Of je haar nu kent van het spraakmakende debat tussen Pieter Omtzigt en Frans Timmermans vorig jaar, van RTL Nieuws, van BNR Nieuwsradio of van Buitenhof, dat maakt eigenlijk niet uit. Feit is dat Diana Matroos door de jaren heen bekend is komen te staan als een van de scherpste interviewers van Nederland. Een kwaliteit die haar ook volgende week goed van pas zal komen, als ze optreedt als dagvoorzitter van het congres Internationalisering van de Arbeidsmarkt, dat op 9 september in Rotterdam plaatsvindt.
‘Er zit op het dossier natuurlijk de nodige spanning.’
Het belooft namelijk een interessante dag te worden, waar de controverse rondom het onderwerp niet wordt geschuwd. Of het nu gaat om huisvesting, integratie, of het belang van arbeidsmigratie voor de Nederlandse economie, Matroos zal doorvragen tot het naadje van de kous, belooft ze. Sterker nog: ze ziet het als haar taak om het debat te laten knetteren. ‘Er zit op het dossier natuurlijk de nodige spanning – en ik vond het mooi te lezen in de aankondiging van het event dat het ook best mag schuren. Zo’n spannend dossier vraagt dat ook en de scherpte is dan cruciaal om tot goede oplossingen te komen.’
Big Five
‘De internationale arbeidsmarkt is als dagvoorzitter een nieuw onderwerp voor mij’, geeft ze aan. ‘Maar uiteraard heb ik daar als journalist veel aandacht voor, bijvoorbeeld in mijn programma BNR’s Big Fivewaarvoor ik ook een aantal sprekers op dit congres heb geïnterviewd. Dus heel leuk om die ervaring nu ook te verbinden in mijn rol als dagvoorzitter.’
Het onderwerp ‘migratie’, en met name arbeidsmigratie, heeft natuurlijk al wel langer haar aandacht. De geboren en getogen Amsterdamse, dochter van een Nederlandse moeder en Surinaamse vader, kwam in 2015 in het nieuws na een onthullend vraaggesprek met de Volkskrant waarin zij vertelde slachtoffer te zijn geweest van discriminatie. ‘Onder het mom van een grapje worden de vreselijkste dingen gezegd of gedaan. Bij RTL legde een chef een handje pepernoten op mijn bureau met de woorden: voor de enige echte Zwarte Piet op de redactie.’, onthulde Matroos destijds.
Het belang van culturele diversiteit
Later keek ze met minder genoegen terug op dat interview. Tegen de VPRO zei ze erover: ‘Het is voor mij een oud verhaal, er is al zoveel over gezegd. Mijn statement destijds ging overigens vooral over het belang van meer diversiteit in de media. Maar de media pakten de pepernoten op als hét grote verhaal.’ Gelukkig pakte RTL het wel positief op, blikt ze terug. ‘Op dat moment was het weliswaar slikken voor RTL, maar later hebben ze me bedankt voor het bredere inzicht dat culturele diversiteit positief is voor de media.’
In 2015 nam ze ook een TEDtalk op, onder de titel Diversity Wins. ‘Nederland is al heel lang aan het verkleuren, of men dat nu leuk vindt of niet’, zei ze daarover. ‘Het is een feit en de trend zal doorzetten, wijzen de prognoses uit. Daarbij leven we sowieso meer global. Dan is het vanuit een economisch oogpunt niet handig om niets met die doelgroepen te doen.’ […] ‘Iemand met een migratieachtergrond die vanuit een kans benaderd wordt, komt veel beter tot zijn recht dan goedbedoelde projecten uit het verleden, waarbij we allochtonen gingen helpen.’
Beladen onderwerp
Inmiddels zijn we bijna 10 jaar verder, en is het onderwerp diversiteit misschien alleen nog maar meer beladen geworden, net als de hele internationalisering van de arbeidsmarkt, en arbeidsmigratie in het bijzonder. Maar laat het maar aan iemand als Diana Matroos om het debat erover in goede banen te leiden. Dat deed de aanvoerder van De Kleurrijke Top 100 van 2015 tenslotte al vele malen eerder, van medische congressen en vastgoedconferenties tot een nationale veiligheidsconferentie en diepte-interviews met onder meer oud-premier Balkenende samen met de rechterhand van bondskanselier Merkel, Peter Almeier.
Als hoogtepunt van dit jaar noemt zij tot nu toe het dagvoorzitterschap van de tweedaagse Bilderberg Conferentie enkele maanden geleden, met daarin onder meer een uitgebreid on stage-interview met de dan net als premier vertrokken Mark Rutte. Maar misschien dat ze daar volgende week zomaar een nieuw hoogtepunt van het jaar aan kan toevoegen…
Meer weten?
Op 9 september 2024 vindt in Rotterdam de tweede editie plaats van het congres Internationalisering van de Nederlandse Arbeidsmarkt. Tijdens dit evenement worden deelnemers geïnspireerd door de feiten, de context, de praktijk, best practices, dilemma’s, uitdagingen, problematiek en oplossingen. Geen heilige huisjes, wel feiten en de praktijk. Problemen én oplossingen. Schrijf je dus nú snel in:
Wie niet beter zou weten, zou denken dat het begrip ‘employer branding‘ altijd bestaan heeft. Maar het tegendeel is het geval. Sterker nog: het was pas in oktober 1996 – nog net geen 28 jaar geleden dus – dat het begrip voor het eerst (gefundeerd) de wereld in werd geworpen, en wel door een academisch artikel van Simon Barrow (oprichter en consultant van Simon Barrow Associates, links op de foto) en de dan bijna 60-jarige Tim Ambler, marketinghoogleraar aan London Business School (rechts), waar hij tot 2012 aan verbonden bleef.
In het artikel uit 1996 hebben ze het beiden niet alleen voor het eerst ooit over het beeld dat je als werkgever wil oproepen in de hoofden van je (potentiële) werknemers, ze leggen daarbij ook de eerste theoretische principes uit, waarbij ze eigenlijk voor het eerst de wereld van HR en marketing bij elkaar proberen te brengen. Dat gaat nog op een vrij rudimentaire manier, zoals bovenstaande afbeelding laat zien. Maar wie het artikel nu leest, ziet dat veel van de ideeën erin nog steeds overeind staan, en nog verrassend actueel zijn.
Al sinds 1990
Toegegeven, helemaal als de aartsvader van het begrip employer branding kan Ambler niet worden beschouwd. Het was Barrow die er al in 1990 over sprak, op de toenmalige Britse CIPD-conferentie. Maar het was wel Ambler die in 1995 het eerste wetenschappelijke ernaar startte, door 2 MBA-studenten (Christian Ingerslev en Andrew Wiseman) het HR- en marketingmanagement bij 27 toonaangevende werkgevers te laten interviewen, en de resultaten daarvan – plus een eerste definitie van employer branding – te publiceren in de Journal of Brand Management.
Zonder Tim Ambler zou de World Employer Branding Day misschien niet eens plaatsgevonden hebben.
In The Employer Brand, het standaardwerk dat Simon Barrow in 2005 samen met de latere Universum-directeur Richard Mosley schreef, komt Ambler er trouwens maar bekaaid vanaf, met slechts drie vermeldingen, waarvan eentje naar Amblers eigen boek Marketing and the Bottom Line. Maar het is niet overdreven gewaagd om te stellen dat zonder het werk van Tim Ambler de wereld van werkgeversmerken er echt nog wel anders uit had gezien, en een groot evenement als de nu ruim 700 bezoekers trekkende World Employer Branding Day misschien nog niet eens plaatsgevonden zou hebben. ‘We zijn hem veel verschuldigd bij het helpen oprichten van wat nu een gevestigde mondiale managementdiscipline is geworden’, schrijft Mosley nu dan ook.
