Hoe honderden werkgevers miljoenen kandidaten aan elkaar gaan doorverwijzen

Werkgevers die sámen de krappe arbeidsmarkt trotseren, dat was het officieuze thema op Werf& Live vorige week. Van Luba Uitzendbureau die sollicitanten niet gaat afwijzen, maar gaat doorverwijzen naar andere banen met perspectief, tot Aethon die middels Aelio technologisch samenwerken faciliteert en tekorten in één van de moeilijkste markten van Nederland (zorg in Limburg) ombuigt naar een overschot aan beschikbare uren. Of wat te denken van Utrechtzorg, die met jouwziekenhuisbaan een Werf& Award in de wacht weet te slepen door samenwerken en samen werven tussen Utrechtse ziekenhuizen te faciliteren.

‘Eén gedachte overheerste op Werf& Live: samen kunnen we de arbeidsmarkt aan.’

On- en offstage was ook The Talentpool Community de ‘talk of the event’. Want dit initiatief bouwt voort op dezelfde gedachte: samen kunnen we de arbeidsmarkt aan. Vanaf 16 juni gaan honderden grote en kleine werkgevers talent aan elkaar doorverwijzen. Denk daarbij van NS, Defensie en Exact tot en met Van Lanschot Kempen, VDL en Van Spaendonck. Samen zorgen zij nu nog voor bijna 3 miljoen afwijzingen per jaar, maar dat worden straks dus dóórverwijzingen. En dit aantal groeit snel, omdat veel nieuwe werkgevers zich momenteel aansluiten (tot 16 juni kun je lid worden tot het eind van het jaar voor slechts 10 euro per maand).

‘Mensen zijn meer dan hun cv’

The Talentpool Community is voor werkgevers om verschillende reden een kansrijke oplossing in de huidige arbeidsmarkt. Denk bijvoorbeeld:

Voor kandidaten:

  • De kandidaat is ‘eigenaar’ van zijn/haar eigen profiel
  • De community kan matchen op talenten, voorkeuren (salaris, flexibiliteit, locatie, etc.) en kwaliteiten
  • Automatisch matchen met bestaande werkgevers en vacatures
  • Veilig (geen scamming and spamming)

Voor werkgevers:

  • Grote verbetering van de candidate experience
  • Voor elke doorverwijzing krijg je een match terug
  • Social responsible en duurzaam omgaan met talent
  • Kostenreducties op het gebied van werving
  • Ontsluiten van voorheen ‘onzichtbare’ doelgroepen

doorverwijzen

Komt er een andere arbeidsmarkt?

‘De arbeidsmarkt eerlijker, menselijker en effectiever maken door werkgevers en kandidaten op skills te verbinden – ook als het even geen match is’, dat is waar de The Talentpool Community voor staat, aldus CEO Maarten Westerduin. ‘Als je van een afstand kijkt en meet, ziet, en hoort dat er elke week zo’n miljoen sollicitaties worden afgewezen, dan laten we ons als werkgevers in Nederland toch echt het kaas van het brood eten. Door te gaan omdenken, gaan we het proces veranderen. Niet meer afwijzen, maar dóórverwijzen, met perspectief op een andere mooie baan. Dat maakt het werk van HR, recruiters en werkgevers toch veel leuker?’

‘Geef mij één reden waarom je talent laat verpieteren in een database waar je nooit in kijkt?’

‘Geef mij één reden waarom je talent laat verpieteren in een database waar je nooit in kijkt, terwijl je talent kunt behouden voor je sector en/of een enorme dienst kunt verlenen om door te verwijzen naar een andere werkgever’, vraagt hij zich af. ‘Moet je je eens voorstellen dat er in Nederland een soort Funda van de arbeidsmarkt komt, waar werkzoekenden gematcht worden op hun kwaliteiten en waar malafide bureaus worden uitgesloten? Dat ligt op korte termijn binnen handbereik en daar maken wij ons hard voor…’

Lees ook

Is de toekomst van werving en selectie outcome-gestuurd?

Hoeveel uren werk ergens in zit? Voor een klant maakt het niet uit. Die heeft echt niet altijd twee keer zoveel over voor een product waarin twee keer zoveel werk is gaan zitten. Maar waarom zou je daar mensen dan wel op aannemen en belonen? Zie daar het basisprincipe van een min of meer nieuwe trend, die zich steeds meer over de wereld uitspreidt: outcome based hiring. Maar wat is dat dan precies? En hoe kun je het handen en voeten geven? Een overzicht, in 5 handige vragen.

#1. Wat is outcome based hiring?

Er zijn verschillende visies en definities van het begrip in omloop. Essentie is evenwel meestal dat de traditionele manier van een functiebeschrijving, in de vorm van min of meer een takenlijst, wordt losgelaten, en vervangen door zogeheten Outcome Based Job Definitions (OBJD). Het doel van een functie wordt dan gedefinieerd in termen van wat ermee wordt beoogd, of de resultaten ervan. Dit zou duidelijkheid scheppen en de motivatie en het initiatief bij individuen stimuleren. Bovendien vergroot het welzijn en betrokkenheid en vermindert het psychosociale risico’s op de werkvloer, zo is de gedachte.

Volgens de theorie is eigenlijk elke baan wel te definiëren in termen van outcomes.

Volgens de theorie is eigenlijk elke baan wel te definiëren in termen van zulke outcomes. Als je bijvoorbeeld als ondersteunend medewerker in de gehandicaptensector werkt, kun je klanttevredenheid of tevredenheid van familieleden als outcome zien, net als bijvoorbeeld naleving van wetgeving of beleid. Het concept is dus dat je op organisatieniveau eerst de resultaten identificeert die de organisatie wil behalen, vervolgens de resultaten die moeten worden behaald in elke divisie, afdeling of groep, de vestigingen, en tot slot welke resultaten je van individuen verwacht.

#2. Hoe vertaal je dit naar recruitment?

De functiebeschrijving krijgt niet altijd voldoende aandacht van recruiters; ze beschouwen het vaak min of meer als een gegeven, of een checklist om mensen op af te kunnen wijzen. Maar wat als je die traditionele functiebeschrijving eens anders aanpakt? Functiebeschrijvingen die zich richten op de belangrijkste verantwoordelijkheden en gewenste resultaten, in plaats van een lijst met eisen, kunnen de conversiepercentages, competentiebeoordelingen en de afstemming tussen hiring managers en kandidaten aanzienlijk verbeteren, zo blijkt.

Doordat outcome based hiring vooruit kijkt, en niet achteruit, kun je er de talentpool mee verbreden en vergroten.

Organisaties die de nadruk leggen op de meetbare resultaten van een functie kunnen bovendien aanzienlijke verbeteringen in hun wervingscijfers – zoals de time to hire, de ratio tussen sollicitatiegesprekken en aanbod en de acceptatiegraad van aanbiedingen – zien als ze overstappen op outcome based hiring, meldt bijvoorbeeld het Aziatische recruitmentbureau Kinetik. Dit vooral omdat kandidaten dan beter begrijpen hoe hun vaardigheden aansluiten bij de behoeften van de rol. Doordat outcome based hiring vooruit kijkt, en niet achteruit, kun je er bovendien de talentpool mee verbreden en vergroten.

Het idee kan trouwens ook gevolgen hebben voor recruiters zelf. Met name voor interim recruiters of bemiddelaars is het denkbaar dat ze in het vervolg niet meer worden afgerekend op het aantal kandidaten dat ze aanleveren, of hoeveel moeite het kost om die kandidaten te vinden, in bijvoorbeeld een percentage van het jaarsalaris, maar juist kunnen (af)rekenen op een percentage van de toegevoegde waarde die een kandidaat uiteindelijk voor een organisatie blijkt te hebben. Sommige bureaus werken overigens al langer min of meer volgens dit model; hoe moeilijk dat in de praktijk natuurlijk ook is.

#3. Waarom komt dit juist nu op?

Het klassieke 9-tot-5-werkmodel, dat decennialang de hoeksteen van het professionele leven was geweest, stond eigenlijk al voor de coronapandemie steeds meer onder druk, maar sinds die tijd natuurlijk helemaal. Het idee dat het monitoren van de uren of fysieke aanwezigheid van werknemers gelijk staat aan productiviteit, bleek ook steeds vaker een gebrekkige maatstaf te zijn. Tel daarbij op dat het volgen en meten van prestaties op allerlei (technologische) manieren steeds makkelijker wordt, autonomie een steeds belangrijker motivator voor werknemers, en organisaties steeds internationaler worden, en de trend is duidelijk.

Het past ook bij een trend die te zien is in de flexwereld, waar het Statement-of-Work steeds meer terrein wint op het aloude uurtje-factuurtje. Waarom zou je ook willen vastleggen waar en wanneer mensen hun werk doen, of hoe lang ze ergens mee bezig zijn – als het toch vooral om het resultaat gaat? Bedrijven met een meer resultaatgerichte aanpak blijken daarnaast overigens ook magneten voor talent. Zulke organisaties trekken kandidaten aan die meer autonomie wensen en zullen hen waarschijnlijk langer behouden.

Samantha Schlimper (Randstad, foto) had het vorige week tijdens The Future of Recruitment hier ook over, toen ze het had over het zogenoemde pixelation van werk, oftewel: functies zoals ze nu zijn opknippen in flexibele ‘pixels’ van taken en vaardigheden, dus: ‘Banen uit elkaar halen en weer anders in elkaar zetten, maar dan rondom gewenste outcomes in plaats van KPI’s en responsibilities.’ Het helpt volgens haar banen meer bij mensen te laten passen, in plaats van elke keer te proberen mensen in een inflexibel hokje te stoppen.

#4. Waar moet je beginnen?

