Actuarissen selecteren? Dat kan ook anders (en slimmer)

Recent kwam ik een mooie case tegen van een grote Amerikaanse verzekeraar over anders werven en vooral: anders selecteren. De case bleek al meer dan 10 jaar oud en vanwege het succes nog steeds te worden toegepast. Het ging om de werving van actuarissen, een groep die structureel risico’s beoordeelt op basis van cijfers, en zelfs binnen verzekeraars bekendstaat als de saaiste.

Bij een actuaris gaat het vooral om: goed kunnen rekenen en goed risico’s kunnen inschatten.

Het is laten we zeggen dus geen beroep waar heel veel studenten voor kiezen. Toch is het een extreem belangrijk beroep, want op hun berekeningen worden premies gebaseerd. Helaas is het aantal actuarissen dat jaarlijks de bacheloropleiding aan een Amerikaanse universiteit afrondt minder dan de verzekeraars zoeken – en het aantal daalt al jaren. Dus heeft deze verzekeraar zijn selectieproces aangepast. De eis dat je minimaal een bachelor actuariaat moest hebben is losgelaten, in plaats daarvan kijkt men nu naar de ‘aptitude’, de aanleg voor de functie. En daarbij gaat het vooral om: goed kunnen rekenen en goed risico’s kunnen inschatten.

Aptitude

Die aptitude kun je testen. Je kunt het soms ook aflezen uit functies of andere opleidingen. Zo is bij deze verzekeraar de aanvankelijke opleidingseis uit het selectieproces vervangen en was niet iedereen die wiskunde heeft gestudeerd welkom, maar bijvoorbeeld ook alle wiskundeleraren. En laten dat in de VS nu eens super-onderbetaalde mensen zijn, met ook verder nog eens heel slechte arbeidsvoorwaarden. Waar wij in Nederland bij leraren denken aan ‘lekker lang vakantie’, is dat in de VS: onbetaald verlof tijdens vakanties.

Deze doelgroep targetten was natuurlijk niet heel lastig.

Deze doelgroep targetten was voor de verzekeraar in kwestie natuurlijk niet heel lastig, net zo min als hen overtuigen. Als je veel betere arbeidsvoorwaarden hebt, en een stabiele organisatie, en ook nog eens veiliger baan dan bij bepaalde scholen, is de keus vaak snel gemaakt. Dat maakte dit al snel een heel succesvol programma voor de verzekeraar.

Selectie en onboarding

Qua selectie moest er echter nog wel iets veranderd worden. Zo moesten managers overtuigd worden om niet meer specifieke vragen over het actuariaat te stellen, maar moesten ze leren meer te kijken naar de bereidheid om specifieke zaken te leren en de karaktereigenschappen om te willen werken in een veel reactiever beroep, met veel minder menselijke interactie. Dit had duidelijke veranderingen voor de gesprekscyclus tot gevolg.

Managers moesten leren niet meer specifieke vragen over het actuariaat te stellen.

Uiteraard moest ook het onboardingproces worden aangepast, want specifieke kennis over het actuariaat ontbrak natuurlijk. Maar het bleek al snel dat gezien de aanleg van wiskundeleerlingen en wiskundedocenten voor wiskundige modellen dat ze heel snel ‘up to speed’ waren. Het laat maar zien dat bij (dreigende) grote tekorten het soms helpt om je vijver te vergroten. Als je maar wel duidelijk voor ogen hebt wat je precies zoekt, en hoe je daarop gaat selecteren.

Nederlandse cases?

Een mooie Amerikaanse case. Heb jij een interessante Nederlandse selectie-case? Dan zetten we die graag in het zonnetje. Meld je innovatie aan voor de DW selectie award en ontvang als genomineerde 2 vrijkaarten voor het DW Selectie event op 12 oktober.

Lees ook

Wim op woensdag: Waarom we managers minder moeten betalen

Waarom is voor zoveel mensen manager worden het hoogst haalbare? Is dat de drang naar ultieme erkenning die gestalte krijgt als je leiding mag geven aan mensen die over het algemeen taken uitvoeren die jij al goed beheerst? Maar dat is dan toch precies de reden waarom jij zélf manager bent geworden. Jij kunt iets goed en mag dan anderen gaan vertellen hoe zij dat ook net zo goed kunnen doen. Wat er in praktijk meestal op neerkomt dat zij dan vervolgens het bedrijf verlaten omdat je weliswaar goed bent in je vak, maar niet zo goed bent als manager. En iedereen weet: mensen verlaten het bedrijf vanwege hun manager.

Het is helemaal niet vanzelfsprekend dat je manager wórdt.

Managen is leidinggeven. Ja, er zijn genoeg managers die een proces managen. Of een taak. Maar generalistisch gezien is een manager een leidinggevende. Het grootste deel van de managers was dat eerst niet. Herlees deze zin even. Als jouw reactie er een is van ‘logisch toch’, moet je hem misschien nog een keer lezen. Het is namelijk helemaal niet vanzelfsprekend dat je manager wórdt, het is veel vanzelfsprekender dat je dit bént.

Leiders van nature

De beste manager is degene die dit van nature doet. Succesvolle bedrijven maken hier het verschil. Hun managers zijn naturals en hoeven helemaal niet uit te blinken in het vakgebied waarover ze leiding geven. Sterker, als de groep waaraan je leiding geeft groter is, kan kennis van zaken misschien zelfs wel belemmerend werken. Je zou je zomaar eens met de inhoud kunnen gaan bemoeien. Lees anders eens het boek LvG over zijn periode bij Bayern München…

Als de groep waaraan je leiding geeft groter is, kan kennis van zaken belemmerend werken.

Managen is een vak. Net als sales, HR of salarisadministratie. Stop ermee om automatisch de beste salesmedewerker manager te maken van de salesafdeling en dan ook meteen het meest te betalen. Wil jouw beste medewerker per se manager worden? Doe hem of haar dan het voorstel maximaal 90% te verdienen van de best betaalde in zijn/haar functie. Dan weet je meteen of men echt serieus is.

Lijkt me logisch

Een prachtig voorbeeld uit mijn eigen praktijk om dit te duiden, al moet ik het vanwege privacy algemeen houden. Een groep van meer dan 100 postdoctoraal medewerkers werkt bij bedrijf A. Per 10 medewerkers is er 1 leidinggevende/manager. Er zijn 12 salarisschalen en schaal 11 en 12 zijn voor de managers. Het verloop onder de medewerkers is niet bijzonder, het verloop onder de managers is daarentegen extreem hoog. Men kan pas manager worden na x-aantal jaar werkervaring bij bedrijf A.

Stop ermee om de beste salesmedewerker automatisch manager te maken van de salesafdeling.

Omdat het verloop zo hoog is, wil de eigenaar hier iets aan doen. De uitkomst is dat de manager naar schaal 9 en 10 gaat en de medewerker kan doorgroeien tot schaal 12. Het gevolg? Het verloop onder managers daalt enorm, de medewerkerstevredenheid vliegt omhoog en de totale salarispost daalt….

Lijkt me logisch, zou een andere beroemde manager zeggen. Hoewel we daarvan moeilijk kunnen stellen dat hij niet de beste was in zijn vak. Maar uitzonderingen bevestigen de regel.

Over de auteur

wim van den nobelen is er maar druk mee eenrichtingsverkeer loont de investering in recruitmentWim van den Nobelen is recruiter salarisadministratie bij Strictly People. Hij schrijft voor Werf& de ‘Wim op woensdag’. Op elke woensdag vind je hier een blog, onderzoek of artikel van hem.

Lees ook:

5 tips om vervelende recruitmentbureaus buiten de deur te houden

‘Acquisitie wordt niet op prijs gesteld.’