‘Strategisch marketinginstrument’
In het artikel uit 1996 leggen Barrow en Ambler kort gezegd uit dat employer branding een ‘strategisch marketinginstrument’ is dat kan worden gebruikt om het beste talent aan te trekken en te behouden. Kort samengevat definieerden ze het concept als ‘het pakket functionele, economische en psychologische voordelen die een baan met zich meebrengt en die geïdentificeerd worden met het bedrijf dat de werknemer in dienst heeft’. Dus, zoals Barrow en Ambler stellen, kunnen we zeggen dat employer branding het proces is waarbij de bedrijfscultuur verandert om de werkomgeving positief en aantrekkelijk te maken en zo het beste talent aan te trekken en te behouden.
‘We zijn Tim Ambler veel verschuldigd bij het helpen oprichten van wat nu een gevestigde mondiale managementdiscipline is.’
Tim Ambler heeft eigenlijk zijn hele leven gewijd aan de effectiviteit van marketing. Hij stond lange tijd op de lijst van 100 meest invloedrijke figuren in de marketingwereld, en het Chartered Institute of Marketing noemde hem een van de top-50 marketing experts in de wereld. Hij studeerde wiskunde aan Oxford University en marketing aan MIT Sloan School of Management. Voordat hij naar de academische wereld overstapte, werkte Ambler 30 jaar in het bedrijfsleven, eerst als accountant, daarna pas als marketeer. Na zijn pensionering ontwikkelde hij zich ook nog eens als componist.
Meer weten?
Meer te weten te komen over employer branding? Van 9 tot 11 oktober is Amsterdam opnieuw het decor voor de groots opgezette World Employer Branding Day. Met dit jaar cases van onder meer McKinsey, Amazon, Coca-Cola, DHL Group, Merlin Entertainment, PwC en McCain. Met de promocode werf krijg je 100 euro korting per persoon.
Het vaste contract bezig aan een opmars, zoals nu.nl onlangs schreef, op basis van cijfers van statistiekbureau CBS? Dat leek inderdaad lange tijd het geval. Maar nieuwe cijfers van Jobdigger laten juist recent iets héél anders zien. Na de piek van het aantal vacatures met een aangeboden vaste aanstelling in mei dit jaar is volgens hen namelijk ineens een scherpe daling te zien. Werden in mei dit jaar nog 136.000 vaste contracten aangeboden, inmiddels is dat gedaald tot minder dan 80.000 per maand, ongeveer de helft minder dan begin dit jaar.
Zou het de veranderende arbeidsmarkt in zijn geheel zijn? Of zou het iets te maken hebben met een op de rem trappende overheid, van oudsher de meest genereuze uitdeler van vaste contracten? Anyway, de trend lijkt duidelijk gekeerd. Waar het aantal werknemers met een vast dienstverband volgens het CBS al sinds 2015 alleen maar aan het stijgen is, wijst veel erop dat ze binnenkort wel eens andere geluiden zullen moeten gaan communiceren.
Top 10 functies voor vast contract
Welke aangeboden functies gaan het meest samen met een vast dienstverband? Hier blijken vooral logistieke functies als vrachtwagenchauffeur en magazijnmedewerker goed te scoren. Maar ook in andere beroepen komen nog veel vacatures met aangeboden vaste contracten voor. De top 10 functies is overigens gebaseerd op de eigen JDCO-classificatie van Jobdigger, een classificatie die de functies gedetailleerder beschrijft dan de meer algemene ISCO-classificatie.
Is het verstandig dat in deze functies veel vaste contracten worden aangeboden? Zeker. Uit een analyse van data van Intelligence Group blijkt het vaste contract namelijk zowel bij de magazijnmedewerker als de vrachtwagenchauffeur in de top-3 van pullfactoren te staan, naast een goed salaris en werksfeer. De vrachtwagenchauffeur die op zoek is naar een (andere) baan zal hier dus waarschijnlijk zeker gevoelig voor zijn als hij of zij deze arbeidsvoorwaarde in een vacature tegenkomt.
Vaakst vaste contracten voor mbo’ers
Ingezoomd naar opleidingsniveau is te zien dat meer dan de helft van de vacatures met aangeboden vaste contracten een mbo-opleiding vraagt. Iets meer dan een kwart van de vacatures vraagt een hbo-opleiding en slechts 4% een afgeronde wo-opleiding. Het vaste contract is dus vooral in trek bij de praktische beroepen, wat aansluit bij de eerdere top-10 met functies waarbij organisaties vaste contracten aanbieden.
Je eigen medewerkers inzetten als ambassadeurs voor je werkgeversmerk. Velen zeggen het graag te willen doen, maar hoe kun je dat nou in de praktijk goed handen en voeten geven? Het Reinier de Graaf-ziekenhuis in Delft lanceerde hiervoor in april 2024 de campagne De baan van je leven. Belangrijkste doel: nieuwe collega’s aantrekken voor diverse functies in het ziekenhuis. Hoe? Onder meer door De baan van je leven-battle op social media, met name Instagram.
‘Welke video krijgt de meeste likes?’ Daar draaide het de laatste tijd om in de wandelgangen van het Reinier de Graaf-ziekenhuis.
Medewerkers van alle afdelingen werden hierbij uitgedaagd om op een creatieve manier te laten zien waarom zij precies ‘de baan van hun leven’ hebben. Deze content deelde het Reinier de Graaf-ziekenhuis vervolgens op de eigen sociale media. Alle inzendingen werden om de beurt gepubliceerd en bleven steeds twee weken online staan. ‘Welke video krijgt de meeste likes en reacties?’ Daar draaide het de afgelopen maanden om in de wandelgangen van het ziekenhuis. En deze week werd de winnaar bekend. Met veruit de meeste likes sleepte de Intensive Care-afdeling de wisselbeker en het felbegeerde teamuitje in de wacht.
Afgelopen week werden de zorgprofessionals van de IC in stijl verrast met onder andere de hulp van out-of-the-box-denker, schrijver en mede-jurylid Rico Bakker.
Vanwege het grote succes van de battle, start het Reinier de Graaf-ziekenhuis begin volgend jaar een nieuwe editie, vertelt senior recruiter Michelle Bossers. ‘Want ondanks het succes van deze campagne, zijn er nog steeds veel medewerkers nodig. En we willen graag laten zien wie wij zijn als werkgever, zodat potentiële kandidaten kunnen bedenken of zij hier op hun plek zijn. We kijken tegenwoordig ook veel meer naar de mens achter de sollicitant. Wie ben jij, waar word je blij van, waar liggen jouw talenten? En hoe kunnen wij als werkgever meedenken naar een passende functie voor jou? Deze manier van (om)denken is nodig om het werk in de zorg aantrekkelijk te houden, ook voor jonge professionals.’
De battle leverde trouwens niet alleen een groot aantal (interne) likes en reacties op, maar ook een piek aan sollicitanten, vertelt ze. Precies het doel van de in april gestarte campagne, die vooral wil uitdragen dat bij het Reinier de Graaf-ziekenhuis medewerkers op de eerste plaats staan. ‘Als zij zich goed en gehoord voelen, zijn ze beter in staat om de allerbeste zorg aan patiënten te leveren. Wij vinden het daarom belangrijk dat medewerkers hun vaardigheden en passies kunnen benutten om zich te blijven ontwikkelen.’
Winnaar Werf& Award
Het ziekenhuis in Delft heeft overigens inmiddels een behoorlijke traditie als het om baanbrekende arbeidscommunicatie gaat. Zo won het al in 2018 een Werf& Award voor het spreekuur waarmee sollicitanten feedback op hun gesprek konden krijgen. Later kwamen daar campagnes bij met onder meer violistes op de IC, kregen solliciterende moeders 2 uur lang gratis kinderopvang aangeboden, kun je er wandelend solliciteren, en organiseerden ze ook al eens een Meet en Greetvoor statushouders uit Delft, Den Haag, Pijnacker en Capelle a/d IJssel, met een medische opleiding en ervaring binnen het ziekenhuiswezen.
