Steeds meer screeningsbureaus voor sollicitanten: wat zegt dat over de arbeidsmarkt?

Een incident dat recent veel stof deed opwaaien: meer dan 400 mensen bleken zonder de juiste diploma’s toch een baan in de zorg te hebben gekregen. Deze week meldde de Volkskrant dat het ging om het zogeheten bureau F&P Educatie, dat ervan verdacht wordt grootschalige fraude te hebben gepleegd met ervaringscertificaten, oftewel EVC’s (Erkenning van Verworven Competenties). Het werd een voorbeelddossier dat veel werkgevers heeft wakker geschud. Want als vervalste documenten zo makkelijk door de mazen van het net glippen, hoeveel zekerheid heb je dan nog over wie je echt binnenhaalt?

Het is precies dat gat in de markt waarin steeds meer screeningbedrijven springen. Hun aantal nam de afgelopen 5 jaar dan ook snel toe, met ruim 30%, zo blijkt uit KVK-cijfers die het AD onlangs publiceerde: van 268 in 2020 naar 353 in 2025. En daarbij gaat het héél vaak over aannamebeslissingen. Van advocatenkantoren tot ziekenhuizen, casino’s en banken: steeds meer organisaties besteden het natrekken van diploma’s, werkervaring en integriteit uit. Waar screening ooit werd gezien als een soort luxe, vooral gebruikt bij hoge functies of gevoelige sectoren, is het de laatste jaren steeds meer standaard bij vrijwel elke procedure geworden.

Soms verplicht

De opmars van de screeningsbureaus houdt min of meer gelijke tred met de opkomst van (al dan niet malafide) bureaus die EVC’s verstrekken. Maar het is zeker niet alleen in de zorg dat werkgevers steeds meer waarde hechten aan de waarheidsgetrouwheid van sollicitanten. Voor bepaalde functies, zoals in de kinderopvang, is screening zelfs wettelijk verplicht. Ook voor politieambtenaren, werknemers van particuliere beveiligingsorganisaties, medewerkers van recherchebureaus, luchtvaartpersoneel en sommige functies bij de overheid zijn er aparte wettelijke regelingen.

Cijfers van de KVK laten zien dat het aantal screeningsbureaus de laatste 5 jaar flink is toegenomen: van 268 in 2020 naar 353 dit jaar. Steeds meer sollicitanten liggen zodoende onder de loep. Wat zegt dat precies over de arbeidsmarkt van het moment?

De opmars van de screeningsbureaus houdt min of meer gelijke tred met de opkomst van (al dan niet malafide) bureaus die EVC’s verstrekken.

Eerder dit jaar werd ook nog een wetsvoorstel ingediend om wetenschappers die met sensitieve kennis willen werken apart te screenen. Volgens schattingen van het ministerie van Onderwijs gaat het om 8.000 screenings per jaar, van zowel buitenlandse als Nederlandse wetenschappers en studenten. Daarbij wil het ministerie onder meer kijken naar de vraag of iemand een strafblad heeft, maar ook bijvoorbeeld naar diens studie- en arbeidsverleden, zijn familie en eventuele risicovolle contacten, bijvoorbeeld met een bepaald regime. Daarbij mag zelfs ook informatie van de veiligheidsdiensten worden gebruikt.

A.I. helpt (niet) mee

De snelle opmars van generatieve A.I. maakt het makkelijker dan ooit om overtuigende vervalsingen te produceren. Diploma’s, certificaten, zelfs referentiebrieven: een printje ziet er vaak net zo echt uit als het origineel. Dat helpt werkgevers ook niet mee. ‘Werkgevers willen zekerheid, maar de administratie die erbij komt kijken is gigantisch’, aldus Harm Voogt, directeur van Disa Global Solutions (voorheen Validata), een van de spelers in de markt die de snel groeiende vraag ervaart. Voor opdrachtgevers controleren zij niet alleen documenten, maar ook registraties, VOG’s en soms zelfs nevenactiviteiten of social media-sporen.

Voogt durft te stellen dat het gemiddelde cv 60% tot 70% onwaarheden bevat en 15% tot 20% echte leugens over diploma’s en vervulde functies. Levent Bedrijfsrecherche onderzocht ook al eens 10.000 cv’s en ontdekte toendertijd dat in 75% van de gescreende cv’s onwaarheden stonden, en dat 25% daarvan échte leugens waren. Uit Nederlands onderzoek bleek in 2016 dat onder meer een reeks aan afwijzingen ervoor kan zorgen dat sollicitanten méér leugens op hun cv gaan verstoppen.

‘Werkgevers willen zekerheid, maar de administratie die erbij komt kijken is gigantisch.’

Het klinkt dus aantrekkelijk: meer zekerheid over wie je werkelijk aanneemt. Toch schuilt er ook een keerzijde. De Autoriteit Persoonsgegevens hamert erop dat screening alleen mag als er een gerechtvaardigd belang is, en dat kandidaten altijd vooraf moeten weten wat er precies wordt gecontroleerd. Een sollicitant screenen op een BIG-registratie als verpleegkundige? Logisch. Maar voor een marketingvacature de Instagram van een kandidaat doornemen? Dat schuurt al snel met privacywetgeving. En alleen toestemming van een (potentiële) werknemer om ze te mogen screenen is ook niet genoeg om het te doen, benadrukt de AP.

De vertrouwenskwestie

En dan is er natuurlijk ook nog de vertrouwenskwestie. Screening kan veiligheid vergroten, maar ook een signaal afgeven dat je je toekomstige medewerker in eerste instantie níet vertrouwt. Dat kan bij hen ook wel eens verkeerd vallen. Kandidaten die al meerdere aanbiedingen hebben, kunnen zich afvragen: waarom zou ik hier in een bureaucratisch keurslijf stappen, terwijl ik elders sneller en met meer vertrouwen word binnengehaald?

Sollicitanten kunnen screening zien als motie van wantrouwen nog vóór ze begonnen zijn.

De opkomst van screeningbureaus is daarmee niet alleen een antwoord op fraude, maar ook een teken van bredere verschuivingen in de arbeidsmarkt. Werkgevers zoeken meer controle, kandidaten vragen meer vertrouwen. Het resultaat is een spanningsveld waarbinnen je als recruiter zult moeten zien te laveren. Daarbij speelt ook een praktische vraag op: hoe houd je als organisatie grip op uitbesteed werk? Een bureau mag misschien sneller diploma’s controleren, maar hoe zeker weet je dat de data vervolgens veilig worden opgeslagen? En hoe zorg je dat het proces proportioneel blijft, zodat je niet meer data verzamelt dan strikt noodzakelijk is?

De praktijk: enkele tips 

De groei van screening stelt recruiters en hiring managers dus voor een paar heel concrete keuzes. Een aantal aandachtspunten van Justis en de AP:

  • In principe ga je als werkgever zelf over of je sollicitanten screent of niet. Maak daarin een bewuste afweging per functie: screening kan van belang zijn in zorg en financiële dienstverlening, maar in creatieve sectoren of bij junior functies betekent het al snel een overdaad van bureaucratie, en staan de risico’s niet in verhouding tot de gedane moeite. Er moet in elk geval altijd een gerechtvaardigd belang zijn voor screening, anders moet je er niet aan beginnen.

Uit de brochure Screening van Personeel
  • Communiceer helder: kandidaten waarderen transparantie. Laat weten wat je checkt, waarom, en hoe je met hun gegevens omgaat. Als werkgever heb je zelfs een informatieplicht: je moet niet alleen laten weten dat je een screening uitvoert, maar ook achteraf wat de resultaten zijn.
  • Wees proportioneel: vaak worden meer middelen ingezet naarmate de functie risicovoller is. Maar elke extra check moet je kunnen uitleggen en moet in verhouding staan tot de functie. Niet: we screenen alles wat kan, maar: we screenen datgene wat relevant is.
  • Houd regie over je eventuele partner: stel duidelijke afspraken over bewaartermijnen en dataminimalisatie. Jij blijft als werkgever verantwoordelijk, ook als je het werk uitbesteedt. Screeningsbureaus moeten overigens zelf over een vergunning beschikken op grond van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus, anders mogen ze hun werk niet uitvoeren.