Regelmatig zie je het staan onder een vacature. Toch krijgen veel werkgevers die een vacature online plaatsen, te maken met recruitmentbureaus die acquireren op jouw vacatures. Terwijl je nou juist van plan was om als werkgever zélf je nieuwe medewerker te vinden. Anders had je toch wel direct een recruitmentbureau gebeld?

Sommige bureaus hechten weinig belang aan zo’n zinnetje.

Sommige bureaus lijken echter weinig belang te hechten aan zo’n zinnetje als ‘Acquisitie wordt niet op prijs gesteld’. Met tools die alle websites afgaan en realtime laten zien welke werkgevers een vacature in hun specialisme hebben speuren ze het internet af. Een telefoontje is dan snel gepleegd. Met zijn of haar cv in de hand, bieden ze een beschikbare ‘topkandidaat’ proactief aan.

Veel telefoontjes en mailtjes

Helaas zijn er behoorlijk veel recruitmentbureaus die een dergelijke werkwijze hanteren. Er is een hele industrie opgebouwd rondom dit actieve aanbieden van kandidaten op vacatures. Recruiters noemen dat ook wel ‘cv’s schuiven’. Zonder kennis van de organisatie, zonder een vacature-intake en zonder opdracht, krijg je dan een kandidaat aangeboden die naadloos zou ‘passen’ bij jouw vacature. Een kandidaat die trouwens ook doodleuk op andere vacatures aangeboden wordt.

De telefoniste, vacaturehouder, recruiter en HR-adviseur: ze kunnen er gek van worden.

Bij deze werkwijze draait het volledig om de schaarste van de kandidaat en de exclusiviteit die een recruitmentbureau bij hem of haar kan afdwingen. Dus kun je rekenen op veel telefoontjes en mailtjes zodra je een vacature live zet. De telefoniste, vacaturehouder, recruiter en HR-adviseur: ze kunnen er gek van worden.

Daarom zie je ook vaak dat de naam en contactgegevens van de recruiter, HR-adviseur of vacaturehouder van de site verdwijnen. Maar dat is dan weer slecht voor de candidate experience die je een kandidaat wil bieden. Je wil als werkgever immers dat sollicitanten juist eenvoudig contact met je kunnen opnemen om informatie over jouw vacature in te winnen. Maar hoe hou je irritante bureaurecruiters dan wél buiten de deur? 5 tips.

#1. Neem altijd op en reageer op elke e-mail

Helaas, je staat nu eenmaal op de targetlijst van de bureaurecruiter. Maar besef dat de vasthoudende types het zullen blijven proberen. Kunnen ze je één keer niet bereiken, dan bellen ze later gewoon opnieuw. Reageer dus altijd en geef daarbij kort en bondig aan dat je niet meer gebeld of gemaild wil worden. Laat dat ook noteren in het CRM-systeem van het recruitmentbureau. Niet iedereen houdt zich hieraan, maar de fatsoenlijke bureaurecruiters (en dat zijn de meesten) wel.

#2. Vraag bureaus om toegezonden info

Vragen staat vrij. En als je eigen werving onverhoopt toch niet mocht lukken, wil je misschien nog wel eens gebruik maken van dat ene specifieke bureau. Sommige werkgevers lossen dat heel handig op en plaatsen een kort protocol voor recruitmentbureaus op hun website. Een algemeen mailadres, nette ontvangstbevestiging en periodieke check door de lijst; dat haalt meestal de druk wel aardig van de ketel.

#3. Een spontane cv-introductie? Reageer duidelijk 

Als je ongevraagd het cv van een kandidaat in je mailbox ontvangt, hoef je daar niets mee te doen. Laat duidelijk weten – een standaardmailtje volstaat – dat je geen interesse hebt in de samenwerking. Als je de kandidaat wel interessant vindt, staat het je helemaal vrij om rechtstreeks contact op te nemen met de kandidaat. Je hebt namelijk geen enkele overeenkomst met het bureau, zoals de rechter enige tijd geleden nog eens duidelijk maakte in een zaak rondom Michael Page.

#4. Maak afspraken en onderhandel over het tarief

Als je toch besluit om in zee te gaan met een bureau dat je spontaan een cv aanbiedt, maak dan vooraf in elk geval duidelijke afspraken. Hoeveel ben je bereid om te betalen voor dat ene cv dat je wordt aangeboden? Je kunt hier vaak goed over onderhandelen.

#5. Werk zoveel mogelijk met preferred suppliers

Grotere organisaties beperken dit soort acquisitie vaak door samen te werken met zogenoemde preferred suppliers, recruitmentbureaus die ze vooraf – op duidelijke criteria – hebben geselecteerd. Samenwerken met gespecialiseerde bureaus kan immers een prima oplossing zijn voor lastige vacatures. Als je vooraf kiest met wie je samenwerkt, creëer je rust en verschaf je intern duidelijkheid over met wie jouw organisatie wel en niet mag samenwerken. Het houdt andere bureaus op die manier ook makkelijk buiten de deur.

Over de serie Recruitment Basics

De serie Recruitment Basics verschijnt tweewekelijks en behandelt elke keer een standaard onderdeel van elk werving- en selectieproces. De artikelen zijn bedoeld om recruiters goed op pad te sturen. De serie wordt geschreven door Koen Roozen, hoofddocent Strategisch Recruitment bij de Academie van Arbeidsmarktcommunicatie én partner van HetRecruitingKantoor. De serie verschijnt (in aangepaste vorm) ook daar regelmatig op de site. Dit is de twaalfde aflevering.

Lees ook

Het zijn de (te) jonge recruiters die de discriminatie op leeftijd in stand houden

Van alle vormen van discriminatie op de arbeidsmarkt, blijkt die op leeftijd waarschijnlijk het meest hardnekkig. Nieuw Brits onderzoek van 55/Redefined laat een oorzaak zien die tot nu toe vaak over het hoofd wordt gezien: de leeftijd van de beslissers over werving en selectie. Jonge recruiters kiezen immers vaker kandidaten van hun eigen leeftijd. En aangezien de meeste recruiters relatief jong zijn, houdt dit de moeilijke positie van ouderen op de arbeidsmarkt in stand.

Slechts een kwart van de recruiters onder de 30 is bereid 55-plussers aan te nemen.

Uit het onderzoek, Shut out, forced out and overlooked geheten, bleek dat slechts een kwart (24%) van de meer dan 200 ondervraagde HR-professionals tussen de 25 en 30 jaar zeer bereid of gemotiveerd was om werknemers van boven de 55 jaar te werven. Ter vergelijking: van de HR-professionals tussen de 46 en 50 jaar was bijna twee derde (63%) hiertoe zeer bereid of gemotiveerd.

Moeilijk solliciteren

Uit het onderzoek blijkt verder dat de leeftijdsdiscriminatie ouderen ook behoorlijk in de weg zit. Van de ruim 250 ondervraagde 55-plussers zei bijna 2 op de 3 het gevoel te hebben dat de arbeidsmarkt voor hen ‘gesloten’ was, en 3 op de 5 (60%) zeiden dat het moeilijk was om te solliciteren naar een baan in hun gekozen loopbaan.

onderzoek jonge recruiters

‘Ons onderzoek laat zien dat 55-plussers willen werken en vooruit willen, maar zich buitengesloten, gedwongen of over het hoofd gezien voelen’, reageert Lyndsey Simpson, oprichter en CEO van 55/Redefined. ‘Verontrustend genoeg blijkt dat leeftijdsdiscriminatie in stand wordt gehouden door de mensen die het HR-beleid vormgeven en de HR-normen controleren. Dit zou wellicht een onbedoeld gevolg kunnen zijn van focus op andere diversiteits- en inclusiekenmerken. Maar in een tijd waarin we allemaal langer leven en werken, is het in ons aller belang om deze oneerlijke en onaanvaardbare discriminatie uit te roeien.’