De Nederlandse arbeidsmarkt is extreem krap – en door de vergrijzing zal dat lang zo blijven. Tegelijk zijn er juist meer mensen nodig in de zorg, voor de energietransitie en in de groeiende technologiesector van Nederland. Het nieuwe kabinet wil ondertussen… mínder arbeidsmigratie en internationale studenten verjagen. Hoe zal dat er in de praktijk uitzien? Wat gebeurt er als dit restrictieve beleid de economie en de publieke dienstverlening echt gaat raken? Econoom en journalist Mathijs Bouman gaat tijdens het congres Internationalisering van de arbeidsmarkt op 9 september op zoek naar antwoorden op deze vragen.
‘Als je nuchter naar de feiten kijkt, kom je al snel tot de conclusie dat we arbeidsmigranten gewoon nodig hebben.’
Als openingsspreker wil econoom en journalist Mathijs Bouman daarbij vooral vanuit een macro-economisch perspectief kijken naar arbeidsmigratie. Volgens hem is het met de huidige krapte ‘het slechts mogelijke moment’ voor een anti-immigratiesentiment. ‘De enige vorm van arbeidsmigratie die we snel kunnen stoppen, zou juist de mensen treffen die we het hardst nodig hebben’, zegt hij.
Negatief sentiment vs nuchtere feiten
De discussie over arbeidsmigratie wordt momenteel vooral gevoed door ‘negatief sentiment’, schetst hij. ‘Ik wijs dan graag op enkele feiten die we niet kunnen ontkennen als we het over dit onderwerp hebben. Ten eerste is er dus sprake van structurele krapte op de Nederlandse arbeidsmarkt. Daar overheen komt de vergrijzing die nog enkele decennia lang voor een krimpende beroepsbevolking groeit. En ten derde trekken we in Nederland niet de goede migranten aan.’
‘De golf van vergrijzing die ons de komende 20 à 30 jaar te wachten staat, wordt politiek onderschat.’
Maatschappelijk gezien ligt het onderwerp op dit moment enorm gevoelig, ziet hij. ‘Maar vanuit macro-economisch gezichtspunt is het niet zo ingewikkeld. De golf van vergrijzing die ons de komende 20 à 30 jaar te wachten staat, wordt door de politiek onderschat. Politiek en maatschappij hebben zichzelf wijsgemaakt dat arbeidsmigratie een probleem is in plaats van een oplossing. Maar als je nuchter naar de feiten kijkt, kom je al snel tot de conclusie dat we arbeidsmigranten nodig hebben om de economie en publieke voorzieningen op peil te houden.’
Gebrek aan nuance
Mathijs Bouman constateert daarnaast dat tot voor kort er altijd het besef was, dat we de op ons af komende problemen niet kunnen oplossen zonder arbeidsmigratie. ‘Maar dat besef is verloren gegaan in de wervelstorm van het populisme en de politici die daarmee meebuigen. Alle vormen van immigratie worden op één hoop gegooid: van kenniswerkers en expats tot laagbetaalde arbeidsmigranten uit Oost-Europa, asielzoekers en internationale studenten. De nuance is zoek.’
‘Ik ben bang dat politiek beslissingen worden genomen die tegen onze economische en maatschappelijke belangen ingaan.’
Zelfs ‘een doorgaans verstandige politicus als Pieter Omtzigt’ ziet hij daaraan meedoen. ‘Bijvoorbeeld met zijn voorstel voor immigratiequota. Aangezien je weinig grip hebt op asielzoekers en mensen van binnen de EU, treft dat al snel kenniswerkers en vakkrachten, juist de mensen die de komende jaren het hardst nodig zijn om de effecten van vergrijzing op te vangen. Ik ben bang dat de huidige anti-immigratiesegmenten ervoor kunnen zorgen dat er beslissingen worden genomen die tegen onze economische en maatschappelijke belangen ingaan.’
Geen geloofwaardige alternatieven
Bouman zegt niet te geloven dat alternatieve oplossingen, zoals een krimpstrategie of een boost in de arbeidsproductiviteit, de economische noodzaak van arbeidsmigratie kunnen wegnemen. ‘Het is niet zo dat ik er uit principe op tegen ben, ik ben er alleen van overtuigd dat stoppen met economische groei meer problemen oplevert dan het oplost. Zo is de financiering van ons pensioenstelsel gebaseerd op economische groei en bepaalt groei de dynamiek van ons bedrijfsleven. En ook bij een economie die niet meer groeit, blijven we last houden van de effecten van vergrijzing.’
‘Ik ben ervan overtuigd dat stoppen met economische groei meer problemen oplevert dan het oplost.’
Inzetten op meer arbeidsproductiviteit dan? Ja, dat is absoluut wenselijk, zegt hij. ‘Maar we zien tegelijkertijd dat juist in de dienstensector, waarin grote arbeidstekorten worden verwacht, de arbeidsproductiviteit de laatste jaren eerder is gedaald dan gestegen. De heilige graal om die trend te keren, is nog niet gevonden. Duidelijk is dat goed onderwijs en investeren in technologische oplossingen verschil kan maken. Maar ook dat zie je in de huidige kabinetsplannen niet echt terug.’
Selectieve arbeidsimmigratie
Hoe moeten we het volgens de econoom en journalist dan wel aanpakken? ‘In de eerste plaats moeten we erkennen dat Nederlands arbeidsmigranten nodig heeft en uitleggen waarom dat zo is. Het alternatief is economische stagnatie of zelfs recessie en slechtere publieke dienstverlening. Daarnaast moeten we helder voor ogen hebben welke migranten we nodig hebben en beleid ontwikkelen om juist die groepen aan te trekken. Ik ben ook voorstander van investeringen waarmee we de productiviteit kunnen aanzwengelen. En we mogen best kritisch kijken naar welke economische activiteiten we willen behouden en welke we ontmoedigen.’
‘Als we streven naar nul arbeidsmigratie zal de wal uiteindelijk het schip keren.’
‘Vanwege de demografische ontwikkelingen, maar ook internationale verdragen, is de deur op slot gooien geen optie. Als we streven naar nul arbeidsmigratie keert de wal uiteindelijk het schip. De bevolking zal eisen dat de publieke voorzieningen op peil blijven, ondernemers zullen eisen dat de overheid ze in staat stelt te blijven produceren en de politiek zal eisen dat die ondernemers niet uit Nederland vertrekken. Kiezen voor arbeidsmigratie mag dan ingewikkeld zijn in het huidige politieke en maatschappelijke klimaat, het zorgt wel ervoor dat jij de spelregels kun bepalen en kunt inzetten op betere arbeidsmigratie die meer problemen oplost dan ze veroorzaakt. Dat hebben ze in de ons omringende landen een stuk beter begrepen.’
Meer weten?
Op 9 september 2024 vindt in Den Haag de tweede editie plaats van het congres Internationalisering van de Nederlandse Arbeidsmarkt. Tijdens dit congres worden deelnemers geïnspireerd door de feiten, de context, de praktijk, best practices, dilemma’s, uitdagingen, problematiek en oplossingen. Geen heilige huisjes, wel feiten en de praktijk. Problemen én oplossingen. Mathijs Bouman is er openingsspreker. Schrijf je dus nú nog snel in:
Met de start van het nieuwe collegejaar gaan ook grote groepen studenten op zoek naar een (nieuwe) bijbaan. Wat heeft daarbij de voorkeur? In elk geval iets wat relevant is, zo blijkt uit de Bijbanen Barometer 2024 van digitaal uitzendplatform NOWJOBS. Maar liefst 94% van de door hen ondervraagde respondenten zegt te letten op een match tussen bijbaan en studie. Ruim een derde (36%) heeft daarbij een uitgesproken voorkeur voor een bijbaan die aansluit bij de studie; 58% voor een bijbaan die bijdraagt aan ontwikkeling van persoonlijke of sociale vaardigheden, zoals werken op evenementen of festivals, of op een afdeling customer support.