Waar te beginnen als je met outcome based hiring aan de slag wil? Dat gaat in de eerste plaats vooral om de functiebeschrijvingen die je gebruikt. De traditionele functiebeschrijvingen vol met verantwoordelijkheden en gewenste kwalificaties leveren steeds minder passende reacties op. Maar schrijf op welke 5 tot 7 resultaten je van kandidaten verwacht, en je kunt een heel andere respons en sollicitatiegesprekken verwachten. Het helpt ook het gesprek met de hiring manager te structureren: wat wil hij of zij nu echt bereiken, en wat verwacht hij of zij daarbij van de kandidaat?

Outcome based hiring begint bij de functiebeschrijvingen die je gebruikt.’

Schrijf bijvoorbeeld in de vacature voor een marketingmanager niet dat hij ‘verantwoordelijk is voor het ontwikkelen en implementeren van marketingstrategieën om de producten of diensten van een bedrijf te promoten’, maar schrijf in plaats daarvan hoeveel je wil dat hij of zij de merkbekendheid vergroot, leads genereert, websiteverkeer stimuleert of de klantbetrokkenheid verbetert. Dit helpt potentiële kandidaten niet alleen te begrijpen hoe succes eruitziet in de functie, het trekt ook kandidaten aan die gedreven worden door het behalen van specifieke doelen en die een staat van dienst hebben in het leveren van resultaten.

#5. Waarom 5 tot 7 outcomes?

Waarom is het verstandig 5 tot 7 te behalen resultaten of doelen in je functiebeschrijving op te nemen? Dat komt voort uit het bekende goalsetting-onderzoek van Locke en Latham, dat min of meer aantoonde dat als je mensen te veel doelen oplegt, ze hun tijd niet goed kunnen verdelen. Outcomes zijn trouwens vaak ook wel echt anders dan KPI’s bijvoorbeeld; waar de laatste vaak over eenheden van output gaan, creëert focus op outcomes juist creativiteit en nadruk op waar het écht om gaat in een organisatie: de impact die je uiteindelijk wil maken.

Organisaties die zulke outcomes in hun vacatures weten vast te leggen, trekken meer en betere kandidaten aan, zo blijkt. Kandidaten willen namelijk dolgraag weten wat de maatstaf wordt waaraan ze moeten voldoen, en wat het in jouw organisatie betekent om goed (of slecht) te presteren.

Lees ook

Hoe landskampioen PSV ook voor (tech)vrouwen steeds meer het verschil wil maken

Bij de mannen werd PSV dit weekend op ongekende wijze landskampioen voetbal, na in een paar weken een schier onoverbrugbare achterstand op Ajax te hebben ingehaald. Bij de vrouwen, een dag eerder, moest PSV de titel nog op het nippertje laten aan de 11 van FC Twente. Een zeer spannend weekend, kortom, voor de Eindhovenaren en alles wat Eindhoven lief is. Maar zit er ook nog een recruitment-haakje aan al dit sportieve nieuws? Zeker, want vorige week werd ook nog eens bekend dat PSV Vrouwen met ingang van komend seizoen gesponsord wordt door het consortium Fe+male Tech Heroes.

‘PSV moet gaan helpen meer vrouwelijk techtalent voor de regio te werven.’

Achter deze verzameling bedrijven gaan namen schuil als Cisco, Driessen Groep, Heijmans, High Tech Campus Eindhoven, Mansveld Techniek, Simac en Tibo-Veen. Samen met PSV gaan ze de uitdaging aan om meer (vrouwelijk) techtalent in de regio voor de branche te interesseren en werven. Het is een vervolg op het in 2019 door de High Tech Campus Eindhoven opgerichte Fe+male Tech Heroes, dat zich als doel heeft gesteld om diversiteit en inclusie in de techsector te bevorderen. Hiermee verdubbelen de sponsorinkomsten van PSV’s vrouwentak, wat volgend jaar een nog serieuzere gooi naar het landskampioenschap mogelijk moet maken.

Werkgeluk voor iedereen

Manager vrouwenvoetbal Sandra Doreleijers spreekt dan ook van een grote stap voor de vrouwentak van PSV. ‘Ik heb een groot compliment over voor onze collega’s van Partnerships, die eenzelfde constructie hebben gerealiseerd als bij de mannen. De waarde die dit vertegenwoordigt is enorm. Dit getuigt ook van de betrokkenheid van onze regionale partners, die geloven in vrouwelijk talent en bereid zijn om in dit project te investeren. Ik ben ervan overtuigd dat deze samenwerking een groot succes zal worden.’

‘Samen bouwen we aan een toekomst waarin vrouwen kunnen floreren – op het veld én op de werkvloer.’

Min of meer hetzelfde denkt bijvoorbeeld ook Driessen-CEO Jeroen Driessen, een van de deelnemers in het samenwerkingsverband, en al langer betrokken bij de club. ‘Bij Driessen Groep zetten we ons dagelijks in voor werkgeluk voor iedereen. Dat betekent ook: gelijkwaardige kansen voor vrouwen in werk, gezondheid en ontwikkeling. Door PSV Vrouwen te sponsoren, dragen we bij aan een sterker werksysteem waarin vrouwelijk talent wordt gezien, benut en gewaardeerd. Samen bouwen we aan een toekomst waarin vrouwen kunnen floreren – op het veld én op de werkvloer’, zegt hij.

‘Voelen zich vaak geïsoleerd’

De Brainport-regio kampt al jaren met een oververtegenwoordiging van mannen in de technische beroepen. Maar door initiatieven als Fe+male Tech Heroes komt daar wel steeds meer verandering in. Wat eerst begon als een kleinschalig evenement, is inmiddels uitgegroeid tot een community van 4.500 gelijkgestemden.We werken allebei op de High Tech Campus en merkten daar dat techbedrijven moeite hebben om vrouwelijk talent aan te trekken’, aldus Ingelou Stol, samen met Hilde de Vocht initiatiefnemer van het project.Tegelijkertijd hoorden we van vrouwen die bij deze bedrijven werken dat ze zich vaak geïsoleerd voelen.’

Binnen een paar dagen hadden zich 300 mensen aangemeld. We keken elkaar aan en wisten: hier is echt behoefte aan.’

Dit inspireerde het duo om een ​​evenement te organiseren waar vrouwen elkaar konden ontmoeten en verbinden.Binnen een paar dagen hadden zich 300 mensen aangemeld. We keken elkaar aan en wisten: hier is echt behoefte aan.’ Het eerste evenement vormde de aanleiding voor de oprichting van een online platform vol inspirerende verhalen, aangevuld met extra evenementen en diners waar rolmodellen in het zonnetje worden gezet en uitgenodigd om op het podium hun verhalen te delen.

Ingelou Stol en Hilde de Vocht, credit

Voor heroes en male allies

We streven ernaar om op een positieve manier verandering teweeg te brengen’, zegt De Vocht.Dat is de sfeer op onze evenementen: hoewel onze boodschap serieus is, wordt er ook veel gelachen.’ Vorig jaar organiseerden ze zelfs hun eerste awardshow, met prijzen zoals Female Tech Hero of the Year en Male Ally of the Year.Die laatste is erg belangrijk voor ons’, voegt Stol toe.We staan ​​voor gelijkheid, daarom hebben we een plusteken in onze naam opgenomen. We zijn er voor vrouwen, mannen en iedereen die zich anders identificeert.’

‘Van meisjes wordt verwacht dat ze met poppen spelen, van jongens met vrachtwagens.’

‘Minder dan 20% van de techmedewerkers is vrouw. Je ziet het als je over de High Tech Campus loopt. Bovendien is het verloop hoog. Zonde, want diverse werkomgevingen zijn innovatiever en succesvoller’, aldus De Vocht. ‘Je ziet het zelfs bij kinderen: van meisjes wordt verwacht dat ze met poppen spelen, van jongens met vrachtwagens’, vult Stol haar aan. ‘Mijn zoon is nog jong, maar ik wil hem laten weten dat alle speelgoed prima is – en dat het niet uitmaakt of papa of mama de carrière heeft, of allebei. Geslacht zou die rollen niet moeten bepalen.’

Lees ook

Weer 7 boeken die nieuw licht werpen op de arbeidsmarkt

We hadden de afgelopen maanden natuurlijk al het leuke en inspirerende boek van Nicol Tadema, over 101 beïnvloedingstechnieken (check vooral ook de training erover bij de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie, op 30 juni 2025). Maar toch is dat voor recruiters zeker niet het enige lezenswaardige dat de afgelopen maanden in de boekhandel terechtgekomen is. Wat verscheen er nog meer zoal aan boeken, en wat kunnen we daarvan leren? Een kort overzicht.

#1. Fryslân boppe

Fraai stukje regio branding, van Club Diplomatique Fryslân, de makers van het project Toekomstmakers vertellen. Want Friesland mag dan niet de naam hebben een magneet te zijn voor jong talent, er liggen wel degelijk een hoop carrièremogelijkheden voor young professionals, zo maken de bijna 200 geïnterviewde jongeren voor dit boek duidelijk. ‘Functies waar je in de Randstad jaren naartoe moet werken, liggen voor jonge mensen in het Noorden voor het oprapen’, zo wordt het aangeprezen. Of dat echt zo is? Dat laten we maar even in het midden. Maar een mooie manier om je op de kaart te zetten is het natuurlijk wel.

Fryslân

#2. Prikkeldingen

Wist je dat eigenlijk elk gesprek beter verloopt als je daar een voorwerp bij gebruikt? Ook bij sollicitatiegesprekken kan dit van pas komen, als je er goed over nadenkt. En het recent verschenen boek Prikkeldingen – Hoe elk gesprek beter en leuker wordt met prikkelende voorwerpen helpt je bij hoe je dat kunt doen. Van een poppetje of een magisch muntje tot een aanvoerdersband of een potje Doeniezozuur-pillen, er is volgens ‘provocatief coach’ Willem Beekhuizen van alles mogelijk. Wat bijvoorbeeld te denken van steentjes voor in de schoen, geraapt in de Ardennen, die eigenlijk elk probleem doen vergeten? Prikkeldingen maken gesprekken niet alleen effectiever, aldus Beekhuizen, maar ook meer memorabel. En welke recruiter wil dat nou niet?

