Gratis vacatures plaatsen op LinkedIn? Voor bureaus is dat feest bijna voorbij

Heb je een uitzend- of een recruitmentbedrijf? Dan mag je vanaf volgende week niet langer gratis vacatures op LinkedIn zetten. Wil je nu nog bekend maken dat je een vacature hebt, dan zul dat gepromoot moeten doen. Officieel gebeurt dit om LinkedIn ‘veilig en betrouwbaar‘ te houden, stelt het platform zelf. De vanaf 1 augustus ingaande beperkingen zijn bedoeld ‘om misbruik te voorkomen, de productkwaliteit te verbeteren en de transparantie te vergroten en tegelijkertijd ervoor te zorgen dat werkzoekenden toegang hebben tot de best mogelijke carrièrekansen.’

‘Vacatures van uitzend- en recruitmentbedrijven mogen alleen nog maar gepromoot worden aangeboden.’

De veiligheid van de leden van LinkedIn is de prioriteit van het bedrijf, stellen ze zelf bij de nieuwe richtlijnen. ‘Om ervoor te zorgen dat elke vacature die op LinkedIn wordt geplaatst een correcte en hoogwaardige vacature is, moeten vacatures van uitzend- en recruitmentbedrijven nu worden gepromoot bij het plaatsen op de pagina Budget. Deze kunnen niet langer gratis worden geplaatst. Dit geldt alleen voor leden die vacatures plaatsen via de LinkedIn-site namens bedrijven die op hun bedrijfspagina zijn gemarkeerd als uitzend- of recruitmentbedrijven. Dit heeft geen invloed op bedrijven die vacatures plaatsen op websites van derden.’

Regelmatige audits

LinkedIn kondigt bovendien aan de bovenstaande richtlijnen te gaan handhaven en regelmatig audits te gaan uitvoeren om de naleving ervan te controleren. ‘Als onderdeel van onze nalevingsaudit zullen we één waarschuwing geven voor geconstateerde niet-naleving en sites van derden één week de tijd geven om zich aan te passen.’

LinkedIn houdt zich het recht voor het contract te ontbinden van iedereen die zich niet aan de richtlijnen houdt.

Maar hou je je daar niet aan? Dan klinkt al snel dreigende taal van het platform. ‘Om de belangen van onze gebruikers te beschermen, behoudt LinkedIn zich het recht voor om elke vacature om welke reden dan ook van de site te verwijderen. Verder behoudt LinkedIn zich het recht voor om partners te verwijderen en het Basic Jobs contract onmiddellijk te beëindigen voor elke jobsite van derden die zich niet aan deze richtlijnen houdt na één waarschuwing en/of een buitensporig aantal klachten van leden genereert.’

Wat betekent dit voor jouw bureau?

Wat betekenen deze nieuwe richtlijnen nou precies als je een werving- en selectiebureau hebt, of in de uitzendbranche actief bent? Marcel van der Meer schetst de volgende gevolgen, en geeft tegelijk wat tips:

#1. 𝗧𝗿𝗮𝗻𝘀𝗽𝗮𝗿𝗮𝗻𝘁𝗶𝗲 𝗲𝗻 𝗮𝘂𝘁𝗵𝗲𝗻𝘁𝗶𝗰𝗶𝘁𝗲𝗶𝘁

‘Dus: vermeld altijd de naam van de daadwerkelijke werkgever. Geen generieke of verborgen namen zoals “vertrouwelijk”.’

#2. 𝗦𝘁𝗿𝗲𝗻𝗴𝗲𝗿𝗲 𝘇𝗶𝗰𝗵𝘁𝗯𝗮𝗮𝗿𝗵𝗲𝗶𝗱-𝗿𝗲𝗴𝗲𝗹𝘀

‘Vacatures via derde partijen krijgen mogelijk minder zichtbaarheid. LinkedIn zal streng gaan controleren en niet-naleving kan leiden tot verwijdering van vacatures. Of zelfs opzeggen van je overeenkomst bij LinkedIn.’

#3. 𝗚𝗲𝗲𝗻 𝗴𝗿𝗮𝘁𝗶𝘀 𝗽𝗼𝘀𝘁𝗶𝗻𝗴𝘀 𝗺𝗲𝗲𝗿

‘Geen gratis Limited Listings meer. Dit verhoogt de kosten, vooral voor kleinere bureaus zal dit vaak niet te dragen zijn.’

#4. 𝗙𝘂𝗻𝗰𝘁𝗶𝗲𝘁𝗶𝘁𝗲𝗹𝘀

‘Gebruik heldere, nauwkeurige functietitels zonder onnodige hoofdletters of speciale tekens. De functietitel moet exact overeenkomen met de functietitel in de bronvermelding en mag niet worden gewijzigd om extra informatie toe te voegen zoals locatie, bedrijfsnaam of secundaire arbeidsvoorwaarden (bijvoorbeeld “Super job in Rotterdam”, “Engineer – Salaris €100k+”)’

#5. 𝗡𝗮𝘂𝘄𝗸𝗲𝘂𝗿𝗶𝗴𝗲 𝘃𝗮𝗰𝗮𝘁𝘂𝗿𝗲𝘁𝗲𝗸𝘀𝘁𝗲𝗻

Zorg dat alle informatie in de vacaturetekst accuraat en volledig is.

De bekende global sourcing en A.I.-trainer raadt verder aan ook je team te informeren, en altijd te zorgen voor gedetailleerde en actuele vacatures. Ook adviseert hij bureaus zoveel mogelijk exclusiviteit van werkgevers te verkrijgen (‘is altijd beter natuurlijk’), zodat LinkedIn ze ook minder makkelijk kan afstraffen.

Lees ook

Hoe je pijnlijke verloopcijfers bij volumerecruitment kunt doorbreken

Hoog verloop. Lage retentie. Hoge uitval. Drie manieren om hetzelfde te zeggen: je neemt te veel mensen aan die uiteindelijk niet succesvol blijken te zijn in hun functies. Tijdens mijn carrière heb ik organisaties gezien die sollicitanten ‘in bulk’ aannamen voor allerlei functies: chauffeurs, beveiligers, operators, winkelpersoneel, klantenservicemedewerkers, en nog veel meer. Bijna allen die zich bezighouden met dit soort volumerecruitment kennen één gemeenschappelijk probleem: ze werken extreem hard om zoveel mogelijk medewerkers aan te nemen, maar zien vervolgens veel van hen binnen de eerste 6 maanden ook alweer vertrekken.

3 Kenmerken die van invloed zijn op de retentie

Volumewerving wordt niet altijd zo gezien, maar blijkt in de praktijk wél een zeer uitdagend segment van de totale recruitmentwereld. Behalve dat volumewerving betekent dat je in (soms: zéér) korte tijd veel mensen voor dezelfde functie wil aannemen, wordt het ook gekenmerkt door de volgende 3 aspecten die allemaal de retentiecijfers beïnvloeden:

#1. Urgentie

Volumewerving betekent dat je in zeer korte tijd veel mensen voor dezelfde functie moet aannemen. Achterlopen met het aannemen voor deze functies kan direct invloed hebben op je bedrijfsvoering. Te weinig klantenservicemedewerkers kan bijvoorbeeld leiden tot lange wachttijden; te weinig monteurs vertragen installaties. Beide scenario’s resulteren in ontevreden klanten en potentiële nieuwe klanten die weglopen of wegblijven. Daarom is de werving voor deze functies meestal vrij urgent.

#2. Afhankelijkheid van training

Volumefuncties vereisen meestal wel enige training. Doorgaans verzorgt de organisatie die zelf, in plaats van specifieke cv-wensen. Een klantenservicemedewerker krijgt dan bijvoorbeeld 6 weken specifieke training van de werkgever, terwijl een operator machinebediening veiligheidsprotocollen leert. Als het trainen van één persoon 1.500 euro kost, resulteert het aannemen van 250 mensen per jaar alleen al in 375.000 euro aan trainingskosten, nog exclusief salarissen.

#3. Competenties boven voorafgaande ervaring

Training is essentieel, maar competenties zijn net zo cruciaal. Rollen zoals klantenservicemedewerker geven prioriteit aan skills boven specifieke ervaring of opleiding. Op ons Equalture-platform zijn de drie belangrijkste competenties voor volumewerving: leervermogen, flexibiliteit en probleemoplossend vermogen. Deze skills nauwkeurig evalueren is veel moeilijker dan alleen een opleidingskwalificatie verifiëren. Het is cruciaal om competenties nauwkeurig te beoordelen, in plaats van simpelweg te ‘raden’. Competenties kun je immers niet nauwkeurig inschatten via een telefoon- of sollicitatiegesprek (ook al denken we vaak van wel).