Bijbanen als promotiemedewerker, callcentermedewerker, taxichauffeur of verhuizer zijn duidelijk minder populair.
Bijbanen die niet aan dit profiel voldoen, zoals promotiemedewerker, callcentermedewerker, taxichauffeur of verhuizer, zijn duidelijk minder populair onder de ondervraagden. Volgens Denise Geurtsen, Country Manager Nederland van NOWJOBS, biedt deze trend nieuwe kansen voor bedrijven. ‘Het lijkt erop dat jongeren steeds jonger bezig zijn met de voorbereidingen voor een succesvolle carrière. Natuurlijk draagt een cv met relevante bijbanen daaraan bij. Bedrijven die daar slim op inspelen, kunnen daarvan veel profijt hebben.’
‘Dit is de toekomst van werken’
Getalenteerde werkstudenten kunnen volgens haar namelijk veel terugkerende taken overnemen van de vaste teams, die nu vaak volledig overbelast zijn. Een goede werkstudent is bovendien veel goedkoper dan een dure freelancer, ‘en vraagt – eenmaal ingewerkt – veel minder begeleiding dan een stagiair. Dit is de toekomst van werken’, concludeert ze dan ook. Volgens haar zouden veel sectoren die kampen met personeelstekorten veel slimmer gebruik kunnen maken van getalenteerde werkstudenten, zodat zij hun vaste kern veel efficiënter kunnen inzetten.
Bijna een derde (29%) geeft aan wel 20 uur of meer per week te willen werken.
De Bijbanen Barometer 2024, uitgevoerd door DirectResearch in een straal van 10 kilometer in en rond populaire de studentensteden Utrecht, Rotterdam, Amsterdam of Den Haag, geeft inzicht in de motivaties, keuzes en wensen van Nederlandse jongeren die een bijbaan hebben of actief zoeken. Uit het onderzoek blijkt dat 68% van de ondervraagde jongeren graag langer dan een jaar bij dezelfde werkgever wil werken. En bijna een derde (29%) geeft aan het liefst 20 uur of meer per week te willen werken.
Liefst minimaal 15 euro per uur
Dat zoveel jongeren zoeken naar werkgevers waar ze zoveel mogelijk én zo lang mogelijk kunnen werken verbaast Geurtsen weinig, zegt ze. ‘Jongeren willen aan het begin van het collegejaar zekerheid hebben over hun bijbaan. Ze zijn op zoek naar stabiliteit in hun drukke leven. Binnen die bijbaan willen ze graag flexibiliteit in dagen en tijden, maar dat neemt niet weg dat ze loyaal zijn aan de bedrijven waarvoor ze werken. Kortom, werken met een vaste pool studenten met een relevante studieachtergrond kunnen die niet alleen tijdens ‘piek en ziek’, maar ook prima meer structureel ingezet worden, dat is gewoon een slimme zet.’
‘Jongeren zijn op zoek naar stabiliteit in hun drukke leven.’
Het waren overigens niet de eerste resultaten van de Bijbanen Barometer die de afgelopen tijd naar buiten kwamen. Een paar maanden geleden meldde het bedrijf al dat iets meer dan de helft van de jongeren momenteel zo’n 13 euro per uur verdienen, maar dat de meesten zeggen pas tevreden te zijn met een salaris van 15 euro per uur. Jongeren die als zzp’er aan de slag zijn, verdienen daarmee gemiddeld zo’n 21 euro, zo blijkt uit het onderzoek. Maar daar staan wel weer nadelen tegenover: geen vakantiegeld, niet doorbetaald worden bij ziekte, maar wel acquisitie en administratie moeten doen.
Uit het onderzoek bleek voorts ook al dat 1 op de 5 jongeren tussen 16 en 28 jaar een bijbaan naast zijn opleiding heeft van gemiddeld 24 uur of meer per week. Ook bleek flexibiliteit daarbij heel belangrijk: ze bepalen het liefste zelf wanneer en hoeveel ze willen werken, passend bij hun eigen persoonlijke situatie. ‘Als bedrijven jongeren willen behouden is het goed om ze in eerste instantie flexibiliteit in uren en rooster te geven en een goed uurloon te bieden’, vat Geurtsen het dan ook samen.
Wil je meer weten over generaties? Dan is het Werf& Generatie event echt iets voor jou! We bespreken onder andere het belang van verschillende generaties op de werkvloer en staan stil bij de meest besproken generatie: de Gen Z’ers. Wat vinden de verschillende generaties belangrijk? En hoe kun je ze het beste bereiken en benaderen? Dit zal allemaal aan bod komen op 12 november 2024. Klik hier om je aan te melden.
De laatste dag van de transferperiode, altijd spannend. Welke voetbalclub haalt welke superster (in spe) nog binnen? Wie weet de Messi’s en Ronaldo’s van morgen te contracteren, liefst ook nog eens voor een redelijke prijs, zodat verkoop bij échte supersterrenstatus helemaal de hoofdprijs oplevert? Het is voor de liefhebbers ongetwijfeld leuk om te volgen. Maar zoals iedereen ook weet: met 11 Haalands smeed je nog geen winnend elftal. Met 11 Mbappé’s is het ook maar de vraag wat er op het veld van samenspel terecht komt. En ook een (voormalig) superster als Henderson of Mario Götze...
Dit artikel gratis lezen?
Dit artikel is alleen beschikbaar voor Werf& Pro leden.
Waarom een Werf& Pro account super handig is:
Je krijgt toegang tot exclusieve content.
De homepage wordt aan de hand van jouw voorkeuren weergegeven.
Je ontvangt 2 keer per week onze nieuwsbrief;
Je krijgt 10% korting op al onze events*
Je ontvangt speciale aanbiedingen van onze partners.
Je download gratis het Jaarboek 2022/2023
*Exclusief RLN events
Maak binnen 1 minuut een gratis Werf& Pro account.
Deze site onthoudt via een cookie die geplaatst wordt bij inloggen dat gebruikers na 48 uur weer worden uitgelogd. Als je het ‘remember me‘ vinkje aanzet onthoudt de site het voor 14 dagen. Dit geldt niet als je hebt ingesteld in je browser dat wanneer je deze site sluit je ook meteen je cookies wist.
Op het congresInternationalisering van de Nederlandse arbeidsmarkt, dat volgende week gehouden wordt in Den Haag, is hij de enige spreker die (nog actief) een politieke functie bekleedt. Als wethouder Werk & Inkomen, Rotterdam Zuid en Arbeidsmigratie is Tim Versnel sinds 2022 verantwoordelijk voor het dossier arbeidsmigratie in de tweede stad van Nederland. Een onderwerp dat de gemoederen stevig bezighoudt, ook in de havenstad.
‘In een wijk als Carnisse is bijna een derde van de inwoners arbeidsmigrant, met name uit Oost-Europa.’
‘De situatie in Rotterdam lijkt op die van een stad als Den Haag’, zegt hij. ‘Maar in Rotterdam is de schaal een stuk groter. Een in het oog springend probleem is de huisvestingsproblematiek. Rotterdam huisvest veel arbeidsmigranten die in, maar ook buiten de stad werken. Dat komt omdat er vooral in de oude wijken op Zuid veel particuliere verhuurders zijn. In een wijk als Carnisse is bijna een derde van de geregistreerde inwoners arbeidsmigrant, met name uit Oost-Europese landen. En dat terwijl we weten dat een flink deel zich niet eens registreert als ingezetene. Het werkelijke aantal arbeidsmigranten in deze wijken is dus zelfs nog hoger.’