Prikkeldingen

#3. Bermudadriehoek

Voor wie een béétje geïnteresseerd is in de arbeidsmarkt, is er in de boekwinkel vaak genoeg te vinden. We zetten de meest interessante nieuwe uitgaven weer eens op een rijtje. Welke boeken moet je als recruiter deze zomer echt gelezen hebben?Een van de boeken waarover de laatste maanden al veel te doen was is de Bermudadriehoek van talent van De Correspondent. In dit boek beschrijft Simon van Teutem waarom veelbelovende twintigers massaal lijken te kiezen voor betekenisloze banen op de Zuidas, terwijl ze ook iets nuttigs voor de samenleving zouden kunnen doen, en hoe het onderwijs, ngo’s en de overheid deze verspilling van talent zouden kunnen tegengaan. Een confronterend boek, waarschijnlijk ook voor veel recruiters. Maar natuurlijk wel een goede om over na te denken. Want wat is de rol van recruitment eigenlijk in deze driehoek?

Bermudadriehoek

#4. Maar dat begrijp jij toch niet

Voor wie een béétje geïnteresseerd is in de arbeidsmarkt, is er in de boekwinkel vaak genoeg te vinden. We zetten de meest interessante nieuwe uitgaven weer eens op een rijtje. Welke boeken moet je als recruiter deze zomer echt gelezen hebben?We blijven nog even bij De Correspondent, en wel bij Karim Amghar, die een heel boek schreef over het onderschatte belang van het MBO, onder de mooie kop Maar dat begrijp jij toch niet. Ook mooi, hoe hij de afkorting MBO weet te vertalen naar het ‘Meest Belangrijke Onderwijs’. We schreven ook op deze site al vaker over dit belang, vooral voor de arbeidsmarkt, en over de pogingen om de kloof tussen mbo en bedrijfsleven te verkleinen, maar nu is er dus ook een boek – of liever gezegd: een pamflet – dat definitief wil afrekenen met alle vooroordelen rondom deze onderwijsvorm.

MBO

#5. Vakantieboek

Voor wie een béétje geïnteresseerd is in de arbeidsmarkt, is er in de boekwinkel vaak genoeg te vinden. We zetten de meest interessante nieuwe uitgaven weer eens op een rijtje. Welke boeken moet je als recruiter deze zomer echt gelezen hebben?De zomer komt eraan! Tijd om (een beetje) te ontspannen én tijd om boeken te lezen. Zoals misschien het Vakantieboek voor (nu even niet) werkende mensen. Of je nu in Tuinesië of Balkonië blijft, of dat je over de grens trekt, de zomer is een mooie tijd om je ontspannen te laten informeren en inspireren. In dit vakantieboek lees je over trends in managementland, krijg je tips om slimmer te werken en leven, ontspan je met inspirerende leesfragmenten en leer je bij met samenvattingen van de boeken die je als professional eigenlijk wel gelezen móét hebben om goed beslagen ten ijs te komen. Leuk en leerzaam dus.

Vakantieboek

#6Recruitment

Dit inmiddels toch wel als klassieker te kwalificeren boek van Ardiënne Verhoeven is nu alweer toe aan zijn vierde editie. Mede met dank aan Eva Possel en Caroline van der Wal, beiden docent aan de Hogeschool Utrecht, onderging het boek een behoorlijke revisie, met onder meer nieuwe cases, van de recruitmentagenda van ASML tot het solliciteren met je bestie van Kruidvat, en ook meer aandacht voor het perspectief van de kandidaat, recruitmentstrategie, personeelsplanning en nieuwe doelgroepen op de arbeidsmarkt. Het boek is echt gericht op het onderwijs, en daarom misschien iets minder vernieuwend voor iedereen die al langer in het recruitmentvak werkzaam is, maar als handboek, inleiding en checklist kan het zeker voor iedereen toch nog nuttig leesvoer zijn. 

Recruitment

#7. The Symphony of Strategy

Voor wie een béétje geïnteresseerd is in de arbeidsmarkt, is er in de boekwinkel vaak genoeg te vinden. We zetten de meest interessante nieuwe uitgaven weer eens op een rijtje. Welke boeken moet je als recruiter deze zomer echt gelezen hebben?Ernst Schipper heeft jarenlange ervaring bij het creëren van onderscheidende employer branding en het activeren van bedrijfsculturen, zowel lokaal als internationaal. Voor zijn (e-)boek The Symphony of Strategy besloot hij (eindelijk) de in die jaren opgedane kennis te bundelen, en er 10 lessen uit de destilleren voor iedereen die met dat snijvlak van employer branding en organisatiecultuur aan de slag wil. Met behoorlijke nadruk op dat laatste trouwens.

Symphony of Strategy

Bubbling under

En tot slot dan ook nog een paar (super)boeken die ook voor recruiters wel de moeite waard zijn, maar misschien niet direct op het vak betrekking hebben. Zoals Superluisteren, het nieuwe boek waarin leiderschaps- en veranderexpert Franka Rolvink Couzy uitlegt hoe we allemaal beter kunnen luisteren naar anderen. Of Maak van je verhalen je superkracht, een boek dat vooral employer branders kan helpen in de aanpak van hun storytelling. En anders lijkt ook Dit is géén HR van Bob Zeegers, die eerder furore maakte met HR met ballen, nog een aanrader. Of The Employee Advocacy Playbook, waarin Apostle-oprichter Koen Jordaans uiteenzet hoe je van je medewerkers merkambassadeurs kunt maken. Genoeg te lezen dus, voor wie op deze site nog niet genoeg aan zijn trekken komt…

Meer lezen?

 

Wie aardig gevonden wordt, krijgt eerder de baan: hoe erg is dat?

Een ‘goede energie’. Een ‘vriendelijke uitstraling’. Of gewoon: een ‘leuk persoon’. Het lijken onschuldige complimenten, maar in het selectieproces kunnen ze een oneigenlijk grote rol spelen. Volgens nieuw onderzoek van Textio, dat meer dan 11.000 interviewbeoordelingen van de afgelopen 3 jaar analyseerde, blijken deze omschrijvingen bepalender voor een aanstelling dan veel werkgevers misschien lief is. Wie aardig gevonden wordt, maakt uiteindelijk veel meer kans op de baan.

Kandidaten die uiteindelijk een aanbod kregen bleken maar liefst 12 keer vaker te zijn omschreven als iemand met een ‘geweldige persoonlijkheid’. Ook termen als ‘aardig’ (6x vaker), ‘vriendelijk’ (5x) en ‘energiek’ (4x) doken opvallend vaak op bij succesvolle sollicitanten.

‘Leuk is geen competentie’

In andere woorden: managers kiezen liever mensen die ze leuk vinden. Op zich is dat geen schokkende constatering. Maar dat dergelijke subjectieve termen hun weg vinden naar formele interviewverslagen, noemt Textio-co-founder en CEO Kieran Snyder toch wel ‘zorgelijk’. ‘Als je mensen aanneemt op basis van persoonlijkheid in plaats van vaardigheden of leervermogen, dan ondermijn je het toekomstig presteren van je organisatie’, zegt ze. Het maakt van selectie een soort populariteitswedstrijd. Een die niet voor iedereen even eerlijk verloopt.

‘Persoonlijkheidsbeschrijvingen in interviews blijken lang niet altijd neutraal.’

Het onderzoek toont verder aan dat persoonlijkheidsbeschrijvingen in interviews lang niet altijd neutraal zijn. Vrouwen werden bijvoorbeeld 25 keer vaker dan mannen omschreven als ‘bubbly’ (lees: vrolijk of bruisend), en 11 keer vaker als ‘pleasant’. Mannen daarentegen kregen 7,5 keer vaker het etiket ‘level-headed’ (nuchter), en werden 7 keer vaker als ‘zelfverzekerd’ gezien. Ook ‘sterk’ of ‘charismatisch’ is een omschrijving die veel vaker mannen dan vrouwen ten deel valt.

En dat doet alarmbellen rinkelen, stelt Snyder. ‘Zodra gender- of persoonlijkheidsvooroordelen je selectiebeslissingen beïnvloeden, weet je dat de standaarden niet consequent genoeg zijn toegepast.’

Tijd voor een betere meetlat

Wat dan wel werkt? Volgens Textio begint het bij één woord: consistentie. Niet alleen in de manier van interviewen, maar ook in hoe je meet wat je meet. ‘Het begint al bij de vacaturetekst’, zegt Snyder. ‘Je moet daar helder in zijn over de benodigde vaardigheden. Vervolgens toets je diezelfde vaardigheden, systematisch, in het sollicitatiegesprek én in de latere beoordeling.’ In een goed ingericht proces leer je recruiters en hiring managers hoe ze die vaardigheden moeten beoordelen. En laat je technologie vervolgens helpen om vast te houden aan de afgesproken beoordelingskaders.

‘De beste vaardigheidstoetsen zijn níet volledig geautomatiseerd.’

Maar zelfs met technologie is er geen sprake van een silver bullet, aldus Snyder. ‘De beste vaardigheidstoetsen zijn níet volledig geautomatiseerd. Het gaat erom dat je mensen laat zien in een context die lijkt op hun toekomstige werk.’ Bijvoorbeeld door opdrachten waarbij samenwerking, communicatie of probleemoplossend vermogen zichtbaar wordt. ‘Zo zie je niet alleen echte skills in actie’, zegt Snyder. ‘Je laat kandidaten ook ervaren hoe het zou zijn om samen te werken met jouw team.’ En dat is dan misschien weer wél een goede reden om iemand aan te nemen.

Meer lezen?