Wat er meestal misgaat bij volumewerving

Als de uitvalpercentages tijdens de training stijgen (wat betekent dat veel nieuwe collega’s snel na hun start uitvallen), is de logische eerste stap om te onderzoeken waarom deze mismatches optreden in het wervingsproces – met andere woorden: kijken we wel naar de juiste competenties? Hebben we die competenties correct beoordeeld?

Bij volumerecruitment overschaduwt kwantiteit vaak kwaliteit.

Onder grote druk om voldoende ‘plaatsingen’ te behalen, overschaduwt kwantiteit bij volumerecruitment echter vaak kwaliteit. Als een recruiter deze maand 50 wervingen moet doen, maar er tot nu toe slechts 15 heeft gemaakt, verdwijnt ‘procesverbetering’ vaak als eerste van het to-do-lijstje. Dit creëert een vicieuze cirkel.  Procesverbeteringen negeren of simpelweg niet de ruimte hebben om deze te onderzoeken, dwingt nóg hogere wervingsaantallen af om het verloop te compenseren, wat vervolgens alleen maar erger zal worden na verloop van tijd, omdat je de bron van het probleem niet aanpakt.

Onvermogen

Wat we hadden gezien als we wél de tijd hadden genomen om het proces onder de loep te nemen? Dan hadden we in de eerste plaats opgemerkt dat volumewerving uitdagend is vanwege de werkbelasting. Uit mijn ervaring met grote organisaties is de gemeenschappelijke oorzaak van hoge uitvalpercentages het onvermogen om prestatiedata goed te verbinden met kandidaatdata. Dit weerspiegelt een breder probleem: het gebrek aan samenwerking tussen recruitment- en HR-afdelingen.

Laten we daarom eens kijken naar de verschillen tussen recruiters en HR-managers. Recruiters richten zich op kandidaatdata (zoals competenties), terwijl HR-managers zich richten op performance data (wie wel of niet goed presteert en waarom). Recruiters moeten prioriteit geven aan hun wervingsdoelen, terwijl HR-managers prioriteit geven aan het behoud van (nieuwe) collega’s. Maar wat velen niet (willen) begrijpen, is dat recruiters en HR-managers elkaar nodig hebben om succesvol te zijn.

Recruiters kunnen niet succesvol zijn als de retentie slecht is, en HR niet als recruiters zich alleen op quota richten.

Recruiters kunnen niet succesvol zijn als de retentie slecht is, omdat het de aanwervingsbehoeften onhandelbaar verhoogt. Wervingsdoelen behalen is onmogelijk als nóg meer aanwervingen in de eerste zes maanden vertrekken. Omgekeerd kunnen HR-managers niet succesvol zijn als recruiters zich alleen op quota richten, omdat dit de kwaliteit van de aanwervingen compromitteert en daarmee de retentiepercentages. Je hebt elkaars steun, inzichten en vooral elkaars data nodig! En dat is precies wat er in de meeste organisaties ontbreekt. We weten vaak wie blijft en vertrekt, maar we hebben geen idee wat de patronen tussen deze mensen zijn.

Hoe je het goed doet: een voorbeeld

Hoe kun je dit patroon van hoog verloop bij volumerecruitment doorbreken? Bij Equalture helpen we een wereldwijde organisatie met hun volumewervingsbehoeften, gericht op functies zoals klantenservice en retail of telesales. Voordat zij onze games voor hun kandidaten introduceerden, lieten we bestaande medewerkers onze volledige suite van game-based assessments voltooien, gedurende 45 minuten. Door de resultaten hiervan te vergelijken met hun werkprestaties, identificeerden we patronen en konden we zien welke competenties de topperformers onderscheiden van andere collega’s.

Dit leidde tot de ontwikkeling van ons initiële Competentieprofiel, waarin we de competenties beschreven die belangrijk zijn en fit-scores (hoog/middel/laag) voor elke kandidaat konden genereren. Honderden kandidaten werden zo aangenomen, waarvan de meesten als hoog of gemiddeld geschikt werden beoordeeld, hoewel sommigen als laag geschikt werden beoordeeld.

3 korte assessments bleken al met succes te kunnen voorspellen of iemand met goed gevolg de training doorloopt.

Na een paar maanden analyseerden we de data van meer dan 250 aangenomen kandidaten, gericht op hun competenties (vastgelegd door ons) en hun prestaties (bijgehouden door de organisatie). Ons platform identificeerde snel dat scores in 3 specifieke game-based assessments nauwkeurig voorspelden of iemand succesvol de training zou doorlopen en goed zou presteren in de functie, of zou falen. Zo konden we hen met vertrouwen adviseren dat door enkel kandidaten met minimaal een gemiddelde fit-score aan te nemen, de kans op succes aanzienlijk zou vergroten. Slechts 8% van al deze kandidaten zou tijdens de training mogelijk nog kunnen falen. Dit betekende dat de uitval tijdens de training met 59% afnamen!

Performance Pulse

Dit soort cases past overigens ook goed bij een recente nieuwe feature die we bij Equalture hebben gelanceerd: Performance Pulse. Deze feature stelt onze klanten in staat de prestaties van nieuwe collega’s te monitoren (specifiek: of iemand een training/onboarding succesvol is doorgekomen en hoe iemand in de baan presteert, op een schaal van laag naar hoog), en dit te vergelijken met hun competenties, op basis van de eerdere Equalture-resultaten. Hiermee brengen we recruitment & HR-data samen in één platform om zo de kans op een succesvolle werving steeds verder te vergroten, door inzet van predictive analytics.

Over de auteur

Charlotte Melkert is samen met haar zus Fleur oprichter van Equalture, een bedrijf dat zich inzet voor ‘een wereld waarin we mensen beoordelen op vaardigheden, potentieel en persoonlijkheid, in plaats van op geslacht, leeftijd of ras’.

Meer over volumerecruitment?

Op 23 januari 2025 vindt de tweede editie plaats van het Blue Collar & Volumerecruitment Event.

Event Volumerecruitment

Van A tot Gen Z: zo pak je de werving van de nieuwste generatie op de arbeidsmarkt aan

Is het Gen Zet, op zijn Nederlands? Of toch Djen Zie, op zijn Engels? Het zijn van die dingen waar je urenlange discussies over kunt hebben, maar Marieke van Heek en Emma Agricola houden het op een mooie middenweg, en hebben het in hun gloednieuwe podcast consequent over Djen Zet, een beetje van allebei dus. De twee zijn de podcastserie Werven van A tot Gen Z begonnen voor de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie, om werkgevers te helpen deze voor hen soms lastig te bereiken doelgroepen aan te spreken.

En waar kun je zo’n podcastserie dan beter beginnen dan bij degenen over wie het gaat? Bij Gen Z zelf dus? En dat is precies wat er gebeurt in de allereerste aflevering, waar drie trainees van SchaalX aan het woord komen: Heleen van Ham (1997), Laura De Rover (1999) en Noa Smeele (2000). Wat zij deden in 2007, toen podcasthost Marieke van Heek haar eerste trainingen gaf over het werven van de nieuwe generatie? ‘Buiten spelen met vrienden en vriendinnen’. ‘Zwemles’. En ‘leren rekenen.’ Digital natives? Dat valt dus blijkbaar nogal mee. Al hebben ze het dan al wel weer snel over hyves, krabbelen, snaken op een oude Nokia en msn’en.

De spraakzame generatie

Als het gaat over Gen Z, dan gaat het ook vaak over ‘de spraakzame generatie‘. Dat is volgens de 3 gasten in de podcast vooral een verwijzing naar dat ze graag het gesprek aangaan. ‘Dat vinden werkgevers vaak ingewikkeld’, zegt de één. Maar het is nu eenmaal hoe ze zijn opgevoed. ‘Onze ouders leerden ons dat we mogen twijfelen. En dat nee bijna het begin is van een onderhandeling.’ Dat ‘spraakzame generatie’, dat blijk je dus ook bijna letterlijk te kunnen nemen, want in een kleine 3 kwartier passeert er in de podcast van alles over deze generatie de revue.

Een ‘Gen Z-selfie’ van gast Lieke van der Plas, samen met hosts Marieke van Heek en Emma Agricola.

