7 recruitment- en HR-lessen van ware talentmagneten

Je hebt employer brands die zo sterk zijn dat werving hen bijna geen moeite lijkt te kosten. En dat zijn echt niet altijd de ‘grote jongens’. In alle sectoren, in alle vormen, komen ze voor. Wat is hun geheim? Hoe kijken ze naar hun recruitment en HR? In de podcastserieTalentmagneten‘ gaat Jasper Ordelman (Employer Branding Company) daarvoor op onderzoek uit. Hier 7 van de lessen die hij in die tijd leerde.

#1. Dopper: cultural fit voorop

Bij het Haarlemse Dopper hebben ze een duidelijke missie: plasticvervuiling in zee tegengaan, door mensen kraanwater te laten drinken in plaats van water uit plastic wegwerpflesjes. Die missie trekt veel getalenteerde en gedreven mensen aan, vertelt CEO Virginia Yanquilevich, maar vooral de cultural fit is daarbij voor haar een belangrijk selectiecriterium. Daarom schuift ze zelf altijd aan bij de tweede sollicitatieronde. Ze voelt direct of iemand goed bij Dopper past, vertelt ze. En als de juiste kandidaat niet voorbijkomt? Dan blijven ze rustig doorzoeken, ook al betekent dit dat de functie een langere tijd niet wordt vervuld.

#2. Effectory: continue feedback

Weinig bureaus voor medewerkeronderzoek zijn zo bekend als het oorspronkelijk Amsterdamse Effectory, dat nu zelfs ook vanuit München en Kaapstad opereert. Maar hoe doen ze het zelf eigenlijk? Wat is er waar van walk the talk? Het geheim zit vooral in ‘continue feedback’, vertelt oprichter Guido Heezen. En niet in cultuurboekjes. Ze hebben dat in het verleden wel geprobeerd, zegt hij, ‘maar zodra de cultuur was vastgelegd in een document voelde het ineens nep en opgelegd.’

‘Zodra de cultuur was vastgelegd in een document voelde het ineens nep en opgelegd.’

De oplossing ligt volgens hem ook niet in: meer management. We moeten verantwoordelijkheden juist lager in de organisatie durven neerleggen, zegt hij. Zelf werkt Effectory al sinds 2002 via zelfsturing. Geen one-size-fits-all voor elke organisatiestructuur, denkt hij, maar je medewerkers de ruimte geven en naar ze luisteren is volgens hem hoe dan ook nodig. ‘Inspireer je mensen en maak ze deelgenoot van je koers, zodat ze aangehaakt blijven. Zo blijft de werkende wereld ook in onzekere tijden mooi en boeiend.’

#3. Lidl: steeds testen en aanpassen

Dan over naar Sophie Geerts, HR-directeur van Lidl, dat voor het derde jaar op rij is benoemd als Top Employer. Geerts begon 13 jaar geleden als managementtrainee bij Lidl en zit nu met haar 36 jaar in de hoofddirectie. Dit zegt veel over de cultuur en de kansen bij Lidl, vertelt ze. Ook blijkt hier het doormeten van de hele employee lifecycle tegenwoordig een belangrijk onderwerp. Van een onboarding-app tot een exittool, waarbij alle vertrekkende medewerkers dezelfde vragen krijgen voorgelegd.

‘We testen continu: wat we vertellen tijdens een sollicitatiegesprek, is dat ook wat je ervaart in de praktijk?’

‘Daarmee maken we alles meetbaar. Wat we vertellen tijdens een sollicitatiegesprek, is dat ook wat je ervaart in de praktijk? Dat evalueren we continu’, vertelt ze. En dat levert volgens haar soms ook nuttige aanpassingen op. ‘Op een gegeven moment merkten we best een hoog verloop onder assistent supermarktmanagers. Dan bleek dat we het verhaal aan hen net iets te mooi hadden verteld. Dat passen we dan aan voor de toekomst.’

#4. Zoku: hotel met een purpose

In Amsterdam barst het van de hippe werkplekken. Neem het Zoku Hotel, dat een rustige, warme werkomgeving biedt. Huiselijk. Bij Zoku werken veel millennials en die doen dat met veel plezier en overtuiging, merkte Ordelman. In gesprek met HR Manager Fleur Minke leerde hij hoe dat kwam. Want hoewel het in de basis een hotelconcept is, kiest Zoku bewust ervoor om mensen buiten de hotelbranche aan te nemen, vertelt zij.

‘Juist mensen uit andere sectoren zorgen voor frisse blikken.’

‘Juist mensen uit andere sectoren zorgen voor frisse blikken. Het horecapersoneel moet kunnen levelen met de gasten en zo werken er mensen vanuit allerlei sectoren: van een kapper of danseres tot mensen uit de financiële wereld en de techindustrie.’

Zoku (Japans voor tribe of familie) is in 2016 geopend, met als missie om mensen en ideeën samen te brengen. Hoe kunnen we reizende professionals zich helemaal laten thuisvoelen in de stad waar ze werken? Vijf jaar lang is gewerkt aan het antwoord op deze vraag. Met Zoku als resultaat. Zoku brengt ook haar werknemers, Zokus genaamd, samen. Er werken hier 70 Zokus met 26 verschillende nationaliteiten. Veel collega’s zijn nieuw in Amsterdam, zonder een groot netwerk. Door de focus op het samenbrengen voelt de werkplek als een warm bad en ontstaat er een grote familie.

‘Het B Corporation certificaat werkt als een magneet voor talent, want millennials willen purpose.’

Vorig jaar heeft Zoku haar B Corporation-certificaat gehaald, een soort keurmerk voor maatschappelijk betrokken organisaties. Zoku scoort hier met name hoog met haar missie om de eenzaamheid te verminderen. Het B Corporation certificaat werkt als een magneet voor talent, want veel sollicitanten komen nu via B-corps banensites. Dit bevestigt maar weer hoe belangrijk millennials een maatschappelijke purpose in hun werk vinden. Minke denkt dan ook dat de verschillen tussen generaties tegenwoordig groter zijn dan culturele verschillen. Millennials begrijpen elkaar als geen ander, ongeacht afkomst of taal, vertelt ze.

#5. Euro Caps: niet bang voor overkwalificaties

Nog een bijzonder bedrijf vond Ordelman bij Euro Caps, marktleider op het gebied van private label koffiecups. Hier sprak hij oprichter en CEO Nils Clement, over wat belangrijk is voor een goede sfeer op de werkvloer en waarom het belangrijk is om zijn mensen te laten groeien. Zijn motto: ‘Als je goed bent voor je mensen, zijn je mensen ook goed voor jou.’

Het motto van Nils Clement: ‘Als je goed bent voor je mensen, zijn je mensen ook goed voor jou.’

Euro Caps levert momenteel aan 42 landen en produceert elke maand meer dan 100 miljoen (!) koffiecups in twee fabrieken. Op dit moment werken er 450 mensen. Hiermee is het bedrijf de grootste werkgever in de Spaanse Polder in Rotterdam. En het wordt alleen maar groter; aan een derde fabriek wordt gebouwd.

Veel staat hier in het teken van groei, merkt Olderman. De organisatie groeit, maar er is ook volop aandacht voor de groei en ontwikkeling van de mensen. Zo is er een Euro Caps Academy om de mensen verder op te leiden en kun je goed doorgroeien binnen het bedrijf. De tip van Clement: daag je talent uit en wees niet bang om mensen aan te nemen die te goed lijken voor de job. Geef ze alle ruimte en ze zullen je bedrijf verder helpen.

#6. Sinner: ook goed voor ex-collega’s

Over naar weer een heel andere tak van sport: het succesvolle lifestylemerk Sinner. Van oorsprong een zonnebrillenmerk, maar inmiddels veel meer dan dat, en in 36 landen te koop, vertelt eigenaar Paul Bijvoet. Zijn motto: actie! Want als je geen keuzes maakt staat alles stil. En dat is slecht voor de business.

Actie wordt binnen Sinner gevoeld en gevoed, onder andere door de kickbokslessen die tijdens werktijd op kantoor worden aangeboden. Zo blijft iedereen bij Sinner fit en scherp. Momenteel telt het bedrijf in Weesp zo’n 40 medewerkers. ‘Zonder mijn mensen ben ik niets’, zegt de ondernemer. Daarom ook dat hij goed voor zijn mensen zorgt. Hij geeft iedereen zoveel mogelijk ruimte en autonomie, maar die moet je dan ook pakken. Liever een slechte keuze dan geen keuze.

Bij het Sinner-kerstfeest zijn ook klanten en oud-collega’s welkom.

Bijvoet legt de verantwoordelijkheid het liefst zo laag mogelijk in de organisatie, vertelt hij. Natuurlijk maken medewerkers fouten, maar daar leren ze alleen maar van, is zijn overtuiging. Het teamgevoel is groot bij Sinner. De borrels en feestjes op kantoor helpen hierbij, net als de jaarlijkse skitrip met het hele bedrijf. En bij het Sinner-kerstfeest zijn ook klanten en oud-collega’s welkom. En die komen ook volop, omdat het familiegevoel blijft, ook al werk je inmiddels ergens anders.

#7. St. Janschool: blijven doorzoeken

Gaat het hier dan alleen maar om snelgroeiende bedrijven en bedrijfjes? Nee, geenszins. Ook in de non-profit zijn heuse talentmagneten te vinden. Zoals de St. Janschool, een basisschool in Amsterdam West. Want waar bijna alle scholen in de hoofdstad kampen met een lerarentekort, heeft directeur Jan Bakker hier zijn personeelsbestand goed op orde. Sterker nog, in de afgelopen 3 jaar had zijn school een ongekend laag ziekteverzuim van onder de 1%.

De St. Janschool ligt aan een rustig pleintje met een doodlopende weg. De school zit hier al 93 jaar, en veranderde in de jaren 90 van een arbeidersschool in een zwarte school. Mede door een buurtinitiatief begin deze eeuw kwamen er weer steeds meer witte kinderen bij en zo werd de school een van de eerste geslaagde gemengde scholen in Amsterdam. De school telt tegenwoordig 450 kinderen van 30 verschillende nationaliteiten.

‘Je mag zijn wie je bent en worden wat je kunt. Dat geldt hier zowel voor de kinderen als voor alle medewerkers.’

Bakker is al vanaf 1985 directeur. Hij is er in al die jaren in geslaagd om goede leerkrachten aan te trekken (en te behouden). En tijdelijke tekorten door ziekte zijn er nauwelijks, want er is bijna nooit iemand ziek. ‘Je mag zijn wie je bent en worden wat je kunt. Dat is de visie van de St. Janschool. Dit geldt zowel voor de kinderen als voor alle medewerkers’, legt hij uit.

Ondanks de grote lerarentekorten, blijft hij altijd kritisch op wie hij aanneemt, zegt hij. Want twee jaar een slechte leerkracht betekent geen havo, maar een vmbo-t advies. Daarom zoekt hij altijd door totdat de juiste kandidaat is gevonden, in plaats van de eerste de beste leerkracht aan te nemen. En dat lukt nog altijd.