‘Mensen zoals wij’

Stuart Lewis, oprichter van Rest Less, zei in reactie op het onderzoek dat leeftijdsdiscriminatie op de werkplek, net als andere vormen van discriminatie, meestal te wijten is aan ‘onbewuste vooringenomenheid, aangezien recruiters proberen “mensen zoals zij” in dienst te nemen en onbewust de vaardigheden en culturele verschillen van andere groepen negeren.’

Het blijken juist IT-bedrijven die opvallend vaak openstaan voor oudere kandidaten.

Opvallend in het onderzoek was dat mannen iets minder op leeftijd bleken te discrimineren dan vrouwen. Ook bleken HR-managers in grotere bedrijven meer bereid of gemotiveerd om oudere werknemers aan te nemen (36 versus 18%). En interessant genoeg was het vooral in de IT- en techsector dat bedrijven open staan voor 55-plussers (41%), wat meteen afrekent met het vooroordeel dat oudere werknemers minder digitaal of technisch onderlegd zouden zijn.

Meer over de waarde van ervaring?

Op donderdag 7 oktober vindt in het Beatrix Theater in Utrecht het congres plaats rondom (de tweede editie van) The Experience Award, een prijs die actieve 50-plussers in het zonnetje zet en de meerwaarde van oudere medewerkers benadrukt. Kandidaten nomineren is nog mogelijk. Ook veel van de webinars die de organisatie de afgelopen maand gaf zijn nog terug te luisteren.

Het thema van het congres is “De Toekomst van Arbeid”. Het event bestaat uit 4 onderdelen: keynotes, workshops, expo&matchmaking en de award-uitreiking. Bedrijven en organisaties kunnen info over deelname opvragen per mail. Nomineren kan via de site.

Lees ook

Zó groot is het effect als je bij sourcing een herinnering stuurt

If you opt for a personal approach, sourcing and approaching candidates is very labor intensive. It is always a shame if you do not receive a response from the candidate. That’s why I’m personally a big fan of sending a reminder email.

Reminding a candidate of a vacancy is a small effort.

Reminding a candidate of a vacancy is a small effort and can easily get you that hire . In addition, sending reminders gives you the opportunity to check your administration. Every now and then a message slips through, and by looking at your pipeline again you can easily see if you have missed any responses. By default, I always send a second InMail with a reminder two weeks after a first InMail. But what exactly do those memories yield?

The numbers

To find out, I recently mapped out data from 4 clients, with a total of 8 vacancies. A total of 633 people were approached for this study and a response rate of 54% was ultimately achieved. A total of 274 people have been remembered. Not all people who did not respond have been remembered. If someone does not seem to fit the profile afterwards because the vacancy has been tightened in the meantime, there is no point in remembering someone.

It is interesting to see that the response rate increased by 13% on average after sending a reminder. For 1 vacancy (77 candidates), the response rate has even increased by 34%. For the introductory conversations, 1 out of 3 is conducted with people who have been remembered. It should be noted that people who respond after a reminder are on average less likely to be invited to a first meeting.

It can be concluded that sending a reminder email is certainly effective in increasing your response rate and introducing more people to a client. In addition, it has become apparent that a candidate who has been remembered can also be the one who will sign the contract.

Tips

My tips for sending reminder emails:

  • Give candidates time to read your original message. It comes across as impatient and pushing if you send a reminder within a few days. I always use: 2 weeks as a guideline.
  • In your reminder message, mention which vacancy you previously approached the candidate for. This prevents the candidate from having to search.
  • Try to be creative, candidates receive so much InMail these days that your message has to stand out positively. This starts with the title of the message, which the candidate immediately sees.

About the author

Laura Roetgerink is a sourcing consultant at Cooble . With a master’s degree in business administration, Laura delves fully into customers’ business processes. She likes to delve deeper into the labor market and stays informed of current affairs.

Also read

Wim op woensdag: Wie nooit verkeerde mensen aanneemt, heeft het altijd fout

Er zijn heel wat boeken geschreven over ondernemen. Deze zijn grofweg in te delen in twee categorieën:

1. Je begint te ondernemen met een idee
2. Je hebt geen enkel idee

Zoek je naar de definitie van ‘ondernemer‘ op Wikipedia, dan wordt het volgende vermeld: ‘Een ondernemer is een persoon die zich ten doel stelt zich een inkomen te verschaffen door met een bepaalde combinatie van arbeid, kapitaal en kennis een bedrijf te leiden of in stand te houden. Ondernemer zijn betekent initiatief nemen en marktkansen najagen.’

Van een klif springen

Prachtig theoretisch verhaal en helemaal waar. Een andere gangbare definitie is de beroemde uitspraak die aan LinkedIn-oprichter Reid Hoffman wordt toegeschreven: ‘Een ondernemer is iemand die zonder valscherm van een klif springt en onderweg naar beneden voor zichzelf een vliegtuig bouwt.’

Uiteindelijk is het een kwestie van bloed, zweet, tranen en een stevige dosis geluk.

Persoonlijk behoor ik tot de tweede groep. Niet altijd even handig, maar wel doordachte businessplannen bieden ook geen enkele garantie voor succes. Uiteindelijk is het allemaal een kwestie van bloed, zweet, tranen en een stevige dosis geluk.

Succes nooit door één individu

Of je nu met een briljant idee, een product of dienst of zonder iets begint, als je gewoon wil ondernemen is de mate van succes altijd afhankelijk van de mensen die je aanneemt. Het aantal succesverhalen waarin een individu in z’n eentje een briljante onderneming weet te bouwen is op de vingers van één hand te tellen. Sterker nog: ik daag een ieder uit om met voorbeelden te komen van solisten die een succesvol bedrijf weten te bouwen of hebben. Mail ze me, en de correcte inzending krijgt een 6-pack Wanne Kwatsbier.

Tot enkele dagen geleden was een FC Barcelona zonder Messi niet voor te stellen.

Elke organisatie waar arbeid wordt verricht bestaat uit mensen. En deze mensen moeten aangenomen worden. De impact van wat de juiste persoon op de juiste plek kan bereiken, is goed te zien in de sport. Tot enkele dagen geleden was een FC Barcelona zonder Messi niet voor te stellen. En had Oranje in Brazilië met een andere bondscoach dan Louis van Gaal serieus een kans gehad op een derde plek? Vandaar zijn derde aanstelling. Maar nog recenter: had de Belg Bashir Abdi een bronzen medaille gewonnen zonder de steun van zijn boezemvriend Abdi Nageeye?

Twee kanten van het spectrum

Iedereen staat in het leven wel eens aan beide kanten van het spectrum. Je bent of op het verkeerde moment op de verkeerde plek, of je bent de juiste persoon precies wanneer je nodig bent. We weten allemaal hoe dit voelt en kijken nog vaak terug op de momenten dat we het geluk aan onze zijde hadden en geroemd werden.

Om mensen in hun kracht te zetten heb je zelfreflectie en incasseringsvermogen nodig.

Recruitment is de kunst van mensen in hun kracht zetten. Een cliché van buitencategorie, maar daarmee niet minder waar. Om mensen in hun kracht te zetten heb je voldoende zelfreflectie en incasseringsvermogen nodig. De mens is namelijk liever ongelukkig en heeft gelijk, dan dat we gelukkig zijn en ongelijk hebben.

Dit is het grootste pijnpunt bij recruitment. Iedere keer dat een manager zegt: ‘Ik heb nog nooit een bad hire aangenomen’, moet ik aan deze uitspraak denken. Misschien was je juist wel verder gekomen met een verkeerde beslissing. Zoals we uit de sportwereld weten word je alleen maar beter van slechte dagen, fouten en mislukkingen. Een andere uitspraak is bekend van Nelson Mandela: ‘Ik maak nooit fouten. Of ik win, of ik leer’. Managers die nooit verkeerde mensen aannemen hebben het dus per definitie altijd fout.