Ook tips voor recruiters? Jazeker. Zo vergelijkt Laura de Rover het sollicitatieproces met het kopen van een broek. ‘Dan ga ik ook altijd eerst online informatie opzoeken, kijken wat anderen ervan vinden.’ Haar les daarbij? ‘Wees bereikbaar. Laat duidelijk je contactgegevens zien. En geef de mogelijkheid om een toekomstige collega te spreken. Geef mensen de mogelijkheid om te onderzoeken hoe het is om bij jou te werken. Gen Z hecht nu eenmaal veel waarde aan de meningen en ervaringen van anderen.’

Doorleefde ervaring

Heleen van Ham sluit zich hierbij aan, maar voegt ook nog wel een tip toe. ‘Laat ook aan de hand van beeldmateriaal de sfeer al zien. Dat was in elk geval bij SchaalX iets dat mij heel erg aansprak, de video waarin ik al wat van de sfeer kon proeven.’ Dus niet alleen een functietekst op papier, maar ‘een ervaring die je doorleeft’, zoals Van Heek het samenvat.

‘Als je zegt dat je bij jou je werk vrij kunt indelen, wat betekent dat dan?’

Noa Smeele ten slotte houdt nog eens een pleidooi voor flexibiliteit. ‘Dat is iets waar Gen Z erg op aangaat. Ikzelf ook. Mocht die mogelijkheid er zijn, in werkuren, in hybride werken, of anderszins, maak het dan zo concreet mogelijk. Laat het zien als de mogelijkheid er is om daar het gesprek over te voeren.’ Een ‘heel mooie insight‘, noemt Van Heek dat. Want juist in dat concreet maken blinken nog niet veel werkgevers uit, constateert ze. ‘Maak het dus echt tastbaar. Als je zegt dat je bij jou je werk vrij kunt indelen, wat betekent dat dan? Hoe gaat dat dan bij jou? Daar is deze generatie erg naar op zoek.’

Meer weten?

Luister hier de hele podcast Werven van A tot Gen Z, waarvan de komende weken elke donderdag een nieuwe aflevering online komt. De komende weken spreken Marieke van Heek en Emma Agricola onder meer met Anouk Starrenburg over werkgeluk, Lucas Meijer en Liedewij Loerakker (Spadework) over A.I., Maud Hoenderkamp over campusrecruitment, Daniëlle Schreurs over generatiemanagement in het algemeen, Maarten Brand over stages, Kevin van Houten over Gen Z bereiken via vacatureteksten én met humor en ten slotte met Lieke van der Plas over hoe je Gen Z kunt bereiken via content en met name TikTok.

Marieke van Heek en Emma Agricola

Lees ook

1 op de 12 online vacatures in Nederland is al niet-Nederlandstalig; voor Amsterdam zelfs 1 op de 4

Bij het GVB hebben ze nu voor het eerst 2 niet-Nederlandstalige chauffeurs rondrijden. Een behoorlijke trendbreuk voor het Amsterdamse openbaarvervoerbedrijf, met flinke implicaties. Maar het is in de hoofdstad bepaald geen uitzondering. Maar liefst 1 op de 4 vacatures is er momenteel al niet-Nederlandstalig, blijkt uit een analyse van Jobfeed en Intelligence Group op ruim 15 miljoen unieke online geplaatste vacatures in Nederland van de afgelopen 5 jaar.

In heel het land ging het om gemiddeld 8,2% van de online vacatures die in het niet-Nederlands is geplaatst, oftewel zo’n 1 op 12. Afhankelijk van de periode was dat in meer dan 85% van de gevallen dit in het Engels. Tijdens de coronajaren was zelfs bijna 1 op 9 online vacatures niet-Nederlandstalig. De ICT spant daarbij de kroon, met momenteel al meer dan 1 op de 5 vacatures die kandidaten in een andere taal dan het Nederlands (meestal het Engels) proberen aan te spreken.

Arbeidsmarkt voor migranten bestaat bijna niet

Er zijn jaarlijks bijna 1 miljoen geregistreerde arbeidsmigranten in Nederland. Deze groep is waarschijnlijk circa 2 keer zo groot als niet-geregistreerde en illegalen worden meegeteld. Arbeidsmigranten zijn veel mobieler op de arbeidsmarkt, hebben meerdere werkgevers waar ze gemiddeld korter werken, en veelal tijdelijk in Nederland in vergelijking tot kenniswerkers. De groep arbeidsmigranten én kenniswerkers die in Nederland blijven groeit jaar op jaar. In vergelijking met de circa 400.000 buitenlandse kenniswerkers in Nederland is de groep arbeidsmigranten dus tot zo’n 5 keer zo groot.

Kijken we naar het aantal arbeidsmarktbewegingen van al die migranten, dan zal die een veelvoud van die 1 miljoen zijn. Kijken we echter naar de online vacatures, dan zien we een heel ander beeld. Dan valt te zien dat 71% van de niet-Nederlandstalige vacatures zich vooral richt op (hoogopgeleide) kenniswerkers. Dit terwijl het volume en arbeidsmarktbewegingen van internationale werkers in Nederland bij arbeidsmigranten vele malen hoger ligt. De arbeidsmarkt, gemeten in online vacatures, voor arbeidsmigranten die al in Nederland zijn, is derhalve zeer klein. Een gigantische kans voor bemiddelaars en werkgevers om hierop in te spelen.

Transparante arbeidsmarkt voor migranten grote kans

Dat er voor niet-Nederlandssprekende arbeidsmigranten in Nederland nauwelijks een transparante arbeidsmarkt bestaat en dat deze groep daarom sterk afhankelijk is van bemiddelaars, het eigen netwerk, whatsapp- en Telegram-groepen, en social media blijkt uit de analyses van de top-11 sectoren met de minste niet-Nederlandstalige vacatures. Dat dit percentage heel laag is bij beveiliging, overheid, zorg en nutsvoorzieningen is natuurlijk logisch. Dat deze zo laag is bij schoonmaak, uitzenden, recreatie, bouw, agrarisch en logistiek is daarentegen wel weer zeer bijzonder, omdat hier juist heel veel arbeidsmigranten werken.

Het transparant maken van de arbeidsmarkt voor niet-Nederlandstalingen zou de arbeidsmigranten empoweren.

Dit impliceert dat de werving van arbeidsmigranten zich grotendeels buiten de landsgrenzen bevindt én buiten het zicht van arbeidsmarktanalisten, terwijl er binnen Nederland wel een gigantisch groot aanbod is. Het transparant maken van de arbeidsmarkt voor niet-Nederlandstalingen in Nederland en in het bijzonder arbeidsmigranten, zou deze groep empoweren op de arbeidsmarkt. Daarmee kunnen uitwassen makkelijker worden opgespoord en arbeidsmigranten langer worden behouden voor de Nederlandse economie.

Het gebrek aan transparantie over dit deel van de arbeidsmarkt geldt overigens niet alleen voor de arbeidsmigranten en kenniswerkers zelf, maar ook voor beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en bijvoorbeeld het CBS, UWV en TNO. Er is nauwelijks iets actueels bekend van deze zo’n gigantische groep op de arbeidsmarkt. Het creëren van een arbeidsmarkt speciaal voor deze doelgroep, bijvoorbeeld als onderdeel van werk.nl zou het mogelijk moeten maken om veel meer transparantie, grip en data te krijgen op dit dossier.

Top-11 sectoren met minste niet-Nederlandstalige vacatures

  1. Beveiliging / Brandweer / Politie (0,5%)
  2. Gezondheidszorg / Welzijn (1,5%)
  3. Overheid / Non-profit (2,1%)
  4. Facilitair / Schoonmaak (3,1%)
  5. Arbeidsbemiddeling (4,3%)
  6. Cultuur / Recreatie (5,4%)
  7. Bouw (7,4%)
  8. Agrarisch / Visserij (7,4%)
  9. Persoonlijke dienstverlening (7,5%)
  10. Nutsvoorzieningen (7,5%)
  11. Logistiek (9,3%)

Top-10 functiegebieden met meeste niet-Nederlandstalige vacatures (2024)

  1. ICT (20,6%)
  2. Communicatie, marketing en PR (18,9%)
  3. Kunst, cultuur en media (16,3%)
  4. Verzekeringen en financiën (11,8%)
  5. Inkoop en magazijnbeheer (10,9%)
  6. Beleid en bestuur (10,9%)
  7. Natuur- en milieuwetenschappen (10,0%)
  8. Recreatie, sport en toerisme (9,0%)
  9. Engineering (8,9%)
  10. Horeca (8,2%)

In Amsterdam helft ICT-vacatures Engels

Ruim 1 op de 5 vacatures binnen de ICT in Nederland is inmiddels Engelstalig. In Amsterdam ligt dit zelfs op 49%. Ook binnen de functiegebieden Marketing & Communicatie, kunst, cultuur en media ligt dit percentage in de hoofdstad minimaal 2 keer boven het Nederlands gemiddelde. Kijken we specifiek naar bepaalde sectoren, dan vallen er ook een paar op met hoge percentages van vacatures die niet-Nederlandstalig zijn. Zo is ruim 1 op 3 vacatures binnen de Pharma/Chemie niet-Nederlandstaling in Nederland, gevolgd door de Financieel/verzekeringen sector (28,6%).

