleuriger op, aldus Bouman. ‘Ik zie juist veel dingen gebeuren die de krapte alleen maar erger maken. Ik ben echt wel verbaasd dat er zo weinig aandacht is voor de krappe arbeidsmarkt. Vooral omdat ze zelf zoveel plannen maken. Maar elke keer lijken te vergeten dat daar ook mensen voor nodig zijn.’ En het kabinet spreekt zichzelf ook vaak tegen, merkt hij. ‘Dan roepen ze bijvoorbeeld wel tot de 5 sterkste economieën van de wereld te willen behoren, maar schaffen ze tegelijk het Groeifonds af. Zo doen ze eigenlijk steeds het tegenovergestelde van wat ze roepen.’

En ook de ‘jacht op migratie’ maakt het niet makkelijker voor de arbeidsmarkt, ziet hij. ‘Het kabinet is bezig met een leuk experiment’, zegt hij, ietwat cynisch. ‘Zou het nóg krapper worden als we migratie aan banden leggen? Nou, ik weet de uitkomst al wel.’ De potentiële beroepsbevolking stijgt volgens de verwachtingen tot 2070 nog steeds met zo’n 5%. Zou je echter migratie beperken, dat zou het wel eens een krimp van 10% kunnen betekenen. En zonder de kinderen van al die migranten heb je het zelfs over een min van 25%. ‘Dat kan de arbeidsmarkt natuurlijk nooit aan, dat gaat niet lukken.’

Vast minder vast?

En nu we het toch over politiek hebben: Mathijs Bouman hekelde ook meteen de zzp-regelgeving, en de ‘jacht op de zzp’er’. ‘Terwijl het altijd ging om een uitruil: flex minder flex, vast minder vast. Maar het tweede deel van die uitruil lijkt wel helemaal vergeten te zijn. De ontslagbescherming in Nederland is heel hoog, op Tsjechië na de hoogste van Europa. Terwijl bij een tijdelijk contract we alleen Oostenrijk en Ierland onder ons hoeven te dulden. Ook de Raad van State is hier niet blij mee, en wees er al op dat de wetgever voorbij gaat aan de vraag hoe het vaste contract aan te passen om meer mensen aan het werk te krijgen.’

mathijs bouman

‘In Oostenrijk tellen ze letterlijk de verbruikte calorieën om te bepalen of je een zwaar beroep hebt.’

We leven in Nederland sowieso steeds meer in een soort ‘vakbondsframe’, schetste hij. ‘We horen veel over ‘doorgeschoten flex’ en dat er meer vaste banen nodig zijn. In werkelijkheid is het aantal vaste contracten de laatste jaren juist heel hard gestegen. Maar de FNV mag trots zijn: zelfs de VVD heeft dit frame overgenomen. Nog zoiets: schijnzelfstandigen. Ze zijn er heus wel, maar zeker geen miljoen, zoals je wel eens hoort. En de 30-urige werkweek, dat wordt denk ik de nieuwe meme. Of ‘zware beroepen’. In Oostenrijk tellen ze daarvoor letterlijk de calorieën die je nodig hebt, hier wordt het gewoon een uitruil.’

Blijf op de hoogte en meld je aan voor onze nieuwsbrief

"*" geeft vereiste velden aan

Privacyverklaring*
Nieuwsbrief*
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

‘Gooi die diploma’s weg’

Goed, maar hoe moet het dan wél? Hoe krijgen we de arbeidsmarkt weer aan de praat? De demografie liegt niet, maar hoe zorgen we dat we de krapte wel overwinnen? Mathijs Bouman zegt in elk geval veel te zien in meer skills based hiring. ‘We moeten ook op zoek naar mensen zonder diploma, en meer denken in vaardigheden. Gooi die diploma’s nou eens het raam uit. Bij de overheid staat bij elke vacature een opleidingseis. Brug- en sluiswachter, cateringmedewerker, waarom staat daar mbo-niveau bij? Omdat ze dat veld nu eenmaal moeten invullen. Maar is dat echt nodig voor de functie?’

En de andere oplossing ligt volgens hem toch echt in: verhogen van de arbeidsproductiviteit. Oftewel: met minder mensen meer maken. ‘Alleen lijken we dat te zijn verleerd. Ondanks alle automatisering en A.I. Het CPB verwacht dat het nu echt wel gaat stijgen. Maar dat verwachten ze al jaren, en het gebeurt maar niet.’ Er is hierbij trouwens ook goed nieuws te melden, zei hij. Wereldwijd zitten we nog steeds in de kopgroep. ‘Wij zitten aan de grens van wat mogelijk is. Alleen: het groeit niet meer.’

‘Wij zitten aan de grens van wat mogelijk is. Alleen: het groeit niet meer.’

En om die groei wel te bereiken zouden we volgens hem eens wat minder moeten treuren als er een bedrijf omvalt. ‘Dat is eigenlijk mijn opdracht aan iedereen in het land: we moeten meer banen vernietigen, dan gaat het daarna weer goed met de economie. Het slimme voor heel Nederland is: veel meer investeren, onder andere in robottechnologie, en bedrijven mentaal belonen als ze mensen ontslaan. Want zo komen weer mensen beschikbaar. En kunnen we weer gaan werken aan echte groei.’

  • Luister in deze podcast naar wat Mathijs Bouman nog meer te zeggen had:

Schiet recruitment zichzelf in de voet met die almaar groeiende eisen en langere procedures?

Het is een beetje een dystopisch beeld dat tech comment editor Elaine Moore deze week schetste in de Britse Financial Times. Aan de ene kant een behoorlijk stabiele, of zelfs groeiende arbeidsmarkt in de meeste westerse landen, maar aan de andere kant kost het werkzoekenden steeds meer moeite om ergens een voet tussen de deur te krijgen. Niet alleen meldt maar liefst 40% van alle actief werkzoekenden dit jaar nog niet één uitnodiging voor een gesprek gehad te hebben, zelfs wie het lukt wél een uitnodiging te krijgen, wacht een steeds zwaardere hindernisbaan.

Een vriendin overleefde meerdere rondes, maar kreeg als laatste uitdaging de directie te “vermaken”. Ze kreeg de baan niet.’

‘Helaas voor werkzoekenden wordt de rompslomp steeds groter. De eisen van sollicitatiecommissies in de technologiesector stapelen zich op’, constateert Moore. ‘Dat betekent: meer sollicitatiegesprekken, maar ook meer technische tests. Naast codeerbeoordelingen komen er verzoeken voor essays, lange opdrachten om mee naar huis te nemen en zelfs dagenlang werken met bestaande teams. Een vriendin in de Bay Area overleefde meerdere sollicitatierondes, maar kreeg uiteindelijk een laatste uitdaging om de leiding van het bedrijf te “vermaken”. Er waren geen andere instructies. Ze kreeg de baan niet.’

Ligt schuld bij werkzoekenden zelf?

Recruiters vertellen Moore dat bedrijven dit niet doen omdat ze het nou zo leuk vinden om het werkzoekenden moeilijk te maken, maar omdat het steeds moeilijker wordt om de juiste kandidaten te vinden.De schuld ligt, zeggen ze, bij de werkzoekenden zelf. Online vacatures maken het makkelijk om speculatieve sollicitaties te versturen. In het Verenigd Koninkrijk meldde het Institute of Student Employers dit jaar een recordaantal van 1,2 miljoen sollicitaties te hebben ontvangen voor 17.000 vacatures voor afgestudeerden. Softwaremaker Workday meldt dat het aantal wereldwijde sollicitaties 4 keer sneller groeit dan het aantal vacatures.’

Het aantal sollicitaties zou wereldwijd 4 keer sneller groeien dan het aantal vacatures.’

De boosdoener? A.I. De groeiende toename zou te wijten zijn aan kandidaten die inloggen op ChatGPT om hun sollicitatie aan te laten passen aan vaardigheden die ze mogelijk niet bezitten.Sommigen proberen zelfs wervingssoftware te misleiden door in witte tekst te schrijven – door vereisten op te sommen die ze missen op manieren die onzichtbaar zijn voor het menselijk oog, maar wel worden opgepikt door screeningsoftware.’

Nieuwe hoepels

En dan is het logisch dat werkgevers nieuwe hoepels toevoegen waar kandidaten doorheen moeten springen, aldus Moore. ‘A.I.-ondersteunde sollicitaties kunnen tegenwoordig slechte kandidaten maskeren van wie de tekortkomingen pas in meerdere interviews aan het licht komen. En de aardige gladde prater die door persoonlijke ontmoetingen zeilt, kan alleen worden ontmaskerd door tests op locatie of werkproeven.’

Bij veel bedrijven is het ook niet meer genoeg om gewoon goed te zijn in je werk, constateert de columnist.Je moet toewijding tonen aan het bedrijfsethos. Amazon staat erom bekend kandidaten te beoordelen op zijn 16 leiderschapsprincipes. Als je niet kunt bewijzen dat je geobsedeerd bent door klanten of groots kunt denken, kun je weer gaan. Het probleem is dat het toevoegen van meer interviews en tests kandidaten en interviewers uitput en iedereen afleidt van het echte werk.’

4 gesprekken is genoeg

De extra hoepels en barrières in het gemiddelde recruitmentproces zijn bovendien waarschijnlijk niet eens productief, schetst ze.In 2016 verklaarde Google dat 4 interviews voldoende waren om te voorspellen of iemand aangenomen zou worden. Volgens het bedrijf had alles wat langer duurde een afnemend rendement.’

‘Ouders geloven nog steeds dat je maar een ​​net hoeft pak aan te doen en gewoon een cv aan de receptie afgeeft als je werk zoekt.’

Maar het probleem zijn volgens haar niet alleen de vele sollicitatierondes, het zijn ook alle barrières die vóór deze interviews worden opgeworpen. ‘Soms klagen jonge werkzoekenden dat hun ouders nog steeds geloven dat het mogelijk is om een ​​net pak aan te trekken en een cv aan de receptie te geven als ze werk zoeken. In werkelijkheid omvat het standaardproces al een online sollicitatie, cv-screening en online beoordeling voordat je überhaupt iemand op locatie mag ontmoeten. Sollicitatietrackingsoftware wordt gebruikt om kandidaten eruit te filteren voordat ze de kans krijgen om met iemand bij een bedrijf te communiceren.’

Het duurt en het duurt

Het proces lijkt gemiddeld ook steeds langer te duren. Onderzoek van de Amerikaanse HR-adviseur Josh Bersin stelde de gemiddelde time-to-hire al op 45 dagen, terwijl het in sectoren als tech nog veel langer kan zijn. Software-engineer Rohit Verma blogt over zijn ervaringen met het bemachtigen van functies bij grote Amerikaanse technologiebedrijven. Hij schrijft dat het ongeveer 4 maanden duurde van eerste referral tot aan baanaanbod.

Dit zou eventueel nog wel te verteren zijn als de technologiesector aan de andere kant niet zo dol was op massaontslagen, stelt Moore. Dus als de langere termijn ook zou leiden tot meer resultaat. ‘Maar volgens Layoffs.fyi heeft de techsector vorig jaar zijn personeelsbestand met 264.000 mensen ingekrompen. Bedrijven als TikTok en Snap hebben dit jaar al meer dan 149.000 banen geschrapt. Dat betekent dat sommige werknemers die aan deze intensieve sollicitatieprocedures deelnamen, binnen een paar jaar hun baan weer kwijt zijn.’