Vaker mis

Iedere aanname is een kans. Iedere nieuwe medewerker kan de nieuwe Messi worden. De nieuwe Louis van Gaal. De nieuwe Abdi Nageeye. En ook zij hebben fouten gemaakt. Veel fouten. Laat ik afsluiten met een leuk feitje. Michael Jordan, The Basketbal Greatest of All Time, heeft vaker mis geschoten dan raak…

Over de auteur

wim van den nobelen is er maar druk mee eenrichtingsverkeer loont de investering in recruitmentWim van den Nobelen is recruiter salarisadministratie bij Strictly People. Hij schrijft voor Werf& de ‘Wim op woensdag’. Op elke woensdag vind je hier een blog, onderzoek of artikel van hem.

Lees ook:

Enkele lessen van graduate recruitment in Amerika

Recentelijk heb ik twee webinars gevolgd over graduate recruitment in de USA. De een was georganiseerd door CodeSignal en ging over het werven van IT-stagiairs en graduates, met sprekers van onder meer Zoom, eBay en Asana. De ander was van Forage, een platform dat studenten korte werkervaringen van (ongeveer) een dag biedt, en voor zover ik weet zijn gelijke niet kent in Nederland (of zelfs Europa).

Te veel sollicitanten

Bijzonder genoeg spraken zowel Ebay, Zoom en Asana vooral over het feit dat ze te veel IT-sollicitanten hadden voor hun stages en traineeships. Tot mijn grote verbazing krijgt eBay nog steeds 20.000 sollicitaties per jaar voor een IT-stageplek. Dit gaat over stages tíjdens de studie, en niet – zoals in Amerika ook wel eens gebruikelijk: post graduation stages.

eBay gaf aan dat ze alleen op basis van harde criteria mensen afwijzen. En dat is in hun geval: dat je verwachte afstudeerdatum niet mag liggen in het jaar waarin je stage wil lopen. Mensen die geen IT-studie doen krijgen eerst een paar vragen, naar hun ervaring met IT of waarom ze een IT-stage willen doen. Vervolgens krijgt elke sollicitant een IT-assessment. Ze testen dus op feitelijke programmeervaardigheden, het belangrijkste criterium waarop ze selecteren.

5.000 tot 10.000 kandidaten

Asana gaf aan elk jaar tussen de 5.000 en 10.000 sollicitanten te krijgen voor hun IT-traineeships. En ook deze worden allemaal als eerste stap in het proces getest op hun programmeervaardigheden. Er wordt ook hier geen andere selectie op toegepast aangezien ‘een diploma niet zoveel zegt bij developers’, aldus Asana.

Blijkbaar zijn er in Amerika nog steeds meer dan genoeg developers die studeren en willen werken.

Mijn lessen van deze webinars: blijkbaar zijn er in Amerika nog steeds meer dan genoeg developers die studeren en willen werken, alleen weten veel werkgevers ze niet goed te bereiken. Misschien door hun locaties, misschien door hun gebrek aan een aantrekkelijk werkgeversmerk, maar ik was persoonlijk extreem verbaasd over de hoeveelheid IT-sollicitanten, ook al gaat het om stagiairs en trainees, die deze organisaties ontvangen.

Te weinig graduates

Aan de andere kant van de medaille zijn er ook veel werkgevers met een tekort aan potentiële werknemers en dat kwam aan bod in het webinar van Forage. Zoals gezegd: Forage biedt zelf virtuele stages aan met kleine leerelementen. Bijvoorbeeld van banken, waar je in 6 tot 8 uur kunt leren hoe fusies en overnames werken. Of van accountants waar je kunt leren over een tax audit. Door deze virtuele stages, waar je uiteraard ook testen aan kunt koppelen om de kennis van de stagiairs-voor-een-dag te testen, kun je breder selecteren.

Een andere mogelijkheid, die ik erg interessant vind, komt van Google. De zoekmachinegigant heeft zelfs een hele developers-training met certificaat voor iedereen die dat wil. Nu is een hele academische of hbo-studie natuurlijk niet zomaar digitaal te vervangen, maar goede opleidingen tot programmeur, data-analist of andere beroepen zijn in de basis natuurlijk best online aan te bieden. Met alle moderne mogelijkheden is het bovendien in veel gevallen mogelijk om ook de kennis en vaardigheden te testen en op basis daarvan een certificaat te bieden, met als gevolg dat je je eigen doelgroep vergroot.

Niet voor elk beroep

Natuurlijk werkt dit niet voor elk beroep. Zo zul je een vrachtwagenchauffeur nog altijd moeten opleiden achter het stuur. En ook een elektricien moet je nog altijd praktijktraining geven. Maar de theorie zou je in de basis gratis online kunnen aanbieden. En daarmee kun je meteen zowel iemands motivatie als het benodigde kennisniveau kunnen testen.

De theorie van veel beroepen kun je in de basis gratis online aanbieden.

Zoek je inspiratie uit eigen land? Digitaal-Werven op 26 oktober heeft dit jaar als thema: ‘next generation recruitment’. Daarbij gaan we in op alle ontwikkelingen van de nieuwe generaties en de werving van hen. Met experts als Kim Jansen en Mathijs Hamster en cases van onder meer de Rijksoverheid, Bol.com, Handelsbanken en het Antoni van Leeuwenhoek-ziekenhuis. Een hybride event, dus je mag zelf bepalen of je fysiek of digitaal erbij wilt zijn. Zoals het bij de nieuwe generatie hoort…

Over de auteur

Voor zijn initiatief Digitaal-Werven doet Bas van de Haterd al jaren onderzoek naar welke organisatie kandidaten de beste online sollicitatie-ervaring biedt en welke features daarbij het verschil maken.

Lees ook

7 wervingstips van de beste werkgevers van Nederland

Elk jaar publiceert Great Place to Work een verzameling van best practices over bijvoorbeeld het werven van de juiste mensen, onboarding, en hoe je medewerkers meeneemt in de visie. Dit jaar sleepten maar liefst 111 organisaties het predicaat Best Workplace in de wacht. Wat kunnen we van hen leren op het gebied van recruitment? Een recente inspiratiegids biedt daarvoor heel wat aanknopingspunten. We pikten er 7 uit.

#1. Jobsrepublic: Gezamenlijke kick-offs

Een van de voor recruiters bekendste Best Workplaces dit jaar is Jobsrepublic, het recruitmenttech-bedrijf dat eerder tot drie maal toe winnaar was van een felbegeerde Werf& Award. Waar medewerkers Jobsrepublic vorig jaar nog met een 8,1 waardeerden, krijgt het dit jaar een 8,9 toebedeeld. Bijzonder, aangezien alle medewerkers al vanaf het begin van de coronapandemie thuiswerken.

Het bedrijf viel bij Great Place to Work vooral op door de manier waarop ze gezamenlijke innovatiekracht creëren. Elk jaar beginnen ze bij Jobsrepublic bijvoorbeeld met een kick-off met het hele team. Dit jaar keken ze daarbij hoe ze verschillende onderdelen van de Trust Index survey nog verder konden verbeteren. Alle medewerkers konden daarbij input geven, en deelnemen aan de projectteams die verbeteringen moesten gaan initiëren. Van de 30 medewerkers meldden 22 zich hiervoor aan. Zo zijn veel verbeterpunten omgezet in concrete oplossingen door medewerkers zelf.

#2. Compagnon: Verbeterweken

Nog zo’n voor de meeste recruiters wel bekende Great Place to Work is het in Zoetermeer gevestigde Compagnon. Hier vielen vooral de jaarlijkse ‘verbeterweken’ op. Voorafgaand aan deze weken krijgt elke medewerker de vraag suggesties te geven over praktische dingen die verbeterd kunnen worden. Tijdens de weken worden de suggesties onder de loep genomen en worden zoveel mogelijk suggesties opgepakt.