Werf& Awards dit jaar prooi voor Utrechtzorg, Kruidvat, NS en Partou; pareltje voor Lievegoed

In het Utrechtse Van der Valk-hotel zijn vandaag de Werf& Awards uitgereikt. Er waren 10 genomineerden, in 2 categorieën: recruitment en arbeidsmarktcommunicatie. In de eerste categorie waren de prijzen voor Kruidvat (vakjury) en Utrechtzorg (publieksprijs). In de tweede categorie waren Partou (vakjury) en Nederlandse Spoorwegen (publiek) de gelukkigen. Lievegoed kreeg een ‘pareltje’ voor zijn inzending.

NS, Kruidvat, Partou en Utrechtzorg hebben sinds vandaag een (tweede) Werf& Award in huis.

Alle 10 genomineerden hadden in de ochtend een pitch gegeven in twee zalen van het gebouw.

Tiende keer

Het was de tiende keer in successie dat Marion de Vries de awards uitreikte. Ze keek eerst terug op 10 jaar Werf& Awards. Vanaf de eerste winnaars Tata Steel en Philips liep ze in sneltreinvaart door de hoogtepunten uit 520 inzendingen in 10 jaar. De jury heeft zo gemiddeld 50 cases per jaar bekeken en beoordeeld, vertelde ze. ‘Dat is een bak werk, maar wat is dat leuk’, zei De Vries op het podium. Van vacaturesites in 2016 en mobile-first toen dat nog nieuw was, en van de opkomst van data om je doelgroepen te kennen, tot werkgeversverhalen en storytelling in 2019. Van covid in 2020 tot employee experience, referral en candidate experience in 2021 en afgelopen jaar meer samenwerking en meer volledige journeys.

‘Recruitment en arbeidsmarktcommunicatie apart, dat kan eigenlijk niet meer.’

‘Hoog tijd om de prijs te herevalueren’, zei ze er trouwens ook meteen kritisch bij. ‘Recruitment en arbeidsmarktcommunicatie apart, dat kan eigenlijk niet meer. Dan zie je dat er in het vak heel veel veranderd is de afgelopen jaren.’

Married at First Sight

Voor de daadwerkelijke prijsuitreiking werden twee mensen in het bijzonder in het zonnetje gezet: Bernadette – steun en toeverlaat – Magrie en Daniëlle Valk, die al 10 jaar lang in de jury zit, als enige die er vanaf het begin af aan bij is. Ook liet De Vries nog even haar licht schijnen op het niveau van de inzendingen van dit jaar, wat ze het ‘het Married at First Sight-effect’ noemde.

Bij MafS heb je een selectieratio van 1:10 in een moeilijke doelgroep, daar zou je je als recruiter voor moeten schamen.’

‘We hebben daar geprobeerd de ultieme match te maken. Peter en Mariska. Maar als je heel eerlijk bent klopt er geen hout van. Je hebt een selectieratio van 1:10 in een moeilijke doelgroep, daar zou je je als recruiter voor moeten schamen. Dat zit ook een beetje in de inzendingen. Het lijkt wel alsof we soms worden afgeleid door wat er allemaal kan. Maar die chemie tussen mensen, dat kun je niet automatiseren. Die recruiter die een heel grote hospitality in zich heeft, en de creativiteit en de lef in arbeidsmarktcommunicatie, die zou ik wel meer willen zien.’

De prijzen zelf

En toen was het dus tijd voor de prijzen zelf. Oud-winnaar Eric van Bourgonje reikte in een filmpje de eerste uit aan Utrechtzorg, gevolgd door Marion de Vries die Kruidvat in het zonnetje zette, vooral vanwege de manier waarop ze de insights in hun doelgroep hadden vertaald. En dan ging het haar bijvoorbeeld niet alleen om het inzicht dat solliciteren best spannend is voor 15- en 16-jarigen, maar ook dat het voor die doelgroep best slim is om te adverteren bij de energy drinks.

‘Vooral de ouders die zeggen: fijne dag met mijn kind, ík ga werken, dat was een heel herkenbaar inzicht.’

Bij de categorie Arbeidsmarktcommunicatie was het oud-winnaar Ruud de Groot van het Leger des Heils die het publiek via een video toesprak. Hij deelde vanuit de trein de prijs uit aan NS, waarvan vervolgens in groten getale een team op het podium aantrad, sommigen zelfs in uniform. Waarna opnieuw juryvoorzitter Marion de Vries het woord nam, en (bijna) de laatste prijs van de dag mocht uitreiken. Dat was de prijs van de vakjury, en die ging dit jaar naar Partou. Nadat de kinderopvangorganisatie ook al in 2023 had gewonnen, kregen ze nu dus opnieuw een erkenning voor hun inspanning, die nu zelfs voor de hele branche zijn impact had. ‘We hebben er vreselijk om moeten lachen in de jury’, zei juryvoorzitter De Vries over de case. ‘Vooral de ouders die zeggen: fijne dag met mijn kind, ík ga werken, dat was heel herkenbaar en een goed inzicht.’

Een pareltje

En toen was er ook nog ‘een kleine verrassing’, zoals De Vries het uitdrukte. ‘Er zijn af en toe van die inzendingen die halen dan net niet die awards’, zei ze. ‘Pareltjes. Dit jaar hadden we er zo eentje. En we hebben zelf het recht genomen die ook uit te reiken. Omdat ze een heel goed insight over hoe men naar de organisatie kijkt deels met humor hebben opgelost. Supersympathiek, heel geloofwaardig en authentiek.’ Een echte parel dus. En zo werd Lievegoed de vijfde gelukkige winnaar van de dag. Waarna het allerláátste woord uiteindelijk aan de hits van ABBA was.

Komende weken in verschillende podcasts nog meer aandacht voor deze winnaars.

Lees ook

Meer weten?

Kijk voor meer informatie bij Werf& Awards.

Over de toekomst van recruitment, of: hoe een rups een vlinder kan worden

Het contrast kon bijna niet groter zijn. In de bovenzaal van een pand met roots tot in de 14de eeuw, zijn een 60-tal TA-leaders bij elkaar gekomen om vooruit te blikken. Het klassieke gebouw van Karel V in hartje Utrecht blijkt echter een prachtig decor om samen de toekomst van recruitment door te spreken. En wel met twee internationale Randstad-directeuren, Glen Cathey en Samantha Schlimper, die speciaal voor de gelegenheid uit de VS zijn komen afreizen.

Niet alleen A.I., maar ook hoe we denken over skills zal de wereld van werk de komende jaren ingrijpend veranderen, leerden de bezoekers gisteren tijdens The Future of Recruitment. Wat kregen zij mee waar we ons allemaal op kunnen/moeten voorbereiden?

‘Zie A.I. als een persoon, en het verandert helemaal hoe je ermee omgaat.’

Glen Cathey bijt het spits af, met zijn visie op de rol van A.I. in recruitment. Géén co-piloot, zegt hij, géén assistent en ook géén back-up. ‘Zie A.I. liever als een persoon, en het verandert helemaal hoe je ermee omgaat.’ A.I. is alles aan het veranderen, het is ‘de nieuwe elektriciteit’, is zijn boodschap. De hype mag misschien een beetje voorbij zijn, hij trekt toch de analogie met (de mythe van) de kokende kikker: omdat we er zelf middenin zitten, hebben we niet genoeg in de gaten in hoeverre A.I. nu al ons leven beïnvloedt. Een beetje zoals het ook is met klimaatverandering, voegt hij toe, op deze werkelijk zonovergoten dag.

Vol met tips

Zijn ochtendsessie is gevuld met tips over hoe beter gebruik te maken van de mogelijkheden die A.I. nu al biedt. Door er gewoon mee in gesprek te gaan, meer vragen te stellen, en aan meer systemen dezelfde vragen te stellen. ‘Zodat je een second opinion krijgt.’ En dat zal ook steeds meer via een ‘gewoon gesprek’ gaan, via voice dus, verwacht hij. ‘Ik denk dat we over 20 jaar niet meer snappen dat we ooit met vingers op toetsenborden bezig waren en met duimen op kleine schermen om een prompt in te voeren.’

‘Ik denk dat we over 20 jaar niet meer snappen dat we ooit met vingers op toetsenborden bezig waren.’

Maar het is niet alleen een toekomstbespiegeling die we hier krijgen, de deelnemers gaan ook zelf aan de slag. ‘Mensen leren door dingen te doen’, zegt Cathey namelijk. ‘Het is een beetje zoals je rijbewijs halen. Je kunt eindeloos filmpjes van verkeerssituaties kijken, maar je leert het pas door achter het stuur te stappen. Je kunt alleen upskillen door kennis toe te passen.’ En dus komen overal de laptops uit de tas, en gaan aan de tafels de aanwezigen aan de slag met de eerder uitgedeelde opdrachten.

Maar niet voordat Cathey toch wel wat waarschuwingen heeft meegegeven. Zoals: ‘Voer geen persoonlijke informatie in, en ook geen gevoelige, vertrouwelijke of bedrijfsinformatie. Vertrouw ook niet blind de output, en vat niet de content van anderen samen en presenteer dat alsof die van jezelf is.’ Maar laat dit je vooral niet beletten het wél te gebruiken, zegt hij. ‘Wat ik wil dat je meeneemt van de sessie vandaag: have an A.I.-first mentality. Hoe kan A.I. me helpen om dit te doen? Verander je gedrag. Anders zul je er nooit de benefits van proeven.’

Conversational technology

De essentie van generative A.I. is volgens Cathey dat het conversational technology is: je kunt ermee in gesprek, en het zal uit de context steeds meer informatie kunnen ophalen en zijn antwoorden kunnen verbeteren. ‘Je moet uitleggen wat-ie moet doen, en hoe je wil dat het antwoord eruitziet. Zie het in die zin als elke andere medewerker. Een assistent, back-up of co-piloot is het niet: dit is immers iemand die meer weet dan jij. Maar hij zal misschien niet altijd de eerste keer begrijpen wat je wil. Gebruik dus een iteratieve benadering, en verschaf context, zoals je ook bij mensen in een conversatie zou doen.’

‘Heb je moeite goede prompts te maken? Dan vráág je dat toch gewoon ook aan A.I.?’