Somber vooruitzicht

Een somber vooruitzicht, aldus Moore. ‘Want waar technologie doorgaans het voortouw neemt, volgen andere sectoren meestal. Verwacht dus dat het wervingsproces ook in uw eigen vakgebied binnenkort nog pijnlijker wordt.’ Zonder dat het dus noodzakelijkerwijs leidt tot betere uitkomsten, voegt ze impliciet toe. Want het zou ook kunnen dat recruiters zich met al die eisen in de eigen voet schieten, en juist steeds meer talent mislopen dat geen zin heeft in de ellenlange procedures, maar andere manieren zoeken om aan het werk te komen.

Het aantal actieve sollicitanten zou dit jaar een niveau bereiken dat de afgelopen 10 jaar niet meer is gehaald.

Ook andere onderzoeken bevestigen overigens de trend van het ‘kapotte proces’. Zo meldde een Amerikaanse survey van meer dan 2.000 respondenten dat kandidaten het gevoel hebben dat een sollicitatie versturen voelt als ‘iets in een black box stoppen’. Bovendien neemt de concurrentie op de arbeidsmarkt ook daadwerkelijk toe – althans: in de VS. En niet eens zozeer door de groeiende werkloosheid, maar juist door de angst daarvoor. Die heeft ervoor gezorgd dat het aantal actieve sollicitanten dit jaar op een hoogte zou staan die de afgelopen 10 jaar niet meer is bereikt. En dan is het A.I.-effect nog niet eens meegerekend.

Lees ook

Wat maakt ‘project-recruitment’ anders dan ‘gewoon’ recruitment? (En hoe pakt dat uit in de praktijk?)

Soms is een project zo groot, of zo specifiek, dat jouw eigen recruitmentafdeling het er niet zomaar even bij kan doen. Dan kan project-recruitment een uitkomst zijn. Dan besteed je de werving en selectie van het project uit aan een externe partij, wat niet alleen tijd en kosten bespaart, maar ook flexibiliteit en schaalbaarheid kan bieden, specifieke expertise, en transparantie en meetbaarheid. Ook voor de kandidaatervaring kan project-recruitment een uitkomst zijn, omdat je vaak grote aantallen wilt werven in een korte periode, en dan gedegen kennis van het project – ook voor de kandidaat – onontbeerlijk is.

‘Een groot nieuw project bemensen, dat kunnen niet alle bedrijven erbij doen.’

‘De meeste bedrijven hebben zelf wel recruiters in dienst, maar een groot nieuw project bemensen, dat kunnen ze er niet altijd bij doen’, legt Tjesca Honnef-Kuytenbrouwer uit, die zich met EN HR Solutions juist specialiseerde in het verzorgen van zulk project-recruitment. Een expertise die steeds meer aan belang wint, nu steeds meer organisaties projectgestuurd werken, en dus vaak een tijdelijk grote behoefte hebben. ‘Wij ontzorgen een recruitmentteam dan, waarbij de dienstverlening altijd tijdelijk van aard is, dus met een kop en een staart. Denk aan de opening van een nieuwe locatie, of de start van een apart bedrijf.’

Inpluggen

Project-recruitment is een speciale vorm van recruitment process outsourcing, vult ‘Strong Original’ Ellen van Buiten aan. ‘We werken dan echt als verlengstuk van de eigen recruitmentafdeling, als collega’s van het interne team. Waarbij we aan de achterkant natuurlijk wel inpluggen, zodat we ondersteuning van het hele team hier kunnen krijgen, en bijvoorbeeld alle middelen kunnen inzetten op het gebied van sourcing en employer branding. Flexibel en schaalbaar, transparant en meetbaar. Dat is heel wat anders dan als je bijvoorbeeld zo’n project via een werving- en selectiebureau van mensen zou willen voorzien.’

‘Er komt bij ons dus ook altijd een projectmanager bij kijken, die regie houdt.’

Voorbeelden die het bedrijf onder handen heeft genomen zijn onder meer het vervullen van seizoensbehoeftes in een groot callcenter, of de uitrol van een shop-in-shop-concept voor een telefoonbedrijf, waarbij ineens 800 mensen geworven moesten worden. ‘Het is fijn voor de opdrachtgever om dan via ons flexibiliteit te hebben. Het vraagt overigens ook echt iets van projectmanagement. Er komt bij ons dus ook altijd een projectmanager bij kijken, die regie houdt.’

De techniekers van Unit T

Een van de andere voorbeelden van de afgelopen 2 jaar was Unit-T, een 1.200 medewerkers tellend Belgisch bedrijf, dat groot is in implementatie en begeleiding van nieuwe technologieën op het gebied van bijvoorbeeld ICT, energie, security en telecom, en eigenlijk doorlopend op zoek is naar technisch talent – ’techniekers’, zoals ze dat in Vlaanderen noemen. Ze klopten aan bij EN HR solutions niet alleen voor de werving van veel starters, maar ook om de achterdeur dicht te zetten. ‘Het gaat hier namelijk om een doelgroep waar veel aan getrokken wordt’, aldus Honnef-Kuytenbrouwer.

Unit T is op zichzelf al een projectorganisatie. Werken met project-recruitment was hen dus niet helemaal vreemd. ‘Maar op een gegeven moment hadden ze zicht op 1 project, waarvoor ze 600 mensen moesten werven’, vertelt Van Buiten. ‘Dat was natuurlijk een hele uitdaging. Dat hebben we toen helemaal apart aangevlogen, met een eigen ATS, en een eigen speciale landingspagina voor dit project, met search-capaciteit op de achtergrond erbij. En daar ook dashboarding aan gekoppeld, zodat we het hele project van sollicitatie naar de hire konden volgen. Dat is uiteindelijk een groot succes geworden, we hebben de resultaten meer dan behaald.’

Afgerond is afgerond

Het eerste project voor Unit-T zit momenteel in de afrondende fase. Er is dankzij het succes ook nog een tweede project uit voortgekomen, waarbij nog eens ‘een paar honderd operationele techniekers moesten worden geworven’, aldus Van Buiten. Maar ook hier is een duidelijke deadline afgesproken. ‘Als het is afgerond, is het ook echt afgerond. We dragen dan de hele database plus het ATS over, dat we hebben gebouwd uit naam van de organisatie. Al kijk je dan natuurlijk nog wel of er nazorg nodig of gewenst is. Zo’n transitiefase is altijd maatwerk.’

‘Een grote vaste recruitmentafdeling vinden veel bedrijven momenteel doodeng.’

Veel corporate recruitmentafdelingen zijn de laatste jaren qua omvang onder druk komen staan, onder meer na corona. ‘Bedrijven willen de overhead zo laag mogelijk houden, en vinden het moeilijk hun behoefte in te schatten’, legt Honnef-Kuytenbrouwer uit. ‘Een grote recruitmentafdeling vinden ze daarom doodeng. Dan kan project-recruitment vaak echt een uitkomst zijn. Bovendien blijkt de kwaliteit meestal zeer hoog. Bij Unit-T merken we bijvoorbeeld een laag uitvalpercentage in de training, doordat we een streng assessment aan de poort doen.’

Versnellers en vertragers

Grote projecten zijn voor veel corporate recruitmentafdelingen al gauw te veel werk. Maar kan een organisatie als EN HR solutions eigenlijk zelf wel elk project aan? ‘Ja, in principe wel’, zegt Honnef-Kuytenbrouwer overtuigd. ‘Het is voor ons natuurlijk ook een project, met een projectteam en een projectmanager. Maar wij kunnen vaak snel opschalen, en proberen al aan de voorkant helder te krijgen wat nodig is om het goed tot de eindstreep te krijgen. Het succes zit echt al aan die voorkant, in die onderzoeksfase. Dan kunnen we ook al laten zien hoe we het willen gaan aanpakken, en waar we eventueel versnellers en vertragers zien.’

‘We willen al aan de voorkant helder krijgen wat nodig is om het project goed tot de eindstreep te krijgen.’

Afhankelijk van het project gaat het hierbij overigens om Total Talent Acquisition, dus de werving van zowel vast als flex personeel. Bij het project-recruitment voor Unit-T was dit bijvoorbeeld het geval. ‘Voor ons maakt dat in principe niet uit’, aldus Van Buiten. ‘Het hangt af van wat de klant wil: of ze alleen tijdelijk mensen voor dat project willen, of denken ook na het project nog mensen intern te kunnen plaatsen. Wij kunnen het allemaal volledig voor ze verzorgen.’

Lees ook

Ruim helft neemt nog geen maatregelen tegen bias (en 4 experts over hoe je dat wél kunt doen)

Hoewel 28% van de HR-beslissers aangeeft dat hun organisatie processen hanteert om eerlijke werving te waarborgen, benut een groot deel eenvoudige technieken nog nauwelijks. Zo verwijdert slechts 17% gender- of leeftijdsgebonden taal uit vacatureteksten, en hanteert maar 19% gestructureerde interviews met identieke vragen voor alle kandidaten. Andere effectieve maatregelen om bias tegen te gaan, zoals blinde sollicitatiebrieven (6%) en werven zonder cv (4%), worden nog veel minder toegepast, blijkt uit recent onderzoek van Indeed.

‘De praktijk laat zien dat veel bedrijven hierin nog flinke stappen kunnen zetten.’

‘Eerlijke werving vormt een cruciaal onderdeel van inclusiviteit op de werkvloer, maar de praktijk laat zien dat veel bedrijven hier nog flinke stappen in kunnen zetten’, reageert Stan Snijders, Managing Director Benelux bij Indeed. ‘Met eenvoudige aanpassingen in het wervingsproces kunnen organisaties al een groot verschil maken.’ Welke stappen dat zijn, daarover schreef de vacaturesite een uitgebreid onderzoeksrapport, inclusief gedetailleerde inzichten en praktische aanbevelingen van verschillende experts. Welke tips delen zij zoal? Een korte eerste impressie.

#1. ‘Focus je alleen op het strikt noodzakelijke’

Wie? Dr. Marcia Goddard is een neurowetenschapper met een missie. Na het behalen van haar PhD in neurowetenschap werkte zij als assistent-professor. Zij verliet de academische wereld om haar kennis en kunde te richten op het overbruggen van de kloof tussen wetenschap en werkvloer.

Visie? Alles begint met bewustwording en dus adviseer ik allereerst een goede training voor iedereen, managers en medewerkers. Dat lijkt misschien een open deur, maar het is enorm belangrijk dat we serieus begrijpen wat bias is en welke gevolgen het heeft. Als je het snapt, dan kun je met elkaar erover praten en een strategie bepalen hoe je de impact van vooroordelen kunt verminderen. Verder moet je er vanaf het begin voor zorgen dat er diversiteit is in de groep die verantwoordelijk is voor werving en selectie. Bepaal met elkaar een kleine set kenmerken die écht belangrijk zijn om de rol met succes vorm te geven. Houd het zo zuiver mogelijk. Focus je alleen op het strikt noodzakelijke, de must-haves. Selecteer niet op onderbuikgevoelens, maar op vaardigheden en kennis.’