Grote impact
Onnodig om te zeggen: dat heeft grote impact op de leefbaarheid in de wijk. Versnel: ‘De arbeidsmigranten zijn hier vaak voor een tijdelijk verblijf. Ze spreken de taal niet, werken hard en hebben weinig contact met hun buren. Niet zelden is sprake van overbewoning en uitbuiting door hun werkgevers. In wijken waar de leefbaarheid toch al onder druk stond, kunnen bewoners dat er niet bij hebben.’
‘In wijken waar de leefbaarheid toch al onder druk stond, kunnen bewoners dat er niet bij hebben.’
Volgens Tim Versnel is er sprake van onevenredige druk op de stad. ‘Veel arbeidsmigranten die zich in Rotterdam vestigen, werken in gemeenten als Westland en Lansingerland. Bij ongewijzigd beleid komen er de komende jaren nog eens 400.000 arbeidsmigranten bij en die zullen hun heil als het gaat om wonen vooral in steden als Rotterdam zoeken. Het is belangrijk om de lusten en lasten eerlijker te verdelen. Vooral door meer huisvesting te bieden in gemeenten waar arbeidsmigranten werken. Dat is een van de punten waarover wij als het stad in gesprek gaan en waarin we gesteund worden door de provincie Zuid-Holland.’
‘Tijd voor actie’
Versnel vindt het dan ook hoog tijd om in actie te komen om de uitwassen van arbeidsmigratie te bestrijden en de leefbaarheid in wijken met veel arbeidsmigranten te verbeteren. Wat dat betreft sluit hij aan bij het pleidooi dat zijn partijgenoot, Tweede Kamerlid Thierry Aartsen, vorige week naar buiten bracht, en waarin een trendbreuk voor de VVD werd afgekondigd. Jarenlang zag de VVD als ondernemerspartij vooral de aantrekkelijke kanten van arbeidsmigratie; goedkope arbeidskrachten die werk doen waar veel Nederlanders hun neus voor ophalen. Maar inmiddels zijn ook de nadelen voor de VVD zichtbaar geworden.
‘De lage prijs van arbeid dankzij arbeidsmigratie heeft ook een remmende werking op innovatie.’
En dat geldt dus ook voor iemand als Tim Versnel. ‘Als grote logistieke hub kan Rotterdam niet zonder mensen van buiten. Het gaat ons dan ook in de eerste plaats om het aanpakken van overlast en misstanden. Vervolgens vinden we dat de overheid en grote werkgevers zich moeten bezinnen en met maatregelen moeten komen om de toestroom in te dammen. Je kunt je bijvoorbeeld afvragen of het economisch belang van sommige sectoren wel opweegt tegen de enorme maatschappelijke last van alle arbeidsmigratie die ervoor nodig is. En daarbij ook of je bepaalde soorten zwaar en vuil werk niet beter kunt vervangen door technologische oplossingen. De lage prijs van arbeid dankzij arbeidsmigratie heeft ook een remmende werking op innovatie.’
De gemeente als verbinder
Versnel begrijpt heel goed dat de reikwijdte van de gemeente hierin relatief beperkt is. ‘De wet- en regelgeving wordt uiteindelijk in Den Haag en Brussel vormgegeven. Maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat wij niets kunnen doen. Als gemeente investeren we veel in samenwerking. Een voorbeeld daarvan is de Coalitie Goed Werkgeverschap. We staan ook in nauw contact met de migrantengemeenschappen en hebben een werkbezoek gebracht aan Polen en Roemenië om afspraken te maken met partijen daar die een rol spelen in arbeidsmigratie.’
Misschien nog wat meer concrete voorbeelden? ‘We vangen mensen op die op straat terecht komen, verzorgen taallessen en treden waar mogelijk op tegen misstanden. En als grote inkoper stelt de gemeente eisen aan leveranciers en opdrachtnemers. We vinden het met de huidige coalitie ook belangrijk om een rol te spelen in het debat.’
‘De keerzijde van goedkope arbeid is niet zelden een slechte behandeling.’
Versnel laat verschillende keren het woordje ‘morele’ vallen, in combinaties als ‘morele vraag’ en ‘morele plicht’. ‘Je moet jezelf de morele vraag stellen hoe we de mensen die we inhuren willen behandelen. De keerzijde van goedkope arbeid is niet zelden een slechte behandeling en soms zelfs ronduit mensonterende omstandigheden. Maar we hebben ook de morele plicht om onze eigen mensen, de Nederlanders, een veilige, leefbare thuisomgeving te bieden. Twee zaken die in wijken als Carnisse nauw samenhangen. Daarom willen we in Rotterdam actie.’
Meer weten?
Op 9 september 2024 vindt in Den Haag de tweede editie plaats van het congres Internationalisering van de Nederlandse Arbeidsmarkt. Tijdens dit congres worden deelnemers geïnspireerd door de feiten, de context, de praktijk, best practices, dilemma’s, uitdagingen, problematiek en oplossingen. Geen heilige huisjes, wel feiten en de praktijk. Problemen én oplossingen. Schrijf je dus nú nog snel in:
Veel mensen zijn bang voor robotisering, omdat het werkgelegenheid zou kunnen verdringen. In de praktijk blijkt het echter vaak eerst vooral méér werk op te leveren. En de overtreffende trap daarvan vinden we weer eens bij – hoe kan het ook anders: Tesla, dat nu dringend op zoek is naar mensen om hun mogelijk toekomstige ‘humanoid robot’ Optimus te trainen in wat nu precies menselijke bewegingen zijn en wat niet.
Voor tot wel 48 dollar per uur moet je meer dan 7 uur per dag lopen, tot 30 kilo dragen, en ook lange tijd een VR-headset dragen.
Onder meer het Amerikaanse Fortune en The Verge schrijven over de vacature voor bijvoorbeeld een ‘Data Acquisition Operator’, waarbij het vooral je taak is om rond te lopen in een zogeheten motion capture-pak, dat al je bewegingen volgt en vastlegt. De functie is dan ook alleen geschikt voor mensen van ongeveer 1,80 meter, wat waarschijnlijk in de buurt komt van de grootte die we kunnen verwachten van de Optimus. De betaling is tot wel zo’n 48 dollar per uur, aldus de vacature. Maar daarvoor moet je dan wel meer dan 7 uur per dag lopen, tot 30 kilo dragen, en ook lange tijd een VR-headset dragen.
Multiple fully Tesla-made Bots now walking around & learning about the real world 🤖
Volgens aangehaalde deskundigen is het een flinke tour de force van Tesla: het kan miljoenen uren aan datatraining kosten om Optimus klaar te stomen om bijvoorbeeld het werk in Tesla-fabrieken te kunnen overnemen, wat een van de doelen van het project schijnt te zijn. Voorzichtige schattingen gaan uit van een kostprijs van zeker een half miljard dollar. Tesla-CEO Elon Musk had zelf beloofd volgend jaar al te beginnen met de productie van ‘echt nuttige’ robots. Maar voorlopig is er weinig dat erop wijst dat zulke robotisering echt haalbaar is, melden volgers als Animesh Garg, senior onderzoeker bij Nvidia Research.
Tesla zou al meer dan 50 mensen hebben aangenomen, die dus nu allemaal ergens in een labruimte rondlopen.
Volgens een analyse via LinkedIn zou Tesla het afgelopen jaar al meer dan 50 mensen voor deze functie hebben aangenomen, die dus nu allemaal ergens in een labruimte aan het rondlopen zijn. Motion capture is al langer een veelgebruikte en vaak kosteneffectieve manier om robots te trainen in het uitvoeren van mensachtige bewegingen, maar Tesla is een van de eerste bedrijven die de technologie op deze grote schaal toepast. Op – waar anders? – het officiële Tesla Optimus X-account staan overigens alle verantwoordelijkheden van deze functie, in meerdere talen.