Meer weten?

In 2023 vond de eerste editie plaats van het congres Internationalisering van de Nederlandse Arbeidsmarkt in Rotterdam. Op 9 september vindt in Den Haag de tweede editie plaats. Tijdens dit congres worden deelnemers geïnspireerd door de feiten, de context, de praktijk, best practices, dilemma’s, uitdagingen, problematiek en oplossingen. Geen heilige huisjes, wel feiten en de praktijk. Problemen én oplossingen. Schrijf je dus nú in:

Internationalisering

Helpt meer waardering werkelijk tegen personeelstekorten?

Verontrustende cijfers van het CBS: het bruto binnenlands product van Nederland kromp in het eerste kwartaal van 2024 met een half procent ten opzichte van het vierde kwartaal van 2023. Deze daling is vooral toe te schrijven aan de export van goederen, wat op zijn beurt dan weer samenhangt met de krimp van de industrie. Daar worden heel wat maatregelen genomen om de productiviteit te verhogen – denk maar aan nieuwe technologieën en efficiëntere werkprocessen – maar door een aanhoudend personeelstekort blijft dat dweilen met de kraan open.

Het is duidelijk dat er in alle sectoren meer inspanningen moeten worden geleverd om nieuwe werknemers te werven en – misschien nog belangrijker: te behouden. Een aantal recente trends gooit daarbij roet in het eten. De globalisering van de economie zorgt dat bedrijven steeds meer concurrentie ervaren, wat de werkdruk verhoogt. Het resultaat: 50% van de millennials heeft al eens een baan verlaten vanwege een burn-out, zo blijkt uit een studie die we onlangs hebben uitgevoerd. En 77% van de ondervraagde HR-managers gaf toe dat het grootste deel van hun medewerkers er vermoeid bij loopt.

Dan hebben we ook corona nog…

En dan hebben we ook corona natuurlijk nog. Twee andere trends die onze houding tegenover werk hebben veranderd, zijn namelijk direct terug te voeren tot de Covid-19-pandemie. Enerzijds zijn we daardoor gewend geraakt aan het hybride werken – wat lastig is als je een solide bedrijfscultuur wilt creëren – en anderzijds is in die periode de focus op mentaal welzijn en welzijn op het werk enorm toegenomen. Dat zijn allemaal flinke uitdagingen voor bedrijven die nieuw talent willen aantrekken of willen behouden.

77% van de sollicitanten houdt rekening mee met hoe een bedrijf zijn mensen beloont.

Om het personeelstekort bij Nederlandse bedrijven op te vangen, worden veel maatregelen genomen, maar er wordt nog altijd te weinig aandacht besteed aan het creëren van een aantrekkelijke bedrijfscultuur en het belonen van medewerkers. Uit onderzoek van BHN blijkt dat 77% van de sollicitanten daar juist wel rekening mee houdt. En dan gaat het dus niet over ‘waardering’ op de beurs, beste bedrijfsleiders…

Geen rocket science

Meer waardering mag dan een wat onderbelicht onderwerp zijn, het is daarentegen ook bepaald geen rocket science. Je kunt je waardering heel duidelijk tonen door beloningen in het leven te roepen voor alle medewerkers die hun taken naar behoren uitvoeren. Dit kun je bijvoorbeeld doen in de vorm van cadeaukaarten – iets waar wij ons in specialiseren. Maar vooral belangrijk daarbij is dat er een zekere regelmaat in zit – dus niet zomaar één of twee keer per jaar, maar bij voorkeur iedere maand. Wat ook goed werkt, is inspelen op zogenaamde top topicals of themadagen: de Dag van de Ingenieur, de Dag van de Office Manager, enzovoort. Dat zijn leuke aanleidingen om voor een specifieke groep binnen je bedrijf een moment van waardering te scheppen.

Op de juiste manier, met de juiste ingesteldheid en enige regelmaat hen belonen, kan helpen je personeel te behouden.

Waar je overigens goed op moet letten, is dat je het zo gepersonaliseerd mogelijk aanpakt. One size fits all werkt hier echt niet. Niet zomaar iets uit het rek plukken, dus, maar rekening houden met de diversiteit en zelfs de locatie van je medewerkers. Bedrijven die erin slagen om bekendheid te verwerven als een leuke plek om te werken, waar je ook op meer waardering kunt rekenen als je je werk goed doet, hebben het bewezen minder moeilijk om nieuw personeel te vinden. Op de juiste manier, met de juiste ingesteldheid en met enige regelmaat je personeel belonen, kan helpen om zulke bekendheid op te leveren.

Over de auteur

Patrick de la Rie is Director Field Sales bij Blackhawk Network, bekend van bijvoorbeeld .

Lees ook

Waarom is de respons op sourcing ineens bezig aan een duikvlucht?

Ze hebben hun aanpak niet aangepast. Toch zien ze bij sourcing-specialist Cooble (‘Wij vinden onvindbaar talent’) de afgelopen maanden een opvallende trend. Waar in het begin van het jaar nog meer mensen dan ooit reageerden op een benaderingspoging van een van hun sourcers, is dat in het tweede kwartaal van dit jaar ineens omgeslagen. ‘En we zien dat de respons-ratio dit kwartaal elke maand iets verder zakt’, aldus Miloe Verhoeks, een van de oprichters van het bureau. ‘Dit zou erop kunnen wijzen dat óf de sourcingsdruk gestegen is óf dat mensen steeds iets minder actief gebruik maken van LinkedIn.’

respons rate

Het is waarschijnlijk de meest opvallende trend in de tiende editie van de Sourcing Benchmark, zoals Cooble die elk kwartaal uitbrengt. Paniek is er bij Verhoeks evenwel nog niet. ‘De response rate is een goede graadmeter of onze berichten de doelgroep nog bereiken en of wij de aandacht van kandidaten weten te trekken. Idealiter ligt dit getal boven de 40%. Dat is nu dus ook nog het geval. En bij de huidige lagere response rate moet je ook in ogenschouw nemen dat er eerdere jaren ook hogere ratio’s waren aan het begin van het jaar, plus dat het eerste kwartaal van 2024 in dat opzicht een record was.’

261 vacatures voor 31 sourcers

Cooble werkte in het tweede kwartaal met in totaal 31 sourcers voor 51 organisaties aan 261 vacatures. ‘In totaal hebben we bijna 7.500 berichten uitgestuurd waarop we bijna 3.000 reacties ontvingen’, aldus Verhoeks. ‘Dit kwartaal hebben we 39 vacatures weten te vullen door middel van sourcing.’ De sourcers bij het bedrijf spraken in het tweede kwartaal exact 500 kandidaten, 4,5% van het aantal benaderde kandidaten. ‘Ook dat betekent een flinke daling ten opzichte van het eerste kwartaal, toen dit nog 6,6% was. Een trend die aansluit op de gedaalde response rate.’

‘Een terugblikvraag verbindt het verleden met het heden.’

Om de respons hoog te houden, werkt Cooble overigens zelf vaak met de zogenoemde ‘terugblikvraag’. Verhoeks: ‘Hiermee probeer je op een persoonlijke manier contact te leggen met je kandidaat. Je laat hiermee zien dat je het profiel goed hebt gelezen en dat je interesse toont in de kandidaat. Vraag bijvoorbeeld naar een specifiek moment op ervaring uit het verleden welke maakt dat iemand de keuze maakte voor die carrièremove. Deze manier van benaderen toont zowel persoonlijke als zakelijke interesse en creëert ook ruimte voor een goed en boeiend gesprek hierover. Het verbindt bovendien het verleden met het heden.’