Als je niet blij bent met de uitkomst van wat een generatieve A.I. je voorschotelt, ‘ben je zelf 50% verantwoordelijk’, houdt Cathey zijn gehoor voor. En heb je moeite om zelf goede prompts te maken? Dan vráág je dat toch gewoon ook aan A.I., zegt hij, onder het mom van ‘meta-prompting‘, door hem ook wel ‘help me help you‘ genoemd. En make it explain, zegt hij ook, dus: ‘Vraag ook gewoon: hoe ben je hierop gekomen?’ Geen vraag is volgens hem eigenlijk te gek. ‘Als je wil dat het klinkt als iets, vraag het gewoon. Of vraag om een army of roles, om allerlei invalshoeken dus.’

De ogen openen

Ondertussen wordt aan de tafels hard gewerkt aan bijvoorbeeld betere vacatureteksten, maar ook aan vragen voor sollicitatiegesprekken, en bijbehorende scorekaarten, compleet met wat dan goede antwoorden van kandidaten zouden kunnen zijn. Interessant blijkt bijvoorbeeld hoe A.I. kan helpen een vacaturetekst om te schrijven naar een meer skills-gerichte (en dus meer inclusieve) vacature. ‘Zo kun je ook vragen om 5 verschillende LinkedIn-posts, compleet met emoji’s en hashtags, om deze vacature onder de aandacht te brengen. De meeste mensen vinden dat moeilijk, A.I. kan dat wel, en nog snel ook’, aldus Cathey.

‘Als je het unimpressive vindt, kun je A.I. ook altijd vragen om het beter te doen.’

En ‘als je het unimpressive vindt, kun je het ook altijd vragen om het beter te doen. Net als je bij een persoon zou kunnen doen’, voegt hij toe. Zo kun je volgens hem eigenlijk over elke vraag waar je mee zit het gesprek aan. ‘Ik hoop dat dit je ogen opent. Je kunt altijd meer doen en meer vragen. Je kunt het ook vragen een rol of een persona te spelen. En je kunt het ook gebruiken om veilig moeilijke gesprekken te oefenen voordat je die met een echt mens hebt. Het kan in die zin ook een heel waardevolle coach zijn. A.I. heeft geen ego, beoordeelt je niet.’ Kortom: de ideale, alwetende vriend en collega, stelt de gespreksleider.

Eén keer naar de sportschool

Maar, zo voegt hij er aan het eind van de ochtendsessie wel aan toe: je moet de relatie wel onderhouden. ‘Als je niet je gedrag verandert, dan is het net alsof je één keer naar de sportschool bent gegaan. Ik ben niet hierheen gekomen om je alleen maar te laten oefenen. Als je dit gedrag niet vastlegt, dan heeft het geen impact gehad. Dan heeft het geen verschil gemaakt voor jou, je team en je organisatie. Dus: hoe ga jij ervoor zorgen dat je op regelmatige basis naar de sportschool gaat? Want als je niet je gedrag verandert, dan zal het niet lang duren voordat A.I. jouw baan overneemt en jij irrelevant wordt.’

‘Als je niet je gedrag verandert, zal het niet lang duren voordat A.I. jouw baan overneemt en jij irrelevant wordt.’

En dat is helemaal geen extreme gedachte, zegt hij. ‘Het gebeurt vandaag de dag al. Welke rol je ook hebt, het gaat gebeuren.’ En ja, dus ook met recruiters. Maar zegt hij er ook nog enigszins geruststellend achteraan: ‘Je bent de veiligste in je organisatie als je degene bent die A.I. omarmt in plaats van degene die probeert A.I. tegen te houden.’ Een prikkelende gedachte om de hierop volgende stadswandeling mee in te gaan.

Niet alleen A.I., maar ook hoe we denken over skills zal de wereld van werk de komende jaren ingrijpend veranderen, leerden de bezoekers gisteren tijdens The Future of Recruitment. Wat kregen zij mee waar we ons allemaal op kunnen/moeten voorbereiden?

Ontwerpen om de mens heen

Na de lunch en wandeling is de koek nog niet op. Want niet alleen A.I. verandert de wereld van werk ingrijpend, dat geldt ook voor het werk zélf, aldus Sam Schlimper. Haalde Cathey de genodigden al uit hun comfortzone, dat geldt minstens zo voor de managing director van Randstad Enterprise. Volgens haar moeten organisaties zich namelijk helemaal opnieuw ontwerpen, en wel met de mens en zijn behoeften als uitgangspunt. Het werk dat gedaan moet worden, moet je daaromheen organiseren, zo is haar idee, omdat je anders nooit grootse prestaties en operational excellence kunt opschalen.

‘Het gaat allemaal om de joy of work’, zo is haar stelling. Want daarmee gaat het nu niet goed, zegt ze. ‘De mental health van werknemers gaat onderuit. De stress ging wereldwijd gemiddeld van 13% naar 38%, het verloop van 15% naar 21% en ook de productiviteit groeit nauwelijks meer.’ Tijd om daar wat aan te doen, is haar oproep. Waarbij het zogenoemde pixelation van werk voor haar een kernbegrip is. Oftewel: functies zoals ze nu zijn opknippen in flexibele ‘pixels’ van taken en vaardigheden, dus: ‘banen uit elkaar halen en weer anders in elkaar zetten, maar dan rondom gewenste outcomes in plaats van KPI’s en responsibilities.’

‘De stress ging wereldwijd van 13% naar 38%, het verloop van 15% naar 21% en ook de productiviteit groeit nauwelijks meer.’

Welk werk moet gedaan worden? Welke taken zijn daarbij nodig? Welke skills moet je daarvoor in huis hebben? En dan: waar en wanneer kun je dit werk het beste doen? En moet een mens het doen, of kan A.I. of een cyborg het net zo goed? ‘Dát is pixelation‘, aldus Schlimper, die er meteen het voorbeeld bijhaalt van de verpleegkundige, die slechts 50% van haar tijd met verpleging bezig is, en de andere 50% met dingen die ze eigenlijk niet wil. ‘Als je dat pixelatet, kun je 50% van het werk wegnemen waar ze een hekel aan heeft. En dit voorbeeld kun je in alle organisaties zien.’

‘The competitive edge

Op deze manier het werk anders organiseren is volgens Schlimper ‘the competitive edge‘ de komende jaren. Maar het is wel een cultuur- en gedragsverandering, voegt ze toe, en dus niet makkelijk te implementeren. Al helpt het volgens haar enorm dat je hierbij de mensen die het werk doen centraal kunt zetten, en je mensen de kans geeft vooral te doen waar ze écht goed in zijn en wat bij hen past. ‘Als we niet de mensen in hun core kennen, kun je al hun skills kennen, maar gaat het niet werken’, zegt ze. En dat geldt ook voor leerstijlen van mensen. ‘Als je dat linkt aan het werk dat gedaan moet worden, dan zal het resultaat groot zijn.’

‘De functiebeschrijving ziet er vaak zelfs letterlijk uit als een box. Maar hoeveel mensen passen daar nou precies in?’

We denken nu nog te veel aan ‘jobs in boxes‘, zegt ze. ‘De functiebeschrijving ziet er vaak zelfs letterlijk uit als een box. Maar hoeveel mensen passen daar nou precies in? Ik zeg niet: je moet mensen alleen dingen vragen te doen die ze leuk vinden. Maar als je mensen steeds dingen laat doen die ze niet leuk vinden, haal je de motivatie eruit bij mensen. Het gaat niet om je functietitel, maar om het werk dat je doet. Je kunt ze nog steeds in een box een plek geven, maar ze kunnen wel meer werk in de hele organisatie doen’, zegt ze, verwijzend naar bijvoorbeeld de aanpak die ze bij Mastercard hebben gedaan.

Een cultural shift

Ander voorbeeld: Morgan Stanley. Toen het bedrijf erachter kwam dat A.I. betere investeringsbeslissingen kon maken dan de mens, gaf het de wealth managers de kans om diepere conversaties met cliënten te voeren, en kort gezegd: vaker met ze te gaan lunchen. ‘Maar A.I. neemt nu de beslissingen’, aldus Schlimper. ‘Cliënten blij, wealth managers blij, resultaten prima.’ Maar toch kost het veel organisaties nog moeite om zo te gaan denken, merkt ze, waar ter wereld ze ook komt. ‘Dit is echt een cultural shift.’

Maar vergelijk het met hoe een rups een vlinder wordt. Bij het ontpoppen gooit de rups eigenlijk alles af, en behoudt alleen zijn DNA. ‘Dit is wat ik eigenlijk wil dat je onthoudt van vandaag’, zegt Schlimper. ‘Het helpt mensen erover nadenken. Je moet ontleren, jezelf opnieuw uitvinden. Dat doe je normaal het beste als je door een trauma gaat. Maar we willen niet dat mensen door een trauma gaan. Dus moet je dat simuleren. Bijvoorbeeld door een scenario te schetsen: wat als we volgend jaar niet meer bestaan, wat is er dan gebeurd? Als je zo’n vraag stelt, dan kun je erover gaan nadenken. Je moet mensen kunstmatig in de crisismodus zetten.’

‘Je bént geen recruiter, je hebt skills, die je voor veel dingen kunt inzetten. Zo ben je zelf deel van de oplossing.’

Het risico om niets te doen is meestal groter dan het risico van wel in actie komen, benadrukt ze ook. En dat geldt zeker ook in de wereld van recruitment. ‘Onze industrie zal de komende jaren disrupt worden, dat is een zekerheid’, aldus Schlimper. ‘Maar je bént geen recruiter, je hebt skills, die je voor veel dingen kunt inzetten. Op die manier ben je zelf deel van de oplossing. Als je jouw organisatie in beweging weet te krijgen over die boxes, dan creëer je vanzelf weer nieuwe kansen. En jij hebt daar vanuit je huidige rol in recruitment de capaciteit voor. Zo kun je werken aan die nieuwe wereld rondom de joy of work.’