‘Twee jaar een slechte leerkracht betekent geen havo, maar een vmbo-t advies.’

Bakker begrijpt de kracht van communicatie. Je moet reclame maken voor je school, zonder de dingen mooier te maken dan ze zijn, vertelt hij. Transparant zijn. De website is dan ook goed op orde, altijd up-to-date. Er is een mooi filmpje over de school te vinden dat heel goed de sfeer op school overbrengt. Dat helpt. Daarnaast zijn de ouders belangrijke ambassadeurs, vertelt hij. Voor het aantrekken van nieuwe kinderen, maar ook voor het binnenhalen van enthousiaste leerkrachten.

Lees ook

Hoe Kruidvat de allerbeste kandidaten aanspreekt en een warm welkom geeft (inzending A.S. Watson Benelux)

Omschrijving van de case

In 2019 is Kruidvat gestart met het herdefiniëren van de Employer Brand Story en de implementate van een nieuw recruitmentmodel om meer impact te maken op de werving. Het doel? Een hogere conversie op de arbeidsmarktcampagnes, filiaalmanagers en districtsmanagers ontlasten in de proceswerkzaamheden, de doorlooptijd van de vacatures verkorten, het aannamepercentage vergroten en de candidate experience verhogen.

In de Employer Brand Story hebben we belangrijke waarden voor Kruidvat gedefinieerd.

In de Employer Brand Story hebben we belangrijke waarden voor Kruidvat gedefinieerd waaronder team, samenwerken, fun en energie. Deze waarden komen terug in onze arbeidsmarktcampagnes én hebben ze een sterke link met de producten uit de drogisterij. Hiermee bereiken we de juiste doelgroep. Zij solliciteren mobile first op onze nieuwe website en hebben snel contact met de recruiter of resourcer.

Herverdeling van de werkzaamheden

De implementatie van het recruitmentmodel: een herverdeling van de werkzaamheden in het werving- en selectieproces. Dit is gebundeld in meerdere regionale recruitmentrollen. De regionale recruiter coördineert de werving- en selectieaanpak in de regio, doet de screening van kandidaten die solliciteren op een kaderfunctie en brengt een toegevoegde waarde binnen de regio met onder andere campusrecruitment en lokale initiatieven. De resourcer screent de kandidaten voor een niet-kaderfunctie, legt het eerste contact met kandidaten en plant gesprekken in.

Is de sollicitant aan boord? Dan maakt hij/zij een vliegende start met digitale filmpjes.

Door deze aanpak is de candidate experience verbeterd en is een effectiviteitsslag gemaakt op het proces. Het eerste contactmoment met een sollicitant is binnen één werkdag, tijdens het sollicitatieproces is er één aanspreekpunt, de bereikbaarheid voor de kandidaten is beter omdat er ook in de avonduren wordt gewerkt, er is een snelle terugkoppeling naar kandidaten en het zorgt voor een warm welkom (meer uitleg over de vacature en tips ter voorbereiding op de sollicitatie). Is de sollicitant aan boord? Dan maakt hij/zij een vliegende start met de e-learnings en digitale filmpjes die zijn gekoppeld aan het ATS-systeem.

Wat was de impact van de case?

In de steeds krapper wordende arbeidsmarkt heeft Kruidvat met deze aanpak een eerste succesvolle pilot gedraaid met regionale aanpak in Amsterdam en Utrecht. Medio 2019 en 2020 is dit model landelijk uitgerold (Nederland) en zijn we bezig met de uitrol in België. Het resultaat van dit recruitmentmodel is dat we gemiddeld een 23% hoger aannamepercentage hebben, 43% minder kandidaten direct afwijzen en de doorlooptijden sterk hebben verkort. Deze resultaten monitoren we maandelijks door uitgebreide rapportages over doorlooptijden in de funnel te draaien en trends in aanname- en afwijzingspercentages te bekijken. Zo zijn we beter in staat mee te bewegen met de behoeften van onze winkeloperatie en sneller in te spelen op lokale wervingsproblematiek.

Kandidaten voelen gedurende het gehele proces de fun, het teamgevoel en het laagdrempelige contact.

Doordat kandidaten snel contact hebben met de regionale recruiter of resourcer en daarnaast gedurende het proces een aanspreekpunt hebben (waar ze laagdrempelig via Whatsapp contact mee hebben), merken we dat kandidaten een betere ervaring hebben. Zij worden aangetrokken door de arbeidsmarktcampagnes en voelen gedurende het gehele proces de fun, het teamgevoel en het laagdrempelige contact dat je met Kruidvat hebt. Vanuit de candidate experience-vragenlijsten die we naar afgewezen en aangenomen kandidaten sturen, merken we dat het persoonlijke contact erg gewaardeerd wordt.

Waarom moet deze case een Werf& Award winnen?

Met een holistische aanpak, waarbij ‘jouw’ experience al begint bij toffe, aansprekende campagnes waarmee je volledig het Kruidvat-gevoel krijgt, enthousiast wordt, laagdrempelig en mobile kunt solliciteren én vervolgens de hele selectieprocedure het persoonlijke contact voelt, laten we zien dat we in staat zijn om aan te sluiten op de waarden van onze grootste doelgroep (15-21 jr).

We zetten Kruidvat in de markt als leuke en toffe werkgever en laden de employer brand-waarden in alles wat we doen.

We zetten Kruidvat in de markt als leuke en toffe werkgever en laden onze employer brand-waarden in alles wat we doen. Onze leuke (bij)banen zijn een serieuze optie geworden in het denkproces van onze doelgroep. En het goede nieuws: je verkoopt ook nog eens mooie en alledaagse producten. Bijvoorbeeld de nieuwe Kruidvat-make-up of (heel actueel) heel veel flesjes desinfectiehandgel. Kom er bij(baan)!

Credits case

De volgende personen, afdelingen en/of externe partijen zijn betrokken bij de case:

Ook kans maken op een Werf& Award 2021?

Maak ook kans op een Werf& Award en stuur uiterlijk 21 maart 2021 voor 17.00 uur jouw arbeidsmarktcommunicatie- of recruitmentcase in. Kijk voor meer informatie en om jouw case in te sturen bij Werf& Awards.

Lees ook

Hoe je met een master recruitmentsite 7 employer brands in de markt zet (inzending A.S. Watson Benelux)

NBA Impact Challenge 2020 – Ga jij de uitdaging aan? (inzending NBA)

Omschrijving van de case

Uit onderzoek blijkt dat jongeren vaak een negatief en eenzijdig beeld van het accountantsberoep hebben. De NBA (Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie voor Accountants) is daarom binnen haar pijler ‘Sterk Merk’ een arbeidsmarktcampagne gestart gericht op havo/vwo-scholieren bovenbouw en eerste- en tweedejaars hbo-/wo-studenten in de financieel-economische studierichtingen. Doel van de campagne is om jongeren de aantrekkelijkheid en maatschappelijke relevantie van het beroep te laten zien en hen in de customer journey van awareness richting de consideration en action-fases te krijgen.

De campagne wil jongeren in de customer journey van awareness naar consideration en action krijgen.

Door middel van interactieve off- en online colleges met jonge accountants uit het werkveld kregen de deelnemers een korte kennismaking met het beroep. Hierna kropen ze zelf in de rol van accountant aan de hand van een aansprekende casus over DJ Nicolas Baker. Hij wilde samen met zijn manager Annabel zo snel mogelijk de wereld veroveren en had daar de hulp van zijn accountant voor nodig. Gedurende een periode van 9 maanden werkten zij samen met de ambassadeurs in een voor hen ontwikkelde digitale leeromgeving verder aan de casus.

Acht groepjes in de finale

Acht groepjes verdienden uiteindelijk een finaleplek waarin zij de DJ met een nieuwe actuele casus moesten helpen. Dit was hard nodig, want door de pandemie was hij met zijn onderneming in zwaar weer beland. De finalisten werden beoordeeld door een professionele jury met o.a. Marco van der Vegte (voorzitter NBA) en Agnes Koops (voorzitter PwC Accountants) en per categorie (HAVO/VWO/HBO/WO) werd één team gekroond tot winnaar.

Jongeren in de oriënterende fase kregen vlogs van jonge ambassadeurs uit het werkveld.

Naast de challenge creëerden wij ook awareness door middel van een social campagne, waarbij jongeren op basis van hun leeftijd en interesses specifieke content te zien kregen. Jongeren die al wat verder waren in hun professionele ontwikkeling kregen onder andere videoportretten te zien van boegbeelden uit het beroep, terwijl we jongeren die nog in de beginnende oriënterende fase zaten vlogs toonden van jonge ambassadeurs uit het werkveld.

Wat was de impact van de case?

Met betrekking tot de campagne zijn hieronder de belangrijkste KPI’s uiteengezet:

Challenge (vastgesteld, bereikt, voortgang)
– Onderwijsinstellingen > 55, 50, 91%
– Deelnemers jaarprogramma > 2000, 2636, 132%
– Teams > 700, 953, 136%

Social (vastgesteld, bereikt, voortgang)
– Weergaven* > 500000, 2266514, 453%
– CPC > €0,60, €0,34, 176%

*Aantal weergaven in de gedefinieerde doelgroepen > variaties in de targetgroep 15 – 23 jaar, met interesse in economische richtingen.

Sinds de vaststelling van de KPI’s is er veel veranderd in onderwijslandschap. In de initiële opdracht zouden wij de challenge presenteren in offline colleges. In verband met ontwikkelingen rondom de pandemie diende echter een totale ommekeer gemaakt te worden van off- naar online. Door een agile opstelling van zowel de NBA als Soapbox is de campagne in hoog tempo op de schop genomen, met als doel de challenge in het najaar voor de deelnemende studenten en scholieren voort te zetten.

Door een agile opstelling van zowel de NBA als Soapbox is de campagne in hoog tempo op de schop genomen.

Het resultaat? Met behulp van een speciaal opgezette les die werd uitgezonden vanuit onze eigen studio konden we de challenge op een eigentijdse en interactieve manier aan de studenten presenteren. Vervolgens werkten de deelnemers in break-out rooms in een speciaal voor hen ontwikkelde digitale leeromgeving verder aan de casus.

Uit cijfers blijkt verder dat de social media campagne bovengemiddeld goed scoort. Met als resultaat dat we via twee routes dit impactvolle beroep op een effectieve manier aan de jongeren konden presenteren.

Waarom moet deze case een Werf& Award winnen?

In een tijd dat het lastig is om je merk actief onder de aandacht te brengen hebben Soapbox en de NBA laten zien dat het mogelijk is. Door de goede samenwerking en flexibele opstelling van zowel opdrachtgever als mede-uitvoerder Soapbox, hebben we nog meer jongeren effectief kunnen bereiken dan we ons voor mogelijk hadden gehouden.

Voor de komende editie gaan we verder bouwen aan deze campagne door een actievere rol te gaan spelen in de consideration, action en loyalty-fase. Hiervoor ontwikkelen we volledig gepersonaliseerde landingspagina’s en een carrièreplatform waarin studenten makkelijk in contact kunnen treden met ambassadeurs en opleidingen. Hierdoor zullen we deze jongeren naast boeien ook blijvend binden voor dit impactvolle beroep.

Een succesvolle campagne wordt net als een huis gebouwd op een goede fundering.

Een succesvolle campagne wordt net als een huis gebouwd op een goede fundering. Wij zijn zo trots op deze fundering (gelegd in slechte weersomstandigheden), dat we deze campagne graag voordragen als meest impactvolle arbeidsmarktcampagne van 2020.

Credits case

De volgende personen, afdelingen en/of externe partijen zijn betrokken bij de case:

Soapbox
– Max Doomernik – Projectmanager
– Luc Lebens – Directeur

NBA
– Erica Looren de Jong – Hoofd communicatie
– Judith Lieverse – Senior communicatieadviseur
– Lukas Burgering – Manager externe communicatie

In co-creatie met:
– Klankbordgroep bestaande uit jongeren in de gedefinieerde doelgroepen
– Denktank bestaande uit accountants, recruiters, en docenten accountancy

Ook kans maken op een Werf& Award 2021?

Maak ook kans op een Werf& Award en stuur uiterlijk 24 maart 2021 17.00 uur jouw arbeidsmarktcommunicatie- of recruitmentcase in. Kijk voor meer informatie en om jouw case in te sturen bij Werf& Awards.

Feel Good Friday: Nederlandse arbeidsmarkt blijft herstellen

Opnieuw hoopgevende cijfers over de arbeidsmarkt in Nederland deze week. Waar de vacaturetellingen van Jobfeed laten zien dat er in februari dit jaar zelfs méér vacatures zijn geplaatst dan in dezelfde maand vorig jaar, meldt Indeed dat dat record nog even buiten schot blijft. Maar ook de grootste vacaturesite van Nederland meldt opnieuw herstel van de arbeidsmarkt, met een niveau dat in elk geval hoger ligt dan januari.

‘Het doorzetten van het vacatureherstel heeft logischerwijs te maken met de eerste versoepelingen in de huidige lockdown’, aldus Arjan Vissers, verantwoordelijk voor strategie bij Indeed. ‘Maar om de arbeidsmarkt weer echt richting positieve cijfers te sturen, zijn verdere versoepelingen van de maatregelen nodig.’

Vraag naar zorgpersoneel wordt wat minder

Uit de Indeed-data blijkt dat vacatures voor verzorgers in de individuele gezondheidszorg en verpleegkundigen nog steeds het meest geplaatst worden. Wel nam de vraag naar verpleegkundigen afgelopen maand met 7 procent af, voor verzorgenden in de individuele gezondheidszorg is dit zelfs 11 procent. Vissers: ‘Voor het eerst in maanden is sprake van een daling in het aantal zorgvacatures. Toch is het personeelstekort in de zorg duidelijk nog niet opgelost.’

  • Meer over werven in de zorg? Kom 18 maart naar het seminar!

De verpleegkunde stond de afgelopen maanden met stip op nummer 1 qua stijging van de vacaturetrend. Dit is inmiddels niet meer het geval, al ligt het niveau wel 23 procent bóven het niveau van een jaar geleden.

Meer contactberoepen gezocht

Dat contactberoepen hun vak weer mogen uitoefenen, ziet Indeed ook terug in de cijfers. Zo kenden de kappers afgelopen maand een vacaturestijging van 30 procent. Al is de vacaturetrend voor de beauty- en wellness-sector bij lange na nog niet terug op het oude niveau. Vissers: ‘De contactberoepen hebben natuurlijk pas net weer de eerste klanten mogen ontvangen. Dit schept wel positieve verwachtingen voor de toekomst, mits de versoepelingen van kracht blijven.’

‘De bouw is het afgelopen jaar relatief onaangetast gebleven.’

In de bouwsector zet de groei ook door. Het landelijk vacatureniveau van de sector ligt momenteel ruim 21 procentpunt hoger dan in dezelfde periode vorig jaar. ‘De bouw is het afgelopen jaar relatief onaangetast gebleven’, vertelt Vissers. ‘Een groot deel van de sector kon blijven doorgaan. Dit is echter niet vanzelfsprekend. In België is dit bijvoorbeeld anders. Daar heeft de sector ook te maken gehad met beperkende maatregelen. Daar zien we dat het vacatureniveau van de sector dan ook 21 procentpunt láger ligt dan vorig jaar.’

België ander beeld

De Belgische arbeidsmarkt levert sowieso een behoorlijk ander beeld dan de Nederlandse. StatBel, zeg maar het Belgische CBS, meldde deze week dat het laatste kwartaal van 2020 qua vacatures het slechtste slotkwartaal was sinds 2016. De vacaturegraad – het aantal vacatures ten opzichte van het totale aantal arbeidsplaatsen – daalde daardoor tot onder de 3 procent.

Cijfers horeca en toerisme nog negatief

Niet over de hele linie is het beeld in Nederland trouwens positief, zegt Vissers. ‘De situatie voor de sectoren horeca en hospitality en toerisme is bijvoorbeeld nog steeds zorgelijk. Het vacatureniveau voor de horeca ligt nu 57 procentpunt lager dan een jaar geleden, in hospitality en toerisme is dit 59 procentpunt. Tijdens de persconferentie is zachtjes gesproken over mogelijke versoepelingen voor de horeca aan het einde van de maand. En met de zomermaanden in aantocht en het perspectief dat door de vaccins geboden wordt, hopen wij dat ook de cijfers voor de sector verder significant herstellen.’

Zwaluwen

De optimistische cijfers van Indeed komen bovenop eerdere ‘zwaluwen voor de arbeidsmarkt’. De voornaamste daarvan kwam recent nog wel van de ABU, dat over de eerste maand van dit jaar opvallend positieve cijfers liet zijn. Na 27 maanden (!) van krimp is er nu weer sprake van groei bij de uitzendbureaus, en nog flink ook.

Dat heeft onder meer te maken met de invoering van de Wab vorig jaar, en de krapte op de arbeidsmarkt destijds, verklaart de ABU. Maar dan nog is dat hooguit  maar een deel van de verklaring, zeggen ze zelf opgewekt.

Het aantal faillissementen is in 30 jaar niet zó laag geweest.

Ook andere indicatoren staan  duidelijk in het groen. Zo kende inkoopmanagers-index Nevi PMI® in februari een stand van 59,6, de grootste verbetering van de bedrijfsomstandigheden sinds september 2018. En de Vereniging van Detacheerders Nederland (VvDN) meldde een positieve trend te verwachten voor 2021, op basis van de groei van de laatste maanden van 2020. En dan was er natuurlijk ook nog het CBS, dat meldde dat de werkloosheid nog steeds aan het dalen is. Sterker nog: zelfs het aantal faillissementen is in 30 jaar niet zo laag geweest. Een voorbode van een mooie zomer op de arbeidsmarkt in Nederland?

Bekijk hier een deel van de nieuwe campagne van Indeed, die vanaf 15 maart uitgezonden wordt op de zenders van NPO, Talpa en RTL. Ook wordt online video ingezet bij KIJK.nl en RTL XL:

Lees ook

Hoe je met een master recruitmentsite 7 employer brands in de markt zet (inzending A.S. Watson Benelux)

Omschrijving van de case

Met de winkelformules Kruidvat, Trekpleister, Prijsmepper en ICI PARIS XL had A.S. Watson Benelux in 2019 ruim 900.000 bezoekers op de werkenbij-sites, ruim 200.000 sollicitanten per jaar en ruim 25.000 aannames. Ondanks deze aantallen lukte het niet om alle vacatures in te vullen.

We besloten nieuwe carrièresites gekoppeld aan een nieuw ATS-systeem te implementeren.

We stelden onszelf drie vragen. Eén daarvan was: trekken onze wervingscampagnes en carrièresites wel de juiste mensen aan? We besloten om onder andere nieuwe carrièresites gekoppeld aan een nieuw ATS-systeem te implementeren. Het doel hiervan was het bouwen van mobile first gebruiksvriendelijke, beheersbare maar toch unieke websites per winkelformule om zo het aantal bezoeken en de conversie op onze websites te verhogen.

Eén op maat gemaakt masterframe

Om efficiencyredenen hebben we gekozen om samen met Maximum één op maat gemaakt masterframe te ontwikkelen. Dit betekent dat het framework van elke website hetzelfde is, maar dat er per website gevarieerd kan worden met kleuren, logo’s, lettertypes en content. Zo kun je met één masterframe zeven uniforme websites maken die wél stuk voor stuk een eigen look & feel hebben.

De content is zoveel mogelijk geproduceerd met eigen medewerkers.

De content hebben we zoveel als mogelijk geproduceerd met onze eigen medewerkers. Ook hebben we alle vacatureteksten herschreven in een bij elke winkelformule passende tone-of-voice. De vacatureteksten zijn voorzien van creatieve tools; denk aan een tool waarmee je je salaris kunt berekenen en een reistijdcalculator mét Spotify-afspeellijst voor onderweg.

De websites zijn gekoppeld met het nieuw geïmplementeerde ATS-systeem Cornerstone. Op zo’n manier dat kandidaten geen account hoeven aan te maken voordat ze kunnen solliciteren. Het masterframe is daarnaast gekoppeld aan een speciaal ontwikkelde vacancy store: een centrale plek voor alle vacatures. Zoekt een kandidaat naar een vacature bij Kruidvat, maar is die niet beschikbaar? Dan wordt de kandidaat automatisch gewezen op de vacatures bij Trekpleister in zijn of haar postcodegebied of andersom. De websites voor de Belgische markt zijn daarnaast tweetalig.

Wat was de impact van de case?

In de periode van 11 november 2019 (livegang Trekpleister) tot 31 december 2020 (toen waren alle Nederlands websites live, vijf in totaal, dus over deze periode en deze websites gemeten) hebben we de volgende resultaten bereikt:

  • 580.309 unieke websitebezoekers
  • 407.792 bezoekers bekijken ook daadwerkelijk een vacature
  • 195.485 bezoekers zijn een sollicitatie gestart
  • 144.220 bezoekers hebben een sollicitatie voltooid
  • 70% van onze bezoekers bekijkt een vacature
  • 33,6% start een sollicitatie
  • Conversieratio gestegen van 10,9% naar 24,8% (ruime verdubbeling+127,5%).
  • De conversie op mobiel is met 71,8% gestegen.
  • Mobiele verkeer o.b.v. unieke bezoekers is met 58% gestegen (cumulatief Trekpleister en Kruidvat).

Met de komst van de nieuwe websites is de conversie dus verdubbeld en de conversie mobiel ruim gestegen. Dit was het doel wat wij ook voor ogen hadden met een mobile-first website én laagdrempelig solliciteren (zonder cv voor bepaalde doelgroepen en in de toekomst zelfs via WhatsApp-solliciteren!).

Waarom moet deze case een Werf& Award winnen?

De case van A.S. Watson Benelux verdient het om te winnen, omdat we met het opleveren van één masterrecruitment website + duplicaten in staat zijn geweest om onze doelen ruim te behalen:

  • Elk brand afzonderlijk in de markt zetten en gebruikmaken van de sterke werkgeversmerken.
  • Aansluitend bij de (jonge) doelgroep (kort sollicitatieformulier, veel beeld).
  • Beheersbare sites die optimaal gebruikmaken van elkaars functionaliteiten (cross-selling).
  • Zoveel mogelijk functionaliteiten verbonden aan websites (referral, WhatsApp solliciteren).
  • Optimaal meetbaar door middel van dashboards, in combinatie met wervingscampagnes.

a.s watson benelux

Credits case

De volgende personen, afdelingen en/of externe partijen zijn betrokken bij de case:

Ook kans maken op een Werf& Award 2021?

Maak ook kans op een Werf& Award en stuur uiterlijk 21 maart 2021 17.00 uur jouw arbeidsmarktcommunicatie- of recruitmentcase in. Kijk voor meer informatie en om jouw case in te sturen bij Werf& Awards.

Aan de slag met video in recruitment? Zo pak je dat het beste aan

Getalenteerd en ambitieus personeel willen we allemaal. Maar zulke medewerkers zijn in de huidige arbeidsmarkt niet makkelijk aan te trekken. Als organisatie moet je dus goed nadenken hoe je je positioneert als werkgever. Video is daarbij een goede manier om op te vallen en je in je recruitment te onderscheiden. Video zou dan ook een speerpunt moeten zijn in je recruitmentmarketingstrategie, en wel om de volgende redenen:

  • Bij vacaturepagina’s mét video’s is de sollicitatieratio 34% hoger dan zonder.
  • 84% van de consumenten besluit een product te kopen na het zien van een productvideo. Als video’s mensen kunnen overtuigen te kopen, dan kunnen ze ook toptalent overtuigen om bij jou te solliciteren.
  • Video’s kun je in alle fasen van de candidate journey inzetten. Denk aan grootschalige awareness-campagnes op sociale media of in e-mailings in de selectiefase.

Met deze recruitmentvideo, onderdeel van de wereldwijde campagne ‘Go places’, laat Heineken op een unieke en speelse manier zien hoe een loopbaan bij hen eruit kan zien. Je kunt het interview hier ook echt doen.

Onderdelen van een goede recruitmentvideo

Een aantrekkelijke recruitmentvideo maakt direct aan potentiële kandidaten en toekomstige medewerkers duidelijk wat het betekent om bij jouw organisatie te werken. Je kunt jouw recruitmentvideo als een hoogwaardige productie aanvliegen, zoals Heineken in het voorbeeld hierboven deed, maar je kunt ook met minder toereikende middelen een toffe video neerzetten. Met iedere vorm van content gaat het erom dat je jouw verhaal goed weet over te brengen. Daarnaast moet je natuurlijk ervoor zorgen dat de kwaliteit van je video optimaal is (geluid, licht en beeld) en dat de mensen in je video comfortabel zijn.

Richt je recruitmentvideo op:

  • Een specifieke vacature of werken bij jullie organisatie in het algemeen.
  • Maak je video specifiek voor een fase in de candidate journey en pas je video aan op het specifieke touchpoint.
  • Licht de voordelen van werken bij je organisatie uit (salaris, carrièregroei, vette personeelsfeesten na corona, etc.)
  • Je huidige medewerkers. Wie kunnen beter vertellen over hoe tof het werk bij jouw bedrijf is dan je huidige collega’s?
  • De missie en visie van je organisatie. Wat doen jullie bijvoorbeeld actief aan relevante maatschappelijke zaken?

Aan de slag met het storyboard van je video

Veel organisaties kennen de waarde van video in recruitment, maar hebben niet de middelen om zelf ermee aan de slag te gaan. Waar begin je? En hoe werk je jouw plan uit? De eerste stap is een videostrategie uitdenken waarin je nadenkt over het doel, de verantwoordelijkheden, de middelen en de planning.

Een storyboard zorgt voor houvast wanneer je je video gaat opnemen.

Vervolgens ga je aan de slag met je storyboard. Dit is als het ware de blauwdruk van je video in de vorm van een aantal geschetste dia’s. Het hoeft geen prachtige tekening te zijn, maar het moet een overzicht bevatten van de belangrijkste onderdelen van je video. Het zorgt voor houvast wanneer je je video gaat opnemen. Je hebt dan namelijk al goed over de scènes nagedacht.

Onderdelen van een storyboard:

  • hoeveel scènes je gaat filmen;
  • de mensen die in de scène zitten;
  • de locatie waar de scène gefilmd wordt;
  • het onderwerp dat besproken wordt;
  • en eventuele attributen die gebruikt zullen worden.

video in recruitment 2

Hoe maak je jouw storyboard?

Een recruitmentvideo hoeft niet veel te kosten of tijd in beslag te nemen. Hoe beter je het voorbereidt, zie je direct terug in het resultaat van de video. Een storyboard maken is misschien wel de belangrijkste voorbereiding die je kunt doen. Volg daarvoor deze 5 stappen.

  1. Schrijf een script. Het script omvat het onderwerp van de video, het verhaal dat je daaromheen wilt vertellen en de doelgroep voor wie je jouw video maakt.
  2. Bepaal en label de scènes. Voordat je gaat beginnen met schetsen bedenk je welke verschillende scenes je in je video wilt hebben. Denk aan een persoonlijke introductie, rondleiding op de werkvloer, IT-collega aan het woord, HR-collega aan het woord, beelden van feest, afsluiting van de founder.
  3. Maak de schetsen. Je schetsen hoeven geen kunstwerken te zijn, als het maar begrijpelijk is wat er in de scènes gebeurt. Besteed in je schets ook aandacht aan details. Waar wordt de scène gefilmd? Wie ga je filmen? Wat dragen zij (casual, zakelijk, etc.)?
  4. Voeg dialogen en annotaties toe. Breng je schets wat meer tot leven en voeg spraakwolken met steekwoorden toe. Teken ook de attributen (zoals een computerscherm) die je wilt gebruiken.
  5. Maak notities bij je schetsen. Geef aan wat je nodig hebt om de scènes te filmen. Denk aan de mensen die je nodig hebt, locatie waar je het wilt filmen of muziek die je aan je video wilt toevoegen.

Zo kan een storyboard ongeveer eruitzien:

Ready, set, action!

Zodra je storyboard is uitgewerkt ben je klaar om te gaan filmen. Heb je niet het budget voor een professionele filmcamera en geluidopstelling? Geen zorgen, tegenwoordig kun je heel goede video’s maken met een mobiele telefoon. Los van de keuze van apparatuur zijn er wel een aantal andere onderdelen waar je op moet letten:

  • Waar wil je de aandacht van de kijker naar trekken? Film je van onderaf, bovenaf of van voor? Mix je de verschillende composities per scène? Om je video niet saai te maken is het belangrijk om met je compositie te variëren.
  • Het is belangrijk dat er genoeg licht is in de ruimte waar je filmt. Het beste licht is daglicht, maar binnen heb je vaak ook te maken met lampen. Als je binnen filmt, zorg dan ervoor dat het licht van de lampen wel goed overkomt op beeld. Als je kunt kiezen, kies dan voor daglicht.
  • Harde omgevingsgeluiden wil je het liefst voorkomen. Kies daarom bij voorkeur voor stille ruimtes. Lukt dit niet, dan zul je tijdens het editen van de video het geluid moeten wegfilteren. Het nadeel van een mobiele telefoon is dat je het geluid niet los kunt opnemen van je toestel. Hoe dichter de microfoon bij de geluidsbron, hoe beter het geluid.

Webinar: aan de slag met video in jouw recruitment

Niet elke organisatie heeft de middelen om een recruitmentvideo door professionals te laten uitvoeren. Gelukkig zijn er mogelijkheden om het zelf goed aan te pakken, zonder dat daar een groot budget of team aan te pas hoeft te komen. Samen met Vormats geven we 25 maart om 14:00 een webinar over hoe je zelf video in jouw recruitment aanpakt. Schrijf je hier in, ook als je er niet live bij kunt zijn. Je ontvangt na afloop namelijk een terugkijklink en exclusieve content.

Webinar Video

milou groenteman

Over de auteur

Milou Groenteman is online marketeer bij SendtoDeliver en helpt organisaties in onder meer recruitment met alles rondom recruitment marketing, content en campagnes. 

Lees meer

  • Lees hier alles over recruitment marketing (automation).

Masterclass

Zelf met video in recruitment aan de slag? Schrijf je dan nu al in voor de Masterclass ‘Werven met video van de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie later dit jaar.

Masterclass

Recruitment voor en ná corona: wat zijn de grootste verschillen?

Een grotere rol voor technologie, meer thuiswerken, beter je eigen tijd indelen: de coronapandemie heeft voor vrijwel iedereen het werk behoorlijk veranderd. Maar wat zijn nou de blijvertjes daarbij? Wat zullen we in recruitment ná corona blijven doen? En wat zullen we weer snel inruilen voor hoe ons leventje was vóór de coronacrisis? Nieuw onderzoek van Monsterboard werpt er een eerste licht op.

‘Dat thuiswerken ten koste gaat van de productiviteit is nu wel ontkracht.’

En flexibiliteit is daarbij een belangrijk ankerpunt, aldus Jort Wassenaar, algemeen directeur, Monster Europe. ‘Kandidaten én werkgevers hebben ervaren hoe succesvol thuiswerken kan zijn. Het oude argument tegen thuiswerken was altijd dat het ten koste gaat van de productiviteit. Maar dat is nu wel ontkracht. Daardoor zullen kandidaten én werkgevers heel wat meer flexibiliteit verwachten.’

Lastig zaken terug te draaien

monsterboard onderzoekVoor het rapport De toekomst van werk ondervroeg zijn bedrijf eind vorig jaar onder meer ruim 3.000 recruiters in de VS, Canada, Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittannië, Italië, Nederland en Zweden. Ook werd gekeken naar de halfjaarlijkse Werkmonitor-enquête van moederbedrijf Randstad en enquêteerde onafhankelijk onderzoeksbureau Dynata in elk van de 8 landen minstens 800 mensen tussen de 18 en 67 jaar.

‘Je kunt niet zomaar zeggen: kom maar weer 5 dagen naar kantoor.’

Daaruit blijkt dat de wereld van werk nooit meer zal teruggaan naar voorheen. Zo zullen onder meer virtuele recruitment- en onboardingprocessen veel meer staande praktijk worden, verwachten de ondervraagden. Van de HR-professionals verwacht 44% dat de beleidswijzigingen als gevolg van corona permanent zullen zijn, ongeveer een derde verwacht dat deze van tijdelijke aard zijn, terwijl 1 op de 5 hier twijfels over heeft. Wassenaar: ‘Het wordt lastig voor werkgevers om zaken terug te draaien waar we net allemaal aan gewend zijn. Je kunt niet zomaar zeggen: kom maar weer 5 dagen naar kantoor.’

Veel angsten en alcohol

Uit het onderzoek blijkt dat als gevolg van corona er onder werknemers wel veel angsten leven. Zo geeft maar liefst 41% van de Nederlandse vrouwelijke werknemers toe momenteel werkgerelateerde angsten te hebben (versus 30% van de mannen). Ook hebben veel medewerkers last van hoofdpijn (vrouwen 14% en mannen 10%). Mannen hebben daarentegen vaker last van depressieve gevoelens (12%) en psychische problemen (14%) dan vrouwen (respectievelijk 6% en 11%).

Ruim 4 op de 10 vrouwen in Nederland heeft momenteel angsten die aan het werk gerelateerd zijn.

In totaal zei 46% van de ondervraagde werknemers dat de pandemie bij hen heeft geleid tot werkgerelateerde spanning en depressies. Dat leidde onder meer tot eenzaamheid, ziekte en meer alcoholgebruik. Aan de andere kant was er een net zo grote groep (46%) die zei dat hun werk géén impact heeft gehad op hun gezondheid.

monsterboard na corona

Virtueel recruitment

Is het recruitmentproces al volledig virtueel gegaan? Uit het onderzoek blijkt dat in de VS ruim 7 van de 10 werkgevers dit inmiddels volledig hebben geïmplementeerd, met zowel online sollicitatiegesprekken als online onboarding. Toch is dit in de rest van de wereld nog geen gemeengoed en zegt ook meer dan een kwart van de werkgevers wereldwijd hier nog moeite mee te hebben. Bovendien zeggen zowel werkgevers als kandidaten (en dan met name Generatie-Z) moeite te hebben om virtueel een helder beeld te krijgen van de cultuur en match met waarden.

En dat wint juist aan belang, zegt Wassenaar. ‘Kandidaten zullen aandacht hebben voor de manier waarop een bedrijf haar werknemers tijdens de pandemie heeft behandeld, en hoe ze bijdraagt aan een betere maatschappij. Dat houdt ook verband met een groeiend bewustzijn omtrent inspanningen op het gebied van diversiteit en inclusiviteit, waarbij duidelijk nog werk aan de winkel is: meer dan 1 van de 3 werkgevers gaf aan dat ze nog geen strategie op het gebied van diversiteit en inclusiviteit hebben.’

Remote all over

De bevindingen van het Monster-onderzoek sluiten mooi aan bij die van een ander recent onderzoek, van Wise­­­­tail (uitgevoerd door OnePoll). Hieruit blijkt dat bijna 4 op de 10 werknemers nog liever een loonverlaging accepteren dan voltijds terug naar kantoor te moeten. En meer dan een derde zou zelfs op zoek gaan naar een andere baan als ze na corona weer volledig terug op kantoor worden verwacht. Ook in dit onderzoek valt op hoe ‘gewoon’ virtueel werven, selecteren en onboarden al is geworden. En qua recruitment ná corona waarschijnlijk ook blijft.

remote working

Meer weten?

Benieuwd naar alle resultaten? Download dan het hele Monsterboard-onderzoek:

De toekomst van werk

Op 25 maart 2021 geeft Monsterboard ook een gratis webinar over met name de Nederlandse bevindingen van het onderzoek. Aanmelden kan hier:

Webinar

Waarom de Quality-of-Hire meten zo verdraaid lastig blijft

De Quality-of-Hire wordt wel gezien als de Heilige Graal in recruitment. Want: ‘we kiezen voor kwaliteit’, toch? ‘We willen alleen de beste kandidaat’, is in bijna elk werving- en selectieproces wel eens te horen. Maar wat is dat dan; ‘de beste kandidaat’? In de praktijk hebben we daar een veel minder duidelijk beeld van. En speelt allerlei onterechte bias nog steeds een grote rol. De ‘Quality-of-Hire‘ meten, kortom, is vaak makkelijker gezegd dan daadwerkelijk gedaan.

Wat is ‘de beste kandidaat’? In de praktijk hebben we daar zelden een goed beeld van.

‘In de meeste banen kent het antwoord op de vraag naar de Quality-of-Hire vele dimensies. Maar het wordt te vaak teruggebracht tot makkelijk te meten metrics, één enkel datapunt, en niet de goede metrics‘, aldus Bas van de Haterd, die op 24 maart over het onderwerp spreekt op het gratis toegankelijke ToTalent Live, het allereerste European Recruitment Leadership Event ooit.

Zaken als de mate van verloop van nieuwe medewerkers? Of hoe tevreden een manager is over degene die hij of zij zelf heeft aangenomen? Het zegt natuurlijk niet écht iets over de kwaliteit van het selectieproces, noch over de uitkomst daarvan, zegt hij.

Vaak topprioriteit

Ruim 40% van de bedrijven wereldwijd ziet de Quality-of-Hire als topprioriteit, aldus onderzoek van LinkedIn. Maar hoe dat dan precies te meten? Dat is een stuk lastiger. Terwijl aan de andere kant ook geldt: als je niet écht weet hoe goed de uitkomst van je recruitmentproces is, weet je ook nooit of je qua proces op de goede weg zit. Of dat gokken hetzelfde effect zou hebben gehad.

‘Faire selectie betekent ook: betere selectie. En als gevolg daarvan: meer diversiteit.’

bas van de haterd ovr quality of hireZelf is Van de Haterd ervan overtuigd dat moderne digitale assessmenttools een bijdrage kunnen leveren aan het oplossen van de puzzel. ‘We zijn vergeten de moeilijke vragen te stellen’, zegt hij. ‘Hoe kunnen we echt kwaliteit meten? Wat definieert kwaliteit?’

En dat terwijl de roep om eerlijke selectiepraktijken steeds sterker wordt. Wat elkaar overigens alleen maar versterkt, zegt hij. ‘Faire selectie betekent ook: betere selectie. Je kijkt immers meer naar feitelijk talent en of iemand past. Elke organisatie die ik ken die selectieprocessen op basis van kwaliteit heeft geïmplementeerd, heeft ook zijn diversiteit zien stijgen, op alle meetpunten.’

KPI-bewustzijn

Van de Haterd waarschuwt voor een ‘KPI-fetish’ bij recruiters. KPI’s zijn niet nutteloos, zegt hij, maar je moet er wel voor waken het geen doel op zich te maken. ‘Neem iets als de time-to-hire. Die is interessant om te kijken of je de efficiëntie en candidate experience kunt verbeteren. Maar het laat buiten beschouwing dat het een stuk langer kan duren voordat je de béste kandidaat gevonden hebt.’ 

Iets soortgelijks geldt voor hem voor ‘verloop’. ‘Misschien zegt een laag verloop dat je mensen aanneemt die bij je passen. Maar misschien ook dat je mensen aanneemt waar je niet meer vanaf komt.’

‘Kandidaat is geen vaccin’

Ook de Amerikaanse recruitmentgoeroe Kevin Wheeler dook recent weer eens in het thema van de Quality-of-Hire. ‘Hoe stellen we een meetlat op voor leiderschap? Voor creatief schrijven? Voor marketingsucces? Of voor het bouwen van relaties met kandidaten?’, vraagt hij zich af. ‘In sommige gevallen kunnen we best iets tellen. Stel: het aantal geschreven verhalen, of aantal relaties op LinkedIn. Maar begrijpen we daarmee ook de waarde van zulke getallen?’

‘Vacaturehouders baseren hun beeld van de ideale kandidaat vaak op de 1 of 2 die ze eerder hebben aangenomen.’

En áls het dan al lukt een duidelijke definitie en doel op te stellen, dan moet je ook nog eens vrij grote dataset hebben om dit objectief en betrouwbaar te kunnen meten, zegt hij. ‘Bij een vaccin kun je duizenden mensen gebruiken om te bepalen of het effectief is. Maar hoe is dat in recruitment? Dan baseren vacaturehouders hun beeld van de ideale kandidaat vaak op de één of twee mensen die ze eerder hebben aangenomen.’

Inherent gevaar van A.I.

Er zijn wel initiatieven, zoals The Selection Lab, die proberen de ‘kringloop’ te sluiten, door prestatiedata te koppelen aan wervings- en selectiedata. Mooi, maar ook geen antwoord op alles, aldus Wheeler. ‘In het extreme geval zou dit kunnen leiden tot het aannemen van mensen die bijna klonen zijn van elkaar. Dit is het inherente gevaar van het gebruik van alleen A.I. om te bepalen wie de beste kandidaat is. Het kan bovendien diversiteit in de weg zitten, leiden tot groupthink en innovatie belemmeren.’

‘Als een functie volledig kwantificeerbaar is, kun je beter een robot aannemen dan een mens.’

En mocht het al lukken, en een functie dus volledig gedefinieerd en kwantificeerbaar is, ‘dan kun je beter een robot aannemen dan een mens’, aldus Wheeler. ‘Dit is vaak het geval bij functies waar je vooral regels en procedures moet volgen, en er weinig ruimte is voor eigen afwegingen.’

Subjectiviteit is dus niet helemaal te vermijden als we de Quality-of-Hire willen meten, zegt hij. ‘We kennen allemaal de situaties waarin de ene manager of recruiter een kandidaat geweldig vindt, terwijl de ander het tegenovergestelde denkt.’

4 gebreken in hoe we de Quality-of-Hire meten

Veel van de traditionele manieren om de Quality-of-Hire te meten, kennen dan ook nogal wat gebreken, stelt Wheeler.

#1. Snelheid: nauwelijks waardevol

De eerste bekende methode is: hoe snel een nieuwe medewerker (volledig) productief is. Maar wat zegt dit nou precies? Waarom is snelheid belangrijk, en hoe bepaal je de standaard? Is productiviteit belangrijker dan beoordelings- of innovatievermogen? Wheeler: ‘In een handvol repetitieve banen kan het handig zijn om deze snelheid te meten, maar voor de meeste functies verschaft het geen waardevolle of valide informatie.’

#2. Productiviteit: komt niet door recruitment

Een tweede bekend gebrek is: niet precies definiëren wat productiviteit betekent. ‘Dit is met name moeilijk te bepalen voor functies waar de output niet tastbaar is, of sterk varieert over de tijd’, zegt Wheeler. En kun je dat dan werkelijk aan het recruitmentproces relateren? Er zijn immers ook nog variabelen in het spel zoals training, de werkomgeving, de teamgenoten van een medewerker en de corporate culture. ‘Dat zijn veel te veel variabelen om stellig te kunnen zeggen dat het recruitmentproces de impact op de prestaties heeft veroorzaakt.’

#3. Tevredenheid: niet objectief

Dan een derde reden waarom het zo lastig is de Quality-of-Hire te meten, en dat te relateren aan de kwaliteit van je recruitment. Vaak meten we de kwaliteit van een medewerker aan de hand van hoe tevreden een manager is over hem of haar. ‘Maar ook hier gelden heel veel externe factoren’, zegt Wheeler. En bovendien is hiermee nog niet gezegd dat goed recruitment tot goede uitkomsten leidt. ‘Het is niet voor niets dat zoveel organisaties afstappen van harde prestatiemetingen, omdat ze niet objectief zijn, de ontevredenheid van medewerkers vergroten en niet leiden tot betere prestaties.’

#4. Verloop: weinig zeggend

En zo komen we bij het vierde punt: ‘verloop’ gebruiken als maatstaf voor kwaliteit van je recruitmentproces. Ook Wheeler moet er weinig van hebben (net als Van den Haterd). ‘Je verloop wordt vaak meer bepaald door de manager, of anders door de stand van de economie, de visie van de organisatie, de cultuur, of welke andere factor dan ook. Het heeft zelden met de aangenomen persoon te maken.’

Stop dus maar met proberen

Wheelers conclusie daarom: de Quality-of-Hire blijft een ongrijpbaar fenomeen, en heel moeilijk om valide en objectief te meten. ‘We moeten daarom óf methodes vinden waarvan we allemaal het erover eens zijn dat ze fair zijn, of gewoon eerlijk zijn tegen elkaar en stoppen met proberen. Het is gewoon heel moeilijk om kwaliteit te vangen in begrippen die zowel vol bias zitten, als nauwelijks uit te leggen zijn.’

‘Als je wacht met de Quality-of-Hire meten totdat degene is aangenomen, ben je te laat.’

Toch zit er weinig anders op dan er toch maar voor te gaan, schreef een andere recruitmentgoeroe, Lou Adler, al eerder. Hij pleit er zelfs voor zowel vóór, tijdens als ná het recruitmentproces zoveel mogelijk kwaliteit uit te vragen, en dat steeds te relateren aan de prestaties die in de functiebeschrijving verlangd worden. ‘Als je wacht met de Quality-of-Hire meten totdat degene is aangenomen, ben je namelijk te laat.’

De perfecte kandidaat bestaat niet

Het begint allemaal wel met de erkenning dat dé perfecte kandidaat niet bestaat, schrijft journalist Rebecca Knight in de meest recente editie van Harvard Business Review. ‘Begin daarom met data te gebruiken die passen bij de basiseisen voor de rol. Kijk of kandidaten de capaciteit hebben om te leren wat ze nog niet weten, en zoek naar goede voorspellers, zoals motivatie, zelfvertrouwen en nieuwsgierigheid. En belangrijk: doe geen concessies aan karaktertrekken als liegen of slordigheid.’

Wat hebben je beste mensen met elkaar gemeen? Daar kun je op selecteren.’

Volgens Knight gaat het er in recruitment niet om de beste kandidaat te bepalen, maar juist om te bepalen waar je het best wél het risico zou kunnen nemen (en waar niet). Het is immers een investering in de toekomst, en die biedt nooit zekerheid. ‘De perfecte kandidaat bestaat nou eenmaal niet’, bevestigt ook Claudio Fernández-Aráoz, auteur van It’s Not the How or the What but the Who. Maar je kunt het risico wel kleiner maken, zegt Dr. John Sullivan, onder meer managementhoogleraar aan San Francisco State University. ‘Kijk bijvoorbeeld eerst naar je huidige werknemers. Wat hebben je beste mensen met elkaar gemeen? Welke kenmerken delen ze met elkaar? Als je dat weet, kun je daar ook op selecteren.’

Afknappers voorkomen

Zo kun je ook voorkomen dat je kandidaten afwijst op onterechte gronden, zegt Sullivan. Denk aan: jobhoppers, mensen die langere tijd niet aan het arbeidsproces hebben deelgenomen of mensen die een bepaald diploma ontberen. Kijk liever naar mensen die continu willen groeien en leren, zegt ook Fernández-Aráoz.

‘De beste mensen om een kandidaat te beoordelen, zijn de mensen die de baan al hebben.’

Sullivan raadt ook aan om meer peers in te zetten in de selectie van kandidaten. ‘Mensen die nauw met de kandidaat zullen samenwerken, zullen kunnen onderscheiden hoe zwaar een bepaalde tekortkoming weegt. De beste mensen om dat te beoordelen, zijn de mensen die de baan al hebben. Zij snappen wat nodig is voor de functie, en kunnen – beter dan de manager – voorspellen wie er wel of niet succesvol in wordt.’ Je oordeel mag in elk geval nooit afhangen van ‘of je een biertje met hem of haar wil drinken’, benadrukt hij. Dit soort oppervlakkigheden noemt hij juist de grootste bron van bias in het recruitmentproces.

Een vorm van risicomanagement

Goed recruitment is ook volgens Sullivan gewoon een vorm van risicomanagement. Risico’s zijn nooit uit te sluiten, maar wel af te wegen, en vervolgens te managen. ‘Simpel gezegd: neem geen middelmatige kandidaat aan voor een functie die voor jou hoge prioriteit heeft. Dan moet je de kosten van de open vacature afwegen tegen de kosten dat je Homer Simpson aanneemt, en dus de druk weerstaan om te snel tot actie over te gaan.’

‘Je weet niet hoe de baan waar je nu voor werft er over 5 jaar uitziet.’

Maar met onzekerheid zul je moeten leren leven, besluit Fernández-Aráoz. ‘We leven nu eenmaal in een onzekere, complexe en ambigue wereld. Je weet niet hoe de baan waar je nu voor werft er over 5 jaar uitziet. En ook niet of de kandidaat die je op het oog hebt zich hieraan aanpast of niet.’ Met andere woorden: die Quality-of-Hire, het klinkt nog steeds heel mooi. Maar hem ook daadwerkelijk goed kunnen meten? Dat zal nog wel even de Heilige Graal in recruitment blijven…

Alles over ToTalent Live

Meer weten over de kwaliteit van je recruitment? Kom op 23, 24 en 25 naar (het Engelstalige) ToTalent Live, met als host: Hung Lee.

Meer over Recruitment KPI’s?

Welke ken- en stuurgetallen moet je meten om te weten of je recruitment goed is en zich verbetert? Het einde van klassieke KPI’s zoals ‘cost per hire’ en ‘time to fill’ is in zicht. Een nieuwe generatie KPI’s klopt op de deur. Maar welke zijn dat en waarom kun je in 2021 het beste beginnen met meten op basis van deze KPI’s? Dat leer je op 18 maart tijdens de online masterclass Recruitment KPI’s.

Recruitment KPI’s

Lees ook

BREAKING: Steam en Talmark samen verder

‘We worden letterlijk zusjes’, reageert Talmark-partner Ricardo Risamasu op de ‘technische overname’. ‘We bundelen onze krachten op het gebied van employer branding, recruitmentcampagnes en carrièresites. Maar beide merken, Steam én Talmark, blijven gewoon als merk bestaan. Alleen creëren we zo wel een veel sterkere positie naar de markt toe.’

‘Deze groep kan voor elke wervingsvraag een passende strategie en oplossing bieden.’

De beide bureaus zien een groeiende behoefte in de markt voor een integrale aanpak van employer branding en online recruitment; van strategische personeelsplanning en campagnevoering tot en met de realisatie van recruitmentsites en de koppeling met recruitmentsystemen. ‘Met deze combinatie ontstaat een bureaugroep die voor elke structurele en urgente wervingsvraag een passende strategie en oplossing kan bieden’, aldus Risamasu.

Marco van Rookhuijzen en Ricardo Risamasu

Versnippering tegengaan

Marco van Rookhuijzen (Steam): ‘We zien binnen dit vakgebied een enorme versnippering ontstaan, van allemaal kleine bureaus met deeloplossingen. Tegelijkertijd merken we dat onze opdrachtgevers zich steeds meer afkeren van zo’n patchwork-benadering. Logisch, want een succes maken van je werkgeversmerk vraagt om een integrale aanpak van je talent journey. Interne beleving, externe werving, van campagnevoering tot en met onboarding; als je het goed wilt doen, zorg je dat alle radertjes in elkaar grijpen. In de nieuwe combinatie zijn we nog beter in staat om de regie te nemen en onze klanten daarin te ondersteunen.’

‘Om je werkgeversmerk tot leven te brengen, moet je mensen een totaalervaring bieden.’

Risamasu: ‘De strategische en campagnematige expertise van Steam en ons digitale specialisme op het vlak van recruitment en employer branding vullen elkaar perfect aan. Maar ons samengaan reikt verder dan een fullservice-benadering en digitalisering. Wij willen klanten niet alleen de beste oplossing in elk deel van de talent journey bieden, maar ook de hele keten beter laten samenwerken. Om je werkgeversmerk tot leven te brengen, moet je mensen een totaalervaring bieden. Dat geldt vanzelfsprekend voor grote organisaties, maar ook kleinere werkgevers presteren beter als ze serieus werk maken van hun employer branding.’

Twee bureaus met een track record

Steam is als bureau waarschijnlijk het meest bekend van zijn jarenlange campagnes voor Defensie en de Politie. Het bureau voor employer branding, gevestigd in Amsterdam, bestaat al 27 jaar, en wist in die tijd vele woelige baren te trotseren. Het is een van de weinige bureaus in Nederland, zo niet het enige, dat volledig is gespecialiseerd in arbeidsmarktcommunicatie en dat ook al zo lang volhoudt. Er werken iets meer dan 25 mensen.

Steam is een van de weinige bureaus, zo niet de enige, die volledig is gespecialiseerd in employer branding, en dat ook al zo lang volhoudt.

Talmark, ‘creatieve specialisten in marketing gericht op talent’, is wat dat betreft nog een broekie. Toch werkt Talmark ook alweer sinds 2001 als communicatiebureau voor klanten in de arbeidsmarkt. Het bureau uit Nieuwegein heeft zo’n 20 medewerkers en vele klanten uit onder meer het mkb, naast bijvoorbeeld TenneT, Essent en de ANWB. Daarvoor ontwerpt het niet alleen campagnes, maar ook talloze volledige carrièresites. Het management van Talmark blijft in functie en heeft zich meerjarig verbonden in de nieuwe samenwerking.

Consolidatieslag

De samenvoeging van beide bureaus duidt op een verdere consolidatieslag op de markt van arbeidsmarktcommunicatie. Veel volledig Nederlandse bureaus zijn er momenteel niet meer over. Veel bureaus zijn óf verdwenen, of tegenwoordig (grotendeels) in buitenlandse handen. Zo heet Maximum tegenwoordig Radancy, de nieuwe naam voor het TMP Worldwide-netwerk waar het deel van uitmaakt. En Endouble werd eind vorig jaar overgenomen door het Amerikaanse Phenom. Met de samenvoeging van Talmark en Steam ontstaat één sterke Nederlandse tegenhanger daarvan.

Lees meer

Wim op woensdag: Waarom de top toppers wil, maar ze eigenlijk zelf tobbers zijn

Jaren geleden was ik eens actief in een sportbond. Als voorzitter mocht ik me bezighouden met zowel de top- als de breedtesport. De ervaring die ik daar heb opgedaan is dat hoe ‘hoger in de boom’ je komt, hoe meer aandacht de bestuurder besteedt aan topsport. Alsof er een correlatie is tussen een topbestuurder en een topsporter. Met de nadruk op ‘alsof’. Want die correlatie is er niet.

Hoe hoger in een organisatie, hoe meer interesse men toont in het aantrekken van de top.

Recruitment kent hierin zijn parallellen. Hoe hoger je in een organisatie komt, hoe meer aandacht en interesse men heeft in het aantrekken van toptalent. Iedere CEO wil top(talent) binnenhalen. Los van het feit dat de mening over wat ‘top’ is vaak is gebaseerd op de mening van de CEO, kun je jezelf de vraag stellen of dit de juiste strategie is om echt toptalent aan je te binden.

Gravenberch naar Willem II?

Ten eerste moet er objectief gekeken worden naar wat top(talent) is voor jouw organisatie. Is dat de top, of ben jij met subtop beter geholpen? Willem II zou waarschijnlijk dolgraag een talent als Ryan Gravenberch van Ajax aantrekken. Maar of dat voor het hele team beter is? Dat is nog maar de vraag.

willem ii top of subtop

Maar stel dat je tot de conclusie komt dat je inderdaad een topper moet aantrekken. Heb jij dan de juiste recruiter (of het juiste bureau) die deze mensen kent en/of weet te vinden en vervolgens aan boord weet te halen? Is jouw organisatie ook aantrekkelijk genoeg voor die topper zodat hij of zij bij jou in dienst wil treden?

Een top-apparaat

En dit geldt natuurlijk niet alleen voor de recruiter. Ook de onboarding, begeleiding en vervolgstappen moeten van het niveau zijn waardoor de topper tot optimale prestaties komt en dit vooraf ook weet – of in elk geval: gelooft. Te vaak laat de praktijk zien dat men wel de topper wil binnenhalen, maar niet de middelen wil inzetten om dit ook voor elkaar te krijgen. Maar Max Verstappen wint geen enkele Grand Prix als hij met een Ford Fiesta ‘s avonds laat op een verlaten parkeerplaats moet trainen.

Het begint bij een CEO die beseft dat recruitment een vak is en dat je daarvoor de top nodig hebt.

Om de top aan te willen trekken moet je recruitment-apparaat ook top zijn. In alle facetten. De juiste persoon met de juiste toolings, de juiste procedures en processen. Maar het begint allemaal bij een CEO die beseft dat recruitment een vak is en dat je daarvoor een topper nodig hebt. Anders blijft het helaas tobben.

Over de auteur

wim van den nobelen is er maar druk mee eenrichtingsverkeer loont de investering in recruitmentWim van den Nobelen is recruiter salarisadministratie bij Strictly People. Hij schrijft voor Werf& de ‘Wim op woensdag’. Op elke woensdag vind je hier een blog, onderzoek of artikel van hem.

Lees ook:

Valt er nu werkelijk niets te doen tegen scrapende vacaturesites?

Trots staan ze bovenaan de Emerce-100. Met 4,5 ster. En er was zelfs een nominatie als Website van het Jaar. Met op het moment van schrijven 136.767 vacatures van 5.431 bedrijven lijkt werkzoeken.nl dan ook wel iets goed te doen. En hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor HeelNederlandwerkt.nl, het onlangs met veel bombarie gepresenteerde initiatief van kickbokser Rico Verhoeven, dat onlangs van start ging met naar eigen zeggen zo’n 250.000 (!) vacatures.

Aaan die reusachtige aantallen vacatures op sommige sites zit ook een schaduwzijde.

Maar aan die reusachtige aantallen zit ook een schaduwzijde. De sites komen namelijk niet aan hun vele vacatures doordat werkgevers er toestemming voor hebben gegeven om daar hun vacatures te plaatsen (of zelfs maar ervoor betalen). Nee, ze ‘scrapen‘ vacatures, door met spiders over het internet te crawlen, op zoek naar informatie die ze op hun eigen site kunnen doorplaatsen. En zie: jouw vacature duikt ineens ongevraagd ook bij hen op.

11 nadelen onder elkaar

Het is een techniek die min of meer al zo oud is als het internet zelf. En in principe is er ook niets mis mee. Ook Google gebruikt het bijvoorbeeld, omdat ze anders jouw website niet kunnen tonen in hun zoekresultaten. Het hele vakgebied van Search Engine Optimisation (SEO) is hieruit ontstaan. En ook Google for Jobs is hierop gebaseerd. Het kán ook extra bereik opleveren voor je vacatures. Maar als het gaat om andere vacaturesites, gebeuren er ineens vaak rare dingen, zo schreef Jelmer Zuidema (Roadtrip Agency) recent op LinkedIn.

Een elftal nadelen van scrapende vacaturesites op een rij:

#1. Ze kunnen jouw kandidaat gijzelen

Veel scrapende vacaturesites vragen een kandidaat eerst een mailadres in te vullen, voordat diegene verder kan naar jouw vacature. Dat is een drempel waar jij als werkgever natuurlijk niet voor hebt gekozen.

#2. Fouten blijven rondzweven

Doe jij een update aan jouw vacature? Het duurt vaak dagen, soms weken, voordat de crawlers opnieuw op jouw site komen om de nieuwe informatie op te halen. Daardoor blijven fouten lang rondzweven.

#3. Ze sluiten vacatures niet

Een van de belangrijkste updates van een vacature is natuurlijk de sluiting ervan. Op je eigen website kun je dat makkelijk doorvoeren. Sterker nog: je geeft vaak zelfs vooraf aan wanneer een vacature automatisch moet worden gesloten. Maar scrapende vacaturesites houden daar geen rekening mee, zodat een vacature online nog lang kan openstaan, terwijl je intern de rol misschien allang vervuld hebt.

#4. Ze voegen informatie toe

Soms voegen scrapers zelfs informatie toe. Google for Jobs heeft aangekondigd dit bijvoorbeeld te gaan doen voor salarissen (op basis van informatie die ze weer van sites als LinkedIn en Glassdoor scrapen), maar er zijn nu ook al vacaturesites die dit ongevraagd doen. Daardoor komt misschien een kandidaat met een verwachting binnen die jij als werkgever nooit gewekt hebt.

#5. Ze laten informatie weg

Behalve dat scrapers soms ongevraagd informatie toevoegen, laten ze soms ook informatie ongevraagd weg. ‘Recent meegemaakt dat een belangrijk deel van de originele tekst niet was meegenomen. Resultaat: een zwaar teleurgestelde sollicitant die pas tijdens het gesprek hoorde dat het om vervanging van zwangerschap ging’, zo schrijft een corporate recruiter op LinkedIn.

#6. Ze leiden tot minder inzicht

Misschien leiden scrapers wel tot meer eyeballs voor jouw vacature, maar dat leidt nog niet automatisch tot meer verkeer of conversies op jouw eigen platform. Vaak vangen scrapers het verkeer af op hun eigen platform, zodat je het ook nauwelijks kunt meten, en zo ook niet weet wat je kunt verbeteren. Bovendien komt veel van het verkeer helemaal niet op jouw werkenbij-site terecht, zodat je van hen ook geen gegevens in je systeem kunt laden.

#7. Ze líjken tot verkeer te leiden

Bots die op jouw site zoeken naar vacatures om te scrapen worden wel geteld als verkeer. Maar ze blijven gemiddeld maar heel kort op je website, zodat al je data in Google Analytics hierdoor worden beïnvloed, en het moeilijker wordt hiermee te sturen.

#8. Ze leiden tot standaard afwijzingen

In de comments op LinkedIn is te lezen dat er ook platforms/websites zijn die louter ‘scrapen’ en plaatsen. Daarbij denk je als kandidaat dat je reageert op een vacature, maar krijg je uiteindelijk altijd een standaardafwijzing. Met jouw ‘sollicitatie’ is dan niets gedaan, maar ondertussen verdient het platform wel aan de clicks en advertenties eromheen.

#9. Soms zelfs betalen voor kandidaten

Het komt zelfs voor dat werkgevers moeten betalen voor kandidaten die via een scrapende website solliciteren. Dus: de scrapende website haalt een vacature van jouw werkenbij-site, plaatst hem door, en als dan een kandidaat reageert, moet je betalen om zijn of haar gegevens te mogen inzien. Of deze nu wel of niet geschikt is…

#10. Kandidaat komt vaak niet in het ATS

Recruiters melden dat sollicitaties via een scrapende vacaturesite vaak in de mailbox terechtkomen in plaats van in de beveiligde omgeving van het recruitmentsysteem van de organisatie. AVG-technisch dus niet handig. Bovendien komen de sollicitaties dan ook vaak in de spam terecht van de recruiter, zodat de sollicitatie ook in die zin het risico loopt niet gezien te worden.

#11. Het is slecht voor je kansen als kandidaat

Solliciteren via een scrapende site kan ook nog op een andere manier je glazen als kandidaat ingooien. Een site als werkzoeken.nl kan bijvoorbeeld vragen om op sociale media te delen dat je via hen hebt gesolliciteerd. Maar het advies van sollicitatiecoach Aaltje Vincent is daarbij duidelijk: ‘Doe. Het. Niet.’

Mijn advies: solliciteer nooit vanaf zo’n site, maar altijd via de website van de werkgever.’

Online delen dat je hebt gesolliciteerd of door bent naar een volgende ronde? ‘Echt een afrader’, noemt ze het. Je kunt er vervelende vragen over krijgen van vrienden en kennissen, en kunt bij andere recruiters uit het zicht vallen. En doe het zeker niet als werkzoeken.nl het vraagt, benadrukt ze. ‘Ze vragen dat alleen aan je om reclame voor hen te maken. Mijn advies: solliciteer nooit vanaf zo’n site, maar altijd via de website van de werkgever.’

scrapende websites scrapen

Maar dan de hamvraag: wat is ertegen te doen?

Een flink aantal nadelen, dus. Maar de hamvraag is natuurlijk: wat is ertegen te doen? Zuidema noemt in zijn artikel al een aantal mogelijkheden. Buiten een betaalde samenwerking aangaan met de vacaturesites (‘Een oplossing die je ook direct weer mag vergeten’), heeft hij het daarbij bijvoorbeeld over het blokkeren van zogenoemde third-party posters via LinkedIn of Indeed. ‘Dit zorgt ervoor dat enkel de job postings die jij aanmaakt getoond worden aan kandidaten.’

‘Met jouw website, domeinwaarde en unieke content kun je vrijwel altijd bovenaan komen in Google for Jobs.’

Ook Google for Jobs kan het probleem helpen onder de duim te krijgen, schetst hij. ‘Met jouw website, domeinwaarde en unieke content kun je vrijwel altijd bovenaan komen in Google for Jobs. Je kunt simpelweg de hoogste kwaliteit voor de kandidaat bieden omdat je de hoogste kwaliteit aan informatie bezit. Het enige dat je moet doen is alle informatie op jouw werkenbij-site zo volledig mogelijk en gestructureerd aanleveren.’

Een verbod is lastig

Landelijk ligt scrapen al langer onder een vergrootglas, vooral sinds de schandalen rondom Cambridge Analytica en Clearview. Vorig jaar werd in de Tweede Kamer gesproken over sites die foto’s van internet scrapen, maar tot wetgeving kwam het niet. LinkedIn had er in 2017 ook al mee te maken. Toen ging het echter niet over vacatures, maar juist over profielen. hiQ Labs, een start-up in ‘the valley’, scrapete die van LinkedIn en kreeg daarin van de rechter gelijk omdat LinkedIn geen eigenaarschap kan claimen over het profiel van iemand, en dat dit dus ‘openbare informatie’ is.

Vorig jaar werd in de Tweede Kamer gesproken over scrapen, maar tot wetgeving kwam het niet.

Een echt verbod op scrapen zal dan ook lastig zijn, denkt ook Zuidema. Hij zegt meer te geloven in een systeem waarin de scrapers open zijn over wat ze doen en benaderbaar zijn voor degenen wiens vacatures zij scrapen. ‘Indeed is ook als scraper begonnen, maar heeft nu geen gescrapete vacatures meer op zijn site. Ik denk dat als we het bewustzijn vergroten, meer sites de slag naar eerlijk werken kunnen maken. De huidige praktijk is nu té kwalijk voor te veel partijen.’

Seal of approval

Ook noemt hij initiatieven waarbij via een soort blockchain een ‘seal of approval‘ aan content kan worden meegegeven, zodat gebruikers ook zeker weten dat de informatie klopt. ‘Dat zijn wel dingen waar wij over nadenken. En als je het bij een aantal bedrijven voor elkaar krijgt, kan dat best gaan vliegen. Maar de vraag is natuurlijk wel of dat niet een te zwaar systeem is voor zoiets als vacatures.’

‘Het is eigenlijk belachelijk wat de scrapende sites doen.’

Ook anderen noemen op LinkedIn min of meer technische oplossingen voor het probleem, zoals robot.txt toevoegen aan je beginpagina, of patentering van vacatures. Maar uiteindelijk gaat het toch echt om bewustwording en aandacht, vat Zuidema het samen. ‘Het is eigenlijk belachelijk wat de scrapende sites doen. Maar door zichtbaar te maken wat er gebeurt, kan er hopelijk wel wat veranderen.’

Lees ook

 

 

 

Diversiteit in recruitment? ‘De tijd van pappen en nathouden is nu echt voorbij’

Diversiteit is bepaald geen nieuw onderwerp op de agenda van recruiters. In het eerste decennium van deze eeuw was er ook al een grote diversiteit- & inclusiviteits-scene in Nederland. Zeker in de jaren na Pim Fortuyn en tijdens (en na) Rita Verdonk. In die jaren gingen tientallen miljoenen euro’s subsidie naar allerlei initiatieven gericht op eerst ‘werving van allochtonen’, wat daarna ‘multicultureel talent’ werd, vervolgens ‘de TMSA-doelgroep’, ‘cultureel divers’ en tegenwoordig ‘talent met een niet-westerse achtergrond’.

Diversiteit is bepaald geen nieuw onderwerp op de agenda van recruiters.

pappen en nathouden is voorbij als het gaat om diversiteitJaren geleden deden wij bij Intelligence Group al intensief onderzoek naar het arbeidsmarktgedrag van de doelgroep die of zelf in het buitenland is geboren, of van wie een van de ouders dat is. En ja, in de data zagen we zeker verschillen. Maar die waren doorgaans klein en in arbeidsmarktcommunicatie zeker overbrugbaar. Hoe we dat bijna 15 jaar geleden deden, kun je in dit boek over cultureel diversiteitsbeleid en recruitment mooi teruglezen.

Charters en PR-machines

In die tijd (en nog steeds) waren er veel initiatieven om iets aan die diversiteit te doen. Van ‘vrouwen naar de top’ tot en met charters waarin CEO’s van alle grote bedrijven plechtig beloofden het voortaan echt anders te gaan doen. Eén ding deden ze vervolgens zeker, en dat was geld stoppen in congressen en events waarin ze de PR-machine volop lieten draaien. De overheid voorop.

De meest effectieve adviezen voor een meer inclusieve arbeidsmarkt bleken steeds een brug te ver.

Maar, zo ontdekten wij al onderzoekend, de meest effectieve adviezen om een brug te slaan naar een meer inclusieve arbeidsmarkt waren altijd een brug te ver. Met een goed onderzoek en mooie beloften, inclusief het sponsoren van een exotische studievereniging en een boot op de Gay Pride, werden de KPI’s ook al wel gehaald. Een paar aanbevelingen die – ook vandaag nog – direct effect zouden hebben bleven rustig in een la liggen. Denk bijvoorbeeld aan:

  • Meer diversiteit onder (campus)recruiters c.q. diversiteit laten overheersen in het recruitersgilde.
  • Een of meerdere workshops organiseren op een ROC of hbo-instelling in de Randstad om managers de ‘huidige’ arbeidsmarkt te laten ervaren.
  • Numeriek inzicht hebben in de man/vrouwverhouding of culturele achtergrond van de doelgroep. Cijfers die eenvoudig via het CBS, DUO en het DoelgroepenDashboard te achterhalen zijn.
  • Meer diverse beelden gebruiken op de recruitmentsite, zonder dat het er expliciet bovenop ligt.
  • Jezelf neerzetten als een vadervriendelijke werkgever (want daarmee trek je juist óók meer vrouwen)
  • Bewijzen dat je mannen en vrouwen gelijk betaalt.

Geen onderzoek voor de bureaula

Uit heel veel onderzoek is gebleken dat deze laatste twee punten direct effect hebben op de aantrekkingskracht op meer vrouwelijk (managerial) talent. Zeker voor het laatste punt zijn er veel data beschikbaar. Maar waarom is het dan nog steeds nieuws als organisaties als APG bekendmaken de salarissen tussen mannen en vrouwen gelijk te trekken?

Waarom is het nog steeds nieuws als organisaties de salarissen van man en vrouw gelijktrekken?

Onderzoek doen voor de bureaula of politieke doeleinden is niet echt aan ons besteed, dus wij trokken ons terug uit deze markt. In de jaren daarna verdween het onderwerp sowieso wat van de agenda en verloor het aan prioriteit, zeker als het gaat om culturele diversiteit.

Met mooie beloftes komen we vanzelf in 2030. Weer 10 jaar gewonnen!

Natuurlijk horen we nog minimaal 4 keer per jaar dat alle doelen op gebied van vrouwen naar de top niet worden gehaald, maar echte harde afspraken maken werd jarenlang niet nodig geacht. En met mooie beloftes komen we vanzelf in 2030. Weer 10 jaar gewonnen!

Echte initiatieven komen uit Europa

Twee hashtags hebben de zaak afgelopen jaar echter weer op scherp gezet: #metoo en #BLM (Black Lives Matter). Dankzij die maatschappelijke ontwikkelingen zijn we gegarandeerd van weer een hoop D&I in de komende jaren. Dat er dwingende verandering gaat komen vanuit de Nederlandse politiek, daar heb ik weinig hoop op. Zeker ook als je de lijsttrekkers hoort over diversiteit tijdens het RTL4-debat. Het eeuwenoude en uitgekauwde ‘kwaliteitsargument’ en ‘excuusallochtoon’ wordt als drogreden gebruikt om vooral niets te hoeven veranderen.

Wat fijn is het dan dat ondertussen de echte initiatieven uit Europa komen. Eurocommissarissen Vera Jourová (waarden en transparantie) en Helena Dalli (gelijkheid) willen dat bedrijven vanaf 250 werknemers voortaan jaarlijks openbaar maken hoeveel hun mannelijke en vrouwelijke personeelsleden verdienen. En bovendien – pikant – dat werknemers het recht hebben hun werkgevers te bevragen over het gemiddelde loonniveau van hun collega’s met gelijkwaardige functies, uitgesplitst naar geslacht.

Gaat dit te ver?

Opvallend is dat wij in Nederland dit misschien raar en veel te ver vinden gaan, maar dat er in Europa al 13 landen zijn met bindende wetten om bedrijven te dwingen open te zijn over de salarissen. In Zweden gaan ze nog een stapje verder, want daar zijn alle belastingaanslagen zelfs openbaar.

Vragen naar de kinderwens wordt net zo strafbaar als naar het huidige salaris.

De voorstellen van Jourová en Dalli hebben voor arbeidsmarktcommunicatie ook gevolgen. Zo maakt het duidelijk dat je maar beter salaris al in de vacature of in het gesprek kunt benoemen (sowieso slim voor de vindbaarheid van Google for Jobs en om je conversie te verhogen). En je mag niet meer naar het eerdere salaris in de eerdere job vragen, zodat eerdere loonverschillen niet meegenomen worden naar een nieuwe baan. Vragen naar een eventuele kinderwens wordt bovendien net zo strafbaar als naar het huidige salaris.

Change is on the way

Met deze voorstellen gaat Europa de loonkloof tussen mannen en vrouwen te lijf. Als je nu als werkgever slim wil zijn, ben je die wetgeving voor – en maak je dus nu al alles transparant. Daar pluk je dan ook als eerste voordeel van op de arbeidsmarkt en qua employer brand.

Het ooit zo progressieve Nederland blijft voorlopig achter.

De bovenstaande voorstellen symboliseren volgens mij ook echt een wezenlijke verandering in denken en doen. Het ooit zo progressieve Nederland blijft voorlopig achter, maar ik schat in dat de tijd van pappen en nathouden voorbij is. Mazars ging al door de mangel, en je wilt ook de foto’s op sociale media van de Sinterklaasfeestjes van veel Nederlandse grote werkgevers niet bestuderen! Maar ik denk dat dit zal veranderen. Net als de foto’s waarin wéér een heel team met witte recruiters is aangenomen.

Er komen interessante tijden aan

Kortom: er komen interessante tijden aan. Iedereen die nu werk maakt van diversiteit en inclusiviteit is niet alleen razend slim (om alle bekende redenen), maar doet volgens mij ook moreel het juiste.

Iedereen die nu werk maakt van diversiteit en inclusiviteit is razend slim.

Disclaimer: bij Intelligence Group zijn we allemaal onszelf en per definitie anders. Kijkend naar sociaal-demografische kenmerken, zijn alle generaties vertegenwoordigd (mensen tussen de 22 en 62), is de man/vrouwverdeling 50/50 vrouw en is ongeveer 1/3 ‘cultureel divers’ (zonder rekening te houden met ‘de Randstad’ en ‘de Provincie’). Ook is er een grote diversiteit in voorkeur voor voetbalclubs.

Credit bovenste foto Vĕra Jourová, links, en Helena Dalli, rechts

Over de auteur

Geert-Jan Waasdorp is directeur van Intelligence Group en uitgever van Werf-en.nl.

Meer statistieken over diversiteit & inclusiviteit?

Werf& Statistieken Diversiteit & Inclusiviteit

Meer statistieken over diversiteit? Werf& heeft een mooie infographic met nieuwe cijfers samengesteld. Download hem hier:

Infographic

seminar diversiteit werf&

Meer weten? Kom naar het seminar

Op dinsdag 6 april organiseert Werf& het Seminar Diversiteit. Daar deelt onder meer Anita Huijmans van EY haar ervaringen hoe je diversiteit en inclusiviteit op de agenda krijgt en houdt. Ook gaat het seminar in op hoe je kunt voldoen aan de mogelijke verplichtingen die uit de nieuwe wet voortvloeien.

Seminar Diversiteit

Lees ook