‘Ik zou sowieso adviseren te stoppen met het vragen naar een cv.’

‘Wat ik een hele handige vind, is een tool die je helpt om vacatureteksten inclusiever te schrijven. Ik zou sowieso adviseren te stoppen met het vragen naar een cv. Je krijgt een veel beter beeld van geschiktheid als je vraagt naar work samples, bewijzen van bekwaamheid. Daarmee kan een kandidaat aantonen te beschikken over de kennis en de ervaring waarnaar jij op zoek bent. Verder is mijn tip te werken met vaste, gestructureerde interviews die bij elke kandidaat dezelfde set aan vragen bevat. Persoonlijke vragen zijn een broeinest voor bias, dus die kun je het best vermijden. Wel zo eerlijk, en je doet daarmee ook neurodivergente kandidaten een plezier. Zij weten vaak niet goed wat zij aan moeten met dat soort ‘vage’ vragen.’

Nog een tip? ‘Ook de selectie kan je het best doen met een team waarin voldoende diversiteit is. Wat goed werkt, zijn scorecards die teamleden los van elkaar, gerandomiseerd invullen. Scorecards zijn in de meeste ATS systemen ingebouwd en kunnen dus ook gemakkelijk verwerkt worden in je recruitmentproces. Na het invullen maakt het systeem automatisch een ranking van de meest geschikte kandidaten. Stel de antwoorden stuk voor stuk ter discussie. Geef een persoon in het team de rol van advocaat van de duivel die elk oordeel uitdaagt. En vergeet niet diegene expliciet toestemming te geven om dat te doen, want de meeste mensen zijn gericht op harmonie en vinden het lastig om zaken op scherp te stellen.’

#2. ‘Peil eerst wat er leeft’

Wie? Als gecertificeerde DEI-trainer/consultant zet Vivian Acquah CDE® zich in om de onderwerpen welzijn op het werk en DEIB+ (Diversiteit, Gelijkwaardigheid, Inclusie en Saamhorigheid) toegankelijker te maken voor iedereen bij klanten als Heineken, Google, Indeed, Deloitte, TIBCO, Cargill, Swift, Acrolinx, KLM en Zalando.

Visie?Het kweken van kennis en bewustzijn in de hele organisatie is een belangrijke factor. Vaak reageren we intuïtief en onbewuste vooroordelen zijn hardnekkig. Veel mensen hebben geen idee hoe hun opmerkingen overkomen op de ander. Uitspraken als: ‘Wat spreek jij goed Nederlands’, ‘Wat ben je lekker assertief voor een vrouw’, of ‘Wat weet je veel van A.I. voor iemand van jouw generatie’, zijn misschien als compliment bedoeld, maar de onderliggende boodschap is dat je afwijkt van de norm. En dan versterkt het juist het gevoel van anders zijn of zelfs uitsluiting.’

‘Goedbedoelde complimenten kunnen juist het gevoel van anders zijn of zelfs uitsluiting versterken.’

Daarom is het cruciaal om werknemers en leidinggevenden op alle niveaus continu te trainen en te blijven ontwikkelen. Een krachtige interventie hierbij is gebruik te maken van virtual reality. Met een VR-bril kunnen mensen aan den lijve ervaren hoe het is om geconfronteerd te worden met de impact van exclusie op de werkvloer. Een ervaring die letterlijk je blikveld verruimt. Je kruipt als het ware in de huid van de ander en voelt zelf wat een schijnbaar onschuldige opmerking met jou persoonlijk doet. Dankzij dit soort trainingen worden werknemers zich meer bewust van de impact van exclusie zoals vooroordelen, microagressie en ongewenst gedrag. En ze leren hoe het beter kan.’

Nog een tip? ‘Een cultuur van inclusie en saamhorigheid neerzetten doe je echt samen. Daarom adviseer ik altijd voordat je begint goed te peilen wat er leeft bij je medewerkers. Waar lopen ze tegenaan en waar liggen de behoeften? Doe een nulmeting en kijk wat er goed gaat en wat verbeterd moet worden. Op basis daarvan stel je duidelijke doelen, bepaal je meetpunten en blijf deze evalueren. Dan weet je precies wat werkt en wat niet en welke vooruitgang je boekt. Dat geeft duidelijkheid en het motiveert enorm.’

#3. ‘Het is niet in een jaar op te lossen’

Wie? Met bijna 20 jaar internationale leiderschapservaring in de bankensector zet Sergio Panday zich in voor het vergroten van etnoculturele diversiteit in de bedrijfstop. Als mede-oprichter van Roots Inspire helpt hij bedrijven bij het aantrekken, behouden en laten doorstromen van etnocultureel talent.

Meer dan de helft van de HR-beslissers (51%) neemt geen maatregelen tegen bias in het wervingsproces, blijkt uit recent onderzoek van Indeed. Hoe je dat wél kunt doen? Vier experts spreken zich uit.

Visie? ‘Net als bij elke belangrijke beslissing in een organisatie, is het noodzakelijk een business case te maken van je diversiteitsstrategie. Wat is je huidige situatie, hoe ziet je talentpool eruit, waar zit het onbenutte potentieel en wat gaat dat je opleveren? Dan komt de uitvoering en daarin is het allerbelangrijkst dat er duidelijke sponsors zijn vanuit de top van de organisatie. Mensen met invloed die zich hard maken voor het beleid en dit in alles wat ze doen uitdragen. Het is niet in een jaar op te lossen, dus het zal verankerd moeten zijn in de strategie.’

‘Het mooie is, het is altijd tweerichtingsverkeer. Op hun beurt krijgen deze sponsoren ook nieuwe inzichten.’

‘Wat goed werkt, is rolmodellen in leidinggevende posities een podium geven en zo zichtbaar maken wat er mogelijk is. Als je deze rolmodellen intern niet hebt, dan kun je ze extern vinden. Op onze programma’s zetten we deze rolmodellen in als mentors, zodat etnisch divers talent kan sparren met leiders die zelf een etnische achtergrond hebben om zo te leren van hun kennis, inzichten en ervaringen. Het talent krijgt hierdoor vaak meer zelfvertrouwen in hun capaciteiten. Ze leren hoe zij barrières kunnen overwinnen en zichzelf beter kunnen profileren in hun organisatie. En het mooie is, het is altijd tweerichtingsverkeer. Op hun beurt krijgen deze sponsoren ook nieuwe inzichten.’

Nog een tip? ‘Als de focus bij benoemingen verschuift van “het beste individu” (vaak net iets te veel een kopie) naar “de beste toevoeging aan het team”, kan dat al een flinke stap in de richting van een echte meritocratie zijn. Ik zeg hier bewust “toevoeging” en niet degene die het beste in het team “past”, want dan zijn we vaak toch weer terug bij af.’

#4. ‘Reken af met menselijke arrogantie’

Wie? Van nature is Charlotte Melkert kritisch op onlogische of oneerlijke praktijken. Als mede-oprichter van Equalture, een snelgroeiende Nederlandse HR-tech scale-up, opgericht met haar zus Fleur, zet ze neurowetenschappen en gamification in voor onbevooroordeelde werving. Haar visie op competentiegericht werven vertaalde zich in haar boek Beyond Resumes: A Blueprint For Competency-Based Hiring (2024).

Meer dan de helft van de HR-beslissers (51%) neemt geen maatregelen tegen bias in het wervingsproces, blijkt uit recent onderzoek van Indeed. Hoe je dat wél kunt doen? Vier experts spreken zich uit.

Visie? ‘We laten eerst huidige medewerkers onze competentiegames maken. We tonen hiring managers dat wat zij belangrijk vinden, zoals intelligentie, overeenkomt met onze metingen – zonder naar opleiding te kijken. Initieel laten we cv’s en competentiegames naast elkaar lopen. Dit laat zien dat perfecte cv-kandidaten soms slecht scoren in de testen, en andersom. Zo doorbreken we vastgeroeste denkpatronen. Achteraf analyseren we welke mensen zijn aangenomen. Managers zien dan vaak dat kandidaten met het juiste opleidingsniveau maar minder goede testresultaten inderdaad onderpresteren.’

‘We overschatten ons vermogen om mensen te beoordelen.’

‘Om hiring managers mee te krijgen, zijn data én verhalen cruciaal. We merken dat mensen het lastig vinden als een algoritme betere beslissingen neemt dan zijzelf. Dit raakt onze menselijke arrogantie. Dit fenomeen heet ‘overconfidence bias‘. We overschatten ons vermogen om mensen te beoordelen. Dit confronteert mensen met een ongemakkelijke waarheid: de vertrouwde werkwijze die ze jarenlang hebben gevolgd, schiet tekort. Voor wie gewend is zelf de touwtjes in handen te hebben, voelt dit als een aanval op zijn beoordelingsvermogen. Het is niet makkelijk om toe te geven dat je misschien niet altijd de beste beoordelaar bent. Maar het is wel nodig om te groeien en betere beslissingen te nemen. Uiteindelijk gaat het erom dat we de juiste mensen op de juiste plek krijgen.’

Nog een tip? ‘Zoek een afdeling waar de pijn het grootst is, bijvoorbeeld waar veel verloop is of waar het door de krapte op de arbeidsmarkt erg moeilijk is om nieuwe collega’s te vinden. Daar staan managers vaak open voor verandering. Begin dan klein met competentiegericht werven. Bedenk: welke 3 skills ga je echt missen bij een vertrekkende medewerker? Welke vaardigheden van de vertrekkende medewerker zijn onvervangbaar? En welke eigenschappen ga je niet missen?Bouw vervolgens één succesje op. Andere managers worden dan vanzelf nieuwsgierig. Confronteer met data. Toon aan dat niet altijd de slimste personen of hoogst opgeleiden het best presteren. Over data kun je niet discussiëren. Zo kun je geleidelijk overstappen naar een eerlijker en effectiever wervingsproces.’

Meer weten?

Lees het hele onderzoek

Indeed Diversiteit

Lees ook

Doel van kabinet ‘volstrekt onhaalbaar’: zeker geen 1 miljoen ICT’ers in 2030

Het vorige kabinet was er duidelijk over: Nederland heeft in 2030 zeker 1 miljoen ICT-geschoolden nodig. Dat komt neer op zo’n 10% van de gehele werkzame beroepsbevolking. En halen we dat niet, dan zal steeds meer dienstverlening vertraging oplopen en kan de concurrentiepositie van Nederland wel eens onder druk komen te staan, zo vreesden de vorige bewindslieden. ‘De instroom in het bètatechnisch onderwijs moet dus omhoog, de aansluiting tussen het bètatechnisch onderwijs en de arbeidsmarkt moet beter en werkgevers en overheid willen technisch personeel in de techniek en ICT behouden’, zo schreven zij.

Zelfs in het meest optimistische scenario zou Nederland in 2030 nog geen miljoen ICT’ers tellen.