Lees ook

Wim op woensdag: Wat zijn jouw blunders in vacatureteksten?

Recruiters maken nooit fouten. Behalve dan… in vacatureteksten. 😅 En als het misgaat, dan gaat het ook echt goed mis. Zoals deze parel op de website van een provincie (bij mij in de buurt):

🧽 Functie: Interieurverzorg(st)er
🏠 Voordeel: “De mogelijkheid om deels thuis te werken.”

Uhm. Thuis? Schoonmaken? Je hóórt de dweilen al aan de lijn hangen. En dit is nog maar het topje van de blunderberg…

Tijd voor een wedstrijd!

🎉 Tijd voor een wedstrijd! Ik ben op zoek naar de pijnlijkste, mafste, meest onbedoeld hilarische zinnen uit échte vacatureteksten. Van jezelf?👌Van een collega? 🎯 Van die arrogante concurrent? YES PLEASE! Hoe gekker, hoe beter. (En ja, je mag het helemaal anoniem insturen.)

📬 Meedoen?

Stuur je inzending vóór 20 mei naar: 📩 DM 📱 WhatsApp: O6 5060 2624 📧 Mail We maken een shortlist van de leukste inzendingen — en dan mag iedereen stemmen! 🗳️

🏆 Wat kun je winnen?

Een machtige combiprijs:

📖 101 Beïnvloedingstechnieken van Nicol Tadema en
💬 30 minuten persoonlijke feedback (via Teams) van Kittie Spierings (Roestvrijtaal)

Want zeg nou zelf: als iemand weet hoe je woorden laat werken… dan zijn zij het wel.

✍️ Voortaan blunderproof schrijven?

Hier alvast 3 tips van Kittie:

✅ Begin met waarom deze baan écht de moeite waard is.
🚫 Vermijd containerbegrippen als ‘dynamisch team’ of ‘informele sfeer’.
🗣️ Formuleer eisen helder, menselijk en concreet.

En: check vooral ook het boek Tekst werkt van Nicol Tadema. Een feest van inzichten én bloopers — zoals die legendarische doekoe-uitglijder van Manpower in 2017… 🤦‍♂️ , die via een stukje straattaalmarketing viral ging… maar dan wel als negatief voorbeeld.

Dus…

📬 Duik je mailbox in.
🕵️‍♀️ Vis die rare vacature(tekst) op.
😮 En stuur hem in — Voor de lol. Voor de les. Of gewoon omdat jij het óók niet kon geloven.

Over de auteur

wim van den nobelen recruiterdilemma's beterWim van den Nobelen is adviseur en investeerder in recruitmentbedrijven, ambassadeur voor Guruz en blogger. Hij schrijft voor Werf& de Wim op woensdag. Elke woensdag vind je hier een blog, onderzoek, artikel of interview van hem.

Lees ook:

Dit zijn dé 4 pijlers voor wie latente kandidaten wil bereiken

Een vacature plaatsen, en dan maar hopen dat de juiste kandidaat reageert? Dat werkt steeds minder, ziet Gijs de Bont, Business Developer bij UP in Business. ‘De beste kandidaten zitten niet de hele dag jobboards te refreshen, ze zijn gewoon aan het werk’, zegt hij. Maar als je ze op het juiste moment aanspreekt met een kans die perfect bij ze past? ‘Dan wordt het een ander verhaal.’ Recruitment moet slimmer, niet harder, zegt hij. Maar wat is daar dan voor nodig? Hij ziet 4 verschillende pijlers.

#1. Personalisatie door data

Gijs de Bont

Data zijn onmisbaar in elke moderne recruitmentstrategie. En zeker als je via Recruitment Marketing Automation kandidaten wil benaderen op basis van hun gedrag en interesses. Door data te gebruiken – zoals interacties met je website, e-mailopeningen en klikgedrag – kun je een veel relevantere boodschap sturen, aldus De Bont. ‘Een IT-specialist die een artikel leest over cloud computing? Stuur hem een gerichte e-mail met een passende vacature of een uitnodiging voor een webinar over technologie binnen jouw organisatie. Dit vergroot de kans op engagement aanzienlijk.’

#2. Automatisering van touchpoints

Recruiters schieten nu nog vaak met hagel in de hoop op een reactie, maar kandidaten prikken daar dwars doorheen, aldus De Bont. ‘Ze willen geen standaardpraatje, maar een bericht dat écht relevant is voor hun situatie.’ Met Recruitment Marketing Automation bouw je volgens De Bont een gestructureerde candidate journey. ‘Kandidaten ontvangen dan niet één losse mail met standaard dezelfde afgezaagde openingszin: “Jouw profiel sluit perfect aan op onze vacature!, maar je neemt ze stapsgewijs mee in een heel proces’. Dat kan bijvoorbeeld bestaan uit:

  • Eerste contactmoment: een gepersonaliseerde e-mail of advertentie gebaseerd op hun interesses.
  • Waardevolle content: deel blogs, cases en video’s over werken bij jouw organisatie.
  • Gerichte opvolging: kandidaten die interesse tonen, ontvangen een uitnodiging voor een event of een vrijblijvend gesprek.

‘Door deze geautomatiseerde flows werk je efficiënter en verhoog je de betrokkenheid van kandidaten.’

#3. Employer branding en nurturing

Recruitment draait niet alleen om het vullen van openstaande vacatures, benadrukt De Bont. Het gaat volgens hem in de eerste plaats om het bouwen van relaties. En Recruitment Marketing Automation kan dan helpen bij wat wel talent nurturing wordt genoemd: het warm houden van talentpools door continu waardevolle content te delen. ‘Door recruitment te zien als een continu proces in plaats van een losse actie, bouw je aan een duurzame talentpool’, zegt hij. Denk aan:

  • Verhalen van medewerkers
  • Inzichten over bedrijfscultuur en groeimogelijkheden
  • Updates over innovaties binnen jouw organisatie

‘Dit zorgt ervoor dat potentiële kandidaten jouw bedrijf kennen en waarderen, nog voordat ze actief op zoek gaan naar een nieuwe baan.’

#4. Bereik kandidaten waar ze zijn

Door verschillende kanalen in te zetten, vergroot je de kans om de juiste kandidaten op het juiste moment te bereiken, aldus De Bont. ‘Denk aan:

  • Social media-advertenties gericht op specifieke doelgroepen
  • Gepersonaliseerde e-mailcampagnes met relevante vacatures
  • Retargeting voor kandidaten die eerder interesse toonden
  • Contentmarketing om latent werkzoekenden te informeren en te inspireren.

‘Dat de juiste kandidaat spontaan op je vacature stuit? Dat gebeurt simpelweg niet meer’, concludeert de business developer. ‘Waar het vroeger misschien nog volstond om een vacature online te plaatsen of een potentiële kandidaat een InMail te sturen, zijn deze methoden nu steeds minder effectief. Kandidaten worden overspoeld met berichten en reageren minder vaak. Ze verwachten een persoonlijke, relevante benadering en beslissen steeds kritischer over welke kansen ze overwegen.’ En een continue Recruitment Marketing Automationmultichannel-aanpak kan daarbij volgens hem wel eens de uitkomst zijn.

Meer weten?

Op 22 mei geeft Gijs de Bont samen met collega Thomas van Meer de Masterclass RMA voor Recruiters – Slimmer Talent Werven, waarin je ontdekt hoe je met RMA talent aantrekt en de relatie versterkt – en hoe automatisering je helpt te focussen op kansrijke kandidaten.

Masterclass RMA

Detacheerders zien arbeidsmarkt kantelen: omzetdaling van bijna -8%

De detacheringsbranche heeft last van een stroef lopende arbeidsmarkt. Niet alleen daalde in het eerste kwartaal van 2025 de omzet van Nederlandse detacheerders met 7,6% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar, ook het aantal gedetacheerden zonder opdracht historisch hoog, aldus de nieuwste MarktMonitor van de Vereniging van Detacheerders Nederland (VvDN). ‘Er komen minder aanvragen binnen en de tarieven staan onder druk’, concludeert VvDN-voorzitter Edwin van den Elst somber.

‘Budgetten staan on hold en projecten worden uitgesteld. De pauzeknop lijkt ingedrukt.’

Als verklaring voor de terugloop in detacheringsaanvragen wijst hij allereerst op de geopolitieke spanningen en magere macro-economische vooruitzichten. ‘Er is een hoop onrust in de markt, waardoor de vooruitzichten voor bedrijven onzeker zijn. Ook bij de overheid en vooral bij gemeenten wordt bezuinigd met het oog op het dreigende ravijnjaar. Budgetten staan on hold en projecten worden uitgesteld. De pauzeknop lijkt ingedrukt.’

Wet DBA

Volgens Van den Elst heeft de verschuiving van flex naar vast overigens een nog veel grotere impact op de detacheringsbranche. ‘Ondanks de start van de handhaving van de Wet DBA door de Belastingdienst sinds 1 januari dit jaar zien we nog niet veel zzp’ers die zich nu laten detacheren. Ook zijn opdrachtgevers uit angst voor handhaving op schijnzelfstandigheid niet meer opdrachten voor detachering gaan uitzetten. Opdrachtgevers nemen wel vaker zzp’ers en gedetacheerden zelf in vaste dienst. Daar hebben detacheerders natuurlijk last van’, constateert hij.

Het aantal gedetacheerden zonder opdracht is in het eerste kwartaal gestegen met 18%.

Het aantal gedetacheerden zonder opdracht (de zogenoemde leegloop) is in het eerste kwartaal van 2025 fors gestegen met 18% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Tegelijkertijd neemt het percentage medewerkers met een contract voor onbepaalde tijd bij detacheringsorganisaties elk kwartaal toe. Inmiddels heeft ruim driekwart (76,4%) van de gedetacheerden een vast contract. Dat is fors meer dan het aandeel vast op de totale arbeidsmarkt (volgens CBS 56,8% in het eerste kwartaal van 2025).