#3. Careflex: Escape room als startpunt

Over naar de zorg, en wel naar Careflex, gespecialiseerd in complexe doelgroepen binnen de gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg en jeugdzorg. Hier houden ze niet van ouderwetse sollicitatieprocedures, maar doen ze sollicitaties bij voorkeur in de vorm van een sollicitatiebijeenkomst met meerdere kandidaten. Deze bijeenkomst wordt altijd afgetrapt met escaperoom-spel ‘De Uitdaging’. Onder tijdsdruk moeten de sollicitanten dan als team Careflex bevrijden van de kwade plannen van een grote vijand. Zo kan de organisatie direct zien hoe iemand binnen een groep functioneert en hoe mensen omgaan met onverwachte situaties.

Elke sollicitant gaat hier met een diploma naar huis, ongeacht de uitkomst van de sollicitatie.

Na het spelen van ‘De Uitdaging’ bestaat de bijeenkomst nog uit een cursus fysieke weerbaarheid en een plenaire introductie over Careflex waarin de missie, visie, kernwaarden en een kort stukje arbeidsvoorwaarden worden verteld. Het leuke van deze cursus op dit moment in de sollicitatieprocedure is dat elke deelnemer hier een certificaat voor krijgt. Ze gaan dus eigenlijk altijd met een diploma naar huis, ongeacht de uitkomst van de sollicitatie.

#4. Werkmandejong: Cultuurcheck

Bij Werkmandejong, ook al actief in de werving en selectie, hadden ze de nadrukkelijke wens om potentiële nieuwe medewerkers op een ludieke en voor hen kenmerkende manier de identiteit van het bedrijf te kunnen laten ervaren. Dit heeft geleid tot de ‘WDJ-cultuurcheck’, die bestaat uit 5 waargebeurde praktijkvoorbeelden waarin de kernwaarden een rol speelden of de organisatiecultuur sterk naar voren komt.

Het is geen test waarin een goed of fout bestaat. Wel is het een subtiele manier voor mensen die interesse hebben om bij Werkmandejong te komen werken om te onderzoeken of ze bij de organisatie en kernwaarden passen. En de antwoorden op de cultuurcheck zijn ook weer meteen een mooi handvat voor het sollicitatiegesprek.

#5. Republiq: Campusrecruitment 2.0

Niet te verwarren met Jobsrepublic (zie #1). Bij de vastgoedconsultants van Republiq zoeken ze om talent te werven onder meer actief de samenwerking op met studieverenigingen. Door studenten regelmatig met Republiq in aanraking te laten komen, ook al vroeg in de studietijd, weten ze hen na het afstuderen beter te vinden. Samen met de verenigingen organiseren ze activiteiten op een manier zoals ze die ook bij zichzelf zouden organiseren.

Dit zorgt ervoor dat studenten direct de identiteit van de organisatie leren herkennen. Het is niet alleen maar zenden; Republiq wil nieuw talent ook de ruimte geven om op zo’n moment te floreren. De organisatie heeft een structurele samenwerking met diverse studieverenigingen en maakt afspraken en een planning voor de eigen evenementen van een aantal geselecteerde verenigingen. Hier ontmoeten ze studenten en gaan ze in gesprek over wat ze willen en of ze misschien bij Republiq passen, waarbij ze geen specifiek onderscheid in opleiding maken.

#6. Protime: Thuis opgehaald

Ook een leuk idee qua onboarding: bij Protime in Waddinxveen, winnaar in de categorie ‘innovatiekracht‘, hoef je op je eerste werkdag niet in je eentje naar kantoor, maar word je als nieuwe collega thuis opgehaald door een van je collega-Protimers. Zo leert de nieuwe collega al direct een andere collega kennen, wat in de toekomst zal bijdragen tot een betere samenwerking (Collaboration) en een gevoel van kameraadschap (Camaraderie). De nieuwe Protimer voelt zich meteen welkom en loopt niet verloren als hij/zij aankomt op kantoor.

great place to work innovatiekracht

#7. AbbVie: Culture Teams

En als laatste gaan we naar waarschijnlijk de grootste Great Place to Work in de lijst: biofarmaceutisch bedrijf AbbVie, wereldwijd goed voor 47.000 medewerkers. Hier hebben ze het afgelopen jaar onder meer zogeheten ‘Culture Teams‘ en ‘Culture Ambassadors‘ ingericht, die bijvoorbeeld hebben gewerkt aan een visie en een plan voor meer Equality, Diversity & Inclusion binnen AbbVie. Ook heeft het bedrijf alle medewerkers op 19 juni een extra vrije dag gegeven, bedoeld om te reflecteren op de dood van George Floyd en de Black Lives Matter-beweging. Dit alles vanuit het doel zoveel mogelijk een inclusieve organisatie te zijn.

abbvie great place to work

Meer weten?

Lees hier alle best practices van de Great Places To Work.

Lees ook

Waarom zijn recruiters nog steeds zo streng op spelfouten op een cv?

Maakt een kandidaat 5 spelfouten op zijn of haar cv? De kans op een uitnodiging voor een sollicitatiegesprek daalt dan met bijna 20 procentpunt, blijkt uit recent onderzoek van (onder meer) de UGent. Wie 5 spelfouten maakt, heeft slechts 46,6 procent kans op een gesprek, tegen 65,6 procent bij iemand die geen spelfouten maakt. Maar ook iemand die ‘maar’ 2 spelfouten maakt, ziet zijn kans op een gesprek nog steeds terugvallen naar 58,1 procent.

‘Geen van de cv-kenmerken had zo’n groot effect als dat van de spelfouten in het cv.’

Goede spelling op het cv is dus van groot belang, zeggen de onderzoekers. Eerder deden zij onderzoek naar andere eigenschappen van kandidaten, zoals het geslacht, blijven zitten op school, studentenbanen of de afstudeergraad. ‘Maar geen enkele van de andere cv-kenmerken die we lieten variëren, had een effect van dezelfde orde als dat van 5 spelfouten in het cv’, aldus doctoraal onderzoeker Philippe Sterkens van de UGent.

Minder zorgvuldig, grondig en intelligent

Wie spelfouten maakt, wordt onder andere gezien als minder zorgvuldig, minder grondig en minder intelligent, merkten de onderzoekers van UGent, KU Leuven en Odisee Hogeschool, die claimen dat het gaat om het eerste wereldwijde experiment dat het effect van spellingsfouten in verschillende beroepen bestudeert. Eerder onderzoek beperkte zich steeds tot hooggekwalificeerde functies. Maar in dit onderzoek valt juist op dat recruiters spelfouten vooral streng bestraffen bij over het algemeen lager gekwalificeerde beroepen. Beroepen dus waarbij kwaliteit van spelling juist vaak minder relevant is.

‘Geen spellingsfouten maken levert kandidaten evenveel op als vrijwilligerswerk.’

‘Zelfs het effect van 2 spelfouten was in het experiment even negatief als het effect van vrijwilligerswerk positief is’, aldus professor Stijn Baert (UGent). ‘Geen spellingsfouten maken leverde de kandidaten dus evenveel op – in vergelijking met 2 fouten maken – als aan vrijwilligerswerk doen. Dit is opmerkelijk. Een eerdere praktijktest toonde juist aan dat vrijwilligerswerk van grote waarde voor je cv is en, wanneer uitgevoerd door etnische minderheden, toelaat discriminatie te ontlopen.’

Waarom lager opgeleiden harder gestraft?

Dat met name voor laaggekwalificeerde beroepen een strengere straf op spelfouten lijkt te staan, vinden de onderzoekers overigens wel verklaarbaar. Een diploma van hoger onderwijs geeft recruiters al min of meer een objectief houvast over iemands intellectuele capaciteiten, stellen ze. Bij mensen die geen hoger diploma kunnen overleggen, zien ze eventuele spelfouten dus eerder als graadmeter van intelligentie.

Wie (veel) spellingsfouten maakt, wordt ingeschat als minder hardwerkend, georganiseerd en systematisch.’