Let op de AVG

  • Screening betekent dat je bezig bent met persoonsgegevens, en dus de AVG van toepassing is. Dat betekent in elk geval dat je moet kunnen aantonen dat je een legitieme reden (gerechtvaardigd belang) hebt voor de screening, en dat de screening noodzakelijk moet zijn, wat onder meer betekent dat je je doel niet op een andere manier of door een minder ingrijpend middel dan screening kunt bereiken.
  • Denk na of je niet alleen vast personeel wilt screenen, maar ook je interimmers, zzp’ers, uitzendkrachten of stagiairs. En hoe ga je om met eventuele vrijwilligers?
  • Voor wie een vertrouwensfunctie gaat vervullen, of het nou bij de overheid is, bij bijvoorbeeld het Koninklijk Huis of de politie, of in het bedrijfsleven, bij bijvoorbeeld de burgerluchtvaart of vitale ondernemingen voor de maatschappij zoals elektriciteitsbedrijven, staat screening door de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) op het programma. Criteria hierbij zijn eerlijkheid, onafhankelijkheid, loyaliteit en integriteit. Bij een positief resultaat ontvangt de medewerker een Verklaring van Geen Bezwaar. Het is hier de verantwoordelijke minister die de vertrouwensfuncties aanwijst.
  • Elke werkgever is sowieso verplicht een identiteitsbewijs van nieuwe medewerkers op te vragen, te controleren en er een kopie van te bewaren. De gegevens op dit bewijs kun je natuurlijk al eenvoudig naast de aangeleverde sollicitatie leggen ter controle.
  • DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs) stelt een Centraal diplomaregister beschikbaar. Hierin kunnen mensen hun eigen diploma’s bekijken en er een uittreksel van
    downloaden. Je kunt als werkgever niet rechtstreeks in het diplomaregister kijken, maar wel de sollicitant vragen een gecertificeerd pdf-bestand te sturen.

Meld het al in de vacature

  • Ga je over tot screening, meld dat dan al in de vacaturetekst. Bijvoorbeeld ‘Voor indiensttreding dient een Verklaring Omtrent het Gedrag te worden overgelegd’ of ‘Een persoonsonderzoek kan deel uitmaken van de selectieprocedure’.
  • Als werkgever kun je een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) van een kandidaat vragen. Een VOG geeft aan of het justitieel verleden van een persoon een probleem vormt voor het vervullen van een bepaalde functie. Jaarlijks worden er zo’n 1,5 miljoen VOG’s aangevraagd bij Justis. Voor sommige functies is dit wettelijk verplicht, bijvoorbeeld voor leraren, gastouders en taxichauffeurs. Maar ook voor andere beroepen kan een VOG nodig zijn. Als werkgever bepaal je zelf of een VOG nodig is. Ook mét een strafblad kan iemand trouwens nog steeds een VOG ontvangen: een snelheidsovertreding is bijvoorbeeld niet relevant voor een leraar, maar wel voor een chauffeur. Justis weegt zelf steeds het belang van de aanvrager af tegen het belang van de samenleving.
  • Voordat je in gesprek gaat met een kandidaat kun je deze ook een vragenformulier laten invullen als input voor het gesprek. Hierin kunnen vragen aan bod komen als: bent u in de afgelopen 5 jaar wel eens ontslagen? Bent u in het verleden getoetst op integriteit of vakbekwaamheid, en zo ja: is er een voorbehoud gemaakt? Ook kun je kandidaten natuurlijk altijd een verklaring laten afleggen over deze onderwerpen en er hun handtekening onder laten zetten. Of neem een integriteitstest af – er bestaan digitale tests aan de hand waarvan je meer te weten kunt komen over iemands integriteit.

Meer weten?

In de recente brochure ‘Screening van personeel: wanneer en hoe selecteren op integriteit’ geeft Justis nog veel meer handige tips en handvatten hoe je de risico’s op niet-integer personeel kunt beperken.

Meer lezen?

De keuze van Isabel: ‘Ik dacht dat dit soort leiderschap in 2025 niet meer bestond’

Een grote reorganisatie. Mensen horen wie moet vertrekken. Twee weken later wordt in een town hall de nieuwe structuur en bezetting aangekondigd. De leider die deze boodschap zou brengen? Neemt een dag vrij. Verschijnt niet. Laat niets weten. Twee weken om zich voor te bereiden. En toch… een leeg podium… Dat is geen planningsfout. Dat is een gebrek aan emotionele intelligentie. En het gebeurt vaker dan je denkt.

Hier zit de pijn

En hier zit de pijn: dit soort leiderschap is precies de reden waarom mensen bedrijven verlaten. Niet om het werk, niet om het salaris, maar omdat de persoon die er zou moeten staan… niet komt opdagen. Hoe vang je dat in een selectiegesprek, nog vóór je de verkeerde leider aanneemt? Je hebt maar een paar kansen, dus zet ze slim in:

  • Vraag naar hun moeilijkste people decisions. Luister niet alleen naar wát ze besloten, maar ook naar hóé ze het vertellen. Ligt de nadruk op processen, of op de mensen die het raakte? En voelen ze zich als leider verantwoordelijk voor die impact?
  • Luister hoe ze over hun team praten. Zijn het ‘wij’-verhalen, waarin ze naast hun mensen staan, of ‘zij’-verhalen, waarin prestaties los worden gezien van context en omstandigheden?
  • Gooi het gesprek bewust uit het script. Ga onverwachts een andere kant op en kijk wat er gebeurt. Blijven ze kalm, nieuwsgierig en betrokken? Of zie je defensie, afstand, misschien zelfs irritatie?

De beste leiders verdwijnen niet op de momenten dat ze nodig zijn. Ze staan er. Luisteren. Nemen verantwoordelijkheid. En nu ik toch aan het delen ben… Ik schrijf hier zelden over mijn eigen business, maar binnenkort wordt Ingenium Executive Search Talent to Match Executive Search. En ja, het aanbod gaat dan breder dan executive search alleen. Net zoals de beste leiders altijd opduiken wanneer het ertoe doet, zal ook mijn nieuwe hoofdstuk er staan als jij het nodig hebt, zo is de bedoeling.

Over de auteur

Isabel Verhelst is een resultaatgerichte, no-nonsense coach met een passie om mensen te verbinden. Ze is eigenaar van Ingenium Executive Search, een boutique bureau met de focus op top C-level talent dat perfect past bij het DNA van de organisatie. Recent heeft ze ook Talent to Match gelanceerd met als missie via online cursussen MKB-managers expert te maken in werving. Op deze site schrijft ze elke twee weken op dinsdag een blog.

Lees ook

Van afwijzen wordt niemand blij… maar wat als je iedereen kunt doorverwijzen?

‘Een paar weken geleden had ik een leuk gesprek met een kandidaat. Uiteindelijk heb ik haar moeten afwijzen – nooit een leuk moment’, schreef Jesse Remijnse, corporate recruiter bij Auto Hoogenboom, recent op zijn LinkedIn. ‘Toch kreeg ik gisteren een kaartje waarin zij me bedankte voor het gesprek én voor de manier waarop ik het had gebracht. En het mooiste? Door mijn doorverwijzing heeft ze nu een baan gevonden waar ze blij mee is. Het herinnert me eraan dat het niet alleen gaat om wie je aanneemt, maar ook om hoe je met mensen omgaat als het antwoord ‘nee’ is. Een beetje aandacht en oprechte interesse maken écht verschil.’

Het gaat niet alleen om wie je aanneemt, maar ook om hoe je met mensen omgaat als het antwoord ‘nee’ is.’

Het is een van die berichten die niet alleen aangeeft hoe pijnlijk afwijzen is, en kan zijn, maar ook wat het nut van doorverwijzen is. Het is het principe waar ook de recent gelanceerde The Talentpool Community op is gebaseerd, omdat de afgewezen kandidaat bij de ene functie juist misschien perfect kan zijn voor de volgende vacature bij een andere organisatie. Want niet alleen voor de kandidaten is een afwijzing vervelend, dat is-ie vaak net zo goed voor de recruiter die de boodschap moet brengen. ‘Van de recruiters vindt 47% afwijzen écht niet leuk, terwijl de andere 53% zegt dat het er nu eenmaal bij hoort’, aldus Geert-Jan Waasdorp.

2 maanden onderweg

Waasdorp is samen met Maarten Westerduin een van de initiatiefnemers van The Talentpool Community, die vandaag 2 maanden en 2 dagen onderweg is en inmiddels bijna 300 werkgevers in Nederland heeft aangesloten. Deze organisaties verwijzen kandidaten en talent momenteel dus aan elkaar door in plaats van hen af te wijzen. ‘Door alleen een hyperlink toe te voegen aan wat voorheen de afwijsmail of afwijsapp was, verandert eigenlijk al het hele speelveld van werving’, aldus Waasdorp. ‘Kandidaten worden automatisch gematcht én deelnemende werkgevers zien automatische de beste skills-matches op hun online vacatures.’

Als mensen verkopen we niet graag nee. Liever bieden we anderen kansen. Goed nieuws dus dat recruiters nu ook mensen niet meer hoeven af te wijzen, maar kunnen doorverwijzen naar een andere functie. Hoe vordert dat initiatief al? 

‘Door alleen een link toe te voegen aan je afwijsmail, verander je eigenlijk al het hele speelveld.’