Lichtpuntjes

Het is een van de lichtpuntjes die Van der Elst nog steeds ziet. ‘Het hoge aantal vaste contracten is voor mij een bevestiging dat detacheerders onverminderd blijven investeren in het binden, boeien en begeleiden van hun mensen. Het percentage leegloop is historisch hoog. Dan is het best spannend om mensen te blijven aannemen, te investeren in hun opleiding en ontwikkeling en hen een contract voor onbepaalde tijd aan te bieden.’

‘De daling vlakt af, de hoop is dat deze stabiliseert.’

Ook ziet hij voorzichtig licht aan de horizon van de detacheerders schijnen. ‘De omzetdaling van 7,6% (gecorrigeerd voor werkbare dagen) in het eerste kwartaal van dit jaar is fors, maar iets minder sterk dan in het vierde kwartaal van 2024, toen de gezamenlijke omzet van detacheerders nog met 10% kromp. De daling vlakt dus af, de hoop is dat deze stabiliseert en dat we in de loop van 2025 weer voorzichtig omhoog kunnen kijken. Elke detacheerder voelt nu die pijn. Dit is een periode waar we doorheen moeten, maar het langetermijnperspectief is positief.’

Alleen Medisch stijgt

De omzetdaling is bij detacheerders in vrijwel alle vakgebieden te merken. Alleen in de sector Medisch is nog een groei waar te nemen, waarschijnlijk een effect van de handhaving van de Wet DBA, aldus de VvDN. De tarieven waarover de MarktMonitor rapporteert laten een groei zien van gemiddeld 3,8%. Volgens Van der Elst is het nu het moment waarop het kaf van het koren zal worden gescheiden. ‘Er is nog steeds een war for talent gaande. Dit is het moment waarop je afhaakt of het gevecht wint door vast te houden aan goed werkgeverschap.’

‘Demografie liegt niet, de schaarste op de arbeidsmarkt blijft en zal alleen maar toenemen.’

De cijfers uit de MarktMonitor tonen volgens Van den Elst aan dat detacheerders voor dat laatste kiezen. ‘Detacheerders nemen nu genoegen met minder winst door substantieel te blijven investeren in de ontwikkeling van talent. Wij zijn ervan overtuigd dat we op lange termijn hier de vruchten van plukken. Want demografie liegt niet, de schaarste op de arbeidsmarkt blijft en zal alleen maar toenemen. En dus de behoefte aan talent met kennis en expertise in verschillende sectoren. Als de economie weer aantrekt, zijn detacheerders er klaar voor om wel de juiste professionals beschikbaar te hebben.’

Lees ook

7 nieuwe inzichten over de skills-based aanpak van recruitment

Een arbeidsmarkt waarin het cv en de werkervaring steeds minder belangrijk zijn, maar waar het steeds meer gaat om wat iemand écht kan en wat iemand nog kan leren; dat is de belofte van skills-based hiring. Een mooie belofte, maar in de praktijk blijkt het nog niet mee te vallen. Deze 7 recente inzichten en onderzoeken laten zien hoe het momenteel zo’n beetje ervoor staat.

#1. Ruim helft snapt het nog niet

Eerst maar even wat ontnuchterende cijfers. Uit onderzoek van Indeed blijkt weliswaar dat ruim twee derde (67%) van de werkzoekenden denkt dat vaardigheden zwaarder moeten wegen dan diploma’s, functienamen of jaren ervaring. Maar tegelijk is slechts 51% van de hiring managers dat van mening. Nu kun je dat positief bekijken, en stellen dat inmiddels dus ruim de helft al in de skills-revolutie gelooft. Maar tegelijk zegt 55% van de ondervraagden ook het concept nog niet helemaal te snappen, en 52% zegt nog steeds vooral te vertrouwen in diploma’s als maatstaf voor kwaliteit.

Uit het onderzoek blijkt ook dat een kwart van de werkgevers niet over de juiste evaluatietools beschikt om te werven op basis van vaardigheden. En van de bedrijven die wél een duidelijke skills-first-strategie hebben, heeft slechts 13% de diploma-eisen werkelijk afgeschaft en 13% het aantal vereiste jaren ervaring verminderd. ‘Werkgevers die niet weten waar ze moeten beginnen met de implementatie van skills-first recruitment, kunnen het beste beginnen hun functie-eisen te heroverwegen’, raadt Senior Strategic Advisor Matt Burney daarom aan.

#2. Micro-credentials kunnen helpen

Een groot probleem met het werven op basis van skills, is dat werkgevers de opgegeven skills van kandidaten moeilijk kunnen valideren. Zogenoemde micro-credentials kunnen daarvoor een oplossing zijn. Sterker nog: 9 op de 10 werkgevers geven in onderzoek van Coursera aan dat zulke micro-credentials duidelijke blijk kunnen geven van bepaalde skills als probleemoplossing en communicatie. Dus toch weer een soort diploma-eis, maar dan zonder er jarenlange studies voor te hoeven doen. Weinig verrassend: met name een micro-credential op het gebied van Generatieve A.I. bleek de kandidaten extra salaris op te leveren.

Aantoonbare kennis van GenAI levert nu zelfs al meer op dan extra werkervaring, zo blijkt.

Aantoonbare kennis van GenAI levert zelfs al meer op dan extra werkervaring, zo blijkt. ‘Dit is wat werkgevers binnen hun organisatie nodig hebben, en waar HR zich op moet richten om een ​​concurrentievoordeel te behouden’, aldus Nikolaz Foucaud, Managing Director EMEA bij Coursera. ‘Naarmate A.I. sectoren blijft hervormen, zullen kandidaten die flexibel leren verkennen via micro-credentials in gebieden zoals GenAI hiervan profiteren. HR- en recruitmentteams lopen een grote talentenpool mis als ze microcredentials niet erkennen als een maatstaf voor de geschiktheid van een kandidaat.’

#3. Het wérkt wel: 90% minder bad hires

Organisaties die zijn overgestapt op skills-based hiring (of in elk geval zeggen dat te hebben gedaan), zijn er over het algemeen heel tevreden over. Sterker nog: in onderzoek van ADP zegt maar liefst 90% dat skills-based hiring leidt tot minder bad hires, en 94% vindt dat op skills gebaseerde wervingen beter presteren dan mensen die zijn aangenomen op basis van hun diploma’s, certificeringen of jarenlange ervaring. Niet gek dus dat Forbes het 1 van de 7 belangrijkste succesfactoren voor bedrijven van 2025 noemt, alhoewel de praktijk achterblijft, met slechts 1 op de 700 aannames bij grote bedrijven die op skills zijn gebaseerd.

‘Deze kloof vormt zowel een uitdaging als een kans’, aldus auteur en Embrace Change-CEO Cynthia Pong. ‘Nu vaardigheden de nieuwe valuta van de werkvloer worden, erkennen organisaties dat continu leren en ontwikkelen onderdeel van hun DNA moeten worden. Het bewijs is overtuigend: bedrijven die skills-based hiring omarmen, zien meetbaar betere resultaten, waarbij niet-gediplomeerde werknemers een 20% hogere retentiegraad hebben als ze worden aangenomen in functies waarvoor voorheen een diploma vereist was.’ Niet alleen minder bad hires dus, maar ook nog eens: aantoonbaar minder verloop.

#4. Je kunt er sneller door sourcen

Een voordeel dat veel recruiters zal aanspreken: met een skills-based aanpak wordt sourcing een stuk makkelijker, en kun je makkelijker een grote talentpool aanspreken. Volgens uitgebreid onderzoek van OneTen vinden organisaties met een skills-based recruitmentaanpak twee keer makkelijker gekwalificeerde kandidaten dan organisaties met een traditionele diploma- en ervaring-aanpak. Organisaties met een skills-based aanpak hebben bovendien maar liefst 107% meer kans om talent effectief te plaatsen, aldus onderzoek van Deloitte, en hebben 52% meer kans op innovatief zijn, en 57% meer kans om agile te zijn.

#5. In Nederland volop experimenten

Ook in Nederland vinden er volop experimenten plaats met skills-based hiring. Het recente initiatief van The Talentpool Community is er zelfs volledig op gebouwd, en bij CompetentNL werken ze bijvoorbeeld ook al langere tijd aan één standaard voor skills in Nederland. En bij gemeentes is het A&O fonds druk bezig met de ontwikkeling van tools en pilots. Niet alleen voor werving en selectie overigens, maar juist ook intern: als middel om leren en groeien binnen de organisatie te bevorderen. Ook in de ICT en de metalelektro, maar ook in de zorg en het onderwijs staat het thema inmiddels volop op de agenda.

skills based arbeidsmarkt

De metalelektro was zelfs de eerste branche waar een zogeheten skillspaspoort het tot de cao bracht, en vorige maand zijn de grootschalige proeven ermee begonnen. Die skillspaspoorten moeten onder meer de vaardigheden en competenties zichtbaar maken van bijvoorbeeld zij-instromers, arbeidsmigranten en mensen zonder startkwalificatie die vooral on the job hebben geleerd, zodat mensen ook flexibeler worden op de arbeidsmarkt. ‘Skillspaspoorten vergroten de vijver aan potentiële kandidaten voor een functie. In een tijd van personeelstekort is dat heel belangrijk’, zei FME-programmamanager Hanneke Ackermann er eerder over.

#6. Data en A.I. doen het werk

Wat lang vooral theorie was, begint langzaamaan ook praktijk te worden. Mede dankzij steeds meer data en A.I. op dit gebied. ‘Tijdens deze transformatie naar skills based hiring als de standaard wordt vrijwel elke functiebeschrijving, vereiste opleiding en normaal wervingsproces herschreven, soms letterlijk’, viel recent te lezen op ere.net. ‘Toonaangevende organisaties gebruiken steeds vaker interne talentecosystemen om hun eigen mensen te leren kennen en hoog presterende en veelbelovende professionals en vaardigheden te identificeren die correleren met succes.’ En die systemen presteren steeds beter, zo blijkt.