Recruiters denken, aldus de onderzoekers, dat mensen die spelfouten maken minder makkelijk met anderen kunnen samenwerken en dat anderen in die samenwerking minder plezier zullen scheppen. Wie (veel) spellingsfouten maakt, wordt bovendien ingeschat als minder hardwerkend, georganiseerd, verantwoordelijk en systematisch, aldus de onderzoekers. De onderzoeksresultaten zijn gebaseerd op 1.335 kandidaatsbeoordelingen door 445 Vlaamse recruiters, die elk drie fictieve cv’s kregen voorgelegd. Klik hier voor het complete onderzoek.

Hamvraag

Het onderzoek was experimenteel van opzet. De recruiters wisten dat ze aan een onderzoek meededen, en hadden ook niets anders dan een cv om hun oordeel over een kandidaat op te baseren. Toch geeft het een aardig inzicht in hoeveel recruiters aan een cv denken te kunnen aflezen. Ook al voorspelt zo’n cv over het algemeen heel weinig over werksucces, zo is al meermaals aangetoond.

Een duidelijke correlatie tussen spelfouten en intelligentie is nooit aangetoond.

Dat geldt net zo goed voor spelfouten. Een duidelijke correlatie tussen spelfouten en intelligentie is bijvoorbeeld nooit aangetoond. En het is zeker ook niet altijd relevant voor de functies waarom het gaat. Voor kandidaten is de tip dan ook simpel: zorg dat iemand je cv naleest, zodat je de meeste spelfouten er gewoon uithaalt. Maar net zo goed is er een tip voor recruiters uit het onderzoek te halen: zorg dat je selectiebeslissingen neemt op basis van criteria die er echt toe doen in de functie waarvoor je werft.

Zie ook het interessante onderzoek van de Duitse hoogleraar Uwe Kanning op dit gebied:

Lees ook

Wim op woensdag: Over het grootste misverstand in recruitment

Vorige week ging ik een rondje golfen met twee bevriende ondernemers. Ervaren rotten. Niet alleen qua golf, ook wat betreft ondernemen. Gepokt en gemazeld, zeg maar. We spelen om de paar maanden ergens in Nederland en naast dat we veel lol maken, houden we elkaar graag een spiegel voor. Noem het een relatief goedkope coachingssessie, maar dan op de golfbaan.

‘Je zult het wel druk hebben, ouwe cv-schuiver.’

Na de nodige opschepperij over alle prachtballen die we bijna hadden geslagen, kwam het gesprek op mijn bedrijf. ‘Je zult het wel druk hebben, ouwe cv-schuiver’ (mijn koosnaampje bij deze twee heren). ‘Met de werkloosheid op een dieptepunt, de vergrijzing naar een hoogtepunt en de instroom die volledig tekortschiet aan de vraag, moet het vast goed gaan in recruitmentland?’ ‘Het gaat zeker niet slecht’, antwoordde ik. ‘Maar wij hebben zelf natuurlijk ook last van dat tekort aan arbeid. Vind maar eens een recruiter!’ Een luidkeelse lach galmde over het terras. ‘Schei uit. Die werf jij toch zelf?’

Het grootste misverstand

Nou nee dus. En daar ligt meteen het grootste misverstand in recruitment. Ja, ik ken veel recruiters. Maar dat betekent niet dat ik er zomaar een van LinkedIn kan plukken om die in dienst te nemen. Het probleem in recruitment is dat als er schaarste is aan de aanbodkant van arbeid dit automatisch leidt tot schaarste van recruiters. Recruitmentgroepen op Facebook staan dan ook vol met oproepen. Zowel voor tijdelijk als voor vast. Maar ook LinkedIn en alle jobboards puilen uit met aanvragen voor recruiters.

Alle jobboards puilen uit met aanvragen voor recruiters.

Het dilemma waar je als ondernemer tegenaan loopt is: ga je dan zelf werven of besteed je dit uit? Je kunt dat dilemma zuiver financieel benaderen. Zelf werven bespaart een wervingsfee die al snel 10.000 euro groot is, maar kost aan de andere kant ook veel tijd en energie. Een plaatsing in de tijd dat je zelf een nieuwe recruiter werft levert evenveel op. Je hebt dan minder sores, maar bent weer wel afhankelijk van jouw leverancier. Levert deze niet, moet je alsnog zelf aan de bak. Mijn golfmaatjes konden wederom een lach niet onderdrukken. “Dan weet je eens hoe het voelt als wij jou inschakelen…”

Over de auteur

wim van den nobelen is er maar druk mee eenrichtingsverkeer loont de investering in recruitmentWim van den Nobelen is recruiter salarisadministratie bij Strictly People. Hij schrijft voor Werf& de ‘Wim op woensdag’. Op elke woensdag vind je hier een blog, onderzoek of artikel van hem.

Lees ook:

Recruitment Basics (11): Hoe kies je een goed recruitmentbureau?

Werving en selectie kun je als werkgever natuurlijk helemaal zelf doen. Maar je kunt er ook de hulp van een gespecialiseerd bureau bij inschakelen. Waar moet je dan allemaal op letten? In dit artikel geeft Koen Roozen je een aantal tips hoe je een goed recruitmentbureau selecteert en hoe je een samenwerking aangaat die tot succes leidt.

Het staat je vrij om gretig gebruik te maken van de inzichten die het bureau je aandraagt.

Een goed recruitmentbureau met gedegen marktkennis kan namelijk best waarde toevoegen. Ze laten je de opties zien. Vertellen je of het salaris dat je biedt competitief genoeg is, welke functietitel je een vacature moet geven of welke aanvullende skills voor jouw bedrijf van meerwaarde kunnen zijn. Het doel van een recruitmentbureau is: jou faciliteren in jouw groei. Dus staat het je vrij om gretig gebruik te maken van de inzichten die het bureau je aandraagt.

De reputatie van recruitmentbureaus

De reputatie van recruitmentbureaus is in z’n algemeenheid niet al te positief. Vaak hoor je denigrerende termen als ‘cv-schuivers‘ en ‘cowboys’. Veel kandidaten vinden dat agressieve bureaus en recruiters zonder kennis van zaken hen lastig vallen.

Maar zolang goede kandidaten lastig te vinden zijn, zullen er dienstverleners zijn die gretig op deze behoefte inspringen. Je herkent dit waarschijnlijk wel uit die wekelijks belletjes en mailtjes van bureaus die beloven dat zij jouw probleem wél kunnen fixen. Klagen over deze bureaus heeft weinig zin, goed nadenken over hoe en met wie je wil samenwerken wel.

De kosten van recruitmentbureaus

Eerst iets over de kosten van een bureau. Die zijn hoog, misschien wel te hoog. Maar dat veroorzaken we samen. De recruitmentmarkt is gewend geraakt aan een vrijblijvende no cure no pay-mentaliteit. Opdrachten worden dan zonder commitment aan verschillende bureaus verstrekt en die bureaus mogen dan – vaak met te weinig informatie – meezoeken naar de nieuwe medewerker. Dit soort samenwerkingen werkt juist prijsopdrijvend, heb ik al eens eerder uitgelegd. Maar wat zijn nu wél de 12 belangrijkste aspecten om op te letten als je wil samenwerken met een recruitmentbureau?

#1. Op basis van no cure no pay?

Werk je samen op basis van no cure no pay (of kortweg: ncnp), dan kun je een vacature zonder risico bij een of meerdere bureaus uitzetten. Je betaalt immers alleen een vergoeding aan het bureau dat de nieuwe medewerker uiteindelijk plaatst. Dat lijkt misschien aantrekkelijk, maar er kleven uiteindelijk 3 grote bezwaren aan deze werkwijze.