Getuige de meer dan een miljoen sollicitaties die elke week in Nederland worden verstuurd, is het onmiskenbaar dat recruiters veel meer mensen moeten afwijzen dan ze ooit kunnen aannemen. Maar elke keer die vervelende boodschap moeten brengen is wel te verlichten door mensen niet meer af te wijzen, maar door te verwijzen. ‘Een enorm positieve injectie voor de candidate experience én het employer brand‘, aldus Waasdorp. ‘Een doorverwijzing met perspectief krijgen, dat is voor een kandidaat nu eenmaal veel prettiger dan een afwijzing.’

Snel, positief, goed functionerend

In zo’n beetje alle sectoren in Nederland zijn zo inmiddels meer dan 20 werkgevers begonnen met het uitwisselen van talent, vertelt hij. ‘Inmiddels stappen hele sectoren en regionale samenwerkingsinitiatieven in, omdat ze zo makkelijk en voordelig een goede gezamenlijke talentpool kunnen opbouwen. Snel, positief, goed functionerend én voor slechts 99 euro per maand per werkgever – ongeacht het aantal doorverwijzingen of aantal matches. Grote en kleine werkgevers, van ASML en NS tot en met CSU en Middin doen al mee. De vraag is dus niet óf, maar wanneer jij ook gaat meedoen’, zegt hij enthousiast.

Meer weten? 

Meer weten over hoe je een geluksinjectie kunt toevoegen voor zowel recruiter als kandidaat, en tegelijk tal van mogelijke matches op een presenteerblaadje krijgt? Word in 30 minuten bijgepraat over alle (sectorale) kansen van The Talentpool Community:

Talentpool Community in 30 minuten

‘Sollicitatiegesprekken sluiten slecht aan op prioriteiten van organisaties’

We wisten het natuurlijk al wel een beetje. Maar uit recent onderzoek van BrightHire en het project Managing the Future of Work van Harvard Business School bleek het recent opnieuw: sollicitatiegesprekken mogen dan wijdverbreid zijn, ze zijn tegelijkertijd een behoorlijk slecht middel om vast te stellen of een kandidaat over de benodigde vaardigheden voor de functie beschikt. Met name technische en ervaringsgerichte skills komen er maar amper goed in naar boven, interviewers komen vaak terug op dezelfde onderwerpen in plaats van hun evaluaties te verbreden, en gestructureerde vragen verbeteren de dekking van skills slechts matig.

‘Recruitmentprocessen sluiten vaak niet goed aan bij de prioriteiten van de organisatie én de functie.’

Deze discrepantie is het meest opvallend op het gebied van A.I., stelt het onderzoek, waarvoor 23.000 interviewtranscripties van 44 bedrijven en 1.311 functies zijn betrokken en waarover Harvard Business Review recent uitgebreid schreef. Ondanks het snelgroeiende belang van A.I. bleek slechts 2,2% van de geanalyseerde sollicitatiegesprekken in 2025 expliciet vragen over dit onderwerp te bevatten. Het onderzoek laat zo zien dat recruitmentprocessen vaak niet goed aansluiten bij de gestelde prioriteiten van de organisatie én de functie, wat leidt tot het risico op slechte beslissingen.

Zelfs na 5 gesprekken

De cijfers lijken op het eerste gezicht nog behoorlijk geruststellend. Na slechts 1 sollicitatiegesprek is namelijk bijna 80% van de vaardigheden die in de functiebeschrijving staat genoemd, aan bod gekomen. Bij het tweede sollicitatiegesprek loopt dat percentage zelfs nog op tot 91%. Dit suggereert een sollicitatieproces dat werkt zoals bedoeld: kandidaten systematisch beoordelen op basis van duidelijk gedefinieerde criteria. Maar deze oppervlakkige analyse verhult een meer zorgwekkende realiteit, aldus de onderzoekers, onder leiding van professor Joseph Fuller.

Soft skills werden uitgebreid besproken in drie kwart van de geanalyseerde interviewprocessen.

‘Toen we dieper gingen graven om te meten of hiring managers de skills niet alleen noemden, maar ook zinvol beoordeelden, veranderde het beeld aanzienlijk, schrijft hij. ‘Er ontstond een kloof die varieerde voor verschillende soorten vaardigheden. Soft skills als communicatie en samenwerking werden uitgebreid besproken in 76% van de geanalyseerde multi-interviewprocessen, maar technische vaardigheden en ervaringsvereisten – vaak de belangrijkste onderscheidende factoren tussen kandidaten – kregen slechts in respectievelijk 55% en 66% van de gevallen een grondige evaluatie.’ En dat was zelfs het geval na 5 (!) sollicitatierondes.

En opnieuw, en opnieuw

Het omgekeerde bleek overigens ook het geval. Áls bepaalde vaardigheden al uitgebreid aan bod kwamen in een eerste sollicitatiegesprek, bleken ze dat namelijk vaak opnieuw in de volgende ronde(s). In alle onderzochte categorieën werd 72% van de goed behandelde vaardigheden later opnieuw besproken, waarbij elke skill gemiddeld 1,2 keer extra werd besproken. ‘Dit suggereert dat wervingsteams niet te weinig tijd hebben om meer vaardigheden te evalueren, maar in plaats daarvan dezelfde onderwerpen in verschillende sollicitatiegesprekken steeds opnieuw onderzoeken’, aldus de onderzoekers.

72% van de goed behandelde vaardigheden werd in de volgende rondes gewoon nog eens besproken.

Duidt dit op een ongedisciplineerd proces? Of een te grote focus op een paar vaardigheden die de organisatie als bijzonder cruciaal voor succes beschouwt? Dat maakt niet uit, stellen ze ook. ‘Het eindresultaat is hetzelfde: de werkgever loopt het risico een werknemer aan te nemen zonder de kwalificaties van die kandidaat volledig te hebben gecontroleerd.’

En gestructureerd dan?

Helpt het als gesprekken meer gestructureerd gevoerd worden? Dat is vanuit de theorie van oudsher wel de aanbeveling. Maar volgens dit nieuwe onderzoek moet je het effect daarvan ook niet overschatten. Want ook in gestructureerde gesprekken komen veel skills zelden aan de orde. Vaardigheden waar interviewers expliciet naar vroegen, kwamen slechts in 53% van de gevallen goed aan bod tijdens het sollicitatiegesprek (en in bijna 96% ‘gedeeltelijk’). Dit vergeleken met slechts 1,6% (!) voor vaardigheden waarnaar nooit werd gevraagd (die in 11,5% van de gesprekken ‘gedeeltelijk’ aan bod kwamen).

‘Veel aanbiedingen vinden plaats op basis van onvolledige of bevooroordeelde informatie.’

Dus zelfs bij gestructureerde gesprekken, waarbij alle kandidaten dezelfde vragen krijgen voorgelegd, komen veel toch belangrijk geachte skills nauwelijks aan bod, zo blijkt. ‘Het risico dat dit met zich meebrengt is duidelijk’, stellen de onderzoekers. ‘In het beste geval stellen we vast dat bijna de helft van de aanbiedingen uit een dergelijk proces gebaseerd is op basis van onvolledige of bevooroordeelde informatie.’ En in het slechtste geval? ‘Als nooit expliciet naar een vaardigheid gevraagd wordt, is dat aandeel dus meer dan 90%.’ Tenzij een kandidaat er in zo’n gesprek zelf over begint natuurlijk. Maar dan valt de structuur dus weer weg.

Gemiddeld bijna 3 gesprekken

In de steekproef bedroeg het gemiddelde aantal sollicitatiegesprekken per kandidaat 2,97, met een standaarddeviatie van 1,50. ‘Kandidaten hebben een zeer beperkte mogelijkheid om hun kwalificaties te presenteren, waardoor hun kansen om door te groeien in een sollicitatieprocedure waarschijnlijk afhangen van de effectiviteit van hun interviewers’, concluderen de onderzoekers. ‘Degenen die belangrijkere skills grondig behandelen, vergroten waarschijnlijk de kans op vooruitgang van de geïnterviewde; degenen die afdwalen of overbodige onderwerpen behandelen, ondermijnen deze waarschijnlijk.’

In plaats van méér interviews af te nemen, raden ze organisaties dan ook aan zich meer te richten op het ‘completer’ en ‘gerichter’ maken van elk interview. ‘Dit kan inhouden dat je specifieke vaardigheidscategorieën toewijst aan verschillende interviewers of interviewrondes.’ Ook pleiten ze ervoor interviewers beter op te leiden. ‘Velen beschikken niet over de tools of training om kandidaten systematisch te beoordelen op basis van functie-eisen. Investeren in de ontwikkeling van interviewers kan aanzienlijke voordelen opleveren voor de kwaliteit van de aanname.’ Net als het samenstellen van gestructureerde interviewgidsen.

In 1 op 50 gesprekken een vraag over A.I.