Zo werkt IBM bijvoorbeeld al sinds 2017 met het zogeheten New Collar-programma, dat inmiddels meer dan 800 functiegebaseerde taxonomieën van skills genereert. De gegevens die dat oplevert, vormen nu de basis voor wervingsbeslissingen, het identificeren van tekorten aan talent binnen teams en zelfs het ontwikkelen van promotiestrategieën. In plaats van statische vacatures, gebruiken recruiters er nu zogeheten skill snapshots die nauwkeurig weergeven wat de functie momenteel vereist, in plaats van verouderde beschrijvingen van jaren geleden.

‘De functie van recruiters evolueert hierdoor van poortwachter naar matchmaking.’

Met steeds betere monitoring- en assessmenttools heeft deze transformatie van de arbeidsmarkt ook grootse implicaties voor het werk van recruiters, zo valt te lezen. ‘Zij moeten nu vaardigheden leren interpreteren en complexe talenten zien te herkennen in plaats van cv’s simpelweg te scannen op trefwoorden. Hun functie evolueert van poortwachter naar matchmaking, waarbij ze zakelijke behoeften en menselijk potentieel samenbrengen.’ Een transformatie die overigens hard nodig blijkt. ‘De organisaties met een duidelijk zicht op wat iedereen kan en de infrastructuur om die skills snel in te zetten zullen de winnaars van 2025 zijn.’

#7. Het houdt niet op bij recruitment

Skills-based hiring is in de eerste plaats gericht op – de naam zegt het al: recruitment. Maar als je het alleen daartoe beperkt, en het ziet als makkelijke oplossing van de krapte, dan gaat het niet werken, stelt Maria Flynn, CEO van het Amerikaanse Jobs for the Future. Sterker nog: als je alleen maar diploma-eisen uit je vacatures verwijdert zullen de resultaten volgens haar vrijwel zeker uitblijven. Zie het liever als een grootschalige organisatieverandering, zegt ze, waarvoor een lange adem, organisatiebrede betrokkenheid, aangepaste incentives, continue training en meer inclusieve praktijken nodig zijn.

Flynn wijst bijvoorbeeld op Accenture, dat al sinds 2014 bouwt aan een eigen skills-taxonomie, en een volledige infrastructuur voor skills-based praktijken. Skills maken er nu deel uit van hoe de hele organisatie mensen beoordeelt, aanneemt en promoveert. De organisatie assesst nu elke week maar liefst 11 miljoen (!) skills. Hierdoor zijn skills echt verhandelbare ‘valuta’ geworden bij Accenture, en de basis van alle interne mobiliteit en projectmatching.

‘Andere prikkels bij recruitment zijn nodig om hier een succes van te maken.’

Maar dat lukt dus niet van de ene op de andere dag, benadrukt Flynn. En er is volgens haar ook een minder risicomijdende aanpak bij recruitment nodig, plus minder focus op de time-to-hire. ‘Andere prikkels bij recruitment zijn nodig om hier een succes van te maken.’

Lees ook

‘Voor groei arbeidsproductiviteit is vooral meer vertrouwen in de werkvloer nodig’

De arbeidsproductiviteit is de laatste tijd weer volop in het nieuws. Doordat met z’n allen méér uren werken bijna niet lukt, nu bijna iedereen die werken wil dat al doet, rest er niets anders dan de productiviteit per gewerkt uur omhoog te krijgen, willen we economisch blijven groeien. Maar tegelijk blijkt dat elk jaar weer razend moeilijk (alhoewel De Nederlandsche Bank dat beeld recent wel een beetje nuanceerde). Tegenover een stijging van 0,4% aan arbeidsproductiviteit per jaar, stond vorig jaar een gemiddelde stijging van de cao-lonen van maar liefst 5,3%. Dus: terwijl de lonen stijgen, blijft het rendement op arbeid vrijwel gelijk.

Het mkb zou jaarlijks zelfs zo’n 65 miljard euro mislopen door achterblijvende arbeidsproductiviteit.

Nu kun je die loongroei natuurlijk zien als een aanjager van groei van de arbeidsproductiviteit. ‘De prikkel om te innoveren, is niet groot met goedkoop personeel. Als de lonen stijgen, zul je moeten investeren in nieuwe technieken om concurrerend te blijven’, zei ABN Amro-econoom Philip Bokeloh bijvoorbeeld recent nog, in navolging van een andere bekende econoom, Alfred Kleinknecht. Maar andersom geldt dat dus ook: zonder structurele productiviteitsgroei zijn loonstijgingen op termijn voor bedrijven onhoudbaar. Volgens het Nederlands Comité voor Ondernemerschap loopt het mkb hierdoor jaarlijks zelfs zo’n 65 miljard euro mis.

De essentie

Maar is de oplossing dan maar vol gaan voor méér technologie, procesoptimalisatie en digitale innovatie op de werkvloer? Volgens Margreth van Kuijl, people manager bij Beep for Help, een (niet-medisch) hulpplatform dat hulpvragers en -gevers aan elkaar verbindt, gaan we dan voorbij aan de essentie van het probleem. En dat is volgens haar: hoe organiseren we werk eigenlijk, en voor wie werkt dat nog? ‘In de jaren 90 werd digitalisering dé belofte van vooruitgang’, aldus Van Kuijl. ‘Maar inmiddels zijn we ruim 25 jaar verder, maar blijven we nog steeds vasthouden aan dezelfde structuren, routines en aannames over arbeidsproductiviteit.’

Margret van Kuijl
Margreth van Kuijl

‘Efficiëntie houdt geen stand als de mensen op de vloer structureel overbelast zijn.’

We kunnen – dankzij digitalisering, internet, e-mail en mobiele telefoons – nu veel meer dan toen. Maar volgens Van Kuijl moeten we oppassen technologie niet als toverwoord te zien. ‘Technologie wordt vaak gepresenteerd als de heilige graal, maar dat beeld is misleidend’, zegt ze. ‘We praten veel over vernieuwing, maar vaak blijft het dan bij digitalisering. Maar innovatie vraagt om samenhang: technologie, organisatie en mensen moeten op elkaar zijn afgestemd. Veel werkgevers focussen op kosten, terwijl ze de werkprocessen ongemoeid laten. Efficiëntie houdt geen stand als de mensen op de vloer structureel overbelast zijn.’

Meer inzet, meer uren, meer druk

Hogere productiviteit wordt nog vaak gelijkgesteld aan meer inzet, meer uren, meer druk, zegt ze. Terwijl het tegenovergestelde volgens haar juist nodig is. ‘Mensen worden structureel overvraagd door onduidelijke prioriteiten en overbodige administratie. Dat zorgt voor stress en haalt de focus weg van het werk dat er écht toe doet. Loonstijging en productiviteitsgroei gaan hand in hand: alleen door slimmer te werken, zijn hogere lonen houdbaar.’ Iets wat overigens ook minister Eddy van Hijum lijkt te zeggen, als hij pleit voor sociale innovatie.

De lonen stijgen wel, maar de arbeidsproductiviteit niet of nauwelijks. En dat is een probleem. Volgens Margreth van Kuijl ligt de oplossing niet zozeer in méér technologie, maar in meer vertrouwen geven op de werkvloer. Hoe bedoelt ze dat precies?

Hogere werkdruk leidt tot uitval, afnemende motivatie en een hoog ziekteverzuim, ziet Van Kuijl. De zorgsector is daarvan volgens haar een duidelijk voorbeeld: in 2024 lag het ziekteverzuim rond de 7%. ‘Lang gold de aanname dat werkdruk en productiviteit hand in hand gaan. Inmiddels weten we beter’, zegt ze. Terwijl de werkdruk in de zorg opliep, nam de flexibiliteit er juist af. ‘Roosters zijn star, maatwerk ontbreekt en alternatieve werkmodellen blijven onbesproken.’

‘Het echte knelpunt zit niet in technologie of contractvormen, maar in de manier waarop werk is georganiseerd.’

De flexibele schil is daarbij volgens haar niet het probleem. ‘Het echte knelpunt zit dieper: niet in technologie of contractvormen, maar in de manier waarop werk is georganiseerd. Structuur krijgt voorrang boven inhoud. We blijven vasthouden aan verouderde modellen. Zelfs als allang duidelijk is dat ze niet meer werken. En als het systeem niet functioneert, maakt het weinig uit of je vast of flexibel bent.’

Leren is geen luxe

Om loonstijgingen structureel vol te houden, is een lerende organisatie ‘een strategische noodzaak’, aldus Van Kuijl. ‘Medewerkers die zichzelf blijven ontwikkelen, leveren meer waarde en zijn gemotiveerder. Stilstand betekent achteruitgang – zowel voor mensen als voor organisaties.’ Zulke ontwikkeling vereist wel ruimte, vertrouwen en structuur. Volgens TNO heeft 32% van de werknemers echter te maken met hoge taakeisen, terwijl tegelijkertijd 41% niet méér autonomie ervaart. ‘Een combinatie die juist tot uitval kan leiden’, aldus Van Kuijl.

‘Productiviteit vraagt ook om minder controle, meer vertrouwen. Minder regels, meer ruimte.’

Flexibiliteit zou dan ook geen uitzondering moeten zijn, maar juist een uitgangspunt, zegt ze. ‘Het gaat niet om nóg een reorganisatie of tool, maar om fundamentele keuzes over hoe werk georganiseerd is. HR moet die beweging aanjagen. Stel duidelijke prioriteiten en zorg dat medewerkers weten waar ze aan moeten werken. Als iets niet bijdraagt aan de 3 belangrijkste doelen van het bedrijf, moet het niet op de agenda staan. Productiviteit vraagt ook om minder controle, meer vertrouwen. Minder regels, meer ruimte. Wie dat aandurft, wint op resultaten én op menselijkheid.’