‘Werven iets makkelijker’

De lichtjes veranderende arbeidsmarkt wordt ook in andere delen van de Sourcing Benchmark zichtbaar. Zo zegt Verhoeks bij ‘veel van onze klanten te zien dat het iets makkelijker wordt om kandidaten te werven. Hierdoor kan er een betere selectie gemaakt worden voor de sollicitatiegesprekken.’ Wel ziet ze ook dat vacaturehouders nog steeds graag ‘het schaap met vijf poten’ willen. ‘Zorg dus ervoor dat je de vacaturehouder duidelijk maakt wat de haalbaarheid van zijn sourcingopdracht is. En wanneer je tijdens het sourcen merkt dat je na een groot aantal uur nog geen resultaat hebt, ga dan opnieuw dat gesprek aan.’

Waar het eerste kwartaal van dit jaar nog juist een record optekende, is in het tweede kwartaal de respons op pogingen tot sourcing ineens gekelderd. Wat is er aan de hand?

Opvallend is verder dat maar liefst 28,2% van de kandidaten zich na een eerste sollicitatiegesprek zelf terugtrekt. Het gemiddelde aantal uren dat Cooble per vacature aan sourcing kwijt was (van het vinden tot benaderen van kandidaten) bedroeg in het tweede kwartaal 94,7 uur, een daling in verhouding tot het eerste kwartaal. Ook een signaal van een veranderende arbeidsmarkt? Verhoeks: ‘Besef goed dat dit een gemiddelde is. Soms gaat het snel, soms is het een kwestie van langere adem. Zo hadden we bij een organisatie in de energiesector dit kwartaal slechts 7,5 uur nodig om voor hen een SAP Reporting Consultant te vinden.’

Meer weten?

Download de volledige benchmark

Sourcing Benchmark Q2 2024

 

Waar hebben we het precies over als het gaat over ‘Talent Intelligence’?

Het is een begrip waar je veel over hoort in de recruitment-industrie: Talent Intelligence, of kortweg: TI genoemd. Vorig jaar werd hierover zelfs de eerste internationale conferentie georganiseerd, in Hoofddorp, en dat evenement keert dit jaar daar ook weer terug, voor zijn tweede editie, in september. Maar waar hebben we het dan precies over, als het over dit onderwerp gaat? En waarom is het eigenlijk belangrijk?

TI maakt volop gebruik van buzzwords als big data, A.I., machine learning en social listening.

Vragen we dat allereerst aan Google’s Gemini, dan leren we daarvan dat Talent Intelligence ‘een relatief nieuw vakgebied binnen de recruitment-industrie’ is dat draait om ‘het verzamelen, analyseren en gebruiken van data en inzichten over potentiële kandidaten en de arbeidsmarkt. Het doel is om weloverwogen beslissingen te nemen over werving, selectie en behoud van talent.’ Ook leren we dat TI gebruik maakt van big data (online profielen, cv’s, arbeidsmarktgegevens), A.I. en machine learning (geavanceerde algoritmes, klinkt altijd goed), en social listening (online gesprekken en discussies over vacatures en de arbeidsmarkt).

Actief luisteren

Goed, vragen we meteen maar even naar de voordelen van deze nieuwe TI-aanpak, want dan blijkt Gemini ook niet lang om een antwoord verlegen te zitten. De werving kan efficiënter ermee worden, dankzij gerichte zoekopdrachten en het identificeren van de meest veelbelovende kandidaten. Ook zouden recruiters hiermee beter kunnen inspelen op vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, en een hogere kwaliteit kandidaten kunnen aanboren. Door actief te luisteren naar de behoeften en verwachtingen van kandidaten, kan het werkgeversimago ten slotte worden versterkt en de candidate experience verbeterd, aldus de A.I.

TI kan diversiteit bevorderen, doordat het biases in het wervingsproces kan blootleggen.

Ook OpenAI’s ChatGPT komt met een vergelijkbaar lijstje ‘strategische redenen’ om (meer) Talent Intelligence te gebruiken: van inzicht krijgen in de talentenpool en de markttrends, tot kostenreductie, een snellere time-to-hire, een hogere retentie, en een meer strategische workforce planning. Ook kan TI diversiteit bevorderen, doordat data biases in het wervingsproces kunnen blootleggen en kunnen helpen bij de implementatie van inclusieve wervingsstrategieën, aldus ChatGPT, die er voorts op wijst dat Talent Intelligence betere wervingsbeslissingen kan stimuleren, het employer brand kan versterken, en groei kan stimuleren.

TikTok of Telegram

Nu krijg je dat soort lijstjes al gauw als je iets aan ChatGPT vraagt, maar volgens Geert-Jan Waasdorp is de A.I.-toepassing dit keer wel redelijk accuraat. De oprichter van Intelligence Group, een van de in TI gespecialiseerde bedrijven in Nederland, denkt zelf dat de waarde van deze specifieke vorm van Business Intelligence met name gelegen is in kennis van de doelgroep en de externe arbeidsmarkt. ‘Daarmee kun je soms wel 12 tot 18 maanden wervingsvoordeel behalen zonder dat iemand daar nu gebruik van maakt. Denk nu bijvoorbeeld aan het gebruik van TikTok of Telegram. Of het werven op kanalen waar freelancers zitten.’

‘Hoe hoog is het verloop bij je concurrent? Welke skills zijn ze er aan het werven? Met TI kun je dat soort informatie vergaren.’

Ook kan TI je inzicht geven in hoe het eraan toegaat bij de concurrentie, zegt hij. ‘Hoe hoog is het verloop daar? Zijn mensen ontevreden? Wordt een te laag salaris geboden? Welke skills zijn ze er aan het werven? Met TI kun je dat soort informatie vergaren, en je voordeel ermee doen. Ook kun je nieuwe talentpools ermee ontdekken én argumentatie verzamelen om intern anders te gaan kijken en werven. Ooit was Big Data een trend. Nu is het A.I. Ik denk dat Talent intelligence ze allemaal aan elkaar verbindt. Jouw eigen inzichten gecombineerd met externe data en een saus van A.I. daaroverheen om je doelgroep te verleiden.’

Grip op je belangrijkste resource

Talent Intelligence is volgens hem onmisbaar om grip te krijgen op de allerbelangrijkste resource in je organisatie: mensen. ‘Zij die dit onder de knie hebben, hebben nooit last van de vergrijzing of andere verrassingen op de markt. Alle wervingssuccessen kennen twee ingrediënten: visie en data. Talent Intelligence zorgt voor het laatste en is de brandstof voor visie. Zowel het kennen van je doelgroep, als van de arbeidsmarkt is essentieel in het winnen van de war for talent. Zonder Talent Intelligence is praten over de war for talent een lege huls. En je rent ook het slagveld niet zomaar op zonder geweer.’

‘Je rent ook niet zomaar zonder geweer het slagveld op.’

Zijn visie sluit aan bij die van Draup, een Talent & Sales Intelligence Platform uit het Indiase Bengalore, dat ook grote voordelen schetst van een meer datagedreven aanpak van recruitment. ‘Talent Intelligence kan de kosten reduceren, het proces verbeteren, en de time-to-fill reduceren’, aldus CEO Vijay Swaminathan, zelf een van de sprekers op de eerste editie van de Global Talent Intelligence Conference. ‘TI biedt inzicht in de (in)effectiviteit van de huidige benaderingen voor het werven en managen van talent en helpt ons onze systemen te herzien’, zegt hij. Zonder data geen kans op verbetering, met andere woorden.

Meer weten?

Koop hier je tickets voor de Global Talent Intelligence. Of neem contact op voor informatie over groepstickets.

GTIC

Waarom de onderbuik ons in het sollicitatiegesprek bijna altijd op het verkeerde been zet

We hadden al langer zo’n vermoeden. Maar grootschalig nieuw meta-onderzoek bevestigt het nog maar eens: het sollicitatiegesprek heeft nauwelijks zin. Of ze nu gestructureerd of ongestructureerd gevoerd worden, zulke gesprekken kunnen slechts 9% van de variatie in prestaties van medewerkers verklaren, waardoor maar liefst 91% niet wordt meegerekend. Interviewers dénken meestal wel dat ze heel goed bepaalde vaardigheden bij hun kandidaten kunnen inschatten, maar in de praktijk blijkt daar maar heel weinig van, aldus de onderzoekers, die hiervoor een steekproef van meer dan 30.000 mensen beoordeelden.

‘Sollicitatiegesprekken zijn vaak kookwedstrijden waarbij je de gerechten niet mag proeven.’

Sterker nog: de uitslag van veel sollicitatiegesprekken wordt juist bepaald door het onderbuikgevoel van een interviewer over een kandidaat, oftewel onbewuste vooroordelen. Het is vaak alsof een doorgewinterde chef-kok een kookwedstrijd moet jureren, maar in plaats van de gerechten te proeven, alleen de deelnemers mag interviewen over hun recepten, aldus de aan de TU Eindhoven verbonden organisatieadviseur Llewellyn E. van Zyl. ‘Klinkt absurd, toch? Toch is dit sollicitatieproces precies hoe we het leeuwendeel van de aanwervingen de afgelopen 200 jaar hebben aangepakt.’

Geen nauwkeurig instrument

Van Zyl heeft nog een mooie analogie over sollicitatiegesprekken. ‘Het is alsof je de uitkomst van een schaakwedstrijd probeert te voorspellen door te kijken hoe de spelers het bord opstellen.’ Oftewel: ze missen hoe dan ook het grootste deel van hoe goed iemand het zal doen in een baan. Of we nu behavioural questions stellen, of vragen naar taakgerelateerde of interpersoonlijke vaardigheden te beoordelen, sollicitatiegesprekken zijn eigenlijk altijd weinig nauwkeurig, zegt hij, verwijzend naar de meta-analyse. ‘En die illusie dat het een nauwkeurig instrument is, komt bedrijven duur te staan.’

‘Het is alsof je de uitkomst van een schaakwedstrijd probeert te voorspellen door te kijken hoe de spelers het bord opstellen.’

Of het nu gaat om gestructureerde of ongestructureerde interviews, het sollicitatiegesprek slaagt er volgens het onderzoek niet in om de potentiële prestaties van een kandidaat te voorspellen. ‘Bovendien zijn interviews even middelmatig in het voorspellen van zowel taakspecifieke vaardigheden als breder contextueel gedrag. Dit suggereert dat de standaard interviewopmaak een te bot instrument kan zijn om de nuances van diverse functievereisten vast te leggen’, aldus Van Zyl, die bovendien stelt dat je onmogelijk steeds hetzelfde one-size-fits-all-instrument kunt gebruiken om capaciteiten in diverse functies te beoordelen.

En dan hebben we de bias nog

En dan hebben we natuurlijk nog het probleem van de onbewuste vooroordelen, die ons objectieve oordeel in een sollicitatiegesprek altijd in de weg zitten. ‘Zelfs met gestructureerde formats en scoresystemen zijn we allemaal gevoelig voor het vellen van snelle oordelen op basis van factoren die niets te maken hebben met de functie’, stelt Van Zyl. ‘Het uiterlijk van een kandidaat, zijn of haar spreekstijl of zelfs hoe bekend hij of zij bij ons is, kan onze beslissingen onbewust beïnvloeden. Misschien beïnvloedt het charisma van een kandidaat ons of voelen we een band omdat hij of zij ons aan onszelf doet denken.’

‘Uiteindelijk nemen we mensen aan die goed zijn in sollicitatiegesprekken, niet per se zij die goed zijn in de baan.’

Hij noemt in het bijzonder ook het halo-effect, waarbij één positieve eigenschap onze hele indruk van een persoon kleurt, als problematisch. ‘Een charismatisch antwoord op de eerste vraag kan latere misstappen overschaduwen, terwijl een enkel ongemakkelijk moment in het begin onze perceptie van een anders bekwame kandidaat ten onrechte kan bederven. Dit effect is zo sterk dat het de werkelijke vaardigheden en competenties die cruciaal zijn voor de baan kan overschaduwen. Uiteindelijk nemen we dus mensen aan die goed zijn in sollicitatiegesprekken, maar niet per se goed zijn in de baan.’

De mythe van de fit

Ander probleem met sollicitatiegesprekken is volgens hem dat ze nogal neigen naar het zoeken naar een wederzijdse ‘fit‘. ‘Hoewel het logisch klinkt om kandidaten te kiezen die aansluiten bij de bedrijfswaarden en teamdynamiek, leidt deze aanpak vaak tot homogeniteit in plaats van diversiteit. Als bedrijven prioriteit geven aan cultural fit, creëren ze vaak teams die hetzelfde denken, doen en eruit zien. Hoewel dit een harmonieuze en gemoedelijke werkomgeving kan creëren, betekent het feit dat een kandidaat bij een groep past nog niet dat hij of zij de juiste ervaring, vaardigheden en capaciteiten heeft om goed te presteren in de functie.’

‘Sollicitatiegesprekken leiden tot een risico op echokamers, waar nieuwe ideeën en perspectieven zeldzaam zijn.’

Dit leidt niet alleen tot een risico op ‘echokamers, waar nieuwe ideeën en perspectieven zeldzaam zijn’, maar staat ook vaak een goede inhoudelijke beoordeling van iemands persoonlijke capaciteiten om in de rol te presteren en groeipotentieel in de weg. Volgens Van Zyl kunnen we het sollicitatiegesprek daarom beter zoveel mogelijk overslaan, en in plaats daarvan liever vertrouwen op assessments (denk: job simulations, work sample tests en skills assessments) en dieper onderzoek naar iemands prestaties in het verleden. En als je dan tóch een gesprek wil voeren, ‘kijk dan liever naar ‘cultural contribution‘ in plaats van naar cultural fit.’

Huiveringwekkende verhalen

Dat sluit trouwens ook beter aan op de praktijk, waaruit nog steeds geregeld huiveringwekkende verhalen over sollicitatiegesprekken boven komen. Zoals dat van IT’er Matt Stancliff, die recent zijn ervaring met job interviews deelde, en daarbij zich onder meer afvroeg waarom in een vakgebied onervaren interviewers zelf toch steeds weer ervan overtuigd zijn dat ze de wél meer ervaren kandidaten goed zouden kunnen beoordelen. ‘De meeste IT-interviews zijn bovendien net zo relevant als bij bakkers vragen hoe elektronenbanen gluten binden en waarbij je vervolgens alle bakkers afwijst die niet direct een geldige orbitale configuratie tekenen.’

‘De hele IT-industrie accepteert blijkbaar gewoon dat kandidaten negatieve en vernederende sollicitatiegesprekken moeten voeren.’

De hele IT-industrie accepteert gewoon ‘dat kandidaten negatieve en persoonlijk vernederende sollicitatiegesprekken moeten voeren waarbij ze worden ondermijnd door een vaag gevoel van sociale superioriteit van de interviewers’, aldus Stancliff. ‘Blijkbaar hebben ze lang geleden besloten om liever de verkeerde mensen de juiste tests te laten passeren in plaats van mensen rond ervaring, capaciteiten en ambitie te evalueren.’ En het vreemdste is volgens hem nog wel ‘dat het in de afgelopen 20 jaar overal op dezelfde manier steeds erger lijkt te worden.’

Lees ook

 

Duitse arbeidsmarkt telt in 2040 maar liefst 8,3 miljoen geschoolde mensen minder

Werkloosheid? Eigenlijk in heel Centraal-Europa hoeft er niet echt meer voor gevreesd te worden, blijkt uit nieuw onderzoek van Stocklytics.com. Met name als je enige scholing achter de rug hebt, lijkt een baan de komende jaren wel gegarandeerd. In de grootste economie van Europa, Duitsland, heeft de schaarste aan gekwalificeerde arbeidskrachten zelfs ‘een kritiek niveau bereikt’, aldus de onderzoekers. ‘En de omvang van dit probleem zal in de toekomst alleen maar toenemen.’

duitse

Volgens de onderzoeksgegevens zal het aantal skilled werknemers in Duitsland tegen 2040 naar verwachting dalen tot 23,3 miljoen. Dat is ongeveer een kwart minder dan het aantal nu. Niet gek dus dat het Duits Economisch Instituut verwacht dat het tekort aan geschoolde arbeidskrachten de komende 15 jaar een grote impact zal hebben op de industrie in de regio. Tegen 2025 zal heel Centraal-Europa kampen met een krappe arbeidsmarkt, aldus de onderzoekers, waarbij het aantal vacatures zal toenemen en de werkloosheid zal dalen tot een historisch dieptepunt.

Economen hebben berekend dat de economische groei dit jaar meer dan 1% hoger zou zijn als er voldoende werknemers waren.

Volgens een recente studie van het Duits Economisch Instituut is er momenteel al een tekort van ongeveer 573.000 geschoolde werknemers in het buurland. Economen hebben berekend dat de economische groei dit jaar meer dan 1% (oftewel: 49 miljard euro) hoger zou zijn als er voldoende werknemers waren. Dat is veel, zeker als je bedenkt dat de economische prognoses voor 2024 een groei van slechts 0,2% voorspellen.

Krimp en vergrijzing

De vergrijzende bevolking, lage geboortecijfers en een toenemende vraag naar hooggekwalificeerde professionals zorgen er gezamenlijk voor dat het personeelstekort volgens de onderzoekers nu het op één na grootste bedrijfsrisico voor Duitse bedrijven is geworden. Tegen 2035 zal de Duitse arbeidsmarkt naar verwachting een tekort hebben van nog eens 4,3 miljoen geschoolde arbeidskrachten, waardoor hun totale aantal zal dalen tot 25,7 miljoen. In 2040 zal de totale Duitse beroepsbevolking te maken hebben met een krimp van 5,5 miljoen mensen, ondanks een toename van het aantal hoogopgeleide werknemers.

‘Op het oude continent heeft tegen 2040 meer dan een kwart van de bevolking zijn pensioen bereikt.’

‘Het oude continent staat voor een toekomst waarin tegen 2040 meer dan een kwart van de bevolking de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt’, aldus de onderzoekers. Tegelijkertijd constateren ze dat onderwijs- en opleidingssystemen zich nauwelijks hebben gericht op de vaardigheden die nodig zijn om werknemers die met pensioen gaan te vervangen of om te voldoen aan de vraag naar arbeidskrachten in groeiende industrieën, zoals ICT en kunstmatige intelligentie. ‘Deze problemen oplossen is essentieel om het concurrentievermogen van Europa veilig te stellen’, concluderen ze dan ook, min of meer ten overvloede.

Bijdragen aan een oplossing?

Zin om bij te dragen aan een oplossing in de Duitse arbeidsmarkt? Werf& organiseert in september voor in de DACH-regio geïnteresseerde recruitmentpartijen de allereerste Webinar Tage in de geschiedenis samen met haar internationale zusje, totalent.eu. De webinars zullen gratis te bekijken zijn voor de doelgroep. Klik op de link voor meer informatie:

Partner Brochure

Kunnen innovatie en data de sleutel zijn voor de tekorten in de zorg?

Recente congressen over medische technologie lieten geen ruimte voor twijfel: de zorg kampt met ernstig tekorten aan personeel. Het gevolg: hoge werkdruk en uitval, wat leidt tot een neerwaartse spiraal van fouten en problemen – en zo een nog minder aantrekkelijk werkklimaat. Hoewel veel oplossingen werden gepresenteerd in de vorm van technologische innovaties, zoals prikrobots en generatieve A.I. voor administratieve taken, moeten we beseffen dat deze technologieën niet voldoende zijn om de 200.000 extra zorgmedewerkers die we over 10 jaar nodig hebben, te vervangen.

Digitalisering en robotisering vragen een fundamentele herziening van hoe we het werk organiseren.

Digitalisering en robotisering bieden weliswaar kansen, maar als we het werk niet structureel anders organiseren, blijven werkdruk, hoog verzuim en leegloop de zorgsector teisteren. A.I. kan ons dan ook helpen, niet door mensen te vervangen, maar door hen juist te ondersteunen bij het effectiever inzetten van schaarse middelen. Dit vraagt om een fundamentele herziening van hoe we het werk organiseren.

Strategie en innovatie: meer dan losse initiatieven

Joep de Groot, CEO van zorgverzekeraar CZ, benadrukte tijdens het ICT&health congres dat het gebrek aan personeel centraal moet staan in elke strategie van elke zorgorganisatie. Toch blijft men vaak hangen in ad-hoc oplossingen om de gaten te vullen. Wat we nodig hebben, is een strategische aanpak die verder gaat dan losse initiatieven, zei hij.

Enkele voorbeelden van initiatieven die nu in de spotlights staan zijn:

  • Betere begeleiding en traineeships voor studenten en stagiaires.
  • Een ‘eerste 1.000 dagen’-beleid voor nieuwe zorgmedewerkers.
  • Harmonisatie van processen tussen verschillende afdelingen.
  • Gebruik van kleurcodes voor bezettingsgraden op de SEH.
  • Inhuren van studenten als scribes voor administratieve ondersteuning.
  • Zelfroosteren voor meer autonomie en minder roostergaten.
  • Slimme roostersoftware voor het opvullen van roosterproblemen.
  • Gesprekken voeren met medewerkers om te ontdekken hoe zij meer uren zouden kunnen werken.
  • Mogelijkheden voor combifuncties.
  • Taakkaarten voor een betere indeling van rollen
  • Automatisering van taken zoals prikrobots en generatieve A.I.

De kern: intrinsieke motivatie en talentontwikkeling

De essentie van het aanpakken van het personeelstekort ligt in een integrale aanpak, waarbij de intrinsieke motivatie van zorgmedewerkers centraal staat. Het Japanse concept van Ikigai, waarbij mensen langer leven door zich betekenisvol te voelen in hun gemeenschap, biedt hiervoor mooie aanknopingspunten. Het is cruciaal om vast te leggen wat medewerkers kunnen en willen, en taken toe te wijzen op basis van deze inzichten, niet op basis van functieomschrijvingen.

Evelien van Leeuwens promotieonderzoek over duurzame inzetbaarheid toont het belang aan van het kennen van de competenties en ambities van medewerkers. Zij benoemt hierbij 4 randvoorwaarden: maatwerk, ondersteuning, erkenning en stimulatie. Door betere combinaties van talent en werk te maken, kunnen we het personeelstekort effectief aanpakken.

Een cultuur van vertrouwen en autonomie

Tijdens de pandemie bleek dat herverdeling van taken en functies vaak mogelijk is en zelfs positieve ervaringen oplevert. Terugkeren naar de oude manier van werken is een gemiste kans. Zorgprofessionals verdienen het vertrouwen om meer zelf te bepalen waaraan ze werken en met wie, zodat zij zich meer verantwoordelijk kunnen voelen en de werkdruk afneemt.

A.I. kan helpen bij datagedragen beslissingen, wat essentieel is voor het decentraliseren van de zorg.

Op diverse podia hebben wij daarnaast het belang van A.I.-geletterdheid voor zorgmedewerkers besproken. A.I. kan helpen bij datagedragen beslissingen, wat essentieel is voor het decentraliseren van de zorg. Dit vergt echter een cultuur waarin fouten maken – binnen bepaalde marges – is toegestaan, en dat vraagt om leiderschap, autonomie, minder regeldruk en sociale innovatie.

De stem van de zorgmedewerker

Wat vaak ontbreekt op congressen is het perspectief van de zorgmedewerker zelf. Wat willen zij? En wat kunnen zij? Onze ervaring leert dat medewerkers vaak meer kunnen en willen dan hun functieprofielen suggereren. Door te weten wat elke medewerker kan, wil leren en ambieert, kunnen we hun potentieel optimaal benutten. Stel je voor dat zorgmedewerkers precies weten wat hun vaardigheden en talenten zijn, en welke kansen er voor hen liggen. Dat deze informatie wordt aangevuld door een systeem dat getraind is met data van miljoenen andere zorgmedewerkers.

Het is tijd om het goud in de zorg te ontdekken en optimaal te benutten.

Dit zou ons in staat stellen om betere verbindingen te maken tussen personen en werkzaamheden. Laten we daarom beginnen met het verzamelen van gegevens over wat zorgmedewerkers kunnen, doen en willen doen. Zorg voor talent en inzicht in dat talent. Het is tijd om het goud in de zorg te ontdekken en optimaal te benutten, voor nu en in de toekomst.

Over de auteurs

Sietske Rozie is expert op het gebied van Artificiële Intelligentie in de gezondheidszorg. Ze werkte van 2004 tot 2022 als arts, waaronder 7 jaar als radioloog. Daarnaast was en is zij werkzaam bij Businessschool TIAS waar zij momenteel gastdocent Artificiële Intelligentie is.

Laurens Waling is Chief Evangelist voor 8vance.

Onzekerheid slaat toe op markt voor interim professionals: -15% aan opdrachten

De hoogtijdagen van de krappe arbeidsmarkt lijken niet alleen voorbij waar het gaat om vaste vacatures. Ook op de markt voor interim professionals is een duidelijke kentering zichtbaar. Althans; uit de Planet Interim Index, gebaseerd op gegevens van het gelijknamige online matchingsplatform voor hoger opgeleide interim professionals, blijkt dat in het eerste half jaar van 2024 de vraag inzakte met maar liefst zo’n 15%. En dat vrijwel over de hele linie. Het leidde uiteindelijk tot de laagste stand in 3 jaar.

Planet Interim Index 2024 H1

‘De interim markt lijkt in 2024 sterk te worden beïnvloed door zowel economische als politieke factoren’, concludeert Niels van Berkel, initiatiefnemer van Planet Interim. ‘De onzekerheid veroorzaakt door de Wet DBA en Wet VBAR lijkt bij de dragen aan de afname van opdrachten en het aanbod van professionals. De markt past zich aan aan deze nieuwe realiteiten, met bedrijven die voorzichtig zijn met hun uitgaven en professionals die zoeken naar stabiliteit in een veranderende omgeving.’

‘Budgettaire beperkingen’

Voor de Planet Interim Index kijkt Van Berkel niet alleen naar zijn eigen platform, maar ook naar de gegevens van meer dan 350 andere bemiddelaars en MSP’s (managed services providers). Hieruit blijkt dat de daling van de vraag over de hele linie te zien is, maar met name bij vakgebieden als Procurement & Logistics en Office & Facility Management, wat volgens Van Berkel kan duiden op ‘budgettaire beperkingen en economische onzekerheid’. Ook heeft hij het over ‘verzadiging van de markt’ die een rol kan spelen.

‘Velen kiezen vanwege de onzekerheid mogelijk voor langdurige projecten of vaste posities.’

Opvallend is aan de andere kant wel dat de dalende vraag zich nog niet lijkt te vertalen in meedalende uurtarieven. In bijvoorbeeld Finance, Banking & Insurance en Legal & Tax blijven de geboden tarieven stabiel, of stijgen zelfs nog. ‘Dit kan wijzen op een verhoogde vraag naar gespecialiseerde kennis, ondanks de algemene afname in opdrachten.’ Wel laat de Index zien dat het aantal nieuwe inschrijvingen of updates van professionals in de meeste vakgebieden afneemt. ‘Dit betekent dat het aanbod van beschikbare interim professionals daalt. Velen kiezen vanwege de onzekerheid mogelijk voor langdurige projecten of vaste posities.’

Paradox verklaard

Van Berkel heeft wel een verklaring voor die ogenschijnlijke paradox van stijgende tarieven en dalende vraag. ‘Bedrijven lijken voorzichtiger met hun uitgaven en richten zich mogelijk meer op specifieke, noodzakelijke expertise, wat resulteert in stijgende tarieven voor gespecialiseerde vaardigheden.’ Dus toch nog schaarste, schetst hij. Het is vooral de onzekerheid in de markt die volgens hem dus de vraag drukt. ‘De gecombineerde impact van de wet DBA en VBAR leidt tot minder opdrachten, doordat opdrachtgevers risico’s vermijden, en een daling in het aantal nieuwe inschrijvingen van professionals door de verhoogde onzekerheden.’

Planet Interim Index 2024 H1

Ten opzichte van het eerste kwartaal van dit jaar was overigens in het tweede kwartaal in een flink aantal vakgebieden wel weer iets van groei in het aantal opdrachten te zien. Zo kende de HR-beroepsgroep in het tweede kwartaal ruim 8% meer opdrachten dan in het tweede kwartaal, terwijl het aantal beschikbare professionals voor die opdrachten met bijna 27% terugliep. Dit komt waarschijnlijk ‘omdat veel HR-professionals al opdrachten hebben gevonden’, aldus Van Berkel, die deze ontwikkeling ook toeschrijft aan ‘een verschuiving naar meer gespecialiseerde HR-rollen, wat bijdraagt aan deze dynamiek’.

‘Weer lekker in loondienst’

De bevindingen van Planet Interim sluiten aan bij die van de KvK, dat bij het verschijnen van zijn recente Trendrapport Q2 2024 ook al constateerde dat er mogelijk sprake is van ‘een verzadiging van het aantal ondernemers in bepaalde sectoren’, zoals ondernemer en bijzonder hoogleraar Tilburg University het uitdrukte. In het tweede kwartaal van dit jaar nam het aantal zelfstandige ondernemers dat stopt toe ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar, terwijl het aantal starters juist afnam. Ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar waren er 11,7% meer ‘stoppers’, en juist 9,2% minder starters.

‘Veel (jonge) mensen kiezen een dienstverband om zo meer zekerheid te hebben.’

‘We merken dat het veel mensen het weer prettig vinden om in loondienst te gaan, onder meer doordat de afgelopen jaren cao’s aantrekkelijker zijn geworden. Ook kiezen veel (jonge) mensen een dienstverband om meer zekerheid te hebben’, aldus ondernemersadviseur Paul van Eijck. Ook het wetsvoorstel VBAR noemt hij als waarschijnlijke verklaring voor de afname van het aantal starters. Bij de toename van de stoppers ziet hij de personeelstekorten overigens ook een rol spelen. ‘Veel mkb’ers kampen hiermee waardoor het lastig is om hun zaak draaiende te houden. Ook horen we steeds vaker dat bedrijfseigenaren geen opvolger kunnen vinden.’

Meer info over de Planet Interim Index 2024

Lees ook

De afgewezen sollicitanten slaan terug…

Het is duidelijk te merken dat de arbeidsmarkt aan het kantelen is. Zeker op sociale media. Waar ze een paar jaar geleden nog aardig leken op te drogen, zijn verhalen over (en ván) afgewezen sollicitanten momenteel in elk geval weer aan de orde van de dag. Dat levert vaak veel verbazing op, bijvoorbeeld over de snelheid van de afwijzing, of over de blije toon die organisaties kiezen als ze kenbaar maken toch liever met een interne kandidaat verder te gaan. Maar pas op… afgewezen sollicitanten slaan ook steeds vaker terug via sociale media.

Soms gaan de verhalen over de afgewezen kandidaten zelfs viraal en bereiken zo de meer traditionele media. Zoals het verhaal van de gefrustreerde kandidaat die het gevoel uitte aan het lijntje gehouden te zijn, omdat er geen salarisrange in de vacature vermeld stond. Toen de recruiter hierop antwoordde dit bewust te doen, om zo geen kandidaten aan te trekken die alleen op het geld afkomen, antwoordde de sollicitant gevat: What money? De post die daarover vervolgens online verscheen, trok vervolgens al snel meer dan 10 miljoen bezoekers.

In de commentaren bij de post valt vooral veel bijval voor de betreffende kandidaat te lezen. Niet alleen trouwens omdat ze vinden dat de organisatie gewoon het salaris van tevoren bekend had moeten maken, zodat de sollicitant zijn of haar tijd niet zou verdoen, maar ook omdat het zeer onprofessioneel is van zowel de recruiter als de vacaturehouder om (blijkbaar) te laat op de afspraak te verschijnen, en de kandidaat wekenlang te laten wachten op een uiteindelijke beslissing.

Alleen geïnteresseerd in een blowjob

In India kreeg een heel andere afwijzing recent de aandacht van vele media. Het was hier de Amerikaanse ondernemer Tony Klor, oprichter van Cat Off Gaming, die – zelf verhuisd van San Francisco naar Bengalore – zijn ervaringen deelde met hoe een enkele Indiase sollicitant met een afwijzing omging.


Als Klor vraagt of hij de moeder van de kandidaat moet bellen om persoonlijk sorry te zeggen voor de afwijzing, volgt een opmerkelijk antwoord. En vraagt hij of de kandidaat nog geïnteresseerd is in de baan, volgt een antwoord waarbij vertaling helemaal overbodig lijkt. Een chutya, om duidelijk te zijn, betekent in het Hindi overigens zoiets als: idioot. Ook deze post ging vrij snel viral. En ja, je ziet ze inderdaad niet veel: kandidaten die zó los gaan na een afwijzing. Maar het kan natuurlijk ook heel frustrerend zijn, steeds maar weer ‘nee’ te moeten horen…

Kickstarter? Echt?

Ook de meest bijzondere afwijzingsmails kom je op deze manier tegen. Zo stuitte Matt Charney, oprichter van RecruitingDaily, deze week op een mail die de kandidaat geen cadeautje of korting op een product bood (zoals bij Rituals, Tony’s Chocolonely, Hunkemöller en Sonos gebruikelijk is), maar de kans op korting bij een bijdrage op Kickstarter. Oftewel: je bent niet goed genoeg om er te komen werken, maar ze willen wel graag een financiële bijdrage van je. ‘Wat voor sociopaat doet zoiets’, vraagt Charney zich vervolgens af.

Zo blijkt maar weer: goed afwijzen, het is zo makkelijk nog niet. Maar het is een vaardigheid die wel steeds belangrijker wordt. Als je in elk geval niet met jouw afwijzing op sociale media door het slijk gehaald wil worden… (Zoals ze bij het Amerikaanse IT-bedrijf Elite Software Automation ongetwijfeld kunnen navertellen).

Lees ook