Speciale vermelding in het onderzoek verdient overigens A.I. Het belang ervan onderschrijft vrijwel iedereen, maar écht doorvragen op A.I.-vaardigheden of -ervaring bij kandidaten? Dat gebeurt zelden. ‘ Hoewel A.I. in ongeveer 50% van de sollicitatiegesprekken aan de orde komt, bevatte in 2024 slechts 0,4% een directe vraag over A.I.-gebruik. Dat cijfer is in 2025 meer dan vervijfvoudigd tot 2,2%. ‘Maar het blijft opmerkelijk laag gezien het vermeende belang van de technologie’, concluderen de onderzoekers.

‘Zelfs na 3 sollicitatiegesprekken is 93% van de kandidaten nog nooit direct gevraagd naar hun A.I.-skills.

Scheelt het als er meer sollicitatierondes zijn? Nauwelijks. ‘Zelfs na 3 afzonderlijke sollicitatiegesprekken – goed voor uren evaluatietijd – is 93% van de kandidaten nog nooit rechtstreeks gevraagd naar hun A.I.-vaardigheden. Dat is een aanzienlijke blinde vlek in de manier waarop bedrijven de gereedheid voor een A.I.-gedreven toekomst beoordelen.’ Waarbij opgemerkt mag zijn dat het juist recruiters zijn die wél het meest zulke vragen over hun A.I.-skills tegemoet kunnen zien. ‘Maar dergelijke gesprekken blijven eerder uitzondering dan regel, wat een aanzienlijke gemiste kans betekent’, aldus Fuller.

Doe eens een audit

Samen met Brighthire-medewerkers Ben Sesser en William Leeds pleit hij ervoor dat ‘organisaties regelmatig controleren of hun interviewprocessen daadwerkelijk de vaardigheden beoordelen die ze beweren te waarderen.’ Zo’n diepgaande audit zou dan moeten ‘onderzoeken of interviewers vaardigheden niet alleen noemen, maar ook voldoende diepgaand evalueren.’ En dat geldt al helemaal waar het gaat om A.I.-skills en A.I.-geletterdheid, stellen ze. Waarbij ze het bijvoorbeeld hebben over de inzet van ‘A.I.-gestuurde beoordelingsplatforms die een uitgebreide vaardigheidsbeoordeling garanderen.’

‘Het is tijd om de kloof te dichten tussen wat we zeggen dat we zoeken en wat we daadwerkelijk beoordelen.’

Hiermee zijn veel bad hires te voorkomen, aldus de onderzoekers. ‘Bedrijven die de skills van kandidaten onnauwkeurig beoordelen, missen mogelijk gekwalificeerde kandidaten, terwijl ze het risico lopen ongeschikte mensen aan te nemen. Maar het goede nieuws is dat deze problemen oplosbaar zijn met een focus op structuur, intentionaliteit, en: meten van wat ertoe doet.’ Dat is volgens hen óók goed nieuws voor kandidaten. Die krijgen dan immers een beoordeling op basis van relevante skills, en niet op de onderbuik. ‘De weg vooruit is duidelijk’, concludeert Fuller. ‘Het is tijd de kloof te dichten tussen wat we zeggen dat we zoeken en datgene dat we daadwerkelijk beoordelen.’

Lees ook

Is bellen in recruitment voorgoed passé?

Bellen was jarenlang de standaard in recruitment. Snel contact leggen, meteen schakelen, afspraken maken. De telefoon op de hoek van het bureau was het belangrijkste wapen van elke recruiter. Maar in de praktijk merken we tegenwoordig dat een onverwacht telefoontje steeds minder goed valt. Zeker bij jongere generaties blijkt het eerder irritatie op te roepen dan enthousiasme. Ze zijn opgegroeid met appjes, DM’s en mail. Asynchrone communicatie, waarin je zelf bepaalt wanneer je reageert. Een onbekend nummer wordt dan al snel genegeerd. Niet omdat iemand niet wil praten, maar omdat het moment niet klopt.

Recruitment vraagt om aanpassingsvermogen. De vraag is niet óf je belt, maar wannéér.

Betekent dat volgens mij dat bellen verleden tijd is? Zeker niet. Sterker nog: het werkt juist goed als je het zorgvuldig inzet. Eerst een kort bericht via LinkedIn of WhatsApp, dan bellen als de interesse er is. Zo wordt het gesprek ook meteen weer persoonlijk en waardevol. Recruitment vraagt om aanpassingsvermogen. De vraag is niet óf je belt, maar wannéér.

Een kernactie

Eerlijk is eerlijk: soms is WhatsApp sneller, zeker voor een korte vraag. Maar ik wil ook weten: hoe klinkt iemand? Hoe serieus is iemand? Heeft het zin als ik mijn tijd ga investeren? Iedereen is altijd zo druk met meetings en processen en van alles. Maar elkaar bellen: het is en blijft een kernactie. De rest – een mailtje, een appje – is allemaal zo’n oppervlakkig actie. Maar als ik je bel dan kunnen we als professionals écht connectie maken of zaken bespreken in het echt… Met dat belletje voeg je enorme waarde toe in de procedure en de relatie.

‘Met dat belletje voeg je enorme waarde toe in de procedure en de relatie.’

Met de telefoon kun je echt zaken verduidelijken. Dit kan simpelweg niet met A.I. Je wilt iemand horen/invoelen. En dan als recruiter inschatten of deze persoon bij de opdrachtgever zijn cultuur past. Jonge recruiters hoeven van mij niet op bel-training. Maar ze moeten wel gepusht worden om in te zien dat ze door vaker te bellen echt meer impact kunnen maken bij een klant. Hun kijk op de kandidaat weergeven. Opdrachtgevers en HR-managers zijn ook mensen en zitten ook continu in de aannames. Dan helpt het altijd als je kandidaten persoonlijk hebt gesproken.

Over de auteur

Paul Bergs is oprichter en directeur van GoApply, werving- en selectiebureau voor Nederlandse multilingual professionals in Sales & Operations. En in die hoedanigheid fervent beller.

Ghosting van kandidaten? In Canada maken ze het officieel verboden

In Nederland hebben we de Recruitercode die voorschrijft dat je als recruiter altijd ’transparant, respectvol, in alle eerlijkheid’ naar kandidaten communiceert. In de Canadese staat Ontario gaan ze nog wel iets verder. Daar is het vanaf 1 januari volgend jaar zelfs wettelijk verplicht om kandidaten met wie je een sollicitatiegesprek hebt gevoerd binnen 45 dagen te laten weten of je met ze verder gaat of niet. Dit verbiedt in feite het ghosten van kandidaten tijdens de sollicitatieprocedure. De nieuwe regeling beoogt ook het plaatsen van ‘ghost jobs‘ te verbieden, waarbij bedrijven vacatures plaatsen voor functies waarvoor ze niet actief werven.

@totally_employable It’s going to be illegal to ghost candidates. Check out this new law. #ghosting #fyp #foryou #jobsearch #fyppppppppppppppppppppppp #workforce #canada #interviewtips ♬ original sound – DilaraCasey

Daarnaast moeten bedrijven volgens de nieuwe wet ook bekendmaken of een vacature die ze online plaatsen ook daadwerkelijk actief willen invullen en of ze kunstmatige intelligentie gebruiken om kandidaten te screenen en te selecteren. De wet ‘maakt duidelijk dat als iemand bij je bedrijf solliciteert en de tijd neemt voor een sollicitatiegesprek, je diegene een duidelijk antwoord en een beslissing verschuldigd bent’, zegt Bonnie Dilber, recruiter bij softwarebedrijf Zapier tegen CNBC Make It. ‘Dat voelt als een minimumverwachting. Mensen die solliciteren, verdienen het om te begrijpen wat er achter de schermen gebeurt.’

Flinke boetes

Bedrijven die zich (geregeld) niet aan de nieuwe wet houden, kunnen een boete krijgen tot wel 100.000 Canadese dollars CAD (ongeveer 62.500 euro). Het is voor zover bekend de eerste keer ter wereld dat er wetgeving wordt aangenomen tegen het fenomeen ghosting, waarbij werkzoekenden in het duister blijven over de voortgang in een sollicitatieproces. Volgens onderzoek van Greenhouse geeft ongeveer de helft van de werkzoekenden aan dat ze tijdens het sollicitatieproces ooit geghost zijn. Ondertussen blijkt zo’n 17% van alle vacatures op deze site momenteel voor functies die het bedrijf nooit van plan is in te vullen.

Het is wereldwijd de eerste keer dat wetgeving wordt aangenomen tegen ghosting.

In de Verenigde Staten zijn er overigens ook verschillende staten bezig met hun eigen wetgeving tegen het fenomeen. Zo willen wetgevers in New Jersey bedrijven verplichten om geïnterviewde kandidaten een duidelijke beslissing te geven over hun tijdlijn, vacatures binnen 2 weken na het vervullen van de functie verplicht te verwijderen en openbaar te maken wanneer ze advertenties plaatsen voor functies die niet bestaan – anders riskeren ze een boete tot 5.000 dollar. Een wetsvoorstel om ghost jobs te verbieden kreeg in Kentucky geen steun, maar een vergelijkbaar wetsvoorstel in Californië wordt momenteel door een commissie beoordeeld.