Reacties nogal negatief
Bijna 50 dollar voor alleen een beetje rondjes lopen? Het lijkt misschien niet zo onaantrekkelijk, maar toch zijn de reacties, bijvoorbeeld op het The Verge-artikel erover, overwegend negatief. Zo zijn er mensen die de hoogte van het uurloon in twijfel trekken (‘Het is eerder 27 dollar, zonder verhuispakket. Matige ziektekostenverzekering. Geen extraatjes of andere dingen die je misschien verwacht van het werken voor een bedrijf van deze statuur. Hoe ik dat weet? Ik heb voor deze baan gesolliciteerd’).
‘Ze steken enorme hoeveelheden geld in het overbodig maken van ons voor elke mogelijke baan…’
Anderen halen de Trump-voorliefde van Musk erbij (‘Ik vind dit eerlijk gezegd fascinerend – mensen die volledig losstaan van de realiteit. Het soort mensen – zoals die-hard Trump-supporters – dat zich verplaatst in bizarre specifieke nieuws echokamers en alleen hoort wat ze willen horen…’). En dan zijn er natuurlijk ook die fundamentele kritiek hebben op de robotisering in zijn algemeenheid. ‘Ze steken allemaal enorme hoeveelheden geld en moeite in het overbodig maken van ons voor elke mogelijke baan…’ Iets wat voorlopig dus alleen nog maar heel veel méér werk vraagt. Als je uren rondlopen in elk geval ‘werk’ wilt noemen.
Het boek Recruitment Unicornswerd eerder dit jaar door onze lezers al uitverkoren tot beste recruitmentboek van 2024. Niet gek dus dat er al een tweede druk onderweg is van het boek, waarin zo’n 50 experts in arbeidsmarkt, employer branding en recruitment delen hun kennis, ervaring en advies hebben gebundeld. Maar het blijft niet alleen bij een boek: het succes is inmiddels zo groot dat er ook een theatertour aan gekoppeld is. Dit najaar trekt een bont gezelschap daarom langs 6 Pathé-theaters om het woord te verkondigen.
Welke arbeidsmarkt komt op ons af? En hoe moeten we anders kijken naar arbeid?
Achtereenvolgens in Leeuwarden (19 september), Utrecht (26 september, uitverkocht), Breda (10 oktober, nog enkele plekken beschikbaar), Zwolle (31 oktober), Maastricht (7 november) en Amsterdam (14 november, uitverkocht) zal auteur Arjan Elbers samen met enkele van de andere gastauteurs het podium betreden om een middag lang te praten over vragen als: welke arbeidsmarkt komt op ons af? Hoe gaat de wereld van flex eruit zien? En hoe moeten we anders kijken naar arbeid? Bedrijven als UP in Business, ROVC en Pluimen hebben daarbij trouwens ook hun medewerking al toegezegd.
Vrijkaarten beschikbaar!
‘Verover de arbeidsmarkt, word een Recruitment Unicorn gaat om een besloten, bijna uitverkocht event’, aldus organisator Elbers. ‘Als je snel bent kun je misschien nog wel aansluiten, bijvoorbeeld met je team, prospects of relaties. Tijdens de Recruitment Unicorns Roadshow staan diverse vraagstukken, vergezichten, adviezen en tips centraal rond de grote vraag: hoe verover je de arbeidsmarkt?’ En bij Werf& mogen we hiervoor 5 vrijkaarten weggeven, voor de opvoering in Leeuwarden. Wil je er eentje ontvangen? Druk dan op de knop hieronder. Wie het eerst mailt, wie het eerst maalt.
Het theater blijkt trouwens behoorlijk ontdekt dit najaar, als plek om een recruitmentboodschap uit te dragen. Naast de theatertour van de Recruitment Unicorns klimt bijvoorbeeld ook de van LinkedIn bekende recruiter Jesse Geul binnenkort op de planken, en wel die van het Afas-theater in Leusden. Daar geeft hij namelijk op 5 september de training Recruitmentstrategie in één dag, over 3 onderwerpen: positionering, werving en selectie. Met gastsprekers als Laura Bas en Dounia Maakor.
En dan hebben we natuurlijk ook nog good oldMartijn Isager-Smit (foto), die met de Recruitment Night of Comedy door het hele land volle zalen trekt. Op 19 september is er nog één voorstelling van te volgen, in Amsterdam dit keer. Later volgen nog Apeldoorn en Eindhoven. Recruitment in het theater, je zou bijna zeggen: een trend lijkt geboren. Helemaal nieuw is het misschien niet (een evenement als Digitaal-Werven trekt dit jaar bijvoorbeeld ook naar het theater, Flint in Amersfoort), maar opvallend is het wel dat zoveel recruiters van hun werk de komende tijd een theatershow maken.
Waar juli nog een drukke maand op nieuwsgebied was, viel het in augustus 2024 eigenlijk een beetje tegen. Van de Olympische Spelen restten al snel niet veel meer dan wat vage herinneringen aan een Australische breakdancer die een kangoeroe nadeed, een ongelooflijke marathon van Sifan Hassan, met politiek gedoe over een hoofddoek achteraf, en ook heel veel gedoe over een Algerijnse boksster. Verder nieuws? De inmiddels gebruikelijke schermutselingen in Oekraïne, Israël en de Amerikaanse verkiezingen. Naast de 11-jarige Mikael die naar een land toe moet waar hij nog nooit geweest is, en Dieuwertje die vervangen moet worden.
Van de Olympische Spelen restten al snel niet veel meer dan wat vage herinneringen…
Oja, en dan passeerden we natuurlijk ook nog de grens van 18 miljoen mensen in ons land. En overleed de Vlaardingse loodgieter, maar bleven explosieven geplaatst worden. Net zoals de aanslagen op de Nord Stream ondanks nieuwe onthullingen met mysteries omringd bleven. En de broers van Oasis weer bij elkaar kwamen. Maar wat gebeurde er deze maand verder allemaal dat voor de recruiters van Nederland van belang is? Een overzicht, in 7 delen.
#1.Natuurlijk, het lerarentekort
Natuurlijk, als er in augustus één recruitment-onderwerp altijd speelt, dan is het wel het lerarentekort. En dat is in augustus 2024 zeker niet anders. Integendeel zelfs. Zo tekende Nu.nl op dat het lerarentekort zich dit jaar als een olievlek vanuit de Randstad uitspreidt, uit Zeeland kwamen geluiden dat ook in Vlaanderen de nood steeds hoger wordt, en NRCsprak een schoolbestuurder die zei het schooljaar weliswaar te beginnen met voldoende leraren, ‘maar het wordt lastig als iemand langdurig ziek wordt. De pool met vervangers is leeg.’
Het lerarentekort is inmiddels over het hele land voelbaar. In de grote steden zijn er volgens het ministerie alleen nog wel aanzienlijk minder scholen die zeggen geen tekort te zien (14%) dan in de rest van Nederland (49%). Volgens vakbond Leraren in Actie (LIA) is het de afgelopen jaren er bovendien ‘sowieso niet beter op geworden’ door te weinig afgestudeerden aan de pabo in combinatie met veel leraren die met pensioen gingen. OCW schat in dat het lerarentekort in het basisonderwijs de komende jaren licht daalt. Na 2028 zal het tekort dan weer gaan stijgen, zo is de verwachting.
Uit onderzoek van Indeed blijkt dat het wel meevalt met de tekorten in het onderwijs: vacatures zijn er snel vervuld.
Ondertussen bleek in augustus uit onderzoek van Indeed juist weer dat het wel zou meevallen met de tekorten in het onderwijs. Zo staat van de vacatures voor een leraar maatschappijleer na 2 maanden slechts 4% nog steeds open, aldus het vacatureplatform. Ook docenten economie (95% na 2 maanden) en geschiedenis en Engels (beide 92%) zijn snel gevonden. Vergelijk dat bijvoorbeeld eens met de datacenter-engineer (84% stond na 2 maanden nog open) of de monteur industrie (82%). Ook de vacatures voor een servicemonteur verwarming (80%) of gasmonteur (78%) staan relatief lang open, zo meldde Indeed.