  • Als je meer wervingskanalen inzet, worden bureaurecruiters terughoudend in het noemen van de bedrijfsnaam. Als ze te snel de opdrachtgever noemen, lopen ze immers het risico dat een kandidaat rechtstreeks solliciteert bij een organisatie. Maar dat is dus niet in het belang van de kandidaat.
  • Een commerciële bureaurecruiter schat de kansen in dat hij of zij de plaatsing realiseert. Een lastige vacature, die bij veel bureaus uitstaat? Die krijgt dan al snel minder aandacht. Werken immers meer recruitmentbureaus op dezelfde opdracht, dan neemt de competitie toe en de plaatsingskans dus af.
  • Sommige kandidaten worden vaker benaderd voor een rol. Kandidaten maken het regelmatig mee dat verschillende bureaus hen benaderen met dezelfde vacature. Snelheid wordt dan belangrijker dan kwaliteit en – de kandidaat voelt zich opgejaagd en gepiepeld.

#2. Met hoeveel bureaus?

Het no cure no pay-model nodigt uit om met meerdere bureaus te gaan werken. Besef vooraf dat elke extra leverancier tijd kost. Elk goed recruitmentbureau dat je inschakelt vraagt om een vacature-intake, wil snel een reactie op kandidaten en af en toe schakelen over de voortgang. Kies daarom bureaus die elk een andere aanpak hanteren en andere doelgroepen aanspreken. Spreek bijvoorbeeld ook af dat elke geïntroduceerde kandidaat vooraf geïnterviewd is. Zo voorkom je dat ze allemaal in dezelfde vijver vissen.

#3. Betalen bij plaatsing of op uurtarief?

Binnen het no cure no pay-model zijn verschillende variaties mogelijk. Je kunt bijvoorbeeld afspreken dat je pas betaalt als het contract wordt ondertekend, na de proeftijd of na een bepaalde periode (bijvoorbeeld een helft na 6 maanden). Traditioneel werken headhunters met betaling in verschillende schijven en verdelen ze de totale vergoeding meestal in drieën, waarbij 1/3 deel betaald moet worden bij aanvaarding van de opdracht, 1/3 deel bij de shortlist en 1/3 bij ondertekening van de arbeidsovereenkomst. In dit model dragen opdrachtgever en -nemer beiden een deel van het risico. Inmiddels kennen we binnen recruitment nog veel meer variaties, waaronder ook een ‘gewoon’ uurtarief.

#4. Vast bedrag of percentage?

Veel bureaus baseren hun vergoeding op een percentage van het bruto jaarinkomen van de kandidaat. Dit bruto jaarsalaris wordt soms op basis van een fulltime dienstverband nog aangevuld met zaken als bonussen, winstdeling en de leasekosten van de auto. Dit kan zomaar duizenden euro’s verschil opleveren in de bemiddelingsvergoeding bij het ene of het andere bureau. Je kunt natuurlijk ook een vast bedrag afspreken. In dat geval heeft het bureau geen prikkel om de duurste kandidaat voor te stellen.

#5. Garanties op kandidaten?

Garanties binnen recruitment zijn een heikel punt. Je dienst draait immers om een mens van vlees en bloed. De perfecte kandidaat, die nu 100% voldoet, kan na zes maanden toch ineens opstappen of toch tegenvallen. Er spelen hier zoveel factoren mee. De samenwerking met de manager kan stroef lopen, beloftes kunnen gebroken worden of er gebeurt privé iets ingrijpends bij de nieuwe medewerker. Allemaal dingen die een recruiter tijdens het werving- en selectieproces niet goed kan voorspellen.

Garanties binnen recruitment zijn een heikel punt. Je dienst draait immers om een mens van vlees en bloed.

Het is natuurlijk altijd frustrerend als je veel geld investeert in een nieuwe medewerker, die vervolgens maar kort blijft. Veel bureaus bieden daarom drie soorten garantie of compensatie:

  • De uitgestelde betaling. Daarbij betaal je als klant (een deel van) de factuur later;
  • Een herplaatsingsgarantie. Daarbij gaat het recruitmentbureau kosteloos voor jou op zoek naar een nieuwe medewerker;
  • De terugbetalingsregeling. Daarbij krijg je geld terug als de medewerker binnen een bepaalde periode weer vertrekt.

Al zulke regelingen kunnen natuurlijk variëren in percentage en looptijd.

#6. Off-limit-bepalingen en anti-ronselbeding

Recruiters ‘are in the art of stealing people’. Je wilt alleen voorkomen dat ze de beste mensen bij jou weghalen. Daarom is het slim om met je bureau een anti-ronselbeding af te spreken waarin je verbiedt dat een bureau na de plaatsing bij jou mag werven (en zeker niet de door hen bij jou geplaatste medewerkers). We kennen allemaal de verhalen van kandidaten die na een paar jaar opnieuw benaderd worden door de recruiter die ze geplaatst heeft.

#7. Kennismaken met de nieuwe recruiter?

Sommige bureaus lijken wel een duiventil waarbij je elke keer als je contact met ze hebt kunt kennismaken met een nieuwe recruiter. Daar hoef je als klant niet mee akkoord te gaan. Als je een bureau een premium prijs betaalt, mag je daarvoor ook een premium dienstverlening verwachten.

Als je een bureau een premium prijs betaalt, mag je daarvoor ook een premium dienstverlening verwachten.

De kennisoverdracht moeten bureaus zelf organiseren. Goede bureaus – met een stabiel en meer ervaren personeelsbestand – werken langer met meer deskundige consultants en hanteren vaak dezelfde bemiddelingsvergoeding.

#8. Goed bureau, maar twijfels over de recruiter?

Het kan natuurlijk gebeuren dat je denkt een goed recruitmentbureau te hebben gevonden, maar dat je ineens tegenover een recruiter zit waarin je het niet ziet zitten. Als je twijfelt over de deskundigheid van de recruiter, stel je dan op als kritische kandidaat (hij of zij moet namelijk jouw organisatie en vacature ‘verkopen’). Maak je twijfels hierover bespreekbaar. Een professioneel bureau neemt je wensen als klant serieus.

#9. Exclusiviteit met het bureau?

Exclusiviteit afspreken met het recruitmentbureau kan zeker helpen om meer commitment en focus op de opdracht te krijgen. Je geeft het bureau dan bijvoorbeeld een bepaalde periode het alleenrecht om te werven voor de vacature. Let goed op hoe lang je deze exclusiviteit laat duren; als een recruitmentbureau niet de juiste kandidaat kan leveren, wil je niet onnodig lang aan de samenwerking vastzitten.

#10. Exclusiviteit op geïntroduceerde kandidaten?

Kandidaten introduceren is de kerntaak van recruitmentbureaus. Niet gek dus dat bureaus dit werk beschermen – en dat dus voor elke kandidaat van een bureau geldt dat je deze niet binnen een bepaalde periode zelf in dienst mag nemen (dus zonder tussenkomst van het bureau). Dit geldt overigens ook voor kandidaten die je afwijst! Let dus goed op wat precies over deze periode in het contract staat.

#11. Samenwerken met een cv-schuiver?

Wat je ook van cv-schuivers moge vinden: ze bestaan. En als er iets is wat zij heel goed doen, dan is het wel: candidate management. Zij leggen schaars talent in de watten en zoeken voor die kandidaat vaak een mooie baan. Eigenlijk zijn ze belangenbehartigers of impresario’s van de kandidaat. Die focus gaat helaas vaak wel ten koste van de screening of de kandidaat bij jouw organisatie en vacature past. Het is binnen deze kandidaatgebaseerde vorm van dienstverlening dat zich de meeste ‘cowboy agencies‘ bevinden.

#12. Groot algemeen of klein niche-bureau?