Er is in de VS ook een belangenorganisatie actief, genaamd Truth in Job Ads, die de zogenoemde Truth in Job Advertising and Accountability Act (TJAAA) promoot, een initiatief dat bedrijven verplicht om alleen echte vacatures te plaatsen, geen vacatures die gericht zijn op het vergroten van de talentenpool of het verzamelen van cv’s zonder de intentie om iemand aan te nemen.

Gebruik A.I. bekend maken

Dit soort voorstellen hebben volgens experts de wind in de rug, nu werkgevers bijvoorbeeld ook wettelijk gedwongen worden tot meer loontransparantie in het recruitmentproces. Omdat hier ook de ervaring van de werkzoekende centraal staat, zou regelgeving tegen ghosting hier goed bij aansluiten, stellen ze. Dit geldt overigen ook voor het gebruik van A.I. in de procedure. New York City werd in 2023 de eerste overheid die werkgevers verbood om A.I.-tools te gebruiken bij personeelsselectie, tenzij deze zijn gecontroleerd op bias en de vereiste kennisgevingen aan sollicitanten verstrekken. Ontario sluit zich hier nu dus bij aan.

‘We maken een eind aan het tijdperk waarin kandidaten na een gesprek in het ongewisse worden gelaten.’

Michel Figueredo, directeur Communicatie van de minister van Arbeid, Immigratie, Opleiding en Vaardigheidsontwikkeling van Ontario, zegt dat de maatregel meer duidelijkheid op de arbeidsmarkt moet brengen en ‘het respect en de eerlijkheid in het sollicitatieproces moet herstellen’. ‘Onze regering maakt een einde aan het tijdperk waarin kandidaten na een sollicitatiegesprek in het ongewisse worden gelaten en niet weten of bedrijven A.I. gebruiken bij sollicitaties.’

Deskundige twijfel

Ondertussen twijfelen juridisch deskundigen of de wetgeving in de praktijk veel verschil gaat maken voor werkzoekenden. Zo benadrukt Dave McKechnie, partner en advocaat arbeidsrecht bij McMillan LLP, dat de wet werkgevers niet verplicht op alle sollicitanten te reageren, maar alleen op degenen die een sollicitatiegesprek hebben gehad. Bovendien is het ook niet verplicht om feedback te geven aan werkzoekenden, waardoor ze gewoon met de simpele beslissing ja of nee kunnen reageren. ‘Ik denk niet dat het hen ook maar iets gaat helpen. Deze wetgeving verandert niets voor alle sollicitanten die cv’s opsturen en hopen iets te horen.’

‘Deze wetgeving verandert niets voor degenen die cv’s opsturen en hopen iets te horen.’

Ook betwijfelt McKechnie of er voldoende middelen zijn om eventuele klachten in behandeling te nemen. ‘Dus op het eerste gezicht is het een heel goede regeling. Iedereen zou graag willen weten hoe ze een sollicitatiegesprek hebben gevoerd. Ik denk alleen niet dat het de doorslag zal geven.’ De arbeidsrechtadvocaat denkt dat bedrijven die worden aangeklaagd wegens het niet naleven van de wetgeving, waarschijnlijk alleen een nalevingsbevel zullen ontvangen, waarin hen wordt gevraagd dit in de toekomst wel te doen, en mogelijk pas een boete of andere maatregelen zullen krijgen nadat ze meerdere keren zijn aangeklaagd.

Groeiende frustratie gehoord

Maar symbolische wetgeving of niet, het laat natuurlijk wel zien dat de groeiende frustratie van ghosting – met name bij Generatie Z – in elk geval wel steeds meer erkenning krijgt. Uit een enquête bleek al eerder dat 9 van de 10 werknemers zeggen dat ze wel eens geghost zijn door recruiters. De meerderheid van de werknemers antwoordde dat ze liever iets horen dan helemaal niets. Glassdoor-onderzoek toonde daarnaast aan dat ongeveer 27% van de sollicitanten nooit iets terughoorde na een laatste sollicitatiegesprek.

@aliceyhong the funemployed days are over!!!!! happy first day of work to me⚡️ #unemployed #laidoff #jobsearch #hired #marketing #corporatelife #howtogetajob #newjob ♬ original sound – Jared

Anna Papalia, carrière-influencer, voormalig recruitmentdirecteur en auteur van het boek Interviewology, vertelt Fortune dat ghosting inmiddels zo wijdverbreid is, dat niemand recruiters nog ervoor ter verantwoording roept. Ze zegt dat hiring managers te bang zijn om sollicitanten te vertellen dat ze de baan niet hebben gekregen, en dat werkgevers over het algemeen de overhand hebben op de huidige arbeidsmarkt. ‘Deze wet hebben we dan ook nodig. We hebben hem nodig in Amerika. We hebben hem overal nodig’, aldus Papalia. ‘Ze spitten sollicitanten liever in de pan en spelen spelletjes, of ze missen gewoon echt moed of lef.’

Eerlijk duurt het langst

Ondertussen heeft ghosting ook steeds meer nadelige effecten op de arbeidsmarkt. Zo ontmoedigt het sollicitanten niet alleen op de korte termijn, maar blijkt uit onderzoek ook dat 80% van de werkzoekenden zegt niet te overwegen om te solliciteren naar een functie bij hetzelfde bedrijf als dat bedrijf hen eerder niet op de hoogte hield van de status van hun sollicitatie. ‘Als een bedrijf je ghost en behandelt alsof je wegwerpbaar bent, voel je je waardeloos, en staat de reputatie van dat bedrijf op het spel. Op dit moment denken bedrijven helaas niet echt na over hoe ze hun kandidaten behandelen, hoe dat mensen beïnvloedt’, aldus Papalia.

‘We hebben deze wet nodig in Amerika. We hebben hem overal nodig.’

‘Gelukkig beginnen we wel een verschuiving te zien’, zegt echter Etty Burk, organisatiepsycholoog, HR-consultant en oprichter van adviesbureau Leading with Difference. ‘Sommige platforms introduceren verificatietools en leiders erkennen het reputatierisico steeds meer. In mijn werk met directieteams moedig ik openhartigheid aan: als je alleen maar talent aan het pipelinen bent, zeg dat dan. Als je de werving op pauze zet, laat het kandidaten dan weten. Eerlijkheid verzwakt je merk niet, maar versterkt het juist.’

Lees ook

Wim op woensdag: Waarom succesvolle recruitmentbedrijven kapot groeien

Het verhaal dat zich duizenden keren per jaar herhaalt. Mark start een recruitmentbureau. Jarenlange ervaring bij een groot adviesbureau, kent de markt, heeft het gevoel voor wat werkt. Het bureau groeit. Hij neemt mensen aan: Lisa en Tom. Omdat Mark erboven op zit, elke kandidaat doorpraat en alle belangrijke klanten zelf bedient, presteren ze uitstekend. Het bureau groeit verder. Dan denkt Mark: ‘Als ik wil blijven groeien, moet ik meer managen en minder operationeel werk doen.’ En dan begint het probleem…

Dit verhaal herhaalt zich duizenden keren per jaar…

Lisa en Tom blijken toch helemaal niet zo goed als Mark dacht. Ze waren goed onder zijn directe begeleiding. Zonder zijn constante coaching presteren ze merkbaar minder. Kandidaten passen niet, klanten klagen, plaatsingen mislukken vaker. Maar het bureau groeit nog door momentum van eerder werk. Mark ziet alleen groei en denkt: ‘Delegeren werkt!’ De realiteit: Mark’s succes kwam door zijn ervaring, intuïtie, netwerk en mensenkennis. Dat is niet zomaar over te dragen. Lisa en Tom waren nooit zelfstandig goed – Mark was hun geweten en kwaliteitscontrole.

Waarom dit zo vaak gebeurt

Waarom dit zo vaak gebeurt? Ik zie 4 oorzaken.

  1. Ondernemers zien correlatie, niet causatie. Ze denken dat hun mensen goed zijn, terwijl hun mensen goed zijn onder hun begeleiding.
  2. Groei maskeert problemen. Zolang de omzet stijgt, lijkt alles goed te gaan. Maar groei kan maanden of jaren achterlopen op prestatieverval.
  3. De managementmythe. ‘Goede managers kunnen alles managen.’ Dat is onzin. In recruitment moet je de materie kennen. Je moet voelen wat werkt.
  4. De vrijheidsdroom. Elke ondernemer wil ooit ‘vrij’ zijn van zijn bedrijf. Maar in kennisintensieve sectoren zoals recruitment werkt dat niet. Jouw kennis ís het bedrijf.