#2.Productiviteit verder onder druk
Misschien wel het meest zorgelijke nieuws van afgelopen maand, wat verder eigenlijk relatief weinig aandacht kreeg: het CBS meldde dat het nog steeds niet goed gaat met de arbeidsproductiviteit. Zo is volgens de rekenmeesters in de afgelopen 50 jaar de arbeidsproductiviteit meer dan verdubbeld. Maar deze toename is vooral behaald tussen 1974 en 2013, toen de arbeidsproductiviteit jaarlijks met gemiddeld 1,5% toenam. In de afgelopen 10 jaar nam de arbeidsproductiviteit met gemiddeld slechts 0,4% per jaar toe. Dat is dus bijna niets, alle verhalen over automatisering en digitalisering ten spijt. In 2023 dáálde de productiviteit zelfs.
‘Onderwijs is de beste manier om de arbeidsproductiviteit wél omhoog te krijgen, met innovatie op plaats 2.’
En het zorgelijke is: in andere landen lukt het wél om productiever te worden, en niet alleen maar economisch te groeien door méér uren te gaan werken. In Ierland groeide de arbeidsproductiviteit de afgelopen 10 jaar bijvoorbeeld met gemiddeld 5% per jaar. Het leidde tot meerdere pleidooien om in elk geval te blijven investeren in onderwijs, ‘de beste manier om de arbeidsproductiviteit wél omhoog te krijgen, met innovatie op plaats twee’, aldus bijvoorbeeld Barbara Baarsma. Ook investeren in leven lang ontwikkelen hoort daar volgens de bekende econoom onlosmakelijk bij, om zo transities op de arbeidsmarkt te vergemakkelijken.
#3.Vast contract rukt verder op
Ander opmerkelijk nieuws waar het CBS in augustus 2024 mee naar buiten kwam: de flexibilisering van de arbeidsmarkt stagneert, en het aantal vaste banen zit juist in de lift. Met name bij de overheid worden scheutig vaste contracten uitgedeeld, zo blijkt uit de cijfers. Het is al bijna 10 jaar dat het aantal werkenden met een vaste arbeidsovereenkomst toeneemt, en ligt nu op zo’n 5,5 miljoen werknemers, aldus het CBS. Een direct gevolg van de krapte op de arbeidsmarkt, aldus CBS-hoofdeconoom Peter Heijn van Mulligen. ‘Werknemers hebben meer macht en kunnen naast een hoger loon bijvoorbeeld ook een vast contract eisen.’
En dat is – anders dan vaak gedacht – ook precies wat veel jongeren willen, zo bleek eerder dit jaar uit promotieonderzoek van Lin Rouvroye. ‘En als we kijken naar de vormen van flexwerk, zoals uitzendwerk of een tijdelijk contract, blijkt: hoe onzekerder het dienstverband, hoe groter de afkeer’, vertelde ze hier destijds over. Dat wil overigens niet zeggen dat niemand meer zelfstandige wil worden. Sterker nog: niet alleen het aantal vaste contracten steeg, maar óók het aantal zzp’ers. Dat bedraagt nu zo’n 1,6 miljoen. Of dat ook zo blijft nu de overheid heeft aangekondigd harder te gaan handhaven op schijnzelfstandigheid, is nog even afwachten.
#4.Harley-Davidson minder divers en sociaal
En dan: over naar Amerika. Want het zal ook eens niet in Amerika zijn. Jarenlang waren hier de diversiteitsprogramma’s niet aan te slepen, overtuigd als elke organisatie ervan was dat diversiteit niet alleen goed voor de resultaten, maar ook voor de PR was. Maar inmiddels lijkt de (politieke en sociale) wind wat gedraaid, en stoppen steeds meer organisaties er juist mee. In augustus 2024 kwamen bijvoorbeeld Harley-Davidson, Starbucks, Ford en whiskyproducent Jack Daniel’s met aankondigingen hun inspanningen op dit gebied terug te schroeven, of diversiteitsdoelen te schrappen uit de beoordelingscriteria van managers.
We remain committed to listening to all members of our community as we continue on our journey together as one Harley-Davidson. United We Ride. pic.twitter.com/0feGYhTUMh
‘We zijn bedroefd door de negativiteit op de sociale media van de afgelopen weken.’
Steeds vaker gebeurt dat trouwens onder druk van conservatieve activisten op sociale media. Zo zorgde de inmiddels gevreesde Robby Starbuck er min of meer eigenhandig voor dat Harley-Davidson doelen schrapte om samen te werken met toeleveranciers in handen van mensen uit een minderheidsgroep. Eerder bezweken al bedrijven als Tractor Supply en tractorbouwer John Deere onder Starbucks’ socialmediacampagnes. ‘We zijn bedroefd door de negativiteit op de sociale media van de afgelopen weken, bedoeld om de Harley-Davidson-gemeenschap te verdelen’, aldus het bedrijf met thuisbasis in Milwaukee in een reactie.
#5. ‘Sturen in opleiding helpt nauwelijks’
Eerder in dit overzicht meldden we al het belang van onderwijs voor een goed lopende arbeidsmarkt. Maar uit onderzoek dat deze maand naar buiten kwam, blijkt de onderwijskeuze van studenten echter moeilijk te beïnvloeden. Zelfs als je er ambitieus beleid op zou voeren, levert dat jaarlijks niet meer op dan 32.000 extra gediplomeerden in tekortsectoren. ‘Nog niet voldoende’ dus, concluderen de onderzoekers, die onder meer stellen dat om studenten te verleiden richting tekortsectoren ‘ook de arbeidsvoorwaarden en werktijden in die sectoren aantrekkelijker zullen moeten worden.’
‘Ook de arbeidsvoorwaarden en werktijden in tekortsectoren zullen aantrekkelijker moeten worden.’
Ze verwijzen daarbij onder meer naar de technieksector, die juist in juni nog naar buiten bracht dat alle inspanningen rond het Techniekpact positief gezegd een nogal wisselend beeld laten zien: enerzijds bijvoorbeeld een lichte stijging van het aandeel havo- en vwo-leerlingen dat kiest voor een natuurprofiel, maar anderzijds ook verder dalende instroom in bètatechnische lerarenopleidingen. Het meest veelbelovende beleid om studiekeuze te beïnvloeden behelst overigens vroege loopbaanoriëntatie en voorlichting met gerichte arbeidsmarktinformatie, aldus de ESB/OCW-onderzoekers. Oftewel: hoe later de inzet, hoe minder effect.
#6.Ook blijvend schaars: de accountant
Een sector waar het met de arbeidsvoorwaarden redelijk goed lijkt te zitten, maar waar niettemin ook al heel lang sprake is van tekorten, is de accountancy. En dat zal voorlopig ook niet veranderen, aldus de jongste editie van Vooruitzicht Accountancy, waar ING Research in augustus 2024 mee naar buiten kwam. Er wordt in deze sector al jaren veel verwacht van het automatiseren van routinematige taken en een deel van de werkzaamheden laten uitvoeren door A.I. Maar in de praktijk blijkt dat toch lastig, en zijn er nog steeds veel manuele uren nodig om de boeken te controleren.
‘In de praktijk blijkt automatisering van routinematige taken in de accountancy toch nog steeds lastig.’
En dat terwijl de komende jaren de vraag naar accountants- en adviesdiensten juist steeds verder toeneemt, verwacht ING, onder meer door nieuwe regelgeving, zoals de verplichte CSRD-duurzaamheidsrapportages en meer focus op fraude en faillissementsrisico’s bij te controleren bedrijven. Volgens het CBS kampt inmiddels ruim de helft van de accountantskantoren met een tekort aan personeel. Ze worden daardoor selectiever in het aannemen van nieuwe klanten en nemen soms zelfs afscheid van minder renderende relaties. Die dan vervolgens weer op zoek moeten naar een nieuwe accountant, die wel tijd en ruimte voor hen heeft.