Bij het nieuwe kabinet is van die ambitie echter weinig meer te bespeuren. En uit nieuw onderzoek van arbeidsmarktdataspecialist Intelligence Group en HR-tech dienstverlener HeadFirst Group blijkt dat het doel ook steeds verder uit zicht raakt. Zelfs in het meest optimistische scenario van ‘explosieve groei’ zou Nederland in 2030 slechts maximaal 862.000 ICT’ers tellen, zo stellen de onderzoekers. In meer waarschijnlijke scenario’s ligt het aantal veel lager: tussen de 628.000 en 783.000. Maar zelfs een scenario van krimp naar 452.000 ICT’ers (oftewel: 4,3% van de beroepsbevolking) achten de onderzoekers niet onrealistisch.

Nu: ruim een half miljoen ICT’ers

Uit de nieuwste Talent Monitor blijkt dat de ICT-beroepsbevolking in Nederland in het derde kwartaal van 2024 ongeveer 583.000 personen telt. Dit komt neer op zo’n 6% van de totale werkzame beroepsbevolking. Geert-Jan Waasdorp, directeur en oprichter van Intelligence Group: ‘Sinds 2022 is de groei in het aantal ICT’ers vrijwel tot stilstand gekomen. Richting 2030 lijkt stabilisatie het meest voor de hand te liggen, mede door structurele krapte op de arbeidsmarkt, waardoor het lastig is zij-instromers bij of om te scholen. Bovendien hebben sectoren zoals de zorg, het onderwijs en de techniek een concurrerende vraag naar arbeidskrachten.’

‘Nuance: als de A.I.-trend zich doorzet, zal de vraag naar vooral developers op termijn afnemen.’

HeadFirst Group-CEO Marion van Happen ziet overigens wel ruimte voor wat nuance bij de behoefte van 1 miljoen ICT’ers. ‘Als de A.I.-trend zich doorzet – en die verwachting is reëel – zal de vraag naar vooral developers op termijn afnemen. In Nederland zal de A.I.-adoptie geleidelijk verlopen, waardoor de impact op de vraag naar ICT’ers tot 2025 beperkt blijft. Maar dit betekent wel dat we het doel van 1 miljoen ICT’ers in 2030 misschien niet hoeven te halen om de digitale transitie succesvol te realiseren. Al blijft het nodig om groei in de ICT-beroepsbevolking te stimuleren, want A.I. kan de vraag naar ICT’ers niet volledig vervangen.’

Meer weten?

De volledige Talent Monitor over ICT’ers is hier te downloaden

Talent Monitor ICT

Lees ook

5 lessen die te leren waren op het Arbeidsmarkt Trends Event

Het loopt tegen het eind van het jaar, en dat is traditiegetrouw gezien de tijd van het terug- en vooruitblikken. Bij Werf& doen we dat onder meer altijd met het Arbeidsmarkt Trends Event, waarbij verschillende sprekers hun licht laten schijnen over de grootste trends en ontwikkelingen, en hoe je daar verstandig op kunt inspelen. Dat gebeurde gisteren, 3 december, opnieuw voor een goed gevulde zaal van het Van der Valk in Utrecht. Welke lessen vielen daar zoal op te halen? Alvast een kleine impressie, voordat de komende weken nog wat meer verdieping volgt.

Les 1: ‘De mensen zijn op’

Zwart/wit stomme filmpjes, een vleugje humor, veel grafieken en ook wel donkere wolken: de aftrap was bijna traditiegetrouw voor Mathijs Bouman, bekend macro-econoom, die de ontwikkelingen altijd scherp weet te duiden. Ook dit keer kwam er weer veel voorbij: van een falend kabinet dat de krapte alleen maar erger maakt, tot de razendsnelle opmars van A.I. en de opvallende constatering dat de lange economische krimp die we gehad hebben, nauwelijks heeft geleid tot gestegen werkloosheid. Wat voor Bouman nogmaals de duurzame krapte onderstreept, net als de stelling dat de potentiële groepen werknemers nu echt wel ‘op’ zijn.

En dus is het goed dat er ‘af en toe een Blokker omvalt’, zei hij ook. ‘Dat schept wat lucht op de arbeidsmarkt. En die mensen kunnen dan doorwerken in een sector die nog wel groeit. We moeten echt af van het idee dat we elk bedrijf moeten redden als het dreigt om te vallen. Geloof me: als we meer bedrijven kapot zouden laten gaan, of ze zouden belonen voor het vernietigen van banen, dan gaat het vanzelf weer beter met de arbeidsmarkt en de economie.’

‘We moeten echt af van het idee dat we elk bedrijf moeten redden als het dreigt om te vallen.’

Al zou het ook helpen als vast wat minder vast zou worden op de arbeidsmarkt, zei hij. ‘Flex minder flex, vast minder vast, dat was steeds de uitruil. Maar die tweede kant van de medaille lijkt wel vergeten te zijn. Terwijl we qua ontslagbescherming bijna bovenaan in Europa staan.’

  • Luister naar wat Mathijs Bouman nog meer te zeggen had:

Les 2: ‘Het meeste talent is al binnen’

Over naar de praktijk dan, en wel aan de hand van KVK-HRM-directeur Karolien van Lieshout, die onder meer een vurig pleidooi hield voor het belang van interne mobiliteit. Nu de mensen buiten steeds moeilijker te vinden zijn, zou de focus beter naar binnen gericht kunnen zijn, betoogde ze. ‘Ik heb bij KVK gezegd: 75% van onze vacatures moeten we vervullen met de mensen die we al in huis hebben zitten.’ En dat is een behoorlijk ambitieus streven, want het gemiddelde in Nederland behelst slechts ongeveer een derde, terwijl voor ongeveer 2 op de 3 vacatures juist iemand van buiten wordt aangetrokken.

Die beweging van talent buying naar talent building heeft wel wat voeten in de aarde, legde ze uit. Zoals de aanstelling van een intern recruiter en het ontwerp van een intern recruitmentproces. Maar het heeft ook in deze tijd ongekende voordelen, zoals op het gebied van veiligheid. ‘We worden echt belaagd door sollicitanten die na binnenkomst onze data willen stelen. Dat is echt een issue aan het worden. We hebben wel systemen om te checken of iemand is die hij zegt dat hij is. Maar iemand die al langer in huis is, die heeft dat vertrouwen natuurlijk vanzelf al meer.’

  • Luister hier naar wat Marion de Vries meenam van het Arbeidsmarkt Trends Event, onder andere over het belang van interne mobiliteit:

Les 3: ‘Zorg voor lonkend perspectief’

Krappe arbeidsmarkt? Aad van der Werf krijgt er ondertussen behoorlijk jeuk van. Want ja, er komen enerzijds nog steeds banen bij, voorspellen onder meer het CPB en UWV. En ja, aan de andere kant gaan in die tijd ook veel mensen met pensioen, terwijl er steeds minder jongeren de arbeidsmarkt opstromen. Maar dat noopt niet tot somberen, aldus de strategisch arbeidsmarktadviseur. Het noopt volgens hem juist eerder tot anders denken, en anders kijken naar onbenut talent. ‘Ik heb het idee dat we te weinig doen met het human capital dat we als Nederland al in huis hebben.’

Dat betekent voor hem aan de ene kant: goed kijken wat we de komende 10 jaar nu echt aan beroepen nodig hebben, en waar het wel wat minder kan. En daar dan ook vol op inzetten. Maar aan de andere kant ook: veel meer kijken naar de drijfveren, passies en talenten van mensen. Want ieder mens heeft talent, is zijn overtuiging. ‘Zelfs als je niets kunt, heb je een talent. Want dan kan je niets’, grapte hij. Gelukkig ziet hij wel beweging die kant op. ‘Ik vind het bijvoorbeeld bemoedigend om te zien dat al 81% van de werkgevers zegt aan skills based hiring te doen, en maar liefst 88% van de techniekbedrijven.’

Zelf werkt hij in de gemeente Rotterdam onder meer met ‘moeilijke doelgroepen’ volgens het zogeheten RIASOC-model. Daarbij gaat het erom minder vanuit de vacature en de functie te redeneren, maar meer te leren kijken: ‘Waar gaat iemand nou op aan? Als je mensen kunt aanspreken op hun passie, dan kun je ze veel meer aan je binden. Dan ontstaat ineens een heel interessante doelgroep.’ En dat speelt zelfs intern, zegt hij. ‘Intern zegt gemiddeld 30% van jullie mensen dat ze onder hun niveau werken. Moet je eens nagaan als je dat potentieel kunt aanboren. Zorg voor een lonkend perspectief, dan ga je groepen aan je binden.’

  • Luister hier wat Alix Hensen Verbaten meenam van het Arbeidsmarkt Trends Event, onder andere over het belang van human capital:

Les 4: ‘Luister naar je doelgroep’

Dat mensen het verschil maken, hebben ze ook begrepen bij Kruidvat. De focus is steeds minder op prijs en operations alleen, vertelde Anke Reusken, manager Employer Branding & Employee Experience bij AS Watson (bekend van Kruidvat, Trekpleister en ICI PARIS XL). ‘Het draait nu om de vriendenteams. Wij zijn ervoor om mensen daarin te stimuleren, en te zorgen dat ze ook binnen onze organisatie blijven.’

Haar verhaal lardeerde ze met tal van cijfers. Zoals het feit dat 83% van het personeelsbestand van de 1.400 Kruidvat-filialen bestaat uit jongeren (Gen Z en Gen Alpha), maar dat van het vaste bestand 18% al 50-plus is, en dat het bedrijf zo’n 23.500 medewerkers telt, verdeeld over 92 nationaliteiten, van wie 16% man en 84% vrouw.

‘Een brief aan de ouders lijkt iets heel kleins, maar heeft een mega-effect in de hele journey.’

Maar vooral leuk waren de vele grote en kleine innovaties die ze noemde. Zoals aan de ene kant de geavanceerde assessments van Neurolytics waarmee het bedrijf nu experimenteert, die aan de hand van spiervertrekkingen in het gezicht iemands engagement en organisational fit zouden kunnen bepalen. Maar aan de andere kant ook iets heel simpels als een brief gericht aan ouders van jongeren die net voor Kruidvat gaan werken, om hen uit te nodigen in gesprek te gaan en zo hun vertrouwen te winnen. ‘Het is iets heel kleins, maar heeft een mega-effect in de hele journey.’

Er kwamen overigens ook nog tal van andere van zulke ‘kleine’ innovaties voorbij die lieten zien hoe Kruidvat naar de doelgroep luistert. Zoals een onepager arbeidsovereenkomst, en een net gelanceerde online carrièrecoach voor alle (jonge) medewerkers. ‘Omdat we merkten dat onze medewerkers het moeilijk vonden om te snappen wat er bij ons allemaal nog meer mogelijk is.’ Ook de preboarding-app verdient vermelding. Die gebruikt namelijk video (‘Onmisbaar voor deze jonge doelgroep’), en kent een uitspeelratio van maar liefst 75%. ‘Wat er waarschijnlijk wel mee te maken heeft dat als je ‘m uitkijkt, je een presentje kunt verwachten.’ Maar het helpt dus ook enorm om de no-show terug te dringen, vertelde Reusken.

  • Luister hier naar wat Anke Reusken allemaal nog meer te zeggen had:

Les 5: ‘Vergeet de vergeten doelgroepen niet’

Vergrijzing? ‘Tot 2029 is vergrijzing níet het probleem op de arbeidsmarkt.’ Laat het maar aan Intelligence Group-directeur Geert-Jan Waasdorp over om de dag af te sluiten met enkele flinke stenen in de vijver. ‘Het is niet de vergrijzing, het is de demografie’, zei hij dus bijvoorbeeld. ‘De arbeidsmarkt is daar totaal nog niet op ingericht.’ Neem een groep als vrouwen, zei hij. Tegenwoordig maken ze 47% uit van alle werkenden. Maar alle systemen van de arbeidsmarkt zijn nog ingericht op de man, net als bijvoorbeeld in de cardiologie of autobotsproeven, legde Waasdorp uit. ‘Als we dat wél gaan veranderen, creëren we zeker oplossingen.’

En zo bracht hij nog wel meer ‘vergeten’ doelgroepen onder de aandacht. Zoals arbeidsmigranten, een groep waarvan de omvang niet eens kennen omdat alle enquêtes erover alleen in het Nederlands verschijnen. Of de midcareers, voor wie organisaties nauwelijks oog lijken te hebben. En jongeren, die een totaal ander mediagedrag vertonen dan de generaties voor hen, maar nog steeds worden bestookt met ‘lelijke vacatureteksten’ en nog steeds niet bij elke organisatie mobiel kunnen solliciteren. ‘Maar dat is inmiddels geen verzoek meer, het is een eis van deze doelgroep.’

‘Mobiel kunnen solliciteren is inmiddels geen verzoek meer, het is een eis.’

Even ging er een schokgolf door de zaal, toen Waasdorp een filmpje liet zien waarin een kandidaat via A.I. tientallen sollicitaties tegelijk verstuurde. ‘Dit is de nieuwe standaard’, legde hij uit. ‘Sollicitanten zullen het gebruiken, en denken: als jij me uitnodigt, dan pas ga ik eens kijken of jouw aanbod interessant is.’ Sowieso is dankzij A.I. fake inmiddels een groeiend probleem op de arbeidsmarkt, legde hij uit. ‘30% van de sollicitaties is nu al 100% fake.’ Maar betrouwbare skills-wallets en samenwerkende organisaties kunnen volgens hem hier wel weerstand tegen bieden. ‘Samenwerken is het nieuwe werven om skills niet verloren te laten gaan.’

  • Luister naar nog meer visie van Geert-Jan Waasdorp over de recente ontwikkelingen op de arbeidsmarkt:

Lees ook

Foto’s: Jasper Spanjaart. Bekijk hier meer foto’s van het event.

‘Employer branding blijft nog te vaak steken op operationeel niveau’

Een strategische, misschien zelfs holistische employer branding-aanpak? Het is in Nederland nog steeds een zeldzaamheid. Veel vaker is de benadering van employer branding nog behoorlijk operationeel, constateert consultant Yves Pilet, na benchmark-onderzoek onder ruim 60 organisaties. ‘De inspanningen op bijvoorbeeld sociale media leveren wel enige zichtbaarheid op, maar het schort vaak aan diepgaande en gerichte metingen om de effectiviteit goed te evalueren. Uit interviews blijkt dat werkgevers weliswaar enkele KPI’s hanteren, maar dat deze vaak niet juist of voldoende zijn afgestemd op het werkelijke succes van de inspanningen.’

https://www.yvespilet.com/nl/employer-brand-benchmark

Dit leidt ertoe dat belangrijke strategische inzichten onbenut blijven, concludeert Pilet. ‘Employer branding wordt voornamelijk ingezet om nieuwe medewerkers aan te trekken, zonder sterke focus op het behoud en de betrokkenheid van huidige medewerkers. De nadruk ligt vooral op het externe employer brand. Hierdoor wordt employer branding nog niet volledig strategisch en geïntegreerd ingezet om ook interne merkontwikkeling en medewerkerstevredenheid te versterken.’

Kwalitatieve krapte

Een gemiste kans, denkt hij. Niet alleen vanwege de kwantitatieve krapte op de arbeidsmarkt, maar ook vanwege de kwalitatieve. ‘De snelle vooruitgang in technologie verhoogt de vraag naar specifieke technische en digitale vaardigheden. Bovendien groeit met het huidige brede scala aan generaties in het personeelsbestand de behoefte aan een veelzijdige benadering in leiderschap en motivatie. Plus: duurzaamheid wordt steeds belangrijker, vooral voor jonge generaties. Dit draagt ook bij aan de kwalitatieve krapte, waarbij werkgevers een geloofwaardig duurzaamheidsverhaal moeten communiceren.’

De benchmarkresultaten tonen trouwens aanzienlijke verschillen in de strategische benadering van employer branding per sector. De sector industrie onderscheidt zich bijvoorbeeld door een behoorlijk geïntegreerde aanpak, merkt Pilet, ‘waarbij employer branding strategisch is ingebed in de algemene bedrijfsstrategie.’ Dit is echter heel anders in de ICT-sector. ‘Die zet voornamelijk in op het formuleren en communiceren van een sterke Employer Value Proposition (EVP) als kern van haar employer branding-strategie.’

‘De benadering van employer branding blijft vaak nogal operationeel, zonder een fundamentele strategische onderbouwing.’

In de publieke sector ligt de nadruk dan weer sterk op het externe aspect van het employer brand, ’terwijl een diepere strategische integratie ontbreekt‘, zoals Pilet het noemt. En ook de sector gezondheids- en welzijnszorg blijft overwegend beperkt tot ‘een operationele benadering van employer branding, zonder een fundamentele strategische onderbouwing’, aldus de onderzoeker.

Meer datagedreven aanpak nodig

Om een effectief employer brand op te bouwen en te behouden, moeten organisaties dit benaderen als een strategische pijler, zegt Pilet. ‘Dit begint met de prioritaire doelgroepen en hun specifieke verwachtingen identificeren, gevolgd door het formuleren van een datagedreven EVP en een coherente strategie die ondersteund wordt door een gestructureerde aanpak voor monitoring en evaluatie, zodat je het employer brand voortdurend kunt bijsturen en versterken. Alleen zo krijg je een insteek die verder gaat dan alleen externe communicatie, maar ook de interne merkontwikkeling en duurzame medewerkerstevredenheid bevordert.’

Veel werkgevers benaderen employer branding nog altijd behoorlijk operationeel, in de zin van: campagnes om mensen te werven. Een meer strategische en datagedreven aanpak is hard nodig, stelt Yves Pilet, na onderzoek.

‘Medewerkers zoeken niet langer alleen een baan, maar een plek waar ze zichzelf kunnen ontplooien.’

Volgens Pilet zouden werkgevers bovendien ‘zelfontwikkeling’ vaker centraal mogen stellen in hun strategie. ‘Zelfontwikkeling is een steeds belangrijker thema op de arbeidsmarkt. Medewerkers zoeken niet langer alleen een baan, maar een plek waar ze zichzelf kunnen ontplooien, hun vaardigheden kunnen verbeteren en hun professionele ambities kunnen realiseren. Door zelfontwikkeling centraal te stellen in je EVP, creëer je een onderscheidend werkgeversmerk dat niet alleen aansluit bij de verwachtingen van talent, maar ook de strategische doelen van jouw organisatie ondersteunt.’

Meer weten?

Download de volledige benchmark ‘Is jouw employer brand klaar voor de toekomst?’

Benchmark

7 nieuwe boeken die je zeker op jouw verlanglijst moet zetten deze maand

Het is weer cadeaumaand. Welke boeken zet je dit jaar als recruiter op je verlanglijst? Het valt op dat er niet heel veel échte recruitmentboeken zijn verschenen de laatste tijd… Maar dat wil niet zeggen dat er geen interessante dingen te vinden zijn die je werk makkelijker of inzichtelijker kunnen maken. Wij vonden in elk geval de volgende 7 pareltjes. 

#1. Kwart werkenden mist purpose

Voor een kwart van de werkende Nederlanders voelt hun baan als een plek zonder hoger doel, zo blijkt uit onderzoek voor het boek Ondernemen kan echt anders, geschreven door Dennis Mensink en Pieter van Osch. De auteurs hebben in dat boek een duidelijk advies voor ondernemers: stop met dat ouderwetse Angelsaksische denken waarin alles draait om kortetermijnwinsten en tevreden aandeelhouders. Onderneem met oog voor mens, milieu en maatschappij. Oftewel: ga Rijnlands ondernemen.

Wijs en geïnspireerd 2025 in: zet je deze boeken als recruiter op jouw verlanglijst met Kerst, of nog met Sinterklaas, dan ben je een stap dichterbij. Wij leggen je uit waarom ze stuk voor stuk een mustread zijn voor het komende jaar.

Een belangrijk onderdeel van dit Rijnlands ondernemen is focus op de lange termijn. ‘Veel bedrijven zijn nog altijd gericht op kortetermijnwinsten en geven prioriteit aan de belangen van aandeelhouders’, aldus Van Osch. ‘Om écht te veranderen, verduurzamen en innoveren is het noodzakelijk om onze blik te verruimen tot voorbij de volgende generatie.’ Door praktijkvoorbeelden van innovatieve bedrijven te combineren met 6 verandervisies, bieden beide auteurs een kompas voor ondernemers die verder willen kijken. Ook handig voor recruiters die om de purpose van hun werk verlegen zitten.

#2. Wat marketeers van kunstenaars kunnen leren

Een goed kunstwerk doet iets met je. Het zet iets in beweging. Dat is precies wat marketeers, ondernemers en conceptdenkers ook willen. Maar hoe zorg je ervoor dat jouw merkcommunicatie hetzelfde effect heeft als een meesterwerk in een museum? Lisa van Noorden heeft daar ideeën over. In haar boek De Mondriaan van Marketing pleit ze voor een aanpak die je brein prikkelt en je blik verruimt. Een creatieve strategie die je laat nadenken zoals een kunstenaar dat zou doen. Haar Focus-Flow-Form-methode laat zien hoe abstracte ideeën veranderen in krachtige communicatie. Marketing met een kunstzinnig randje.

#3. De meeste medewerkers willen wél

Een klassieker op de werkvloer: een nieuw verandertraject wordt aangekondigd. Van bovenaf, met grote woorden en een PowerPoint vol ingewikkelde organogrammen. No surprise, de medewerker gaan niet direct enthousiast mee. ‘Medewerkers willen niet’, wordt er dan al snel gedacht. Volgens Annemiek Burema, auteur van De meeste medewerkers willen wel, is dat uitgaan van wantrouwen de verkeerde aanpak.

‘De vraag is niet of medewerkers willen veranderen. De vraag is of jíj dat wil.’

In haar werk legt ze uit hoe falende verandertrajecten vaak ontstaan door een gebrek aan vertrouwen. Het moet anders: controle loslaten en ruimte voor samenwerking. Mensen moeten centraal staan, niet processen. ‘Stop met energie steken in de 5% die echt niet wil veranderen, en richt je op de 95% die wél wil.’ Met herkenbare voorbeelden laat ze zien hoe dit er in de praktijk uitziet. Bijvoorbeeld een IT-afdeling waar de klanttevredenheidsscores tot een dieptepunt waren gezakt. Wat bleek? Niemand had ooit een fatsoenlijk gesprek met een klant gevoerd. Eén simpel gesprek zorgde al voor verandering.

Wijs en geïnspireerd 2025 in: zet je deze boeken als recruiter op jouw verlanglijst met Kerst, of nog met Sinterklaas, dan ben je een stap dichterbij. Wij leggen je uit waarom ze stuk voor stuk een mustread zijn voor het komende jaar.

De meeste medewerkers willen wel is een wake-up call voor leiders die écht iets willen veranderen. Oude patronen loslaten en een organisatiecultuur bouwen waarin vertrouwen en samenwerking voorop staan. De meeste mederwerksers willen wél, maar moeten de kans krijgen.

#4. Het leven is te mooi om altijd haast te hebben

We kennen het allemaal. Je hebt stress, het werk stapelt zich op, en je hebt geen idee waar je de tijd vandaan moet halen. Wat doe je? Je maakt lijstjes. Heel veel lijstjes. Je verzint regeltjes en probeert als een bezetene alles af te werken. Voor je het weet, ben je alleen maar harder aan het werken. Herkenbaar? Dan is Werk slimmer, niet harder van Jennefer Boskeljon precies wat je nodig hebt om 2025 in te gaan met een beetje minder chaos.

Dit boek is een praktische gids voor iedereen die klaar is met dat eeuwige gejaag. Bosekljon geeft concrete inzichten over timemanagement, focus en energie. Ze laat zien hoe je werkdruk vermindert, zonder productiviteit op te offeren. Sterker nog, ze laat zien hoe je meer impact maakt door slimmer te werken, niet harder. Werk slimmer, niet harder gaat over kleine veranderingen die het grote verschil maken.

#5. Hoe menselijkheid weer centraal te zetten

Het is meer dan 100 jaar geleden dat de eerste arbeider aan de lopende band werd gezet. Sindsdien is ons werk er fundamenteel anders uit gaan zien. Van fabrieksvloer naar kantoortuin en van handenarbeid naar ‘kenniswerk’. Toch opereren veel bedrijven nog steeds volgens de ideeën die in de vroege industriële tijden zijn ontstaan. De grootste uitdaging is daarmee vaak niet de concurrentie, maar het falen van een organisatie zelf.

De grootste uitdaging voor organisaties is vaak niet de concurrentie, maar het falen van een organisatie zelf.

Vergaderingen die nergens toe leiden, een gebrek aan betrokkenheid van medewerkers, miscommunicatie en onveilige werkplekken. Marc Vollebregt ontrafelt in Zo werkt de mens hoe teams dit beter kunnen doen. Met verhalen en wijsheden uit zijn ervaring bij bedrijven als Adidas, Publicis, Vandebron en ABN Amro laat hij zien hoe we terug kunnen keren naar echte, mensgerichte samenwerking.

Zo werkt de mens - cover

#6. Polen of tegenpolen?

De grootste groep arbeidsmigranten in Nederland is van Poolse afkomst. In de bouw, in de landbouw, in de logistiek. Zonder hen zou heel wat werk in Nederland blijven liggen. Ondanks dat werkgevers al hard werken aan inclusieve werkculturen, gaat er volgens Dagmara Peters nog veel mis. Met het boek Werken met Polen helpt ze de samenwerking tussen werkgevers en Poolse werknemers verbeteren.

Wijs en geïnspireerd 2025 in: zet je deze boeken als recruiter op jouw verlanglijst met Kerst, of nog met Sinterklaas, dan ben je een stap dichterbij. Wij leggen je uit waarom ze stuk voor stuk een mustread zijn voor het komende jaar.

#7. De kracht van codeswitchers

Werpen we een blik op 2025, dan wordt het steeds duidelijker: de werkplekken van de toekomst draaien niet meer om een vastomlijnde cultuur. Bedrijven die er straks uitspringen, zijn degenen die de kracht van diversiteit weten te benutten. Organisaties waarin mensen zich gezien, gehoord en gerespecteerd voelen. Het vermogen om soepel tussen verschillende perspectieven te schakelen en verbinding te maken, dat is waar het om gaat.

De verbindende factor - cover

Lydia van Oudenaren is iemand die al langer weet hoe dat werkt. Haar jeugd was allesbehalve een soepel ritje. Haar moeilijke jeugd zet ze nu in om te bewegen tussen werelden die ver van elkaar af liggen. Ze is een zogenoemde codeswitcher: iemand die, dankzij haar ervaringen, heel goed weet hoe je je in verschillende sociale contexten beweegt zonder dat het ongemakkelijk wordt.

Heb je eenmaal door hoe je kunt schakelen, help je niet alleen jezelf, maar ook de mensen om je heen.

In haar boek De verbindende factor legt ze precies uit wat codeswitchen inhoudt en waarom het zo belangrijk is, vooral in de werkomgeving. Want als jij een codeswitcher bent, heb je niet alleen de kracht om jezelf verder te helpen, maar ook anderen. Je kunt ervaringen gebruiken om met mensen te verbinden die niet per se in jouw wereld passen. Heb je eenmaal door hoe je kunt schakelen, help je niet alleen jezelf, maar ook de mensen om je heen. En dat is misschien wel de belangrijkste vaardigheid die je kunt hebben om te zorgen dat jouw team of organisatie in 2025 groeit.

Meer lezen?

SteamTalmark: ‘Als je dan zo leuk bent, waarom werken die mensen dan nog niet bij jou?’

Als het gaat om employer branding, dan laten bedrijven zich meestal het liefst van hun allermooiste kant zien. En overal lijkt het dan een even fijne, ideale plek om te werken. Maar Maarten Kuipers, creative director van SteamTalmark, benadert zulke werkgevers altijd kritisch. Hij pleit zelfs voor ‘employer branding andersom’. Oftewel: ‘Stel jezelf de vraag: als je dan zo leuk, waarom werken al die mensen dan nog niet bij je?’ Waarmee hij maar wil zeggen: ‘Vertel niet alleen hoe gaaf je bent, maar kijk naar de mensen die géén fan zijn. Hoe kun je hen aanspreken? Hoe kun je je visvijver vergroten? Met latent talent, maar ook: met ánder talent?’

De krapte is here to stay, viel vorige week te horen op het Irresistible Employer Branding Event van SteamTalmark. En dus moeten werkgevers uit een ander vaatje leren tappen. 'Je maakt het verschil niet meer met purpose, maar met... relevantie.'

‘Vertel niet alleen hoe gaaf je bent, maar kijk naar de mensen die géén fan zijn.’

Het is zaak bij employer branding in te zoomen op de pains & gains en de comforts en anxieties van je doelgroep, vertelde Kuipers verder op het zogeheten Irresistible Employer Branding Event, waarvan vorige week in Amsterdam op het kantoor van SteamTalmark de tweede editie plaatsvond. ‘Dus soms werken mensen niet bij je omdat je te onbekend bent. Of ze hebben een verkeerd beeld van je. Of voelen zichzelf niet gerepresenteerd in wat ze van je zien. Vinden het misschien een ver-van-hun-bed-show. Zulke zorgen kun je wegnemen door er in je campagne over te vertellen.’

‘Wij zijn een leuke club, wil je bij ons horen?’

Een voorbeeld? Denk aan de vrouwencampagne die SteamTalmark maakte voor Defensie, waarmee duidelijk werd dat hier ook vrouwen zeker mooie banen te vinden zijn. Sowieso is de (Zilveren Effie-winnende) Generatie D-campagne voor Defensie wel een mooi voorbeeld van dit ‘andersom denken’, aldus Kuipers. ‘We hebben daarbij de hele baan overboord gezet, en alleen gefocust op emotie. “Wij zijn een leuke club, wil je bij ons horen?” Zo hebben we die twee leefwerelden zo dicht mogelijk bij elkaar gebracht. Zo van: “Je hoort er al een beetje bij. Je moet je alleen nog even aansluiten.” Die mentaliteit zit in alle uitingen.’

De krapte is here to stay, viel vorige week te horen op het Irresistible Employer Branding Event van SteamTalmark. En dus moeten werkgevers uit een ander vaatje leren tappen. 'Je maakt het verschil niet meer met purpose, maar met... relevantie.'

Nee, ook A.I. zal de krapte voorlopig niet oplossen, maakte Gijs de Jong duidelijk.

Kuipers’ bijdrage werd voorafgegaan door die van strateeg Gijs de Jong, die vooral schetste hoe de krapte op de arbeidsmarkt voorlopig nog niet voorbij is. Dankzij de economische groei en toenemende internationale handel, maar ook dankzij de vergrijzing en de perikelen rond de Wet DBA, vertelde hij. En A.I. dan, gaat dat ons dan geen werk uit handen nemen? ‘Uit cijfers van het World Economic Forum blijkt dat A.I. inderdaad wereldwijd zo’n 75 miljoen banen zal automatiseren. Maar daar komen er aan de andere kant ook wel weer 133 miljoen voor terug.’ Dus nee, ook A.I. zal de krapte voorlopig niet oplossen, maakte hij duidelijk.

Retentie begint al aan de voordeur

Kortom: ‘Talent heeft het voor het zeggen. En dat gaat voorlopig niet veranderen.’ Wat dat volgens hem betekent voor werkgevers? Dat ze talent centraal moeten zeggen, aldus De Jong. ‘Maar dan wel… zonder jezelf te verliezen.’ Alleen maar laten zien welke purpose je als organisatie hebt is volgens hem bijvoorbeeld niet meer genoeg om jong talent aan te trekken. ‘Overal kun je tegenwoordig de wereld redden. Waar je het verschil mee kan maken is… relevantie. Niet alleen het waarom vertellen, maar ook het hoe. En denken in: what’s in it for me? Welke verantwoordelijkheid krijgen kandidaten? Welke opleidingen?’

Nog een mooie insight: retentie begint al in de werving. ‘Steeds meer mensen zoeken een nieuwe baan buiten dan binnen de organisatie’, haalde hij recent onderzoek aan. ‘Wil je dat tegengaan, dan moet je ze al zien te binden voordat ze bij je aan de slag gaan. Via thought leadership, of bijvoorbeeld talentpooling. Je wil in je employer branding niet met hagel schieten, maar bent op zoek naar de juiste mensen. Talent dat bij je past.’ Mensen maken immers je merk, aldus De Jong. ‘Dat is nog een reden om te proberen mensen binnen te houden. Dat gaat breder dan alleen employer branding, maar ook om de producten en diensten die je levert.’

Tijd voor Tom

Het was – kortom – niet alleen employer branding wat de klok sloeg op deze middag. Gedragspsycholoog Tom De Bruyne, oprichter van SUE & The Alchemists (ook bekend van ex-VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff), was zelfs ingevlogen om het over iets heel anders te hebben: gedragsontwerp. Al maakte hij ook wel de link naar het recruitmentvakgebied. Bijvoorbeeld met het voorbeeld van de campagne van een Iers vuilnisophaalbedrijf, dat een professioneel bokser in dienst had en hem liet vertellen: ‘Ik word hier betaald om te trainen’. ‘Het leverde de organisatie zo 1.600 aanmeldingen op.’

Als je iets van gedrag, het irrationele brein en de diepere drijfveren van mensen begrijpt, kun je organisaties veel slimmer inrichten, en ook je leiderschap sterk verbeteren, was De Bruynes boodschap. ‘Als je weet dat mensen vooral snakken naar erkenning, dan snap je waarom iemand in een burnout komt, of doodongelukkig bij je worden. Dan snap je ook hoe je het bonusprobleem oplost.’ Leiderschap gaat ‘voor 90% om het ontwerpen van automatisch gedrag’, legde hij ook uit. ‘Je moet gedrag tot stand zien te brengen zonder dat mensen erover moeten nadenken. Dan gaat het werken.’

A.I. bij het GVB

Waarna we toch weer terugkeerden in de wereld van employer branding en recruitment. En wel door de laatste presentatie van de dag, waarin ervaringsdeskundigen Elske Fukken en Savannah Heesen van het Amsterdamse vervoerbedrijf GVB samen met client director Jeoffrey van Veenendaal het onvermijdelijke onderwerp A.I. ter tafel brachten, en te laten zien wat je hiermee kunt in arbeidsmarktcampagnes. Het begon met een rondje ‘Echt of A.I.?’, waarbij al snel bleek dat de gemiddelde aanwezige het verschil nauwelijks meer kon ontdekken. Dus waarom zou je dan eigenlijk geen A.I.-gegenereerde modellen in je campagne kunnen gebruiken?

De antwoorden kwamen al snel uit de zaal. Vanuit het oogpunt van duurzaamheid, zei bijvoorbeeld een aanwezige. Of omdat het kan terugslaan op je merk, zoals Coca-Cola recent ondervond, merkte een ander op. Het Parool had eerder ook al kritiek op de GVB-campagne, omdat deze met name in de culturele sector banen zou kosten. Maar voer je het goed uit (en dat blijkt nog niet zo makkelijk), dan valt er met A.I. ook veel winst mee te halen, maakten Fukken en Heesen duidelijk. De video’s die het GVB met A.I. maakte worden bijvoorbeeld 20 keer (!) zo vaak helemaal uitgekeken als de gewone video’s. ‘Het verhoogt het engagement dus enorm.’

Genoeg om over door te praten dus. En dat gebeurde dan ook volop, in de paneldiscussie, maar vooral ook bij de borrel na afloop. Op naar de volgende editie!

Lees ook

RMA en bouw van actieve talentpools blijken bepaald nog geen usance

Recruitment marketing automation is als term al een tijdje aan een behoorlijke opmars bezig. Iedereen lijkt erover te praten, Maar de daadwerkelijke implementatie ervan? Dat blijkt toch een ander verhaal, aldus recent onderzoek van UP onder 1.500 deelnemers. Uit de eerste editie van hun zogenoemde Trendrapport blijkt bijvoorbeeld dat 59% weliswaar over een kandidatenbestand beschikt, maar hier slechts incidenteel contact mee onderhoudt. Daarentegen beschikt slechts 9% over actieve talentpools met regelmatige communicatie. En slechts 15% deelt regelmatig gepersonaliseerde content.

Nog wat ontnuchterende cijfers uit het allereerste RMA-trendrapport:

  • 32% van de respondenten zegt nog voornamelijk te vertrouwen op jobboards en spontane sollicitaties die daarop al dan niet volgen.
  • Als het gaat om content, deelt 64% voornamelijk vacatures en functieomschrijvingen.
  • Slechts 32% deelt blogs en nieuwsbrieven, maar zonder hierbij een duidelijke strategie te hanteren.
  • En alleen van de resterende 4% kan gezegd worden dat ze een strategische contentmix hebben die continu talent verleidt en bindt.
  • Ook als het gaat om de frequentie van het contact is er nog veel te verbeteren. Zo zegt 60% alleen te communiceren bij openstaande vacatures.
  • Nog eens 25% deelt af en toe content zonder vaste regelmaat.
  • En slechts 15% deelt regelmatig gepersonaliseerde content.
  • Hebben we het over personalisatie, dan is sowieso ook hier de voortgang nog beperkt. Zo communiceert 38% naar eigen zeggen generiek met de doelgroep, zonder personalisatie.
  • Nog eens 42% personaliseert handmatig, wat dus echter niet schaalbaar is.
  • En slechts 20% gebruikt volledig gepersonaliseerde, op gedrag gebaseerde communicatie.

Veranderende cookieregels

Opvallende resultaten, zegt Caroline Pols, oprichter van UP en hoofddocent van de opleiding Recruitment Marketing Automation bij de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie. ‘Ons onderzoek onthult dat veel organisaties nog afhankelijk zijn van externe data voor hun recruitmentprocessen. Met de veranderende cookieregels is het echter cruciaal om zelf sterke actieve talentpools op te bouwen. Bedrijven die investeren in transparante, kandidaatgerichte oplossingen blijven de concurrentie een stap voor.’

Veel organisaties benutten de kracht van inspirerende content nog onvoldoende.’

Door proactief een eigen talentpool op te bouwen en deze betrokken te houden met waardevolle content, kun je als werkgever een directe verbinding met talent onderhouden zonder afhankelijk te zijn van externe platformen, zegt ze. ‘Veel organisaties benutten de kracht van inspirerende content nog onvoldoende. Door een strategische mix van contentvormen te implementeren, zoals verhalen, video’s en nieuwsbrieven, kunnen bedrijven kandidaten enthousiasmeren en hen warm houden, zelfs als er geen directe vacature is.’

Dat zoveel organisaties focussen op ‘generieke, incidentele communicatie’ wijst volgens Pols erop dat ‘er veel potentieel onbenut blijft.’ Hoe dat potentieel wel te benutten? ‘Door continu en op een persoonlijke manier in contact te blijven met kandidaten, kunnen bedrijven langdurige relaties opbouwen en talent effectief binden. Dit vergt echter wel de juiste data-infrastructuur en Recruitment Marketing Automation-tools’, zegt ze.

Weinig inzicht in gedrag kandidaat

Uit het onderzoek blijkt dat nog weinig bedrijven inzicht hebben in het gedrag van kandidaten op hun site, en daardoor ook weinig zicht hebben op wat hun interesseert en wat niet. Zo zegt 70% het gedrag van kandidaten helemaal niet te volgen en 27% weliswaar gedragsdata te verzamelen, maar deze niet actief te benutten. Slechts 3%volgt en benut kandidaat gedrag om gerichte content te bieden. Zonde, want zouden meer organisaties dat doen, dan zouden ze ‘kandidaten beter kunnen begrijpen en gerichte communicatie kunnen inzetten op basis van hun voorkeuren en engagement’, aldus Pols.

24% zegt het moeilijk te vinden om gekwalificeerde kandidaten te vinden.

Sowieso vinden organisaties het moeilijk om op een actieve manier met talentpools om te gaan, blijkt uit het onderzoek. Van de respondenten zegt bijvoorbeeld 56% te ervaren dat het verleiden van kandidaten met content een uitdaging is. Nog eens 20% worstelt met regelmatig contact in de talentpool. En 24% zegt het moeilijk te vinden om gekwalificeerde kandidaten te vinden. ‘Dit onderstreept het belang van een gestructureerde en datagedreven contentstrategie, ondersteund door Recruitment Marketing Automation‘, benadrukt Pols.

Nog veel potentieel

Op dat gebied is er echter nog wel wat werk te verzetten, ziet ze ook. Zo zegt bijna twee derde van de respondenten (65%) geen gebruik te maken van Recruitment Marketing Automation of geautomatiseerde tools., terwijl 31% wel enkele geautomatiseerde tools zegt te hebben, maar desondanks vooral handmatig werkt. En opnieuw is het slechts een heel klein percentage (4%) dat Recruitment Marketing Automation benut om kandidaten door de funnel te volgen en te activeren. ‘Het potentieel van automatisering in de recruitmentstrategie is voor veel organisaties nog onbenut’, concludeert Pols dan ook optimistisch.

Daarin wordt ze ondersteund door recente regelgeving. Het uitbannen van zogeheten third party cookies geeft actieve talentpools de wind in de rug, ziet ze. Dat blijkt ook uit het onderzoek, waarin 73% zegt te willen investeren in een eigen talentpool om minder afhankelijk te zijn van andere partijen. ‘Met de beperkingen op het gebruik van externe cookies en data wordt de afhankelijkheid van derde partijen voor veel bedrijven riskant’, aldus Pols. ‘Zo’n driekwart van de respondenten is zich hiervan bewust en wil daarom investeren in een eigen talentpool om wendbaar en onafhankelijk te blijven in het aantrekken en activeren van talent.

Meer weten?

Download hier het hele onderzoek:

RMA-Trendrapport

rma trendrapport

Meer leren?

Volg de masterclass Recruitment Marketing Automation, ‘De juiste boodschap op het juiste moment’:

Masterclass

De maand in werving: 7 dingen die ons opvielen in november 2024 (mét podcast!)

Een (opnieuw) mislukte klimaattop, terwijl het water door de straten stroomde van Ierland tot Valencia. Mogelijke fraude bij pro-Rusland uitvallende verkiezingen in Roemenië, terwijl Poetin dreigt met meer raketaanvallen. En een internationaal arrestatiebevel tegen Netanyahu, terwijl op diverse plekken in Nederland pro-Palestina-demonstraties worden ontruimd of verboden. En aan de ene kant een plagiërende PVV-staatssecretaris die blijft zitten, terwijl aan de andere kant NSC-staatssecretaris Achahbar vertrok uit onvrede over de integratiediscussie. Kortom: november 2024 was een mooie maand voor wie van bijzondere paradoxen houdt.

November 2024 was een mooie maand voor wie van bijzondere paradoxen houdt.

En dan hadden we ook nog een nieuwe wereldtitel voor Max Verstappen, nét geen ultiem Davis Cup-succes, en miraculeuze Champions League-ontsnappingen voor zowel PSV als Feyenoord, alhoewel de laatste club ook minder positief in het nieuws kwam. Maar dat verbleekte weer ten opzichte van het wereldwijde rumoer rond de wedstrijd Ajax – Maccabi Tel Aviv in begin november, toen Israëlische supporters op meerdere plekken in de stad zich lieten gaan en werden aangevallen. Genoeg weer om je over op te winden dus. Maar wat gebeurde er verder allemaal dat voor de recruiters van Nederland van belang is? Een overzicht, in 7 delen.

#1. Vraag naar recruiters weer in de lift

Eerst maar even de stand van de arbeidsmarkt. En daar had november 2024 redelijk goed nieuws in petto. Niet alleen meldde het CBS dat de krapte nog steeds hoog is, met 106 vacatures per 100 banen, ook het aantal banen in Nederland nam opnieuw toe, met 18.000 dit keer. Aan het einde van het derde kwartaal van 2024 stonden 397.000 vacatures open, waarvan de helft in de handel (waar – na 9 kwartalen van afname – weer een stijging van 1.000 vacatures viel te noteren), de zorg en de zakelijke dienstverlening. Er werden in het derde kwartaal ook minder vacatures vervuld: 351.000 (ten opzichte van 357.000 in het tweede kwartaal).

november 2024
Lisa Simon, Revelio Labs

De uitzendbureaus telden in het derde kwartaal in Nederland 10.000 banen minder dan in het voorgaande kwartaal. Maar het goede nieuws kwam deze maand uit de Verenigde Staten. Daar is momenteel namelijk alweer een groeiende vraag naar recruiters te zien. En dat duidt op een aantrekkende arbeidsmarkt, aldus Lisa Simon, chief economist bij Revelio Labs. Met name in sectoren als de productie van elektronica, de farmaceutische industrie en toerisme zijn flinke stijgingen te zien, zegt ze.

#2. CompetentNL laat nog op zich wachten

Zullen die nieuwe recruiters dan aan de slag gaan met een meer skills-gerichte arbeidsmarkt? Dat is bepaald nog niet zeker. In Nederland wordt bijvoorbeeld veel verwacht van CompetentNL, dat een landelijke standaard moet worden om skills te beschrijven als valuta voor de arbeidsmarkt. Maar in de praktijk blijkt dat elke keer lastig, zoals Joost van Genabeek, senior TNO-onderzoeker in november 2024 vertelde. ‘Momenteel ligt de focus van CompetentNL op het ontwikkelen van zowel een proefversie als een eerste publieksversie van de skills-taal. De lancering van de eerste publieksversie wordt rond september 2025 verwacht.’

november 2024

Dat betekent dus nog minstens 9 maanden wachten. Terwijl de behoefte nu al groot is, aldus Van Genabeek. Zeker nu A.I. steeds meer taken overneemt. Maar er moet volgens de TNO-onderzoeker ook nog wel wat gebeuren. Zoals antwoord vinden op de vraag: wie moet de validatie van de skills gaan doen? ‘Dat is een vraag waar wij nog niet uit zijn. Een rol is weggelegd voor het onderwijs. Mogelijk kunnen de branches hierin wat betekenen. Het skills-paspoort valt of staat met betrokkenheid van onderwijs en bedrijfsleven om te bepalen wat het waard is.’

#3. Raad van State kritisch op wetgeving

Een nieuwe maand, nieuwe wetgevingsperikelen. Dit keer waren het niet alleen de Wet VBAR, de WTTA en de Wet DBA die de aandacht trokken, maar viel ook het ongekend harde oordeel van de Raad van State op over alle plannen (inclusief de Wet Meer Zekerheid Flexwerkers). ‘De arbeidsmarkt zal er namelijk niet wezenlijk door veranderen’, zo oordeelde de belangrijkste adviseur van de regering in november 2024, die stelt dat ‘voor echte verandering’ onder meer ook de ontslagbescherming bij vaste contracten onder de loep moet worden genomen.

De Raad van State, aan de Kneuterdijk in Den Haag

‘Een toekomstbestendige arbeidsmarkt moet het mogelijk maken dat de juiste mensen op de juiste plaats (komen te) werken.’

Om de krapte op de arbeidsmarkt enigszins op te vangen is het nodig dat mensen sneller overstappen naar sectoren met de grootste personeelstekorten, aldus de Raad van State. Daarvoor is het van belang dat werkenden nieuwe kennis en vaardigheden opdoen voor een grotere arbeidsproductiviteit. Maar daarin voorzien de nieuwe wetten helaas dus niet. ‘Dit versterkt de bestaande mismatch, wat verder bijdraagt aan de personeelstekorten op de arbeidsmarkt’, stelt het advies. ‘Dat betekent dat een toekomstbestendige arbeidsmarkt het eerst en vooral mogelijk moet maken dat de juiste mensen op de juiste plaats (komen te) werken.’

#4. Verkiezing #MIR2024 van start

November 2024 was een echte evenementenmaand, met onder meer twee grote A.I.-events van Werf&, eentje in Eindhoven, en eentje in Hoofddorp, maar ook – om maar wat te noemen: het onvergetelijke Recruitment Leaders Network Event op de Zr. Ms. Karel Doorman in Den Helder, TruAmsterdam én het aansluitende Recruitment Techno-dansfestijn, het Recruitment Tech Event, het Referral Recruitment Event in Culemborg, en de grootschalige Employer Branding Summit van Recruiters United in Haarlem. Genoeg te doen dus weer.

Op het laatstgenoemde event werd ook het startschot gegeven voor de jaarlijkse (en inmiddels zestiende editie van de) verkiezing van Meest Invloedrijke Recruiter (#MIR2024), een verkiezing die vanaf dit jaar geheel in handen ligt van Recruiters United. Tot en met 13 december kun je kandidaten nomineren, vanaf 17 december kun je ook je stem uitbrengen als de genomineerden worden bekend gemaakt. Op donderdag 23 januari 2025 volgt dan de Award-uitreiking in het Wereldmuseum in Rotterdam.

#5. Onboarding kan beter: week wachten op apparatuur

Nog zo’n groot evenement in november 2024 was Onboard Amsterdam, waar het inwerken van nieuwe medewerkers centraal staat. Een onderwerp dat zeker nog aandacht verdient, want uit onderzoek van IT-bedrijf Aces Direct onder meer dan 1.000 werkende Nederlanders in grote organisaties blijkt bijvoorbeeld dat we gemiddeld maar liefst 5,31 dagen op onze werkapparatuur moeten wachten als we bij een nieuwe werkgever beginnen. En dat terwijl kandidaten juist goede apparatuur heel belangrijk zeggen te vinden: 18% zegt alleen aan de slag te willen gaan bij een andere werkgever als zij er zelf hun apparatuur mogen uitkiezen.

Maar het is natuurlijk niet alleen de technologie die in de wittebroodsweken van een nieuwe baan het verschil maakt. In totaal zijn er wel ruim 500 ‘impactvolle momenten‘, zoals onderzoek van Sanne Fijneman-Ghielen en Keri Pekaar van Tilburg University onder bijna 300 nieuwkomers bij organisaties in Nederland en België aan het licht bracht. Dat begint overigens al vóór iemand begint, aldus Fijneman-Ghielen. ‘De candidate experience en reputatie en imago van een organisatie, zowel als consumenten- als werkgeversmerk blijken zelfs een cruciale rol te spelen in de verwachtingen en betrokkenheid van nieuwkomers tijdens de eerste 100 dagen.’

#6. Het Trump-effect: dé kans om ambtenaren te werven

De één z’n dood is de ander z’n brood. En elk voordeel heb z’n nadeel. Het is een bekend effect. De verkiezingsoverwinning van Trump? Recruitmentgoeroe Dr. John Sullivan ziet enerzijds naderende rampspoed, maar anderzijds ook een uitgelezen kans voor organisaties die kampen met een krappe arbeidsmarkt. Nu zullen, zo denkt hij, namelijk veel van de 2,3 miljoen federale ambtenaren wel te porren zijn voor een overstap naar het bedrijfsleven. ‘Wees dankbaar dat deze massale toestroom van talent beschikbaar komt na vele lange maanden van tekorten aan kandidaten’, zo schrijft hij.

Wat gebeurde er de afgelopen maand in recruitment? Werf& geeft ook dit jaar aan het eind van elke maand een overzicht. Zo pikten we er ook in november 2024 weer 7 opvallende trends en gebeurtenissen uit. Mét podcast!

In Nederland zijn nog geen organisaties bekend die zich specifiek willen richten op overtollige ambtenaren.

Sullivan pleit voor een Federal Employee Recruiting Program, kortweg FERP, om deze ongekend grote doelgroep aan te spreken. En om hen te overtuigen, hoef je volgens hem maar een paar dingen te bieden: stabiliteit, zekerheid en respect. ‘Compensatie zal waarschijnlijk geen groot issue zijn, omdat het bedrijfsleven gemiddeld toch nog altijd meer betaalt.’ In Nederland heeft het kabinet overigens ook grote ontslagrondes voor de Rijksambtenaren aangekondigd. Organisaties die zich specifiek willen richten op overtollige ambtenaren zijn echter nog niet bekend.

#7. Opvallend: juist ouderen gebruiken meer A.I.

Relatief veel goed nieuws voor de oudere werkzoekenden in november 2024. Zo blijkt enerzijds dat de arbeidsdeelname van 55-plussers momenteel – na jarenlange snelle stijging – wat afvlakt, maar meldt onderzoek van Indeed dat 93% van de werkgevers een balans tussen jonge en oudere (50+)medewerkers waardevol vindt, en dat steeds meer bedrijven openstaan voor 50-plussers op de werkvloer. Door de huidige arbeidsmarktsituatie geeft 73% van de ondervraagde bedrijven aan minder strikt te zijn geworden in de beoordeling van oudere sollicitanten dan voorheen.

Wat gebeurde er de afgelopen maand in recruitment? Werf& geeft ook dit jaar aan het eind van elke maand een overzicht. Zo pikten we er ook in november 2024 weer 7 opvallende trends en gebeurtenissen uit. Mét podcast!

En dan was er ook nog het zogeheten GenAI at Work-onderzoek van automatiseerder Fujitsu, dat onder meer in Nederland werd uitgevoerd. Hieruit bleek dat – verrassend genoeg – oudere werknemers gemiddeld vaker Generative AI gebruiken tijdens hun werkdag dan hun jongste collega’s. Zo zegt 20% van de ondervraagde 43- tot 58-jarigen dat ze de technologie meerdere keren per dag gebruiken, terwijl van de 18- tot 26-jarigen (Gen Z) slechts 9% dit zegt te doen. Zelfs de 59-plussers in dit onderzoeken gebruiken gemiddeld 2 keer zo vaak GenAI als de jongere generatie, zo blijkt.

Door de krapte is drie kwart minder strikt geworden in de beoordeling van oudere sollicitanten.

Al is er ook ruimte voor nuance. Uit de Randstad Workmonitor die ook in november 2024 verscheen, blijkt namelijk weer dat slechts 20% van de Babyboomers momenteel zegt A.I. in hun werk te gebruiken, terwijl bijna de helft van Gen Z deze technologie benut. Opvallend in dit onderzoek is trouwens ook de enorme genderkloof: waar slechts 26% van de vrouwen aangeeft over A.I.-vaardigheden te beschikken, zijn mannen weer eens een stuk zelfverzekerder, met 74%. ‘A.I. dreigt daardoor de gelijkheid op de arbeidsmarkt te ondermijnen’, waarschuwt Oscar van Mourik, gedragswetenschapper bij Randstad.

#8. Cartoon van de maand

Bron: van9tot5

Iets over het hoofd gezien?

In de rubriek ‘De maand in werving’ belichten we trends en ontwikkelingen voor iedereen in de wereld van recruitment. In november 2024 iets belangrijks over het hoofd gezien? Meld het ons!

Beluister de podcast

Liever luisteren? Martijn Hemminga en Peter Boerman maken ook (bijna) elke maand een podcast over dit nieuwsoverzicht. Luister hier de recente versie:

Meer weten?

Welke ontwikkelingen op de arbeidsmarkt zijn een kans of juist een bedreiging voor jouw organisatie? Wat zijn de laatste nieuwtjes en waarmee behaal je meteen een aantal quick wins? Je leert het allemaal op het jaarlijkse hoogtepunt: het Seminar ArbeidsmarktTrends, dat dit jaar op dinsdag 3 december plaatsvindt.

Trends

Lees ook

Foto boven