En dan gaat het mis. Lisa en Tom vertrekken naar concurrenten. Mark neemt nieuwe mensen aan die nog minder goed zijn. Omzet daalt, klanten switchen. Mark denkt: ‘Ik heb een manager nodig!’ Maar de nieuwe manager heeft nog minder recruitmentkennis. Deze gaat ‘processen optimaliseren’, maar snapt eigenlijk niet waar goed recruitment om draait. Resultaat: hogere kosten, meer bureaucratie, slechtere prestaties.

Hoe voorkom je dit?

Hoe voorkom je dit scenario? De oplossing is anders groeien:

  • Systemen bouwen in plaats van delegeren. Zorg dat jouw expertise bewaakt wordt in processen en kwaliteitscontroles
  • Kloon jezelf, vervang jezelf niet. Train mensen om te werken zoals jij werkt, maar blijf hun geweten en geef ze vrijheid
  • Blijf operationeel betrokken. Ook als je 50 mensen in dienst hebt. Delegeer taken, geen verantwoordelijkheden
  • Accepteer dat jij het verschil bent. In recruitment draait het om intuïtie en ervaring – dat schaal je alleen door betrokken te blijven.

De harde waarheid: succesvolle recruitmentbureaus groeien niet ondanks hun ondernemer, maar dankzij hun ondernemer. De les? Schaal je expertise, niet je afwezigheid.

Over de auteur

wim van den nobelen recruiterdilemma's beterWim van den Nobelen is adviseur en investeerder in recruitmentbedrijven, ambassadeur voor Guruz en blogger. Hij schrijft voor Werf& de Wim op woensdag. Elke woensdag vind je hier een blog, onderzoek, artikel of interview van hem.

Lees ook:

De keuze van Isabel: ‘Ik heb bias, jij hebt bias. En gelukkig maar’

Na mijn vorige blog over het belang van de eerste 5 minuten kreeg ik op LinkedIn een aantal pittige reacties. ‘Isabel, je laat hier zien dat je bias hebt. Dat is toch precies wat we moeten vermijden als recruiter?’ En dat zette me aan het denken. Niet omdat ik schrok van de opmerking, ik wéét dat ik bias heb. Maar wel omdat ik merkte hoe graag mensen doen alsof zij het niet hebben. Laat ik het hier maar gewoon zeggen: bias is in mijn ogen niet noodzakelijk slecht. Zeker niet in kleine organisaties.

Laat ik het hier maar gewoon zeggen: bias is niet noodzakelijk slecht.

Want wat is bias? Het is niets meer dan een manier om sneller beslissingen te nemen. Je brein filtert automatisch wat vertrouwd voelt, wat je herkent, wie je vertrouwt. Het is menselijk. Het helpt je om in een gesprek van een uur geen 10 keer hetzelfde verhaal te stellen. En ja, bias kan gevaarlijk worden als je niet oplet. Als je alleen maar mensen kiest die op jou lijken. Als je niet meer ziet wat je eigenlijk nodig hebt. Maar dat is geen reden om te doen alsof het niet bestaat. Het is een reden om het te herkennen, te benoemen en te gebruiken – op de juiste manier.

De klik is ook bias

Want laat ons eerlijk zijn: in een kleine organisatie wil je een team waar je je goed bij voelt. Je zit dag in, dag uit op elkaar gepakt, je hebt geen ruimte voor energievreters of politiek. Je wil een klik. En die klik is óók een vorm van bias. De kunst is dat je die klik kritisch bevraagt: past die persoon écht bij de rol? Of alleen bij jou? Voegt hij iets toe? Of voelt hij gewoon ‘veilig’? En dat vraagt wat mij betreft een paar eenvoudige maar scherpe gewoontes:

  • Schrijf vooraf op wat écht belangrijk is voor de rol. En wees duidelijk over wat je daarmee bedoelt. ‘Teamspeler’ kan voor iedereen iets anders betekenen.
  • Neem iemand mee in het gesprek. Iemand die anders naar dingen kijkt.
  • Vraag jezelf bij die warme klik: past deze persoon bij de rol, of alleen bij mij?

Bias wegdenken is een illusie. Bias herkennen is vakmanschap. Dus ja, ik blijf in 5 minuten voelen of iemand een match kan zijn. En daarna check ik of mijn bias klopt. Soms wel, soms niet. Maar ik blijf hem zien. En dat maakt mij beter in mijn werk. Dus laat ons vooral ophouden met elkaar de illusie voor te houden dat we helemaal objectief zijn. Dat zijn we niet. En dat hoeven we ook niet te zijn. Wat we wél moeten zijn, is eerlijk. Naar onszelf, naar onze klanten, naar onze kandidaten. Wie durft?

Over de auteur

Isabel Verhelst is een resultaatgerichte, no-nonsense coach met een passie om mensen te verbinden. Ze is eigenaar van Ingenium Executive Search, een boutique bureau met de focus op top C-level talent dat perfect past bij het DNA van de organisatie. Recent heeft ze ook Talent to match gelanceerd met als missie via online cursussen MKB-managers expert te maken in werving. Op deze site schrijft ze elke twee weken op dinsdag een blog.

Lees ook

Hoe recruiters zich succesvol kunnen omvormen tot dirigent van een A.I.-orkest

Er zijn mensen die gebruiken hun vakantietijd om op te laden. Om even het werk van zich af te zetten. Om een tijdje níet met A.I. of recruitment bezig te zijn. Zo niet Marcel van der Meer. Terwijl zijn vrouw rond het zwembad verbleef, en zich afvroeg waarom haar man niet ook wat meer aan ontspanning toekwam, zette de oprichter van Klikwork zich juist aan het schrijven van een klein boekwerk, vol wetenswaardigheden over hoe artificial intelligence invloed heeft op het werving- en selectievak. ‘Ik kon niet relaxen. Niet met wat ik momenteel zie in de industrie’, aldus Van der Meer.

LinkedIn levert 11.000 sollicitaties per minuut, waarvan slechts 1 op de 200 voldoet aan de eisen van de vacature.

Want wat hij ziet, is soms behoorlijk indrukwekkend, of zo je wilt: beangstigend. Zoals het feit dat LinkedIn vorig jaar maar liefst 11.000 sollicitaties per minuut (!) opleverde, waarvan volgens Lever slechts 1 op de 200 (!) aan de basisvereisten van de functie voldeed. IBM ontdekte dat maar liefst 50% van alle cv’s die ze binnenkregen door A.I. gegenereerd was, terwijl ander onderzoek laat zien dat in 2028 ongeveer 1 op de 4 sollicitanten fake zal zijn. De SHRM meldt dat 75% van de recruiters zich overweldigd voelt door de enorme lading sollicitaties waar ze zich dagelijks doorheen moeten worstelen – de meeste door A.I. geproduceerd.

Sollicitatie-tsunami

Dat heeft zijn gevolgen, merkt Van der Meer op. De time-to-hire is in een jaar met 30% opgelopen (tot gemiddeld 42 dagen), volgens Gartner, terwijl de cost-per-hire in dezelfde tijd met 22% toenam, als gevolg van de sollicitatie-tsunami. Recruiters reageren daarop door massaal hun eigen A.I.-tools in te zetten, om zo wijs te worden uit de wanorde. Maar het echte recruiterwerk van het vinden van goede matches raakt zo wel steeds meer ‘begraven onder de digitale ruis’, aldus Van der Meer.

In zijn (gratis) boek probeert hij een uitweg te vinden. Door recruiters niet alleen te laten zien hoe ze onmisbaar kunnen worden in het proces, maar ook hoe ze dankzij A.I. het meeste tijd kunnen besparen. ‘Maar let op, het gaat niet alleen over efficiëntie’, benadrukt hij. ‘Mits correct geïmplementeerd transformeert A.I. de manier waarop we kandidaten engagen, werkprestaties voorspellen en bias bij aannames kunnen verminderen. Werken met A.I. geeft ruimte voor strategische activiteiten als talentadvies, employer branding en complexe relatieopbouw.’

Copiloot, geen vervanger

De recruiters die vandaag de dag succesvol zijn, zijn degenen die A.I. ‘als hun copiloot gebruiken, niet als hun vervanger’, aldus de recruitmenttrainer. Het gaat daarbij allang niet meer om een chatbot die slimme mailtjes stuurt naar kandidaten, zegt hij. ‘Dit gaat over intelligente systemen die de hele manier waarop talent acquisition werkt transformeren.’ Denk: automatische screening met intelligente ranking-systemen, A.I.-gestuurde sourcing met een gepersonaliseerde outreach, en een vrijwel volledig geautomatiseerde workflow. Waarbij volgens hem ook de Heilige Graal van meer voorspellend recruitment dichterbij kan komen.

‘A.I.-recruitment engineers zijn niet alleen veel efficiënter, maar ook veel effectiever.’