#7.Employer branding-succes van HEMA en CSU
Soms kan employer branding zo simpel zijn. In juni kwam de HEMA al met een video rond medewerker John van Grevenbroek, die in augustus écht viraal ging en de teller van 100.000 likes aantikte. In die video vertelt Van Grevenbroek eerlijk en oprecht over zijn werk bij het bedrijf: ‘Ik ben gewoon Hema.’ Authentieker wordt het niet. Gen Z-expert Laura Bas denkt te weten waarom de video zo aanslaat: ‘Echte verhalen van echte mensen. Geen perfecte plaatjes of ingestudeerde teksten.’ En: er is zelfs plaats voor een beetje kritiek. Zonder commerciële call-to-action. En ook belangrijk: zónder hippe influencer of BN’er: ‘gewoon John is meer dan genoeg.’
Heel anders, maar toch ook een beetje vergelijkbaar, is de actie waarmee schoonmaakbedrijf CSU zich deze maand in de kijker speelde. Hier gingen de kinderen Jessie, Steffie, Jaymian en Didi een dagje mee naar het werk van hun papa of mama, en ontdekten daar ‘coole’ gadgets en alles over schoonmaken op plekken als de Universiteit in Groningen en Efteling Bosrijk in Kaatsheuvel. Dankzij een samenwerking met QMusic mochten ze er ook nog eens op de radio over vertellen. Plus: er werden leuke korte video’s over opgenomen, waarin de kinderen uitleggen hoe ze naar het werk van hun ouders kijken. Ons oordeel: campagne van de maand.
En omdat we nu toch bezig zijn, doen we er meteen nog maar eentje, alweer iets ouder, maar hier nog niet eerder besproken, en daarom toch de moeite waard. In deze video dénken medewerkers van Virgin dat ze mee gaan doen in een testimonial-video, maar worden ondertussen de rollen volledig omgedraaid. Een gelikte video, die niet voor elke werkgever geschikt zal zijn, maar wel eentje die laat zien dat een onderscheidend idee vaak het halve werk is. Hij zal niet helemaal onbevooroordeeld zijn, maar Sir Richard Branson noemde de campagne zelf al ‘delightful’ en ‘brilliant’.
In de rubriek ‘De maand in werving’ belichten we trends en ontwikkelingen voor iedereen in de wereld van recruitment. In augustus 2024 iets belangrijks over het hoofd gezien? Meld het ons!
Beluister de podcast
Liever luisteren? Martijn Hemminga en Peter Boerman maken ook (bijna) elke maand een podcast over dit nieuwsoverzicht. Luister hier de recente versie:
Ontevreden politiebonden voeren al maanden actie voor een betere vroegpensioenregeling. Zondag leidt het er zelfs toe dat de klassieker tussen Feyenoord en Ajax in De Kuip in Rotterdam is afgelast. De politieacties startten in mei met het uitschrijven van minder bekeuringen, het sluiten van politiebureaus voor publiek en lawaaiacties met sirenes. Deze maand werden vervolgens eredivisiewedstrijden aangegrepen om actie te voeren. Met aankomende zondag dus als hoogte- c.q. dieptepunt.
Onder mbo’ers staat de Politie fier op 1 als meest favoriete werkgever.
Maar al die commotie leidt er bepaald niet toe dat de Politie minder geliefd is als werkgever, integendeel zelfs. Onder mbo’ers staat de Politie zelfs fier op 1 als meest favoriete werkgever, zo blijkt uit het grootse Nationaal Campus Recruitment Onderzoek dat begin 2025 wordt gepresenteerd en waar de komende weken via deze site al enkele resultaten van naar buiten komen. In de periode van 2023 tot en met het tweede kwartaal van 2024 zijn hiervoor in totaal 829 studenten en starters van het mbo/roc ondervraagd.
Meest favoriete werkgevers mbo-studenten
1. Politie
2. Defensie
3. IKEA
4. BAM
5. Jumbo
6. Het Rijk
7. Google
8. GGZ
9. bol
10. LUMC
11. Apple
12. Coolblue
13. Microsoft
14. Schiphol
15. Bureau Jeugdzorg
16. TUI
17. Dura Vermeer
Politie overal populair
Vooruitlopend op de resultaten van de komende weken: de Politie en Defensie blijken niet alleen bij mbo’ers populair, maar eigenlijk bij alle studenten en starters, ook van andere niveaus. ‘Het zijn ook twee werkgevers die bij uitstek gespecialiseerd zijn in het bouwen van werkgeversaantrekkelijkheid onder jongeren’, aldus Geert-Jan Waasdorp, CEO van de onderzoekende Intelligence Group. Naast de Politie en Defensie zijn ook andere werkgevers als Jumbo, Het Rijk, Google, Bol, GGZ, Bureau Jeugdzorg en TUI populair bij de studenten aan het hbo en/of wo.
‘Politie en Defensie zijn bij uitstek gespecialiseerd in de bouw van werkgeversaantrekkelijkheid onder jongeren.’
Maar er zijn ook werkgevers die juist bij mbo’ers veel geliefder zijn dan bij studenten aan het hbo en wo. Dit zijn bijvoorbeeld IKEA, BAM, Coolblue, Schiphol, Microsoft en Dura Vermeer. Andere opvallende werkgevers die net buiten de lijst hierboven zijn gevallen, maar het wel opvallend goed doen onder mbo-studenten, zijn bijvoorbeeld: Apple, Bever, MTV, Securitas, Van der Valk, Zara, Ferrari, Artsen zonder Grenzen, Dille & Kamille en Nike. Ook regionale en academische ziekenhuizen (zoals LUMC) worden door de doelgroep vaak genoemd.
Maar wie ontbreekt er?
Het zijn vooral de grotere bouwbedrijven, consumenten-, retail- en horecamerken die bij mbo’ers de voorkeur blijken te genieten. Banken, consultancybureaus, ministeries, en meer de business-to-business-werkgevers ontbreken echter veelal in top van de voorkeuren van mbo-studenten. Interessant is verder dat technische bedrijven slechts zeer beperkt terugkomen in de lijst. Eigenlijk zijn BAM en Dura Vermeer daarin de enige positieve uitzonderingen. ‘Niet toevallig ook 2 bedrijven die ook echt werk hebben gemaakt van hun employer branding‘, aldus Waasdorp. ‘Het bewijs dat het mogelijk is om de harten van mbo-studenten te veroveren.’
De ‘honderden miljoenen‘ die geïnvesteerd worden om technische beroepen en aanverwante werkgevers populairder te maken – mede met het oog op de energietransitie en de gigantische krapte en schaarste onder blue collar workers -, leveren echter nog niet voldoende op, ziet ook Waasdorp. Terwijl dat volgens hem wel hard nodig is. ‘De mbo- en roc-campus zijn snel de belangrijkste talentpool van Nederland aan het worden en werkgevers zouden daar veel meer werk van moeten maken.’
‘Het gevecht om praktisch opgeleiden is nu minstens zo intensief als voor hoogopgeleide studenten en starters.’
‘In de vorige eeuw was voor recruitment eigenlijk alleen de campus van universiteiten interessant’, constateert hij. ‘Vandaag is het gevecht om praktisch opgeleiden op de arbeidsmarkt minstens zo intensief als voor hoogopgeleide studenten en starters. Werkgevers ontdekken ook steeds meer het belang van de mbo- en roc-campussen in het aantrekken van het juiste talent. Als een werkgever talent niet weet te bereiken op de mbo-campus, wordt de doelgroep na afstuderen steeds ongrijpbaarder en onbereikbaarder voor werkgevers.’