Je kunt niet alle werving- en selectiebureaus over één kam scheren. Er zijn aan de ene kant geweldige, grote bureaus met goed getrainde recruiters en aan de andere kant kleine bureaus die fantastisch werk leveren in een kleine niche. Samenwerken met grotere leveranciers kan schaalvoordelen opleveren in bijvoorbeeld tarief en contractmanagement. Maar een kleiner gespecialiseerd bedrijf is dan vaak weer beter af met een kleiner, gespecialiseerd bureau dat volledig thuis is in de relevante vakgebieden (recruiters noemen dat: een boutique firm).

Nog een paar tips

Buiten deze 12 keuzes die je moet afwegen als je wil samenwerken met een selectiebureau, tot slot ook nog een paar algemene tips om het juiste bureau te selecteren:

  • Evalueer een bureau en recruiter op dezelfde manier als je een kandidaat beoordeelt;
  • Bepaal vooraf wat je belangrijk vindt in de dienstverlening (snelheid van werken, veel kandidaten, een efficiënt proces, regelmatige updates over de procedure);
  • Check de ervaring van het bureau én de recruiter met jouw specifieke doelgroep;
  • Lees de voorwaarden en vooral ook de kleine lettertjes…

Over de serie Recruitment Basics

De serie Recruitment Basics verschijnt tweewekelijks en behandelt elke keer een standaard onderdeel van elk werving- en selectieproces. De artikelen zijn bedoeld om recruiters goed op pad te sturen. De serie wordt geschreven door Koen Roozen, hoofddocent Strategisch Recruitment bij de Academie van Arbeidsmarktcommunicatie én partner van HetRecruitingKantoor. De serie verschijnt (in aangepaste vorm) ook daar regelmatig op de site.

Lees ook

Ondanks schaarste blijft leeftijd groot hinderblok op arbeidsmarkt

De schaarste op de arbeidsmarkt neemt ongekende vormen aan. Recruiters klagen steen en been dat – vooral: gekwalificeerde – kandidaten zo moeilijk te vinden zijn. Toch is er een (grote) groep die nog steeds moeilijk aan een (nieuwe) baan komt: de 45-plusser. Weinig struikelblokken zo hoog op de arbeidsmarkt als leeftijd.

Slechts 15% van de vacaturehouders ziet ouderen als ‘een juiste fit met de bedrijfscultuur’.

In Meeting the Midcareer Moment, een recent onderzoek van non-profitorganisatie Generation, uitgevoerd in 7 landen, blijkt dat vacaturehouders massaal de voorkeur geven aan jongere kandidaten als ze de kans krijgen. Slechts 17% van de ondervraagde ruim 1.400 vacaturehouders noemt 45-plussers ‘application ready‘, 18% zegt dat ze relevante skills of ervaring hebben (tegenover 58% voor mensen tussen de 35 en 44 jaar), en slechts 15% ziet ze als ‘een juiste fit met de bedrijfscultuur’ (tegen 44% voor iedereen tussen de 35 en 44 en 41% voor de 18 tot 34-jarigen).

ageism

Leeftijd maskeren

Het rapport geeft ook de ervaringen weer van 3.800 werkzoekenden tussen de 45 en 60 jaar. Van hen zegt meer dan 70% dat hun leeftijd een ‘groot obstakel’ is in hun zoektocht. Dat sluit aan bij ander recent onderzoek, van WerkLabs en The Mom Project, waarin maar liefst 95% zegt dat ze te maken hebben gehad met leeftijdsdiscriminatie, en dat ze daarom wel eens hebben geprobeerd hun leeftijd te maskeren in het recruitmentproces.

‘De beeldvorming over ouderen beïnvloedt ook hoe je zelf ouder worden ervaart.’

Sarai Zwinnen, bron

Het is een vervelend fenomeen, schrijft bijvoorbeeld ook Sarai Zwinnen op KennisLand. ‘Door ageism worden we minder fijn oud en leven we korter’, concludeert ze na uitgebreid onderzoek. ‘Over ouderen en ouder worden wordt vaak negatief gepraat. Ze zijn afgeschreven, afhankelijk en een last. Die beeldvorming beïnvloedt niet alleen hoe anderen ouderen en ouder worden zien, maar ook hoe je zelf ouder worden ervaart. Als je keer op keer geconfronteerd wordt met het idee dat je niks betekenisvols meer te bieden hebt, bestaat het gevaar dat je dit zelf ook gaat geloven en ernaar gaat handelen. En dat is zonde, want zo missen we de kracht, wijsheid en ervaringen van ouderen in de samenleving.’

Liever geen ‘leeftijdsdiscriminatie’

Ze gebruikt liever de Engelse term ‘ageism dan leeftijdsdiscriminatie, omdat het ook gaat om stereotypering en vooroordelen op basis van iemands leeftijd. Volgens haar laat onderzoek zien dat ageism misschien zelfs wel vaker voorkomt dan seksisme en racisme. En dan is er ook nog bewijs te vinden voor een self-fulfilling prophecy; ouderen die geconfronteerd worden met stereotypes (zoals afhankelijkheid, aftakeling en incompetentie), zullen deze boodschap internaliseren en hun gedrag hierop aanpassen. Waardoor dus een min of meer vicieuze cirkel ontstaat.

‘De enthousiaste verhalen van werkgevers die ouderen aannemen zijn natuurlijk bemoedigend.’

En dat is des te meer opmerkelijk, omdat werkgevers die over hun vooroordelen heenstappen, al snel blijken te merken dat die aanvankelijke ideeën niet klopten. Zo zegt 87% van de ondervraagde werkgevers dat hun oudere hires minstens even goed presteren als hun jongere collega’s, en 90% ziet dat ouderen meer potentie hebben om ook op langere termijn aan de organisatie verbonden te blijven. ‘Die enthousiaste verhalen van werkgevers die ouderen aannemen zijn natuurlijk bemoedigend’, zegt Generation-CEO Mona Mourshed. ‘Maar het onderstreept tegelijkertijd hoe tragisch de arbeidsmarkt momenteel is.’

‘Het is niet het verstrijken van de tijd dat het moeilijk maakt om ouder te worden’, zei anti-ageism activist Ashton Applewhite al eens in een TED-talk. ‘Het is het vooroordeel dat we tegen ons toekomstige zelf hebben.’

Het best gepositioneerd

Mona Mourshed

HR-adviesbureau Mercer liet al in 2019 zien dat werkgevers die actief ouderen aanspreken het best gepositioneerd zijn voor de toekomst. Toch zijn er sindsdien nauwelijks signalen gekomen dat ageism is afgenomen. Ondanks alle aandacht voor diversiteit, inclusiviteit en belonging zijn oudere werkzoekenden in werving en selectie nog steeds vaak het kind van de rekening. Er bestaat ook nog weinig HR-beleid om dit type discriminatie actief tegen te gaan, constateert WerkLabs.

‘Er bestaat nog weinig HR-beleid om dit type discriminatie actief tegen te gaan.’

En de coronapandemie heeft het probleem nog verergerd, zo blijkt: COVID-19 had een grotere negatieve impact op ouderen dan eerdere recessies. Generation raadt werkgevers dan ook aan om het potentieel van 45-plussers vaker te testen, in plaats van uit te gaan van impliciete veronderstellingen (en vooroordelen). Ook pleit Mourshed voor meer mogelijkheden tot demonstratie van vaardigheden in sollicitatieprocessen. Daarnaast adviseert ze organisaties om hun huidige recruitmentpraktijken tegen het licht te houden, en niet alleen naar nieuwe aannames te kijken, maar ook vaker naar mogelijke interne doorstroom van 45-plus-collega’s.

Meer over de waarde van ervaring?

Op donderdag 7 oktober vindt in Utrecht het congres plaats rondom (de tweede editie van) The Experience Award, een prijs die actieve 50-plussers in het zonnetje zet en de meerwaarde van oudere medewerkers benadrukt. Kandidaten nomineren is nog mogelijk. Ook veel van de webinars die de organisatie de afgelopen maand gaf zijn nog terug te luisteren.

Lees ook