‘Uitgebreide talent intelligence-platforms die de ontwikkeling van skills analyseren, trends begrijpen en workforce planning scenario’s uitwerken, kunnen steeds beter het succes van kandidaten, de marktdynamiek en de beweging van concurrerend talent voorspellen’, aldus Van der Meer. Waarbij de recruiter zelf ook kan uitgroeien tot meer strategisch adviseur in de organisatie, in plaats van iemand die alleen maar vacatures vult. ‘A.I.-recruitment engineers zijn niet alleen veel efficiënter, maar ook veel effectiever.’ Iets wat volgens onderzoek overigens ook tot wel 20% méér salaris voor de betrokken professionals kan opleveren.

Dirigent van een A.I.-orkest

Volgens Van der Meer gaat het erom van de recruiter geen programmeur te maken, maar een ‘dirigent van een A.I.-orkest’. Dus niet meer: ik recruit mensen. Maar: ik orkestreer intelligente systemen die toptalent aantrekken, engagen, en aannemen.’ Niet meer: ik gebruik tools. Maar: ik ontwikkel ervaringen. En niet meer: ik vul vacatures. Maar: ik los talentuitdagingen op. Waarbij het er dus vooral om gaat om zo snel mogelijk ‘A.I.-geletterd‘ te worden (iets wat overigens sinds dit jaar ook verplicht is, als je überhaupt met A.I.-systemen werkt).

En als je dat dan bent, dan moet je dat ook intern duidelijk maken, zegt hij. Gebruik bijvoorbeeld de titel ‘A.I. recruitment engineer‘ in je functieprofiel, en in je digitale handtekening. Zorg dat je echt de expert wordt op dit gebied. Laat zien welke waarde je oplevert. En deel je bevindingen met hogere managers in de organisatie. Zo kun je niet alleen intern je autoriteit opbouwen, maar ook je salarisonderhandeling (her)openen, aldus Van der Meer. Waarbij hij meteen Glen Cathey aanhaalt, als die stelt dat dit wel hét moment is om hiermee te beginnen. ‘Wie wacht tot 2026 zullen een inhaalrace moeten lopen.’

Meer weten?

Lees het hele boek van Marcel van der Meer online:

A.I. recruitment engineer

 

Wim op woensdag: Over de man met de hamer (en waarom recruiters duur mogen zijn)

De productielijn van een fabriek ligt stil. Alle machines staan te wachten. De technische dienst heeft alles al geprobeerd. Schakelaars omgezet, kabels gecontroleerd, handleidingen doorgenomen. Niks. Met elke stilstaande minuut loopt de schade verder op. Uiteindelijk besluit de directeur, tegen zijn zin, een dure externe expert in te schakelen. De man arriveert, loopt rustig langs de installatie en luistert. Hij opent een kastje, inspecteert wat onderdelen, pakt dan zijn hamer uit zijn gereedschapskist en geeft één korte, gerichte tik. Klik. De machine brult weer tot leven. De productielijn draait.

‘Tienduizend euro? Voor één hamertik? Dat kan niet kloppen!’

Enkele dagen later ligt er een factuur van 10.000 euro op het bureau van de directeur. Woedend belt hij de expert: ‘Tienduizend euro? Voor één hamertik? Dat kan niet kloppen!’ Hij vraagt de expert om een specificatie. De gespecificeerde rekening die hij vervolgens per mail terugkrijgt, luidt:

  • Hamerslag: €1
  • Weten waar te slaan: €9.999

Moraal van het verhaal: Je betaalt niet voor de handeling, maar voor de jaren ervaring die het mogelijk maken om te weten waar precies het probleem zit.

Waarom dit verhaal ook over recruitment gaat

‘Recruiters zijn te duur’, hoor ik regelmatig. ‘Voor wat ze doen, vraag je toch geen 15 tot 25% van het jaarsalaris?’ Het is een begrijpelijke reactie. Net als die fabrieksmanager zie je vooral de ‘hamerslag’: een paar gesprekken, wat telefoontjes, misschien een assessment. Lijkt niet zo moeilijk. Maar net als bij die machine-expert betaal je ook bij een recruiter niet voor de zichtbare handeling. Je betaalt voor het weten waar precies te ‘slaan’ in een arbeidsmarkt vol verborgen complexiteit.

Een recruiter is vaak net zozeer therapeut als bemiddelaar.

Een goede recruiter ontwikkelt door ervaring een scherp oog voor wat écht werkt bij een kandidaat. Niet alleen qua cv, maar qua persoonlijkheid, ambities, werkstijl en motivatie. Dat oog ontwikkel je niet in een weekend cursus, maar na honderden gesprekken en net zoveel missers. Een goede recruiter weet ook waar talent zich ‘verstopt’. Welke bedrijven gaan reorganiseren. Welke sectoren onder druk staan. En welke professionals momenteel stilletjes rondkijken. Het netwerk dat je hiervoor nodig hebt, bouw je op over jaren. En dan is er nog het lastigste deel: mensen eerlijk naar elkaar toe krijgen. Kandidaten die hun zwakke punten verzwijgen. Opdrachtgevers die onrealistische eisen stellen. Een recruiter is vaak net zozeer therapeut als bemiddelaar.

Tijd is geld (en frustratie)

Probeer zelf maar eens een senior marketeer te vinden. Schrijf een vacature, plaats hem online, ga door stapels cv’s, plan gesprekken met kandidaten die niet komen opdagen of halverwege afhaken. Reken uit hoeveel uren je kwijt bent aan gesprekken met mensen die uiteindelijk toch niet geschikt zijn. Tel daarbij op de kosten van een verkeerde keuze: iemand die na drie maanden alweer vertrekt, of erger – blijft hangen zonder te presteren. Die rekening kan al snel uitkomen op het veelvoud van wat je een recruiter had betaald.

Natuurlijk kun je het zelf proberen. Net zoals je je eigen machine kunt repareren.

Het gaat niet om of recruiters duur zijn. Het gaat erom wat het alternatief kost. Dat is de echte vraag. Soms is echt het slimmer om de expert met de hamer te bellen. Vooral als je machine stil staat en elke dag uitstel geld kost. Goed recruitment is net als die machine-expert: het lijkt vaak bedrieglijk simpel, maar achter elke succesvolle plaatsing zitten jaren ervaring, een netwerk vol contacten, en de vaardigheid om snel door illusies heen te prikken. Natuurlijk kun je het zelf proberen. Net zoals je je eigen machine kunt repareren. De vraag is alleen: hoe lang heb je de tijd, en wat kost het als het mis gaat?

Over de auteur

wim van den nobelen recruiterdilemma's beterWim van den Nobelen is adviseur en investeerder in recruitmentbedrijven, ambassadeur voor Guruz en blogger. Hij schrijft voor Werf& de Wim op woensdag. Elke woensdag vind je hier een blog, onderzoek, artikel of interview van hem.

Lees ook:

Remmen de vele vrouwen in recruitment de opmars van A.I.?

Volop tools, trends en toekomstvoorspellingen. Ook in recruitment is de A.I.-hype groot. Maar de werkelijke implementatie verloopt stukken langzamer. Kan het zijn dat dit komt omdat reruitment een typisch vrouwenvak is? Het klinkt misschien als een boude stelling, maar het is toch niet helemaal uit de lucht gegrepen. Uit onderzoek van Randstad blijkt namelijk dat vrouwen wereldwijd stukken minder geneigd zijn om A.I. op de werkvloer te gebruiken. Waar hier maar liefst 74% van de mannen in hun functieprofiel aangeeft A.I.-vaardigheden te hebben, is dit bij de ondervraagde vrouwen slechts 26% – wat je zegt een enorme genderkloof.

Zorgen over privacy

Ook Harvard Business School kwam tot een vergelijkbare conclusie: vrouwen gebruiken generatieve A.I.-tools als ChatGPT gemiddeld 25% mínder dan mannen. En Deloitte stelt dat vrouwen weliswaar optimistisch zijn over de kansen van A.I., maar dat dat zich lang niet altijd vertaalt in gebruik. Ze voelen zich bovendien minder vaardig met de technologie, hebben meer twijfels over de uitkomsten en maken zich vaker zorgen over privacy en bias.

Vrouwen gebruiken generatieve A.I.-tools als ChatGPT gemiddeld 25% mínder dan mannen.

En laat recruitment nou net een van de sectoren zijn waarin vrouwen de boventoon voeren. Bij veel bureaus is driekwart van het personeel vrouw. Combineer dat met de wereldwijde terughoudendheid van vrouwen ten opzichte van A.I.-gebruik, en je krijgt een interessante hypothese: kan het zijn dat recruitment niet zozeer achterloopt op het gebied van A.I., maar dat het vakgebied juist bewúst de rem erop houdt?

Aan de randen van het proces

Zeker is: de A.I.-hype in recruitment is nog niet hetzelfde als wijdverbreide adoptie. Uit onderzoek van Mercer blijkt dat slechts 14% van de bedrijven A.I. daadwerkelijk heeft geïntegreerd in hun recruitmentprocessen. Sterker nog, 42% zegt helemaal geen gebruik te maken van A.I. in hun werving en selectie, en is ook niet van plan dat in de nabije toekomst te doen. Ook TNGlobal komt tot een vergelijkbare conclusie: A.I. krijgt weliswaar aandacht in de sector, maar bij de meeste organisaties blijft het hangen op het niveau van losse experimenten of tooltjes aan de randen van het proces.

Bron: Mercer, Strategic AI Adoption in Talent Acquisition

SmartRecruiters signaleert daarnaast dat het daadwerkelijke gebruik van A.I. bij recruiters vaak beperkt blijft tot onderdelen als tekstgeneratie of chatfunctionaliteit, en dat slechts een klein deel van de organisaties A.I. al structureel inzet in meer dan een kwart van hun totale recruitmentworkflow. De rest gebruikt het hooguit af en toe, of nog helemaal niet.

Recruitment is mensenwerk

Dat roept vragen op. Want als recruitmentprofessionals terughoudend blijven, of ze nu vrouw zijn of niet, dan dreigt de sector te worden ingehaald door andere domeinen die sneller en technischer opereren. Of erger: dan gaan mensen met weinig affiniteit met mensenwerk straks bepalen hoe het selecteren van mensen eruitziet, puur omdat zij wel A.I. begrijpen.

Misschien is dat ‘vrouwelijke wantrouwen’ tegenover A.I. ook wel precies wat het vak nodig heeft.

Tegelijk: misschien is dat ‘vrouwelijke wantrouwen’ tegenover A.I. ook wel precies wat het vak nodig heeft. Want A.I. is natuurlijk verre van neutraal. Systematische bias ligt op de loer, de data zijn vaak niet representatief, en de logica achter beslissingen is voor veel gebruikers ondoorgrondelijk. Juist in recruitment staan de menselijke maat, ethiek en rechtvaardigheid in de spotlight. Dan is het misschien maar goed dat er niet alleen aan snelheid wordt gedacht.

Het lijkt eerder de vraag of de terughoudendheid in het gebruik van A.I., op dit moment dus vooral door vrouwen, niet ook een beschermingsmechanisme is. Iets dat voorkomt dat we ons te snel overleveren aan systemen die we eigenlijk nog nauwelijks begrijpen. En dan moeten we vooral nadenken over: hoe zorgen we ervoor dat we juist die terughoudendheid meenemen in de manier waarop A.I. in recruitment zijn plek krijgt?

Meer lezen?

Waarom Gen Z niet valt voor vacatures, maar voor gastvrijheid

Elke organisatie zoekt manieren om toptalent te vinden én te behouden. Zeker als het gaat om jongere generaties zoals Gen Z, die kritischer dan ooit kijken naar wat een werkgever hen écht te bieden heeft. Ze willen impact maken, zich gezien voelen en ergens werken waar de sfeer klopt. En dat in combinatie met de juiste werk/privébalans. Niet morgen, maar vanaf het eerste moment. Juist daarom verdient hospitality een vaste plek in je employer brand.

Klopt de toon, de sfeer en de aandacht of voelt het als een generieke procedure?

De employee journey begint niet bij de vacaturetekst, het arbeidscontract of zelfs niet bij het eerste sollicitatiegesprek. Die begint vaak al bij het eerste contactmoment met je organisatie. Denk aan een websitebezoek, een telefoongesprek met de receptie of de ontvangst op locatie. Voor Gen Z is die beleving allesbepalend. Klopt de toon, de sfeer en de aandacht of voelt het als een generieke procedure?

Hospitality verdient een vaste plek in je employer branding, stelt Petra de West (Heyday). Wat bedoelt ze daar precies mee? 'De rol van de hospitality professional is strategischer dan vaak wordt gedacht.'

Tastbaar contact

De receptie is in dat opzicht net zo bepalend als je LinkedIn-pagina. Sterker nog: hospitality is vaak het eerste tastbare contact met je employer brand en maakt van een moment écht een beleving. Wie daar gastvrijheid en oprechte aandacht inzet, heeft een streepje voor. Niet als ‘extraatje’, maar als een strategische keuze om mensen zich echt en oprecht welkom te laten voelen.

We hebben momenteel te maken met een unieke situatie op de werkvloer: 4 generaties die voor het eerst zij aan zij werken.

We hebben momenteel te maken met een unieke situatie op de werkvloer: 4 generaties die voor het eerst zij aan zij werken. Babyboomers zoeken zekerheid en persoonlijk contact. Gen X is pragmatisch en verbindend. Millennials verwachten zingeving en flexibiliteit. En Gen Z? Die eist autonomie, authenticiteit en vooral: een werkgever die past bij hun eigen waarden.

Hospitality verdient een vaste plek in je employer branding, stelt Petra de West (Heyday). Wat bedoelt ze daar precies mee? 'De rol van de hospitality professional is strategischer dan vaak wordt gedacht.'

Maatwerk in de journey

Dat betekent dat je met één generiek ontvangstconcept of één algemene recruitment-aanpak simpelweg tekortschiet. Waar een Gen Z’er bij binnenkomst graag een kalmerend gesprek heeft en een digitale plattegrond via WhatsApp, wil een babyboomer juist even rustig kennismaken met een kop zwarte koffie. Hospitality draait om maatwerk, ook in je employer of candidate journey.

Hospitality = employer branding in actie.’

Hospitality = employer branding in actie. Als je employer brand belooft dat je een mensgerichte organisatie bent, moet die belofte voelbaar zijn op de werkvloer. Niet alleen in je campagne, maar juist in kleine contactmomenten:

  • Wordt een kandidaat persoonlijk welkom geheten?
  • Speel je in op (generatie)voorkeuren zoals plantaardige lunchopties of rustige werkplekken?
  • Kunnen sollicitanten zich makkelijk oriënteren en voelen ze zich écht gezien?

Hospitality-professionals maken hier het verschil. Ze lezen mensen, creëren rust en zorgen voor een ervaring die verder gaat dan ‘service’. Ze vertegenwoordigen niet alleen je organisatie, maar belichamen je employer brand. Hun rol is strategischer dan vaak wordt gedacht.

Hospitality verdient een vaste plek in je employer branding, stelt Petra de West (Heyday). Wat bedoelt ze daar precies mee? 'De rol van de hospitality professional is strategischer dan vaak wordt gedacht.'

De onboarding voorbij

Te vaak wordt employer branding gezien als iets dat eindigt bij het tekenen van het contract. Maar de beleving van een medewerker begint en eindigt elke dag opnieuw. Hoe wordt iemand ontvangen als hij na vakantie terugkomt? Wat gebeurt er bij een interne sollicitatie of een gesprek over doorontwikkeling? Generatie Z verwacht dat beleving geen uitzondering is, maar een constante. Hospitality helpt daarbij: van een betrokken ontvangst tot het faciliteren van goede gesprekken tussen generaties op de werkvloer. Een goed ontvangen medewerker is een betrokken medewerker. En daarmee een ambassadeur voor je werkgeversmerk.

5 tips

Vijf tips om hospitality in je employer journey te verankeren

  • Start bij binnenkomst: Zorg dat receptie en ontvangst aansluiten op je employer brand. Warm, persoonlijk en passend bij je cultuur.
  • Stem beleving af op generaties, zonder te generaliseren: Gen Z vraagt iets anders dan babyboomers, maar niet iedereen binnen een generatie is hetzelfde. Gebruik generaties als richtingaanwijzer, niet als etiket en kijk altijd naar de mens achter het profiel.
  • Zorg voor rituelen: Laat nieuwe medewerkers niet ‘zelf ontdekken’. Creëer herkenbare momenten van welkom, erkenning en aandacht.
  • Betrek hospitality-professionals bij HR: Ze zijn je ogen en oren op de vloer en kunnen signalen vroeg opvangen. Hier start de onboarding al.
  • Maak het meetbaar: Vraag feedback over ontvangst, onboarding en werkbeleving. Hospitality is ook gewoon een KPI.

De conclusie? Hospitality zou wel eens je geheime wapen kunnen zijn in je aantrekkelijkheid als employer brand. In een tijd waarin Gen Z niet langer solliciteert op basis van een functietitel, maar op basis van gevoel, beleving en cultuur, is hospitality de geheime troef van succesvolle werkgevers. Het is de menselijke vertaling van je employer brand. En precies dát maakt het onderscheidend: van eerste indruk tot laatste werkdag.

Over de auteur

Petra de West (foto boven) is Business Unit Directeur bij HEYDAY Hospitality. Ze leidt een team van 250 hospitality professionals op meer dan 50 locaties in Nederland en is expert op het gebied van generaties, gastbeleving en hospitality-cultuur op de werkvloer. Luister hier een podcast waarin ze haar ideeën nog eens uitlegt: